12 zie! zal ik stellig naar uw woorden doen.+ Zie! Ik zal u stellig een wijs en verstandig hart* geven,+ zodat uws gelijke vóór u niet geweest is, en uws gelijke na u niet zal opstaan.+
20 Aan degene nu die overeenkomstig zijn kracht die in ons werkzaam is,+ overvloedig veel meer kan doen dan alles wat wij vragen of waarvan wij ons een denkbeeld kunnen vormen,+
15 En indien wij weten dat hij ons hoort met betrekking tot wat wij ook vragen,+ dan weten wij dat wij de gevraagde dingen zullen hebben, daar wij ze van hem hebben gevraagd.+