Hoofdstuk 27
Gods koninkrijk wordt geboren!
Visioen 7 — Openbaring 12:1-17
Onderwerp: De hemelse vrouw baart, Michaël strijdt tegen Satan en werpt hem naar de aarde
Tijd waarin vervuld: Vanaf het op de troon plaatsen van Christus Jezus in 1914 tot aan de grote verdrukking
1. Hoe zal een begrip van de in Openbaring hoofdstuk 12–14 beschreven tekenen ons helpen?
HET heilige geheim van God is ontsluierd (Openbaring 10:7). Jehovah’s koninkrijk in handen van zijn Messías is nu een dynamische realiteit. Het regeert! De aanwezigheid ervan beduidt de ondergang voor Satan en zijn zaad, en luisterrijke zegepraal voor het Zaad van Gods hemelse organisatie. De zevende engel heeft het blazen op zijn trompet echter nog niet beëindigd, want hij heeft ons nog veel meer over het derde wee te onthullen (Openbaring 11:14). De in Openbaring hoofdstuk 12–14 beschreven tekenen zullen ons helpen een breder begrip te krijgen van alles wat bij dat wee en bij het tot een einde brengen van Gods heilige geheim betrokken is.
2. (a) Welk grote teken ziet Johannes? (b) Wanneer werd de betekenis van het grote teken onthuld?
2 Johannes ziet nu een groot teken — een teken dat van buitengewoon belang is voor Gods volk. Het leidt een opwindend profetisch visioen in, waarvan de betekenis voor het eerst in The Watch Tower van 1 maart 1925 werd gepubliceerd in een artikel getiteld „De geboorte van de natie” en vervolgens nogmaals in 1926 in het boek Deliverance. Deze heldere lichtflits van bijbels inzicht werd een historisch baken in de vooruitgang van Jehovah’s werk. Laat Johannes dus het drama beschrijven als het zich begint te ontvouwen: „En er werd een groot teken gezien in de hemel: een vrouw getooid met de zon, en de maan was onder haar voeten, en op haar hoofd was een kroon van twaalf sterren, en zij was zwanger. En zij schreeuwt het uit in haar weeën en in haar barensnood.” — Openbaring 12:1, 2.
3. Wie is de vrouw die in de hemel gezien wordt?
3 Voor de eerste maal ziet Johannes een vrouw in de hemel. Zij is natuurlijk geen letterlijke vrouw. Zij is veeleer een teken of een symbool (Openbaring 1:1). Wat stelt zij zinnebeeldig voor? In de geïnspireerde profetieën zijn vrouwen soms een afbeelding van organisaties die „gehuwd” zijn met eminente persoonlijkheden. In de Hebreeuwse Geschriften wordt Israël als een vrouw van Jehovah God aangeduid (Jeremia 3:14). In de Griekse Geschriften wordt de gemeente van gezalfde christenen Christus’ bruid genoemd (Openbaring 21:9-14). De vrouw die Johannes hier ziet, is ook met iemand getrouwd, en zij staat op het punt te baren. Wie is haar echtgenoot? Welnu, later wordt haar kind „weggerukt tot God en tot zijn troon” (Openbaring 12:5). Daarmee eist Jehovah als vader het kind voor zich op. De vrouw die Johannes ziet, moet derhalve Jehovah’s symbolische echtgenote zijn.
4. Wie zijn de zonen van Gods symbolische vrouw, en hoe noemt de apostel Paulus de vrouw die door Johannes gezien wordt?
4 Ongeveer acht eeuwen voordien had Jehovah deze symbolische vrouw als volgt toegesproken: „Al uw zonen zullen door Jehovah onderwezen personen zijn” (Jesaja 54:5, 13). Jezus haalde deze profetie aan en liet zien dat deze zonen zijn getrouwe volgelingen waren, die later de gemeente van gezalfde christenen vormden (Johannes 6:44, 45). Leden van deze gemeente, die in de bijbel Gods zonen worden genoemd, zijn dus ook kinderen van Gods symbolische vrouw (Romeinen 8:14). De apostel Paulus voegt het laatste stukje informatie toe wanneer hij zegt: „Het Jeruzalem dat boven is, is vrij, en dat is onze moeder” (Galaten 4:26). De „vrouw” die door Johannes gezien wordt, is derhalve „het Jeruzalem dat boven is”.
