28 Alleen niets van het gebannene, dat een man uit al wat hij bezit ter vernietiging aan Jehovah mocht wijden,+ hetzij van mensen of dieren of van het veld van zijn bezitting, mag worden verkocht, en niets van het gebannene mag worden teruggekocht.+ Het is iets allerheiligst voor Jehovah. 

12 En de zonen van I̱sraël zullen niet in staat zijn tegen hun vijanden op te staan.+ Zij zullen hun vijanden de rug toekeren, want zij zijn tot iets geworden wat aan de vernietiging is prijsgegeven. Ik zal niet meer met U blijken te zijn, tenzij GIJ het aan de vernietiging prijsgegevene uit UW midden verdelgt.+ 

9 Ten slotte zei Saul: „Brengt het brandoffer en de gemeenschapsoffers bij mij.” Vervolgens offerde hij het brandoffer.+

2 Is overmoed gekomen? Dan zal oneer komen;+ maar wijsheid is bij de bescheidenen.+

12 Er bestaat een weg die recht is voor het aangezicht van een man,+ maar de wegen van de dood zijn er naderhand het einde van.+

24 Overmoedige, aanmatigende snoever is de naam van degene die in een verbolgen opwelling van overmoed handelt.+