Ga voor echte rijkdom
‘Maakt u vrienden door middel van de onrechtvaardige rijkdom.’ — LUK. 16:9.
1, 2. Waarom zullen er, zolang deze wereld er nog is, altijd arme mensen zijn?
HET economische systeem in deze wereld is oneerlijk en hard. Jonge mensen zoeken tevergeefs naar een baan. Velen riskeren hun leven om naar rijkere landen te verhuizen. Overal is armoede, zelfs in welvarende landen. En de kloof tussen arm en rijk wordt steeds groter. Volgens recente schattingen heeft de rijkste 1 procent van de wereldbevolking evenveel rijkdom als de rest van de wereldbevolking samen. Dat is natuurlijk maar een schatting, maar niemand zal ontkennen dat miljarden mensen in schrijnende armoede leven, terwijl anderen te veel geld hebben om in één mensenleven uit te kunnen geven. Jezus erkende deze harde waarheid toen hij zei: ‘De armen hebt gij altijd bij u’ (Mark. 14:7). Waarom is er zo veel ongelijkheid?
2 Jezus wist dat het huidige economische systeem niet zou veranderen totdat Gods Koninkrijk zou komen. Samen met de politiek en religie is het hebzuchtige commerciële systeem, afgebeeld door de ‘kooplieden’ uit Openbaring 18:3, onderdeel van Satans wereld. Hoewel Gods aanbidders zich volledig kunnen losmaken van politiek en valse religie, kunnen de meesten zich niet volledig afscheiden van het commerciële deel van Satans wereld.
3. Welke vragen gaan we bespreken?
3 Voor ons als christenen is het goed om te onderzoeken hoe we over het commerciële systeem in deze wereld denken. Vraag je af: Hoe kan ik mijn materiële bezittingen gebruiken om te laten zien dat ik trouw ben aan God? Hoe kan ik mijn betrokkenheid bij de commerciële wereld beperken? Welke ervaringen laten zien dat Gods aanbidders volledig op Jehovah vertrouwen?
DE ILLUSTRATIE VAN DE ONRECHTVAARDIGE BEHEERDER
4, 5. (a) In welke situatie kwam de beheerder uit Jezus’ illustratie terecht? (b) Welke aansporing gaf Jezus zijn volgelingen?
4 Lees Lukas 16:1-9. Jezus’ illustratie van de onrechtvaardige beheerder is erg interessant. Nadat de beheerder ervan beschuldigd was verkwistend te zijn, ging hij met ‘praktische wijsheid’ te werk om ‘vrienden’ te maken die hem zouden kunnen helpen op het moment dat hij zijn baan kwijt zou zijn.a Jezus moedigde zijn discipelen natuurlijk niet aan onrechtvaardig te handelen om deze wereld te overleven; hij zei dat zulk gedrag bij ‘de zonen van dit samenstel van dingen’ hoort. Maar hij gebruikte de illustratie om een punt te maken.
5 Jezus wist dat het voor de meesten van zijn volgelingen niet makkelijk zou zijn om in deze onrechtvaardige commerciële wereld in hun onderhoud te voorzien, net zoals de beheerder in een lastige situatie was terechtgekomen. Daarom gaf Jezus de aansporing: ‘Maakt u vrienden door middel van de onrechtvaardige rijkdom, opdat wanneer deze u ontvalt, zij [Jehovah en Jezus] u mogen ontvangen in de eeuwige woonplaatsen.’ Wat kunnen we van zijn raad leren?
6. Hoe weten we dat het commerciële systeem geen deel uitmaakte van Gods voornemen?
6 Hoewel Jezus niet uitlegt waarom hij rijkdom ‘onrechtvaardig’ noemt, blijkt uit de Bijbel dat commercie geen deel uitmaakte van Gods voornemen. In Eden gaf Jehovah Adam en Eva royaal alles wat ze maar nodig hadden (Gen. 2:15, 16). Later, toen heilige geest werkzaam was in de eerste-eeuwse gemeente van gezalfde christenen, ‘zei zelfs niet één dat iets van zijn bezittingen zijn eigendom was, maar zij hadden alle dingen gemeenschappelijk’ (Hand. 4:32). De profeet Jesaja had het over de tijd dat alle mensen volop zouden kunnen genieten van de opbrengst van de aarde (Jes. 25:6-9; 65:21, 22). Maar ondertussen zouden Jezus’ volgelingen ‘praktische wijsheid’ nodig hebben om in hun onderhoud te voorzien. Ze zouden gebruikmaken van de ‘onrechtvaardige rijkdom’ van deze wereld en tegelijkertijd hun best doen om een goede band met God te hebben.