5. Wat is het Jeruzalem dat boven is in werkelijkheid, aangezien Jehovah’s symbolische vrouw met 12 sterren gekroond is?
5 Maar wat is het Jeruzalem dat boven is nu precies? Aangezien Paulus over haar zegt dat zij „boven” is en Johannes haar in de hemel ziet, is het duidelijk dat zij niet een aardse stad is; ook is zij niet hetzelfde als het „Nieuwe Jeruzalem”, aangezien die organisatie de bruid van Christus is, niet Jehovah’s vrouw (Openbaring 21:2). Merk op dat zij met 12 sterren gekroond is. Het getal 12 houdt verband met organisatorische volledigheid.a Deze 12 sterren schijnen er derhalve op te duiden dat zij een organisatorische regeling in de hemel is, net zoals het Jeruzalem uit de oudheid een organisatorische regeling op aarde was. Het Jeruzalem dat boven is, is Jehovah’s universele organisatie van geestelijke schepselen die als een vrouw voor hem is, zowel door hem te dienen als door nageslacht voort te brengen.
6. (a) Wat wordt te kennen gegeven door het feit dat de vrouw die door Johannes gezien wordt, getooid is met de zon, de maan onder haar voeten heeft en op haar hoofd een kroon van sterren heeft? (b) Wat wordt door de barensweeën van de zwangere vrouw afgebeeld?
6 Johannes ziet dat deze vrouw getooid is met de zon en de maan onder haar voeten heeft. Wanneer wij hier nog haar kroon van sterren aan toevoegen, is zij volledig omgeven door hemelse lichten. Gods gunst beschijnt haar dag en nacht. Wat een passend symbool van Jehovah’s luisterrijke hemelse organisatie! Zij is ook zwanger en verkeert in barensweeën. Uit haar geroep om goddelijke hulp blijkt dat haar tijd om te baren is aangebroken. In de bijbel beelden barensweeën vaak het harde werk af dat nodig is om een belangrijk resultaat voort te brengen. (Vergelijk in dit verband Psalm 90:2; Spreuken 25:23; Jesaja 66:7, 8.) Ongetwijfeld onderging Jehovah’s hemelse organisatie dergelijke barensweeën toen ze zich op deze historische geboorte voorbereidde.
Een grote vuriggekleurde draak
7. Welk ander teken ziet Johannes in de hemel?
7 Wat ziet Johannes vervolgens? „En er werd een ander teken gezien in de hemel, en zie! een grote vuriggekleurde draak, met zeven koppen en tien horens en op zijn koppen zeven diademen; en zijn staart sleept een derde deel van de sterren des hemels mee, en hij slingerde ze naar de aarde. En de draak bleef voor de vrouw staan, die op het punt stond te baren, om zodra zij gebaard had, haar kind te verslinden.” — Openbaring 12:3, 4.
8. (a) Identificeer de grote vuriggekleurde draak. (b) Waarop duidt het feit dat de draak zeven koppen, tien horens en een diadeem op elk van zijn koppen heeft?
8 Deze draak is Satan, „de oorspronkelijke slang” (Openbaring 12:9; Genesis 3:15). Hij is een meedogenloze verdelger — een zevenkoppige draak of verslinder, die zijn prooi volledig kan verzwelgen. Maar wat ziet hij er vreemd uit! Die zeven koppen en tien horens duiden erop dat hij de meester-architect is van het politieke wilde beest dat weldra beschreven zal worden in Openbaring hoofdstuk 13. Ook dit beest heeft zeven koppen en tien horens. Aangezien Satan een diadeem op elk van zijn koppen heeft — zeven in totaal — kunnen wij er zeker van zijn dat de wereldmachten die in dat wilde beest vertegenwoordigd zijn, onder zijn heerschappij staan (Johannes 16:11). De tien horens zijn een passend symbool van de volledigheid van de macht die hij in deze wereld uitoefent.
9. Wat wordt te kennen gegeven door het feit dat de staart van de draak „een derde deel van de sterren des hemels” meesleept en naar de aarde slingert?
9 De draak heeft ook autoriteit in het geestenrijk. Met zijn staart „sleept [hij] een derde deel van de sterren des hemels mee”. Sterren kunnen engelen afbeelden (Job 38:7). Dat er gewag wordt gemaakt van „een derde deel” zou beklemtonen dat een aanzienlijk aantal engelen door Satan misleid is. Toen dezen zich eenmaal onder zijn heerschappij bevonden, was er voor hen geen ontkoming meer mogelijk. Zij konden niet tot Gods heilige organisatie terugkeren. Zij werden demonen, als het ware meegesleept door Satan, hun koning of heerser (Matthéüs 12:24). Satan slingerde hen ook naar de aarde. Dit heeft ongetwijfeld betrekking op de tijd van Noach voorafgaande aan de Vloed, toen Satan de ongehoorzame zonen Gods ertoe bracht naar de aarde te gaan en betrekkingen met de dochters der mensen te hebben. Als straf zijn deze „engelen die zondigden”, door God in de met een gevangenis te vergelijken toestand genaamd Tártarus geworpen. — Genesis 6:4; 2 Petrus 2:4; Judas 6.
