HOOFDSTUK 24
Niets kan ons ‘scheiden van Gods liefde’
1. Welke negatieve gevoelens hebben veel mensen, onder wie sommige ware christenen?
HOUDT Jehovah van jou persoonlijk? Sommigen zijn het ermee eens dat God van de mensheid als geheel houdt, zoals Johannes 3:16 zegt. Maar tegelijkertijd denken ze: God zou nooit van mij als individu kunnen houden. Zelfs ware christenen kunnen daar af en toe aan twijfelen. Eén Getuige zei ontmoedigd: ‘Ik vind het heel moeilijk te geloven dat God ook maar iets om me geeft.’ Heb jij ook weleens zulke twijfels?
2, 3. Wie wil ons laten geloven dat Jehovah ons niets waard vindt en niet van ons houdt, en hoe kun je tegen die gedachte vechten?
2 Satan wil ons heel graag laten geloven dat Jehovah niet van ons houdt en ons niet waardeert. Bedenk dat Satan mensen ertoe probeert te verleiden verkeerde ideeën te geloven (2 Korinthiërs 11:3). Vaak doet hij dat door ze te laten denken dat ze beter zijn dan anderen. Maar hij vindt het ook geweldig om mensen te laten geloven dat ze niets waard zijn (Johannes 7:47-49; 8:13, 44). Die leugen gebruikt hij vooral in deze moeilijke ‘laatste dagen’. Veel mensen groeien op in een gezin waar ‘geen natuurlijke genegenheid’ is. Anderen worden voortdurend geconfronteerd met mensen die wreed, egoïstisch en arrogant zijn (2 Timotheüs 3:1-5). Personen die jarenlang slecht zijn behandeld of het slachtoffer zijn geweest van racisme of haat kunnen ervan overtuigd zijn dat ze waardeloos zijn of dat niemand van ze kan houden.
3 Als jij zulke negatieve gevoelens hebt, geef de hoop dan niet op. Veel mensen zijn af en toe te hard voor zichzelf. Maar bedenk dat Gods Woord is bedoeld om ‘dingen recht te zetten’ en ‘bolwerken af te breken’ (2 Timotheüs 3:16; 2 Korinthiërs 10:4). De Bijbel zegt: ‘We zullen ons hart tegenover hem zekerheid geven in alles waarin ons hart ons misschien veroordeelt, want God is groter dan ons hart en weet alle dingen’ (1 Johannes 3:19, 20). We gaan naar vier manieren kijken waarop de Bijbel ons helpt om ‘ons hart zekerheid te geven’ dat Jehovah van ons houdt.
Jehovah vindt je kostbaar
4, 5. Hoe blijkt uit Jezus’ illustratie van het musje dat je in Jehovah’s ogen kostbaar bent?
4 Ten eerste zegt de Bijbel heel duidelijk dat God elke aanbidder van hem waardevol vindt. Jezus zei bijvoorbeeld: ‘Zijn twee mussen niet te koop voor een munt die weinig waard is? Toch zal er niet één musje op de grond vallen zonder dat jullie Vader het opmerkt. Zelfs de haren op je hoofd zijn allemaal geteld. Wees dus niet bang: jullie zijn meer waard dan een hele zwerm mussen’ (Mattheüs 10:29-31). Sta er eens bij stil wat die woorden betekenden voor de mensen tegen wie Jezus sprak.
5 Misschien vraag je je af waarom iemand een mus zou kopen. In Jezus’ tijd was de mus de goedkoopste vogel die als voedsel werd verkocht. Je kon voor één munt die weinig waard was twee mussen kopen. Maar later zei Jezus dat als je twee munten betaalde, je niet vier mussen kreeg maar vijf. Het extra vogeltje werd erbij gegeven alsof het niets waard was. Misschien waren die vogeltjes in de ogen van mensen waardeloos, maar hoe bezag de Schepper ze? Jezus zei: ‘Toch wordt er niet één [zelfs niet het vogeltje dat je er gratis bij kreeg] door God vergeten’ (Lukas 12:6, 7). Dat helpt ons om het punt te begrijpen dat Jezus duidelijk wilde maken. Als Jehovah zo veel waarde hecht aan één enkele mus, hoeveel meer is een mens dan waard! Zoals Jezus uitlegde, kent Jehovah elk detail van ons. Zelfs de haren op ons hoofd zijn geteld!
