WIST U DIT?
Waarom werden bij een terechtstelling de benen van een misdadiger gebroken?
Toen Jezus en twee misdadigers aan een martelpaal werden terechtgesteld, verzochten de Joden Pilatus „dat men hun de benen zou breken en de lichamen zou wegnemen” (Johannes 19:31).
Volgens de Joodse Wet mocht het lichaam van een misdadiger dat aan een paal werd gehangen na een terechtstelling, „niet de hele nacht aan de paal (...) blijven hangen” (Deuteronomium 21:22, 23). Blijkbaar pasten de Joden diezelfde wet toe op personen die door de Romeinen aan een paal werden terechtgesteld. In het geval van Jezus en de twee misdadigers zou het breken van hun benen het stervensproces versnellen, waardoor ze begraven konden worden voordat de sabbat met zonsondergang begon.
In veel gevallen werd een veroordeelde met spijkers door zijn handen en voeten aan een paal genageld. Als de paal overeind werd gezet, kwam hij met zijn hele gewicht aan die spijkers te hangen, wat een ondraaglijke pijn veroorzaakte. Om te kunnen ademen moest hij zich tegen de spijker (of spijkers) in zijn voeten omhoogdrukken. Maar als zijn benen gebroken waren, ging dat niet. Dan zou hij vrij snel sterven door verstikking — als hij nog niet als gevolg van een shock gestorven was.
Hoe werd de steenslinger vroeger gebruikt?
De slinger was het wapen waarmee David de reus Goliath doodde. David leerde dit wapen blijkbaar gebruiken in de tijd dat hij herdersjongen was (1 Samuël 17:40-50).
De slinger is afgebeeld op Egyptische en Assyrische kunst uit Bijbelse tijden. Het wapen bestond uit een stukje leer of stof, waaraan twee riemen of koorden waren vastgemaakt. De slingeraar legde in dat middenstuk een gladde of ronde steen met een diameter van 5 tot 7,5 centimeter, die wel 250 gram kon wegen. Hij liet de slinger dan boven zijn hoofd ronddraaien, waarna hij de steen met grote kracht en precisie wegschoot door een van de koorden los te laten.
Bij opgravingen in het Midden-Oosten zijn een groot aantal slingerstenen gevonden die bij oorlogen in de oudheid zijn gebruikt. Geoefende soldaten slingerden stenen misschien wel met snelheden van 150 tot 250 kilometer per uur weg. Geleerden zijn het er niet over eens of de slinger hetzelfde bereik had als de boog, maar de slinger kon absoluut net zo dodelijk zijn (Rechters 20:16).