10. Welke tegen elkaar gekante organisaties verschijnen in het beeld, en waarom probeert de draak het kind te verslinden zodra de vrouw het gebaard heeft?
10 Aldus zijn twee tegen elkaar gekante organisaties duidelijk in het beeld verschenen — Jehovah’s hemelse organisatie, afgebeeld door de vrouw, en Satans demonische organisatie, die Gods soevereiniteit uitdaagt. De grote strijdvraag inzake soevereiniteit moet beslecht worden. Maar hoe? Satan, die nog steeds de demonen met zich meesleept, is gelijk een gevaarlijk roofdier dat een potentieel slachtoffer te pakken probeert te krijgen. Hij wacht op het tijdstip dat de vrouw zal baren. Hij wil dit kind dat geboren wordt, verslinden, want hij weet dat het een onheilspellende bedreiging vormt voor zowel zijn eigen verdere bestaan als dat van de wereld waarover hij heerschappij uitoefent. — Johannes 14:30.
Een zoon, een mannelijk kind
11. Hoe beschrijft Johannes de geboorte van het kind van de vrouw, en waarom wordt het kind „een zoon, een mannelijk kind” genoemd?
11 De bestemde tijd gedurende welke de natiën zonder inmenging van Gods zijde zouden regeren, eindigde in 1914 (Lukas 21:24). Toen, precies op tijd, baarde de vrouw haar kind: „En zij baarde een zoon, een mannelijk kind, dat alle natiën zal weiden met een ijzeren staf. En haar kind werd weggerukt tot God en tot zijn troon. En de vrouw vluchtte naar de wildernis, waar zij een door God bereide plaats heeft, opdat men haar daar zou voeden gedurende duizend tweehonderd zestig dagen” (Openbaring 12:5, 6). Het kind is „een zoon, een mannelijk kind”. Waarom gebruikt Johannes deze nadrukkelijke, dubbele vorm? Hij doet dit om des te sterker te laten uitkomen dat het kind geschikt en bekwaam is en over de toereikende macht beschikt om de natiën te regeren. Er wordt ook door beklemtoond wat een gewichtige en vreugdevolle gelegenheid deze geboorte is! Ze is een hoofdfactor in het tot een einde brengen van het heilige geheim van God. Ja, dit mannelijke kind zal ’alle natiën zelfs weiden met een ijzeren staf’!
12. (a) Welke profetische belofte betreffende Jezus heeft Jehovah in de Psalmen gedaan? (b) Wat wordt afgebeeld door het feit dat de vrouw een zoon baarde die „alle natiën zal weiden met een ijzeren staf”?
12 Welnu, klinkt die uitdrukking u bekend in de oren? Ja, Jehovah heeft betreffende Jezus de volgende profetische belofte gedaan: „Gij zult ze breken met een ijzeren scepter, alsof ze een pottenbakkersvat waren, zult gij ze stukslaan” (Psalm 2:9). Betreffende hem werd ook geprofeteerd: „De staf van uw sterkte zal Jehovah uit Sion zenden, zeggend: ’Ga onderwerpen te midden van uw vijanden’” (Psalm 110:2). Derhalve houdt de geboorte die Johannes ziet, nauw verband met Jezus Christus. Nee, er wordt hier niet gedoeld op Jezus’ geboorte uit een maagd voordat de eerste eeuw van onze gewone tijdrekening begon; ook niet op de gebeurtenis die zich in 33 G.T. voltrok, toen Jezus werd opgewekt en wederom geestelijk leven ontving. Bovendien is hier niet van transmigratie sprake. Het gaat hier veeleer om de geboorte van Gods koninkrijk, dat in 1914 een realiteit werd toen Jezus — die nu bijna twintig eeuwen in de hemel is — als Koning op de troon werd geplaatst. — Openbaring 12:10.
13. Waarop duidt het feit dat het mannelijke kind wordt „weggerukt tot God en tot zijn troon”?
13 Jehovah zou nooit toelaten dat Satan Zijn vrouw of Zijn pasgeboren zoon zou verslinden! Zodra het mannelijke kind geboren is, wordt het „weggerukt tot God en tot zijn troon”. Daardoor komt het onder de volledige bescherming van Jehovah, die ten volle zorg zal dragen voor dit pasgeboren Koninkrijk, Zijn werktuig voor het heiligen van Zijn heilige naam. Terzelfder tijd vlucht de vrouw naar een plaats die God voor haar heeft bereid in de wildernis. Hierover later meer bijzonderheden! Wat Satan betreft, het toneel is nu gereedgemaakt voor een uitermate belangrijke gebeurtenis die het voor hem absoluut onmogelijk zal maken ooit nog een bedreiging te vormen voor het koninkrijk in de hemel. Welke gebeurtenis is dit?