6. Hoe weten we dat Jezus niet overdreef toen hij zei dat de haren op ons hoofd geteld zijn?
6 Sommigen denken misschien dat Jezus overdreef toen hij zei dat Jehovah weet hoeveel haren er op ons hoofd groeien. Maar denk eens aan Jehovah’s belofte om de doden op te wekken. Om ons opnieuw te kunnen scheppen, moet hij alles van ons weten! Hij vindt ons zo kostbaar dat hij zich elk detail herinnert, ook onze genetische code en alle herinneringen en ervaringen van ons leven.a Vergeleken daarmee zou het tellen van onze haren, waarvan er gemiddeld zo’n 100.000 op iemands hoofd groeien, niet zo veel voorstellen.
Wat ziet Jehovah in ons?
7, 8. (a) Wat voor eigenschappen maken Jehovah blij als hij ze bij mensen aantreft? (b) Wat voor daden waardeert Jehovah?
7 Ten tweede leert de Bijbel ons wat Jehovah in zijn aanbidders waardeert. Hij is heel blij met onze goede eigenschappen en met alle moeite die we doen om hem te dienen. Koning David zei tegen zijn zoon Salomo: ‘Jehovah onderzoekt elk hart, en hij kent alle verlangens en gedachten’ (1 Kronieken 28:9). Wat moet het Jehovah blij maken als hij in deze gewelddadige wereld vol haat iemand vindt die van vrede, waarheid en rechtvaardigheid houdt! Wat doet Jehovah als hij iemand vindt die van hem houdt, die graag meer over hem wil weten en anderen over hem wil vertellen? Jehovah zegt dat hij aandacht heeft voor personen die anderen over hem vertellen. Hij heeft zelfs ‘een gedenkboek voor degenen die ontzag voor Jehovah hebben en voor degenen die mediteren over zijn naam’ (Maleachi 3:16). Zulke eigenschappen vindt hij heel kostbaar.
8 Wat voor goede daden waardeert Jehovah? In ieder geval waardeert hij alles wat we doen om zijn Zoon, Jezus Christus, na te volgen (1 Petrus 2:21). Een heel belangrijk werk dat God waardeert is de prediking van het goede nieuws van zijn Koninkrijk. In Romeinen 10:15 staat: ‘Prachtig zijn de voeten van degenen die goed nieuws over goede dingen bekendmaken!’ Misschien vind je je eigen voeten niet ‘prachtig’. Maar hier vertegenwoordigen ze de moeite die Jehovah’s aanbidders doen om het goede nieuws bekend te maken. Al die inspanningen vindt hij prachtig en kostbaar (Mattheüs 24:14; 28:19, 20).
9, 10. (a) Waarom kun je ervan overtuigd zijn dat Jehovah je volharding waardeert? (b) Wat doet Jehovah nooit als hij het hart van zijn trouwe aanbidders onderzoekt?
9 Jehovah waardeert ook onze volharding (Mattheüs 24:13). Satan zou graag willen dat je Jehovah de rug toekeert. Elke dag dat je Jehovah trouw blijft, is weer een dag dat je hebt geholpen een weerwoord te geven op Satans laster (Spreuken 27:11). Soms is het niet makkelijk om te volharden. Gezondheidsproblemen, geldzorgen, emotionele pijn en andere problemen kunnen elke dag heel zwaar maken. Ook kan het ontmoedigend zijn als verwachtingen maar niet worden waargemaakt (Spreuken 13:12). Als je ondanks zulke moeilijkheden volhardt, vindt Jehovah dat heel waardevol. Daarom vroeg koning David of Jehovah zijn tranen in een ‘waterzak’ wilde bewaren, en hij voegde er vol vertrouwen aan toe: ‘Staan ze niet in uw boek?’ (Psalm 56:8) Voor Jehovah zijn al onze tranen en het lijden dat we ondergaan terwijl we hem trouw blijven, iets heel kostbaars. Hij vergeet het niet.
