8 O GIJ hemelen, laat het druipen van boven,+ en de wolkenhemel zelf druppele van rechtvaardigheid.+ De aarde opene zich en zij vruchtbaar met redding, en dat ze tevens rechtváárdigheid doe ontspruiten.+ Ikzelf, Jehovah, heb het* geschapen.”+
62Ter wille van Si̱on zal ik mij niet stilhouden,+ en ter wille van Jeru̱zalem+ zal ik mij niet rustig houden, totdat haar rechtvaardigheid te voorschijn komt net als de lichtglans,+ en haar redding als een brandende fakkel.+