Oorlog in de hemel!
14. (a) Welke gebeurtenis maakt het, zoals Johannes het vertelt, voor Satan onmogelijk ooit nog een bedreiging te vormen voor het Koninkrijk? (b) Tot welke omgeving worden Satan en zijn demonen beperkt?
14 Johannes vertelt ons: „En er brak oorlog uit in de hemel: Michaël en zijn engelen streden tegen de draak, en de draak en zijn engelen streden, maar hij zegevierde niet, en ook werd er voor hen geen plaats meer gevonden in de hemel. Neergeslingerd werd daarom de grote draak, de oorspronkelijke slang, die Duivel en Satan wordt genoemd, die de gehele bewoonde aarde misleidt; neergeslingerd werd hij naar de aarde, en zijn engelen werden met hem neergeslingerd” (Openbaring 12:7-9). Als een dramatische ontwikkeling in het tot een einde brengen van het heilige geheim van God worden Satan en zijn demonen uit de hemel verdreven en neergeslingerd naar de aarde. Degene die de gehele bewoonde aarde zodanig heeft misleid dat hij de god ervan is geworden, wordt ten slotte beperkt tot de omgeving van deze planeet, waar zijn opstand aanvankelijk is begonnen. — 2 Korinthiërs 4:3, 4.
15, 16. (a) Wie is Michaël, en hoe weten wij dit? (b) Waarom is het passend dat Michaël degene is die Satan uit de hemel naar beneden slingert?
15 Wie brengen deze grote overwinning in Jehovah’s naam tot stand? De bijbel zegt dat Michaël en zijn engelen dit doen. Maar wie is Michaël? „Michaël” betekent „Wie is gelijk God?” Derhalve moet Michaëls belangstelling ernaar uitgaan Jehovah’s soevereiniteit te rechtvaardigen door te bewijzen dat niemand met Hem vergeleken kan worden. In Judas vers 9 wordt hij „de aartsengel Michaël” genoemd. Het is interessant dat de titel „aartsengel” elders in de bijbel wordt gebruikt in verband met slechts de ene persoon Jezus Christus.b Paulus zegt over hem: „De Heer zelf zal uit de hemel neerdalen met een bevelende roep, met de stem van een aartsengel en met Gods trompet” (1 Thessalonicenzen 4:16). De titel „aartsengel” betekent „het hoofd van de engelen”. Daarom wekt het geen verbazing dat de Openbaring over „Michaël en zijn engelen” spreekt. Op andere plaatsen in de bijbel waar gesproken wordt over engelen die aan een rechtvaardige dienstknecht van God onderworpen zijn, wordt op Jezus gedoeld. Zo spreekt Paulus over „de openbaring van de Heer Jezus vanuit de hemel met zijn krachtige engelen”. — 2 Thessalonicenzen 1:7; zie ook Matthéüs 24:30, 31; 25:31.
16 Deze en andere schriftplaatsen brengen ons tot de onvermijdelijke conclusie dat Michaël niemand anders is dan de Heer Jezus Christus in zijn hemelse positie. Thans, in de dag des Heren, gaat hij verder dan enkel tot Satan te zeggen: „Jehovah bestraffe u.” Aangezien dit een oordeelstijd is, slingert Jezus, als Michaël, de goddeloze Satan en zijn demonenengelen uit de hemel naar beneden (Judas 9; Openbaring 1:10). Het is zeer passend dat Hij Degene zou zijn die dit doet, aangezien Hij de pas geïnstalleerde Koning is. Jezus is ook het Zaad, dat destijds in Eden werd beloofd en uiteindelijk de kop van de Slang zal vermorzelen, waardoor hij hem voor altijd zal wegvagen (Genesis 3:15). Door Satan uit de hemel te verdrijven, heeft Jezus een stap in de richting van die definitieve vermorzeling gedaan.
’Weest vrolijk, gij hemelen’
17, 18. (a) Hoe reageert de hemel, zoals Johannes bericht, op Satans val uit de hemel? (b) Uit welke bron is de luide stem die Johannes hoort waarschijnlijk afkomstig?
17 Johannes bericht dat er in de hemel grote vreugde is over deze kolossale val van Satan: „En ik hoorde een luide stem in de hemel zeggen: ’Nu is gekomen de redding en de kracht en het koninkrijk van onze God en de autoriteit van zijn Christus, want de beschuldiger van onze broeders, die hen dag en nacht voor onze God beschuldigt, is neergeslingerd! En zij hebben hem overwonnen wegens het bloed van het Lam en wegens het woord van het getuigenis dat zij hebben afgelegd, en zij hebben hun ziel niet liefgehad, zelfs niet wanneer zij met de dood werden geconfronteerd. Weest hierom vrolijk, gij hemelen en gij die daarin verblijft!’” — Openbaring 12:10-12a.
