Kerstmuziek
Het is een koude avond in december. Door de zachtjes neerdalende sneeuwvlokken klinkt het geluid van zingende stemmen. Daar, onder de straatlantaarn, staat een groepje mensen uit volle borst kerstliederen te zingen. Is dit een bekend tafereel voor u? Voor velen in Europa en Noord-Amerika ongetwijfeld wel. Ja, dit is de tijd van het jaar waarin veel mensen van alle leeftijden graag de melodieuze muziek zingen die verband houdt met Kerstmis.
In sommige huizen schaart het gezin zich rond een piano of een orgel om zulke geliefkoosde liederen als „Stille nacht, heilige nacht”, „De herdertjes lagen bij nachte” en andere te zingen. In scholen, kerken en bepaalde verenigingen studeren koren enthousiast liederen voor speciale kerstprogramma’s in. Uit radio’s, televisietoestellen en stereo-installaties vloeien de vrolijke refreintjes van bekende kerstliederen. In grote warenhuizen helpt een achtergrond van kerstmuziek de drukke, winkelende menigte in de kerstsfeer te komen, en tegelijkertijd wordt men erdoor tot kopen aangespoord.
Neutrale en kerkelijke zangverenigingen, en symfonieorkesten in grote gemeenschappen studeren ijverig kerstconcerten in. Zij repeteren bepaalde muziekwerken die door de jaren heen in verband zijn komen te staan met de kerstfestiviteiten. Weken van tevoren staan er advertenties voor deze kerstconcerten in de kranten. Het is in deze tijd van het jaar dat De Messias van Händel, L’Enfance du Christ van Berlioz en andere muziekwerken die over het aardse leven van Jezus Christus handelen in concertzalen en zelfs in grote kerken ten gehore worden gebracht.
De ontwikkeling van kerstmuziek
Hebt u zich ooit afgevraagd wanneer en hoe kerstmuziek is ontstaan? Sommigen denken wellicht dat ze is begonnen met Jezus en zijn apostelen, of bij de eerste christenen.
Alvorens te onderzoeken wanneer kerstmuziek is ontstaan, moeten wij eerst de oorsprong van het feest zelf te weten komen. Let u eens op het volgende commentaar in M’Clintock en Strongs Cyclopædia of Biblical, Theological, and Ecclesiastical Literature: „Het houden van Kerstmis is niet volgens goddelijk voorschrift en vindt evenmin zijn oorsprong in het N[ieuwe] T[estament]. De dag van Christus’ geboorte kan niet aan de hand van het N[ieuwe] T[estament], of van welke andere bron trouwens maar ook, worden vastgesteld. De [vroege kerk]vaders van de eerste drie eeuwen spreken niet over enige speciale viering van de geboorte.” — Deel II, blz. 276.
Welnu, hoe is kerstmuziek dan ontstaan? W. M. