-
Ter verdediging van het huwelijkDe Wachttoren 1951 | 1 juli
-
-
wordt door deze tot slaaf gemaakt. Indien zij, na door een nauwkeurige kennis van de Heer en Redder Jezus Christus aan de verontreinigingen van de wereld te zijn ontkomen, opnieuw in deze zelfde dingen worden verwikkeld en worden overwonnen, zijn de laatste toestanden stellig slechter voor hen geworden dan de eerste. Want het zou beter voor hen zijn geweest het pad der rechtvaardigheid niet nauwkeurig te hebben gekend dan zich na het nauwkeurig te hebben gekend, af te wenden van het heilige gebod dat hun werd overgeleverd. Hun is overkomen wat een ware spreuk zegt: ’De hond is tot zijn eigen uitbraaksel teruggekeerd, en de zeug die werd gewassen, tot het rollen in de modder.’” — 2 Petr. 2:19-22, NW.
-
-
„Het huwelijk zij eerbaar onder allen”De Wachttoren 1951 | 1 juli
-
-
„Het huwelijk zij eerbaar onder allen”
1. Waarom was het passend dat Hebreeën 13:4 tegen het einde van Paulus’ brief werd geschreven?
DE GEHELE geest van de brief van de apostel Paulus aan de Hebreeën is, Gods volk te versterken tegen terugvallen in de zondige wegen der wereld die wij hebben verlaten. Met goede reden brengt hij derhalve tegen het einde van zijn brief deze vermaning in het midden: „Het huwelijk zij eerbaar onder allen, en het huwelijksbed zonder verontreiniging, want God zal hoereerders en overspelers oordelen” (Hebr. 13:4, NW). Deze brief werd rechtstreeks aan Hebreeuwse Christenen geschreven. Zij waren begunstigd geweest doordat zij het voordeel hadden de Mozaïsche wet te bezitten met haar geboden tegen onzedelijkheid, zoals „Gij zult geen overspel doen” „Gij zult niet begeren uws naasten vrouw.” Doch gedurende de eeuwen van het Christelijke tijdperk is het goede nieuws aan alle natiën en volkeren gepredikt, met inbegrip van die natiën en volkeren welke niet onder de Mozaïsche wet en haar zedenwetboek staan. Het doel er van is, zondaren te redden, met inbegrip van hoereerders en overspelers. Hoereerders zijn ongetrouwde personen die onzedelijkheid bedrijven. Overspelers zijn getrouwde personen die gewillig sexuele betrekkingen hebben met iemand van het andere geslacht die niet hun wettelijke huwelijkspartner is.
2. Wanneer personen die vroeger onzedelijkheid hebben bedreven, in de waarheid komen, wat moeten zij dan van hun zijde doen?
2 Zelfs in zijn tijd had Paulus, zoals hij zeide, tot hoereerders, afgodendienaars, overspelers, sodomieten of mannen die er voor onnatuurlijke doeleinden op na worden gehouden en mannen die bij mannen liggen, enz., gepredikt en hen in de waarheid gebracht. Allen waren schandelijke overtreders van de zedenwet. Jezus zelf vertelde de uiterlijk zedelijke priesters en religieuze ouderlingen dat de belastinggaarders en hoeren vóór hen Gods koninkrijk zouden ingaan (1 Kor. 6:9-11, NW; Matth. 21:31, 32). Maar nu waren zij door de waarheid gereinigd. Zij moesten zich dus niet langer naar de gebruiken en maatstaven dezer wereld vormen, maar moesten hun gedachten, datgene waarnaar hun genegenheid uitging en hun gedrag met Gods waarheid en geboden in overeenstemming brengen. Wanneer zij dus in de waarheid komen en God hen in zijn theocratische organisatie opneemt, moeten zij radicale veranderingen aanbrengen in hun leven, ook in hun huiselijke regelingen. Dit gold negentien eeuwen geleden, in de dagen der apostelen. Het geldt evenzeer in deze tijd.
3. Wanneer een polygamist een Christen wordt, mag hij dan een polygamist blijven op grond van Caesars wetten? Waarom, of waarom niet?
3 In de dagen der apostelen was polygamie, het huwelijk van een man met verscheidene levende vrouwen, in vele landen wettig. Hetzelfde is tegenwoordig het geval. Stel eens dat een polygamist een Christen wordt. Kan hij, enkel op grond van het feit dat polygamie in overeenstemming met de plaatselijke wet en het plaatselijke gebruik is, blijven voortleven met verscheidene vrouwen en toch door bemiddeling van Christus Gods goedkeuring hebben? Neen, in dit geval moet hij niet leven overeenkomstig hetgeen „Caesar” in deze wereld toestaat. Hij moet God geven wat hij nu aan God is verschuldigd, namelijk, reine aanbidding. Hij mag ter bevrediging van zijn zelfzuchtige hartstocht geen voordeel trekken van Caesars wet. Dit doen, betekent de wet van God ontwijken, welke wet hoger en geheel en al rechtvaardig is. „Wij moeten God als regeerder meer gehoorzamen dan mensen.” — Hand. 5:29, NW.
4. Hoe toonde Jezus aan wat de Christelijke standaard voor het huwelijk is?
4 Jezus liet zich volkomen duidelijk uit over hetgeen Gods wet betreffende het Christelijke huwelijk inhoudt, namelijk, dat de Christelijke standaard voor het huwelijk de standaard is die door God in het begin werd vastgesteld in Eden, waar hij de volmaakte man slechts één levende vrouw gaf. Jezus’ vijanden trachtten hem destijds een compromis te laten sluiten met betrekking tot het standpunt ten aanzien van het huwelijk, evenals sommigen in deze tijd trachten Gods organisatie een compromis te laten sluiten met betrekking tot dit zelfde standpunt. Hierover lezen wij: „En Farizeeën gingen naar hem toe, er op belust zijnde hem te verzoeken en zeggende: ’Is het wettig wanneer een man zich op allerlei gronden van zijn vrouw laat scheiden?’ Als antwoord zeide hij: ’Hebt gij niet gelezen dat hij die hen in het begin heeft geschapen, hen man en vrouw maakte en zeide: „Om deze reden zal een man zijn vader en zijn moeder verlaten en zijn vrouw aanhangen, en de twee zullen één vlees zijn”? Zodat zij niet meer twee, maar één vlees zijn. Wat God daarom onder één juk heeft samengevoegd, brenge geen enkel mens vaneen.’ Zij zeiden tot hem: ’Waarom heeft Mozes dan voorgeschreven, een certificaat van wegzending te geven en zich van haar te laten scheiden?’ Hij zeide tot hen: ’Mozes heeft u, uit aanmerking van uw hardvochtigheid, de concessie gedaan u van uw vrouwen te laten scheiden, maar dit is sedert het begin niet zo geweest. Ik zeg u, dat al wie zich van zijn vrouw laat scheiden behalve op gronden van hoererij, en een ander trouwt, overspel bedrijft.’” — Matth. 19:3-9, NW.
5. Wat moet een polygamist dus onder de verschillende omstandigheden doen?
5 God heeft dus slechts twee „één vlees” gemaakt,
-