LIED 49
Jehovah’s hart blij maken
Gedrukte editie
1. ‘Wees wijs, mijn kind, en maak me blij.’
Die opdracht gaf u ook aan mij.
Ik hoop dat ik dat heb bereikt
en u met blijdschap naar mij kijkt.
2. Uw slaaf, beleidvol en getrouw,
geeft raad, verkwikkend fris als dauw.
Hij voedt ons op de juiste tijd.
Ik dank u voor uw zorgzaamheid.
3. Mijn God, ik smeek u om uw kracht.
Help mij bij ’t dragen van mijn vracht.
Ik hoop dat ik met mijn gedrag
u blij zal maken, elke dag.
(Zie ook Matth. 24:45-47; Luk. 11:13; 22:42.)