18 Wiens luide stem hoort Johannes? De bijbel zegt dit niet. Maar een soortgelijke uitroep die in Openbaring 11:17 staat opgetekend, was afkomstig van de uit de doden opgewekte 24 oudere personen in hun hemelse positie, waar zij nu de 144.000 heiligen kunnen vertegenwoordigen (Openbaring 11:18). En aangezien de vervolgde gezalfden die nog op aarde zijn hier „onze broeders” worden genoemd, zou deze verklaring heel goed uit dezelfde bron afkomstig kunnen zijn. Ongetwijfeld kunnen deze getrouwen hun stemmen aan deze uitroep toevoegen, aangezien hun opstanding zou plaatsvinden spoedig nadat Satan en zijn demonenhorden uit de hemel waren geworpen.
19. (a) Waartoe opent het feit dat het heilige geheim van God tot een einde wordt gebracht, voor Jezus de weg? (b) Wat blijkt uit het feit dat Satan „de beschuldiger van onze broeders” wordt genoemd?
19 Dat het heilige geheim van God tot een einde wordt gebracht, betekent dat Jezus het wettige gezag in Jehovah’s koninkrijk op zich moet nemen. Aldus wordt voor God de weg geopend om zijn grote voornemen te verwezenlijken dat erin bestaat de getrouwe mensheid te bevrijden. Jezus bewerkt niet alleen redding voor zijn godvrezende discipelen die zich thans op aarde bevinden, maar ook voor de talloze miljoenen doden die in Gods herinnering zijn (Lukas 21:27, 28). Dat Satan „de beschuldiger van onze broeders” wordt genoemd, laat zien dat hij, ook al waren zijn tegen Job ingebrachte beschuldigingen vals gebleken, desondanks de rechtschapenheid van Gods aardse dienstknechten in twijfel is blijven trekken. Blijkbaar heeft hij bij vele gelegenheden de beschuldiging herhaald dat een mens al wat hij heeft, zal geven in ruil voor zijn ziel. Wat een verschrikkelijke misrekening van Satan! — Job 1:9-11; 2:4, 5.
20. Hoe hebben getrouwe christenen Satan overwonnen?
20 Gezalfde christenen, die rechtvaardig gerekend worden „wegens het bloed van het Lam”, blijven ondanks vervolging getuigenis afleggen omtrent God en Jezus Christus. Reeds meer dan 120 jaar vestigt deze Johannesklasse de aandacht op de belangrijke strijdpunten die verband houden met het eindigen van de tijden der heidenen in 1914 (Lukas 21:24, Statenvertaling). En de leden van de grote schare dienen nu loyaal aan hun zijde. Geen van dezen is bevreesd „voor hen die het lichaam doden maar de ziel niet kunnen doden”, zoals in onze tijd telkens weer uit de ervaringen van Jehovah’s Getuigen is gebleken. Door hun woorden en door een juist christelijk gedrag hebben zij Satan overwonnen, want juist daardoor bewijzen zij voortdurend dat hij een leugenaar is (Matthéüs 10:28; Spreuken 27:11; Openbaring 7:9). Wat moeten gezalfde christenen bij hun opwekking tot leven in de hemel gelukkig zijn, aangezien Satan daar niet meer is om hun broeders te beschuldigen! Het is er inderdaad de tijd voor dat het hele heerleger van engelen vreugdevol gehoor geeft aan de oproep: „Weest . . . vrolijk, gij hemelen en gij die daarin verblijft!”
Een concurrerend wee!
21. Hoe heeft Satan wee over de aarde en over de zee gebracht?
21 Woedend vanwege het derde wee is Satan nu vastbesloten de mensheid te kwellen met zijn eigen speciale soort van wee. Wij lezen: „Wee de aarde en de zee, want de Duivel is tot u neergedaald, en hij heeft grote toorn, daar hij weet dat hij slechts een korte tijdsperiode heeft” (Openbaring 12:12b). Dat Satan uit de hemel is verwijderd, betekent inderdaad wee voor de letterlijke aarde, die geruïneerd wordt door zelfzuchtige mensen die onder zijn heerschappij staan (Deuteronomium 32:5). Wat nog erger is, Satans beleid van ’heers of vernietig’ brengt wee over de symbolische aarde, het samenstel van de mensenmaatschappij, en ook over de symbolische zee, de onstuimige mensenmassa zelf. Tijdens de twee wereldoorlogen werd Satans gramschap weerspiegeld in de gramschap van de natiën die aan hem onderworpen waren, en soortgelijke uitbarstingen van demonische woede zijn er tot op de dag van vandaag — maar niet lang meer! (Markus 13:7, 8) Doch hoe verschrikkelijk de snode plannen van de Duivel ook mogen zijn, ze zullen absoluut in het niet verzinken bij de rampzalige uitwerking die het derde wee — het handelend optreden van de zijde van Gods koninkrijk — op Satans zichtbare organisatie zal hebben!