GEBRUIK ONRECHTVAARDIGE RIJKDOM OP EEN VERSTANDIGE MANIER
7. Welke raad kun je vinden in Lukas 16:10-13?
7 Lees Lukas 16:10-13. De beheerder in Jezus’ illustratie maakte vrienden om er zelf beter van te worden. Maar Jezus moedigde zijn volgelingen aan vrienden in de hemel te maken voor onzelfzuchtige doelen. Verderop in het hoofdstuk wordt ‘onrechtvaardige rijkdom’ in verband gebracht met trouw aan God. Wat wilde Jezus ons dus leren? Uit de manier waarop we onze onrechtvaardige rijkdom gebruiken, blijkt of we trouw zijn aan God. Hoe dan?
8, 9. Geef voorbeelden van personen die hun onrechtvaardige rijkdom verstandig gebruiken.
8 Eén manier waarop we laten zien dat we trouw zijn aan God is onze materiële bezittingen gebruiken ten behoeve van het wereldwijde predikingswerk (Matth. 24:14). Een meisje in India had een kleine spaarpot, waar ze regelmatig munten in stopte. Soms koos ze er zelfs voor om haar spaarpotje te vullen in plaats van speelgoed te kopen. Toen die vol was, gebruikte ze het geld om het predikingswerk financieel te ondersteunen. Een broeder in India die kokosnoten verbouwt, schonk een grote hoeveelheid kokosnoten aan het Malayalam vertaalkantoor. Omdat ze op het vertaalkantoor altijd kokosnoten kochten, redeneerde hij dat hij ze beter kokosnoten kon geven dan cash. Dat is praktische wijsheid. Ook broeders en zusters in Griekenland geven regelmatig olijfolie, kaas en ander voedsel aan de Bethelfamilie.
9 Een broeder uit Sri Lanka die nu in het buitenland woont, heeft zijn huis en land in Sri Lanka beschikbaar gesteld voor vergaderingen, kringvergaderingen en het huisvesten van volletijddienaren. Voor de broeder is het een financieel offer, maar voor de plaatselijke verkondigers met weinig middelen een grote hulp. In een land waar beperkingen gelden op ons werk stellen broeders en zusters hun huis beschikbaar om er vergaderingen te houden. Zo maken ze het voor pioniers en anderen met beperkte middelen mogelijk een vergaderplaats te hebben zonder financiële lasten.
10. Wat zijn enkele zegeningen die we krijgen als we vrijgevig zijn?
10 De genoemde ervaringen laten zien dat Gods aanbidders ‘getrouw zijn in het geringste’, oftewel in het gebruik van materiële rijkdom, die inferieur is aan geestelijke rijkdom (Luk. 16:10). Wat vinden deze vrienden van Jehovah van de offers die ze brengen? Ze begrijpen dat vrijgevigheid een manier is om ‘ware’ rijkdom te verkrijgen (Luk. 16:11). Een zuster die regelmatig een bijdrage geeft voor het Koninkrijkswerk vertelt hoe ze wordt gezegend: ‘Door vrijgevig te zijn, heb ik door de jaren heen iets interessants bij mezelf ontdekt. Ik ben erachter gekomen dat als ik vrijgevig ben, dat invloed heeft op mijn hele houding. Ik vergeef makkelijker en ben geduldiger. Ook kan ik makkelijker raad aanvaarden en omgaan met teleurstellingen.’ Velen hebben ervaren dat vrijgevigheid geestelijk verrijkend is (Ps. 112:5; Spr. 22:9).
11. (a) Wat is nog een manier om ‘praktische wijsheid’ te tonen? (b) In welk opzicht wordt onder Gods aanbidders financiële ‘gelijkheid’ tot stand gebracht? (Zie beginplaatje.)
