Waardering voor het leven en de levengever
SCHEPT u behagen in de schoonheid van een prachtig aangelegde bloementuin? Schenkt het u een intense vreugde om de frisse lucht van een bos in te ademen of om op ski’s een met sneeuw bedekte berg af te glijden? Wordt u enthousiast bij de aanblik van een ontzagwekkend landschap? Raakt u in vervoering wanneer u prachtige melodieën hoort? Wat het ook moge zijn waarin u vreugde en behagen schept, u kunt zich er alleen maar in verheugen omdat u leeft. Zonder leven zou u zich in geen van deze dingen kunnen verheugen. Het is uw waardevolste en — mogelijkerwijs — minst gewaardeerde bezit.
Dat het leven iets gewoons is en u het al vele jaren bezit, is nog geen reden om er min over te denken en het voor de opwinding van het ogenblik bij het doen van iets gevaarlijks, in de waagschaal te stellen. Deze opwinding is niet te vergelijken met wat u kunt verliezen. Hetzelfde kan worden gezegd van de dwaze poging om een stoffelijke bezitting met levensgevaar van vernietiging te redden. Uw leven is geen machine-onderdeel dat vervangen kan worden wanneer het beschadigd wordt en niet meer functioneert. Het is waardevoller dan elke opwinding of welk materieel bezit maar ook. Het is onvervangbaar voor zover het menselijke krachtsinspanningen betreft.
U bezit het leven niet omdat u het hebt verdiend of er recht op heeft. Uw ouders hebben er geen begin aan gegeven, ofschoon zij voor uw geboorte verantwoordelijk waren. Zij hebben slechts de levenskracht die lang geleden aan de mensheid werd geschonken, aan u doorgegeven. Het leven is een gift van God. Op grond van zijn vrije gift verheugt u zich thans in een bewust bestaan. Een van de bijbelschrijvers, die Jehovah als ’s mensen Levengever erkende, zei: „Hij zelf [geeft] aan allen leven en adem en alles . . . Hij heeft uit één enkele het gehele menselijke geslacht gemaakt om op de ganse oppervlakte der aarde te wonen” (Hand. 17:25, 26). Beschouw ook Elihu’s woorden: „De Geest Gods heeft mij gemaakt, en de adem des Almachtigen doet mij leven” (Job 33:4). Deze mensen schaamden zich er niet voor om God als hun Levengever te erkennen, u wel?
Wanneer iemand u iets waardevols schenkt, aanvaardt u het dan zonder ervoor te bedanken? Ontkent u later tegenover anderen dat die persoon het aan u heeft gegeven? Misschien bent u niet zo ondankbaar met betrekking tot geschenken die u van uw vrienden ontvangt, maar hoe staat het met giften van God? Brengt u daar ook dankbaarheid voor tot uitdrukking? Dankt u hem wel eens voor het voorrecht dat u leeft en in staat bent om iets omtrent hem en de wonderbaarlijke dingen die hij heeft gemaakt, te vernemen? Eist het leven u zo volledig op dat u geen tijd hebt om waardering voor uw Levengever en zijn giften te tonen? Het is voor u maar een kleine moeite om uw oprechte dankbaarheid in gebed tot uitdrukking te brengen.
Indien u waardering voor de Levengever bezit, zult u zijn wil respecteren en die graag gehoorzamen. Kan er echter, wanneer u nooit moeite doet om zijn wil te leren kennen, worden gezegd dat u hem werkelijk respecteert? Kan er worden gezegd dat u hem waardeert wanneer u er wel tijd voor kunt vinden om kranten te lezen, naar de televisie te kijken, bioscopen te bezoeken en u met uw hobby’s bezig te houden, maar nooit tijd hebt om zijn geschreven Woord te bestuderen ten einde te vernemen wat zijn wil is? Stel dat de leider van uw natie een brief dicteerde en naar u liet verzenden, zou u het dan zo druk hebben dat u er geen tijd voor kon vinden om die brief te lezen? Evenals u die brief zeer aandachtig zou lezen, dient u ook nauwgezet aandacht te schenken aan de boodschap van de Regeerder van het universum. Zijn wil met betrekking tot de mens staat in zijn geschreven Woord, de bijbel, opgetekend. Toon dat u respect en waardering voor hem hebt door er de tijd voor te nemen om te weten te komen wat hij tot ons onderricht heeft laten optekenen.
Koning David gaf lang geleden blijk van zijn waardering voor de grote Levengever, toen hij anderen ertoe aanspoorde hun dankbaarheid te tonen: „Looft den HERE, roept zijn naam aan, maakt onder de volken zijn daden bekend; zingt Hem, psalmzingt Hem, gewaagt van al zijn wonderen. Beroemt u in zijn heiligen naam, het hart van wie den HERE zoeken, verheuge zich. Vraagt naar den HERE en zijn sterkte, zoekt zijn aangezicht bestendig.” — 1 Kron. 16:8-11.
De liefderijke goedgunstigheid van de Levengever wordt door nog een andere grote gift getoond, doch deze gift wordt niet zonder onderscheid aan iedereen geschonken. Ze is voor hen die van tevoren te kennen geven die gift te zullen waarderen. Dit is de gave van het eeuwige leven. Evenals God in staat was de mens in het begin leven te geven, kan hij het ook oneindig verlengen. Ofschoon het leven op zich reeds een wonderbaarlijke gift is, is het eeuwige leven een nog grootsere gift. De mensheid kan er ook vol vertrouwen naar uitzien deze gift te ontvangen, aangezien ze is beloofd door Degene die niet kan liegen en nog nooit in gebreke is gebleven een belofte na te komen. Zo lezen wij in zijn geschreven Woord over de „hoop des eeuwigen levens, dat God, die niet liegt, vóór eeuwige tijden beloofd heeft”. — Tit. 1:2.
Indien u de gave van het leven waarin u zich thans verheugt, niet waardeert, waarom zou de Levengever u dan de gift van het eeuwige leven aanbieden? Ze is weggelegd voor hen die hem liefhebben en die hun waardering voor hem op dankbare wijze door middel van woorden en daden tot uitdrukking brengen. Ze is een beloning voor getrouwheid en rechtschapenheid. Hij zal die gift net zo min aan ondankbare personen schenken, als u een buitengewoon mooi geschenk aan iemand zou geven die geen dankbaarheid voor al uw voorgaande giften toonde.
Aangezien het leven uw kostbaarste bezit is en u zonder het leven geen vreugde kunt putten uit al het goede waarin u behagen schept, dient u zich het verwerven van de gift van eeuwig leven als voornaamste doel voor ogen te stellen. Wanneer men eeuwig leven bezit, zal men veel meer vreugde uit het bestaan kunnen putten dan thans, nu wij maar zo kortstondig leven. In vergelijking daarmee is ons leven thans niet meer dan een vervliegende damp. Indien u waardering hebt voor de gift van uw huidige leven, zult u de grotere gift van eeuwig leven zoeken. Ten einde ze te verwerven, moet u zich die gift waardig tonen door de wil van de Levengever te leren kennen en te doen.
Wees dankbaar voor alle gaven die u van hem hebt ontvangen alsmede voor die welke hij heeft beloofd. „Looft den HERE, want Hij is goed, want zijn goedertierenheid is tot in eeuwigheid.” — 1 Kron. 16:34.