22, 23. (a) Wat gebeurt er nadat de draak neergeslingerd is naar de aarde? (b) Hoe kan de draak ’de vrouw vervolgen die het mannelijke kind had gebaard’?
22 Sedert Satans noodlottige verwijdering uit de hemel hebben de nog op aarde vertoevende broeders van Christus het meest te lijden van zijn gramschap. Johannes bericht: „Toen nu de draak zag dat hij neergeslingerd was naar de aarde, vervolgde hij de vrouw die het mannelijke kind had gebaard. Maar aan de vrouw werden de twee vleugels van de grote arend gegeven, om naar de wildernis te vliegen, naar haar plaats; daar wordt zij buiten het gezicht van de slang gevoed gedurende een tijd en tijden en een halve tijd.” — Openbaring 12:13, 14.
23 Hier haakt het visioen weer in op de gedachte die werd geïntroduceerd in vers 6, waarin ons wordt verteld dat de vrouw na de geboorte van haar kind de wildernis invlucht, buiten het gezicht van de draak. Wij vragen ons misschien af hoe de draak de vrouw kan vervolgen, aangezien zij zich in de hemel bevindt en de draak nu neergeworpen is naar de aarde. Welnu, houd in gedachte dat de vrouw hier op aarde kinderen heeft, haar zaad. Later in dit visioen wordt ons verteld dat Satan zijn woede jegens de vrouw tot uitdrukking brengt door haar zaad te vervolgen (Openbaring 12:17). Wat het zaad van de vrouw hier op aarde overkomt, kan beschouwd worden als iets dat de vrouw zelf overkomt. (Vergelijk Matthéüs 25:40.) En het toenemende aantal metgezellen van het zaad hier op aarde zou deze vervolgingen eveneens ondergaan.
Een nieuwe natie
24. Welke ervaring van de Bijbelonderzoekers kwam overeen met de bevrijding van de Israëlieten uit Egypte?
24 Terwijl de Eerste Wereldoorlog aan de gang was, zetten Jezus’ broeders in de mate dat dit mogelijk was, hun getuigeniswerk getrouw voort. Dit werd gedaan ondanks toenemende tegenstand van de zijde van Satan en zijn boosaardige handlangers. Ten slotte werd het openbare getuigeniswerk van de Bijbelonderzoekers praktisch tot stilstand gebracht (Openbaring 11:7-10). Toen maakten zij iets mee dat vrijwel overeenkwam met de ervaring van de Israëlieten in Egypte, die ook onder zware onderdrukking standhielden. Destijds bracht Jehovah hen snel, als op arendsvleugels, naar een plaats van veiligheid in de Sinaïwoestijn (Exodus 19:1-4). Insgelijks bevrijdde Jehovah na de bittere vervolging van 1918-1919 zijn getuigen, die zijn vrouw vertegenwoordigden, en bracht hen in een geestelijke situatie die voor hen even veilig was als de woestijn voor de Israëlieten. Dit geschiedde als een verhoring van hun gebeden. — Vergelijk Psalm 55:6-9.
25. (a) Wat bracht Jehovah in 1919 voort, vrijwel op dezelfde wijze als hij de Israëlieten in de wildernis als natie voortbracht? (b) Uit wie bestaat deze natie, en waarin zijn zij binnengevoerd?
25 In de wildernis bracht Jehovah de Israëlieten als natie voort en verzorgde hen in geestelijk en fysiek opzicht. Zo bracht Jehovah ook vanaf 1919 het zaad van de vrouw als een geestelijke natie voort. Dit moet niet verward worden met het Messiaanse koninkrijk, dat sinds 1914 vanuit de hemelen regeert. Deze nieuwe natie bestaat veeleer uit het overblijfsel van gezalfde getuigen op aarde, die in 1919 een schitterende geestelijke staat werden binnengevoerd. Aangezien hun nu „te rechter tijd hun mate van voedselbenodigdheden” werd gegeven, werden zij gesterkt voor het werk dat voor de boeg lag. — Lukas 12:42; Jesaja 66:8.
26. (a) Hoe lang duurt de tijdsperiode die in Openbaring 12:6, 14 vermeld wordt? (b) Wat was het doel van de periode van drie en een halve tijd, wanneer ving die aan en wanneer eindigde ze?