11 Nog een manier om ‘praktische wijsheid’ te tonen, is onze middelen gebruiken om anderen te helpen in hun dienst. Sommigen kunnen niet in de volletijddienst of naar het buitenland verhuizen, maar hebben wel de voldoening te weten dat hun financiële bijdragen anderen ondersteunen in hun dienst (Spr. 19:17). Onze vrijwillige bijdragen worden bijvoorbeeld gebruikt om in lectuur te voorzien en het predikingswerk te ondersteunen in gebieden waar veel armoede is maar waar veel mensen interesse hebben voor de waarheid. In landen als Congo, Madagaskar en Rwanda was het lange tijd zo dat broeders vaak moesten kiezen tussen voedsel voor hun gezin en een bijbel, waarvan de prijs soms overeenkwam met een week- of maandloon. Maar dankzij de bijdragen van velen en door voor financiële ‘gelijkheid’ te zorgen, kan Jehovah’s organisatie de Bijbel vertalen en kosteloos verspreiden aan hele gezinnen en geestelijk hongerige Bijbelstudies. (Lees 2 Korinthiërs 8:13-15.) Zo kan zowel degene die geeft als degene die ontvangt een vriend van Jehovah zijn.
BEPERK JE BETROKKENHEID BIJ ‘DE ZAKELIJKE BEZIGHEDEN VAN HET LEVEN’
12. Hoe liet Abraham zien dat hij op Jehovah vertrouwde?
12 Nog een manier om een vriend van Jehovah te worden, is je betrokkenheid bij de commerciële wereld beperken en je omstandigheden gebruiken om ‘ware’ rijkdom te vergaren. Abraham, een man van geloof, verliet gehoorzaam het welvarende Ur om in tenten te gaan wonen en zijn vriendschap met Jehovah te versterken (Hebr. 11:8-10). Hij keek altijd naar God op als de Bron van echte rijkdom en stelde nooit zijn vertrouwen in materiële dingen (Gen. 14:22, 23). Jezus moedigde aan tot zo’n geloof. Hij zei tegen een rijke jonge man: ‘Indien gij volmaakt wilt zijn, ga, verkoop uw bezittingen en geef aan de armen en gij zult een schat in de hemel hebben, en kom, wees mijn volgeling’ (Matth. 19:21). Die man had niet een geloof als dat van Abraham, maar anderen lieten wel zien dat ze een onvoorwaardelijk vertrouwen in God hadden.
13. (a) Welke raad gaf Paulus aan Timotheüs? (b) Hoe kunnen wij Paulus’ raad toepassen?
13 Timotheüs had een sterk geloof. Na Timotheüs ‘een voortreffelijk soldaat van Christus Jezus’ genoemd te hebben, zei Paulus tegen hem: ‘Niemand die als soldaat dient, verwikkelt zich in de zakelijke bezigheden van het leven, opdat hij de goedkeuring moge verwerven van degene die hem als soldaat in dienst heeft genomen’ (2 Tim. 2:3, 4). Jezus’ volgelingen in deze tijd, onder wie een leger van meer dan een miljoen volletijddienaren, passen Paulus’ raad zo goed als ze kunnen toe. Ze weerstaan de verleidingen van reclames in deze hebzuchtige wereld en houden het principe in gedachte: ‘Wie leent, is een knecht van de man die uitleent’ (Spr. 22:7). Satan zou niets liever willen dan dat we als slaven al onze tijd en energie zouden besteden aan zijn commerciële wereld. Sommige beslissingen zouden ervoor kunnen zorgen dat we jarenlang vastzitten aan zware financiële verplichtingen. Een enorme hypotheek, een hoge studieschuld, dure afbetalingen voor een auto of zelfs een grootse bruiloft kunnen ons financieel enorm onder druk zetten. We tonen praktische wijsheid als we ons leven vereenvoudigen en schulden en uitgaven beperken, zodat we slaven kunnen zijn van God in plaats van het commerciële systeem (1 Tim. 6:10).
14. Wat moet je vastbesloten zijn te doen? Geef voorbeelden.
14 Als we ons leven eenvoudig willen houden, moeten we prioriteiten stellen. Een echtpaar had een goedlopend bedrijf. Maar hun verlangen om weer in de volletijddienst te gaan, zette hen ertoe aan hun bedrijf, boot en andere spullen te verkopen. Ze boden zich aan om mee te helpen aan de bouw van het internationale hoofdkantoor in Warwick. Wat extra leuk voor ze was, was dat ze op Bethel konden dienen samen met hun dochter en schoonzoon. Ook werkten ze enkele weken samen met de ouders van de broeder, die ook meehielpen met de bouw. Een pionierster in Colorado (VS) vond een parttimebaan bij een bank. Ze waren daar zo tevreden met haar werk dat ze een fulltimebaan aangeboden kreeg waarmee ze drie keer zo veel zou verdienen. Maar omdat ze besefte dat de baan ten koste zou gaan van haar focus op de dienst, wees ze het lucratieve aanbod af. Dit zijn maar twee voorbeelden van de talloze offers die aanbidders van Jehovah gebracht hebben. Als we vastbesloten zijn de Koninkrijksbelangen op de eerste plaats te stellen, laten we zien dat we veel meer waarde hechten aan onze vriendschap met Jehovah en aan geestelijke rijkdom dan aan wat de commerciële wereld te bieden heeft.
