Jozua 7:19 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 19 Toen zei Jo̱zua tot A̱chan: „Mijn zoon,* geef alstublieft heerlijkheid aan Jehovah, de God van I̱sraël,+ en doe voor hem belijdenis,+ en vertel mij+ alstublieft: Wat hebt gij gedaan? Verberg+ het niet voor mij.” Psalm 96:7 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 7 Schrijft aan Jehovah,* o GIJ families der volken,+Schrijft aan Jehovah* heerlijkheid en sterkte toe.*+
19 Toen zei Jo̱zua tot A̱chan: „Mijn zoon,* geef alstublieft heerlijkheid aan Jehovah, de God van I̱sraël,+ en doe voor hem belijdenis,+ en vertel mij+ alstublieft: Wat hebt gij gedaan? Verberg+ het niet voor mij.”
7 Schrijft aan Jehovah,* o GIJ families der volken,+Schrijft aan Jehovah* heerlijkheid en sterkte toe.*+