26 Hoe lang duurde dit respijt voor het zaad van Gods vrouw? Openbaring 12:6 zegt 1260 dagen. Openbaring 12:14 noemt de periode een tijd, tijden en een halve tijd; met andere woorden, drie en een halve tijd. In feite betekenen beide uitdrukkingen drie en een half jaar, die zich op het noordelijk halfrond van de lente van 1919 tot de herfst van 1922 uitstrekten. Dit was een periode van verkwikkende recuperatie en reorganisatie voor de herstelde Johannesklasse.
27. (a) Wat deed de draak, zoals Johannes bericht, na 1922? (b) Met welk oogmerk braakte Satan een vloedgolf van vervolging uit tegen de Getuigen?
27 De draak gaf het niet op! „En de slang braakte uit zijn bek de vrouw water achterna, een rivier gelijk, opdat de rivier haar zou verdrinken” (Openbaring 12:15). Wat wordt bedoeld met ’water, een rivier gelijk,’ of „een vloed van water”? (The New English Bible) Koning David uit de oudheid sprak over de goddeloze mannen die hem tegenstand boden, als over „stortvloeden van nietswaardige mannen [„stromen der waardelozen”, Young]” (Psalm 18:4, 5, 16, 17). Ook in deze tijd ontketent Satan vervolging door waardeloze of „nietswaardige mannen”. Na 1922 braakte Satan een vloedgolf van vervolging uit tegen de Getuigen (Matthéüs 24:9-13). Deze vervolging nam onder andere de vorm aan van fysiek geweld, ’moeite beramen op gezag der verordening’, gevangenzetting en zelfs terechtstelling door ophanging, een vuurpeloton en onthoofding (Psalm 94:20). De vernederde Satan, aan wie de rechtstreekse toegang tot Gods hemelse vrouw was ontzegd, ging er in grote toorn toe over de overgebleven leden van haar zaad op aarde aan te vallen en hen te verdelgen, hetzij rechtstreeks of door te bewerken dat zij wegens het verbreken van hun rechtschapenheid Gods gunst verloren. Maar zij bleken net zo vastberaden te zijn als Job, die zei: „Totdat ik de laatste adem uitblaas, zal ik mijn rechtschapenheid niet van mij laten wijken!” — Job 27:5.
28. Hoe bereikte de vloedgolf van vervolging een hoogtepunt tijdens de Tweede Wereldoorlog?
28 Deze boosaardige vloedgolf van vervolging bereikte een hoogtepunt tijdens de Tweede Wereldoorlog. In Europa werden zo’n 12.000 Getuigen in nazi-concentratiekampen en gevangenissen opgesloten, en zo’n 2000 zijn gestorven. Onder de militaire machthebbers die over Italië, Japan, Korea en Taiwan heersten, hebben getrouwe Getuigen een soortgelijke wrede behandeling ondergaan. Zelfs in zogenaamd democratische landen werden de Getuigen door Katholieke Actie-groepen aangevallen, met teer ingesmeerd en door de veren gerold, en de stad uit gejaagd. Christelijke vergaderingen werden ontbonden en kinderen van Getuigen werden van school gestuurd.
29. (a) Hoe beschrijft Johannes dat er vanuit een onverwachte bron verademing kwam? (b) Hoe ’kwam de aarde de vrouw te hulp’? (c) Wat is de draak blijven doen?
29 Verademing kwam uit een onverwachte bron: „Maar de aarde kwam de vrouw te hulp, en de aarde opende haar mond en verzwolg de rivier die de draak uit zijn bek had gebraakt. En de draak werd toornig op de vrouw en ging heen om oorlog te voeren tegen de overgeblevenen van haar zaad, die de geboden van God onderhouden en het werk hebben dat bestaat in het getuigenis afleggen omtrent Jezus” (Openbaring 12:16, 17). „De aarde” — elementen binnen Satans eigen samenstel van dingen — begon „de rivier” of „vloed” te verzwelgen. Gedurende de jaren ’40 werden er door het Hooggerechtshof van de Verenigde Staten, alsook door regeringsmachten in enkele andere landen die de vrijheid van aanbidding hoog hielden, een reeks gunstige uitspraken ten aanzien van de Getuigen gedaan. Ten slotte verzwolgen de geallieerde natiën de moloch van het nazi-fascisme, wat een verademing was voor de Getuigen die onder wrede dictaturen hadden geleden. Vervolgingen hielden niet helemaal op, want de gramschap van de draak duurt tot op heden voort en hij blijft oorlog voeren tegen degenen die „het werk hebben dat bestaat in het getuigenis afleggen omtrent Jezus”. In veel landen bevinden loyale Getuigen zich nog steeds in de gevangenis, en nog steeds sterven er sommigen omdat zij aan hun rechtschapenheid vasthouden. Maar in enkele van deze landen verminderen de autoriteiten van tijd tot tijd de druk die zij uitoefenen en genieten de Getuigen een grotere mate van vrijheid.c Aldus blijft de aarde als een vervulling van de profetie de rivier van vervolging verzwelgen.