ALS MATERIËLE RIJKDOM WEGVALT
15. Wat voor rijkdom geeft de grootste voldoening?
15 Materiële rijkdom duidt niet per se op Gods zegen. Jehovah zegent degenen die ‘rijk zijn in voortreffelijke werken’. (Lees 1 Timotheüs 6:17-19.) Toen Luciab er bijvoorbeeld achter kwam dat er in Albanië predikers nodig waren, verhuisde ze in 1993 daarheen vanuit Italië. Ze had daar nog geen werk, maar ze vertrouwde volledig op Jehovah. Ze kreeg het Albanees onder de knie en heeft meer dan 60 mensen geholpen zich aan Jehovah op te dragen. Het merendeel van Gods aanbidders predikt niet in zulk productief gebied. Maar alles wat we doen om mensen te helpen de weg van het leven te vinden en erop te blijven, is iets wat wij én zij voor altijd zullen koesteren (Matth. 6:20).
16. (a) Wat zal er gebeuren met het huidige commerciële systeem? (b) Hoe moet dat feit onze kijk op materiële rijkdom beïnvloeden?
16 Jezus zei: ‘Wanneer deze [onrechtvaardige rijkdom] u ontvalt’, niet als deze u ontvalt (Luk. 16:9). De economische crisissen en het omvallen van banken die in deze laatste dagen hebben plaatsgevonden, stellen niets voor in vergelijking met wat er binnenkort wereldwijd zal gebeuren. Er komt een eind aan Satans hele systeem — politiek, religieus en commercieel. De profeten Ezechiël en Zefanja voorspelden dat goud en zilver, die altijd belangrijk zijn geweest in het commerciële systeem, waardeloos zullen worden (Ezech. 7:19; Zef. 1:18). Hoe zouden we ons voelen als we aan het eind van ons leven zouden beseffen dat we echte rijkdom hebben opgeofferd voor de ‘onrechtvaardige rijkdom’ van deze wereld? Waarschijnlijk als iemand die zijn hele leven gewerkt heeft voor een hoop geld om er vervolgens achter te komen dat het vals geld was (Spr. 18:11). Zulke rijkdom zal uiteindelijk wegvallen. Laat de kans dus niet voorbijgaan om zulke rijkdom te gebruiken om ‘vrienden te maken’ in de hemel. Alles wat we doen om de belangen van Jehovah’s Koninkrijk te bevorderen, maakt ons geestelijk rijk.
17, 18. Wat staat vrienden van God te wachten?
17 Wanneer Gods Koninkrijk komt, zullen er geen hypotheken en huur meer zijn, zullen er geen ziektekosten meer zijn en zal voedsel gratis en in overvloed zijn. Jehovah’s gezin op aarde zal genieten van het beste wat de aarde te bieden heeft. Goud, zilver en edelstenen zullen er voor de sier zijn — ze zullen niet als investering of spaargeld dienen. Hoogwaardige kwaliteit hout, stenen en metalen zullen vrij verkrijgbaar zijn om er prachtige huizen mee te bouwen. Vrienden zullen elkaar van harte helpen en niet voor het geld. Er zal een systeem komen dat de nieuwe standaard wordt: gezamenlijk de opbrengst van de aarde delen.
18 Dit is maar een deel van de onbetaalbare erfenis die degenen die vrienden in de hemel maken, zullen krijgen. Jehovah’s aanbidders op aarde zullen zielsgelukkig zijn als ze Jezus’ woorden horen: ‘Komt, gij op wie de zegen van mijn Vader rust, beërft het koninkrijk dat sedert de grondlegging der wereld voor u is bereid’ (Matth. 25:34).
a Jezus deed geen uitspraak over de vraag of de beschuldiging terecht was. Het Griekse woord dat in Lukas 16:1 met ‘beschuldigd’ is vertaald, kan ook betekenen dat er sprake was van laster. Maar in plaats van in te gaan op de redenen van het ontslag, focust Jezus op de reactie van de beheerder.
b Zie de Ontwaakt! van 22 juni 2003, blz. 18-22 voor het levensverhaal van Lucia Moussanett.