Jehovah waardeert het als je ondanks beproevingen volhardt
10 Maar ondanks alle bewijzen dat Jehovah ons waardevol vindt, kan iemand nog steeds het gevoel hebben dat hij waardeloos is. Misschien blijft hij denken: ‘Maar er zijn zo veel anderen die het veel beter doen dan ik. Jehovah is vast heel teleurgesteld als hij me met hen vergelijkt!’ Jehovah vergelijkt je niet met anderen, en hij verwacht nooit meer van je dan je kunt (Galaten 6:4). Als Jehovah je hart onderzoekt, ziet hij zelfs het kleinste detail niet over het hoofd, en hij waardeert al het goede dat hij in je hart vindt.
Jehovah zoekt naar het goede
11. Wat kunnen we over Jehovah leren van de manier waarop hij Abia behandelde?
11 Ten derde: terwijl Jehovah ons onderzoekt, zoekt hij naar het goede in ons. Dat blijkt uit het volgende voorbeeld. Jehovah gaf opdracht om de hele afvallige dynastie van koning Jerobeam terecht te stellen. Maar hij zei dat Abia, een van de zoons van de koning, een fatsoenlijke begrafenis moest krijgen. Waarom? ‘Hij is de enige van het huis van Jerobeam in wie Jehovah, de God van Israël, iets goeds heeft gevonden’ (1 Koningen 14:1, 10-13). Jehovah ziftte als het ware het hart van die jonge man en vond daar ‘iets goeds’. Hoe klein of onbelangrijk dat goeds misschien ook was, Jehovah vond het de moeite waard om het in zijn Woord te laten opnemen. Hij beloonde Abia er zelfs voor, want hij toonde een passende mate van barmhartigheid voor dat ene lid van een afvallige dynastie.
12, 13. (a) Hoe blijkt uit het geval van koning Josafat dat Jehovah zelfs naar het goede in je zoekt als je een zonde begaat? (b) Hoe kijkt Jehovah naar je goede daden en eigenschappen, en wat zou hij nooit doen?
12 Een nog positiever voorbeeld van hoe Jehovah naar het goede zoekt, is dat van de goede koning Josafat. Toen de koning iets heel onverstandigs deed, zei Jehovah’s profeet tegen hem: ‘Om die reden is Jehovah woedend op je.’ Dat was een schokkende boodschap! Maar dat was niet de hele boodschap van Jehovah. Hij zei verder: ‘Toch zijn er goede dingen in je gevonden’ (2 Kronieken 19:1-3). Jehovah’s gerechtvaardigde woede maakte hem dus niet blind voor de goede kanten van Josafat. Onvolmaakte mensen reageren vaak heel anders. Als we kwaad zijn op anderen, vinden we het misschien moeilijk om hun goede kanten te zien. En als we een zonde begaan, kunnen we door teleurstelling, schaamte en schuldgevoelens blind worden voor onze eigen goede eigenschappen. Vergeet dan niet dat als je berouw hebt van je zonden en je best doet ze niet te herhalen, Jehovah je zal vergeven.
13 Terwijl Jehovah je zift, doet hij die zonden weg, net zoals een goudzoeker bij het zeven van grond het waardeloze grind weggooit. Hij bewaart alleen de kostbare stukjes goud. Jehovah doet hetzelfde met jouw goede daden en eigenschappen. Dat zijn de ‘goudklompjes’ die hij bewaart! Je hebt vast weleens gezien dat ouders de tekeningen of schoolprojecten van hun kinderen als een schat bewaren, soms tientallen jaren, terwijl de kinderen ze allang vergeten zijn. Jehovah is de meest liefhebbende Vader. Zolang we hem trouw blijven, zal hij onze goede daden en eigenschappen nooit vergeten. Hij zou het zelfs als onrechtvaardig bezien ze te vergeten, en hij is nooit onrechtvaardig (Hebreeën 6:10). Maar hij zift ons ook in een ander opzicht.
14, 15. (a) Waarom vindt Jehovah je kostbaar ondanks al je onvolmaaktheden? Illustreer dit. (b) Wat zal Jehovah doen met de goede dingen die hij in je aantreft, en hoe beziet hij zijn trouwe aanbidders?
