-
2 Koningen 10:29-31Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
29 Maar Jehu brak niet met de zonden waartoe Jero̱beam, de zoon van Ne̱bat, Israël had aangezet: het aanbidden van de gouden kalveren die in Bethel en in Dan stonden.+ 30 Jehovah zei tegen Jehu: ‘Je hebt juist gehandeld en je hebt gedaan wat goed is in mijn ogen: je hebt met het huis van Achab alles gedaan wat ik in mijn hart besloten had.+ Daarom zullen je zonen op de troon van Israël zitten, vier generaties lang.’+ 31 Maar Jehu hield zich niet met zijn hele hart aan* de wet van Jehovah,+ de God van Israël. Hij brak niet met de zonden waartoe Jero̱beam Israël had aangezet.+
-