30. (a) Wat kon er plaatsvinden omdat de aarde voldoende verademing heeft verschaft? (b) Waarin resulteert de rechtschapenheid van Gods volk?
30 Op deze wijze heeft de aarde voldoende verademing verschaft om het mogelijk te maken dat Gods werk zich tot zo’n 235 landen heeft uitgebreid en er ruim zes miljoen getrouwe predikers van het goede nieuws zijn voortgebracht. Samen met de overgeblevenen van het zaad van de vrouw onderhoudt een grote internationale schare van nieuwe gelovigen de geboden van God met betrekking tot afgescheidenheid van de wereld, een reine moraal en liefde voor de broeders, en zij leggen getuigenis af van het Messiaanse koninkrijk. Hun rechtschapenheid vormt een antwoord op Satans smadelijke uitdaging, zodat de doodsklok wordt geluid over Satan en zijn samenstel van dingen. — Spreuken 27:11.
[Voetnoten]
a Vergelijk de 12 stammen van het vleselijke Israël, de 12 apostelen, de 12 stammen van het geestelijke Israël en de 12 poorten, 12 engelen en 12 fundamentstenen van het Nieuwe Jeruzalem. — Openbaring 21:12-14.
b Merk echter op dat Openbaring 12:9 over ’de grote draak en zijn engelen’ spreekt. De Duivel maakt zich dus niet alleen tot een namaakgod maar tracht ook een aartsengel te worden, hoewel de bijbel hem die titel nooit verleent.
c De hoogste rechtbanken in een aantal landen hebben Jehovah’s Getuigen verademing geschonken; enkele van deze beslissingen worden in het kader op blz. 92 vermeld.
[Kader op blz. 185]
„De aarde opende haar mond”
Satans vloedgolf van vervolging tegen christenen is in veel landen ontketend. Dikwijls echter hebben ontwikkelingen binnen Satans eigen samenstel ertoe geleid dat die vloed verzwolgen werd.
In de Verenigde Staten werd de vloed van gepeupelgeweld en gevangenzetting grotendeels verzwolgen door gunstige uitspraken van het Hooggerechtshof gedurende de jaren ’40.
1945: Aan de wrede vervolging in door Duitsland en Japan overheerste landen kwam een eind door overwinningen van de Geallieerden in de Tweede Wereldoorlog.
Toen Jehovah’s Getuigen in de Dominicaanse Republiek werden verboden, werden de Getuigen gevangengezet, afgeranseld en met geweerkolven geslagen. In 1960 leidde een ruzie tussen dictator Rafael Trujillo en de Rooms-Katholieke Kerk tot het opheffen van het verbod op Jehovah’s Getuigen.
Aan het fusilleren, verbranden, verkrachten, slaan, martelen en vermoorden van Getuigen tijdens een burgeroorlog in Nigeria kwam in 1970 een eind toen regeringstroepen de afgescheiden provincie waar deze dingen gebeurden, veroverden.
In Spanje werden invallen gedaan in huizen en werden christenen beboet en gevangengezet wegens de „misdaad” dat zij over God spraken en christelijke vergaderingen hielden. Aan deze vervolging kwam ten slotte een eind in 1970, toen de regering een beleidsverandering ten opzichte van niet-katholieke religies doorvoerde, waardoor Jehovah’s Getuigen zich wettelijk konden laten registreren.
In Portugal werden zonder volmacht honderden huizen doorzocht. Getuigen werden mishandeld en gevangengezet, en hun bijbels werden geconfisqueerd. Deze terreur werd ’verzwolgen’ toen er in 1974 als gevolg van een militaire revolutie een regeringsverandering kwam en er een wet werd aangenomen die vrijheid van vergadering waarborgde.
In Argentinië werden onder een militair bewind kinderen van Jehovah’s Getuigen van school gestuurd en werden overal in het land Getuigen gearresteerd omdat zij predikten. Deze vervolging eindigde ten slotte in 1984, toen Jehovah’s Getuigen door de toen aan het bewind zijnde regering wettelijk werden erkend.
[Tabel op blz. 183]
(Zie publicatie voor volledig gezette tekst)
1914 Geboorte van Koninkrijk
1919 Geboorte van nieuwe natie
1919-1922 Periode van recuperatie
1922- Vloedgolf van vervolging
[Illustraties op blz. 182]
Wee de aarde