14 Jehovah kijkt verder dan onze onvolmaaktheden en ziet ons potentieel. Ter illustratie: Mensen die van kunst houden, zullen veel moeite doen om zwaar beschadigde schilderijen of andere kunstwerken te restaureren. Toen iemand in de National Gallery in Londen een kogel afvuurde op een tekening van Leonardo da Vinci ter waarde van 20 miljoen pond, zei niemand dat de beschadigde tekening maar weggegooid moest worden. Experts begonnen meteen het bijna 500 jaar oude meesterstuk te restaureren. Waarom? Omdat kunstliefhebbers het werk kostbaar vonden. Ben jij niet meer waard dan een tekening op papier? Voor Jehovah ben je echt veel kostbaarder, ook al voel je je soms door je onvolmaaktheden heel waardeloos (Psalm 72:12-14). Jehovah, de kundige Schepper van de mensheid, zal alles doen wat nodig is om de schade die door zonde is veroorzaakt te herstellen en om mensen die van hem houden tot volmaaktheid te brengen (Handelingen 3:21; Romeinen 8:20-22).
15 Jehovah ziet dus het goede in jou dat je zelf misschien niet ziet. En terwijl je hem blijft dienen, zal hij het goede in jou laten groeien totdat je uiteindelijk volmaakt bent. Hoe Satans wereld je ook heeft behandeld, Jehovah vindt zijn trouwe aanbidders heel kostbaar (Haggaï 2:7).
Jehovah bewijst zijn liefde voor ons
16. Wat is het grootste bewijs van Jehovah’s liefde voor ons, en hoe weten we dat dit geschenk voor ons persoonlijk bedoeld is?
16 Ten vierde doet Jehovah veel om zijn liefde voor ons te bewijzen. Dat hij zijn Zoon voor ons heeft laten sterven, is het krachtigste bewijs dat Satan ongelijk had toen hij beweerde dat we waardeloos zijn of dat niemand van ons kan houden. Vergeet nooit dat de afschuwelijke dood die Jezus aan de martelpaal onderging en de nog ondraaglijker pijn die Jehovah leed toen hij zijn dierbare Zoon zag sterven, bewijzen dat ze veel van ons houden. Jammer genoeg vinden veel mensen het moeilijk te geloven dat dit geschenk voor hen persoonlijk bedoeld is. Ze denken dat ze dat niet waard zijn. Maar denk aan het voorbeeld van Paulus. Voordat hij christen werd, had hij Christus’ volgelingen vervolgd. Toch schreef hij: ‘De Zoon van God hield van mij en heeft zich voor mij overgegeven’ (Galaten 1:13; 2:20).
17. Door middel waarvan trekt Jehovah je tot zichzelf en tot zijn Zoon?
17 Jehovah bewijst zijn liefde voor ons door elk van ons te helpen voordeel te trekken van Christus’ slachtoffer. Jezus zei: ‘Iemand kan alleen bij mij komen als de Vader, die mij heeft gestuurd, hem trekt’ (Johannes 6:44). Jehovah trekt je persoonlijk tot zijn Zoon en geeft je de hoop op eeuwig leven. Hoe doet hij dat? Door de prediking heeft hij ervoor gezorgd dat je het goede nieuws hebt gehoord, en door zijn heilige geest helpt hij je om ondanks je onvolmaaktheden de Bijbel te begrijpen en toe te passen. Jehovah kan daarom over jou hetzelfde zeggen wat hij over Israël zei: ‘Met een eeuwige liefde heb ik van je gehouden. Daarom heb ik je met loyale liefde tot me getrokken’ (Jeremia 31:3).
18, 19. (a) Wat is de meest persoonlijke manier waarop Jehovah zijn liefde voor ons toont? (b) Hoe verzekert Gods Woord ons ervan dat Jehovah met empathie luistert?
18 Het voorrecht van het gebed is misschien wel de meest persoonlijke manier waarop we Jehovah’s liefde ervaren. De Bijbel nodigt ons uit om ‘zonder ophouden’ tot God te bidden (1 Thessalonicenzen 5:17). Hij luistert. Hij wordt zelfs de ‘Hoorder van gebeden’ genoemd (Psalm 65:2). Hij heeft dat aan niemand anders gedelegeerd, zelfs niet aan zijn eigen Zoon. Sta daar eens bij stil: de Schepper van het universum dringt er bij je op aan om tot hem te bidden en je hart bij hem uit te storten. En op welke manier luistert hij? Is hij koud, gevoelloos of onverschillig? Absoluut niet.
19 Jehovah heeft empathie. Wat is empathie? Een oudere Getuige zei: ‘Empathie is jouw pijn in mijn hart.’ Voelt Jehovah echt jouw pijn? Kijk eens hoe hij zich voelde toen zijn volk Israël het zwaar had: ‘In al hun ellende was het ellendig voor hem’ (Jesaja 63:9). Jehovah zag hun moeilijkheden niet alleen, hij voelde met het volk mee. Hoe intens Jehovah’s gevoelens zijn, blijkt uit wat hij zelf tegen zijn aanbidders zegt: ‘Wie aan jullie komt, komt aan mijn oogappel’ (Zacharia 2:8).b Als iemand je oog aanraakt, is dat heel pijnlijk! Jehovah voelt dus echt met ons mee. Als wij pijn hebben, heeft hij pijn.
20. Welke onevenwichtige manier van denken moeten we volgens Romeinen 12:3 vermijden?
20 Een evenwichtige christen zal nooit denken dat Jehovah’s liefde en waardering voor hem een reden zijn om trots of egoïstisch te worden. Paulus schreef: ‘Op grond van de onverdiende goedheid die mij is gegeven, zeg ik tegen jullie allemaal: denk niet meer van jezelf dan nodig is, maar denk verstandig, iedereen naar het geloof dat God hem heeft gegeven’ (Romeinen 12:3). Koester dus de liefde die je hemelse Vader voor je heeft, terwijl je ook ‘verstandig denkt’ door in gedachte te houden dat niemand van ons Gods liefde verdient of er recht op heeft (Lukas 17:10).
21. Welke leugens van Satan moet je blijven weerstaan, en waarvan moet je jezelf overtuigen?
21 Doe je uiterste best om al Satans leugens te verwerpen, inclusief de leugen dat je waardeloos bent of dat niemand van je kan houden. Misschien denk je door wat je hebt meegemaakt dat je zo slecht bent dat zelfs God niet van je kan houden. Of misschien denk je dat de goede dingen die je doet te onbelangrijk zijn om door God gezien te worden. Of misschien denk je dat je zonden zo erg zijn dat zelfs het offer van Gods dierbare Zoon niet groot genoeg is om ervoor te betalen. Maar dan heb je een leugen geleerd. Verwerp zulke leugens resoluut! Blijf ‘je hart zekerheid geven’ dat Paulus’ geïnspireerde woorden ook voor jou gelden: ‘Ik ben ervan overtuigd dat geen dood of leven, geen engelen, geen regeringen, geen dingen nu, geen dingen in de toekomst, geen krachten, geen hoogte of diepte en geen enkele andere schepping ons zal kunnen scheiden van Gods liefde in Christus Jezus, onze Heer’ (Romeinen 8:38, 39).
a De Bijbel brengt de opstandingshoop herhaaldelijk in verband met Jehovah’s herinnering. De trouwe Job zei tegen Jehovah: ‘Stel een tijdslimiet voor mij vast en denk dan weer aan mij!’ (Job 14:13) Jezus had het over de opstanding van ‘alle mensen die in de herinneringsgraven zijn’. Dat was passend omdat Jehovah zich de doden die hij wil opwekken, volmaakt herinnert (Johannes 5:28, 29).
b Sommige vertalingen zeggen hier dat degene die Gods volk aanraakt, niet Gods oog aanraakt maar zijn eigen oog of Israëls oog. Deze fout werd geïntroduceerd door enkele kopiisten die dit gedeelte oneerbiedig vonden en de tekst daarom aanpasten. Maar daarmee verwijderden ze de mooie gedachte hoeveel empathie Jehovah voor zijn volk heeft.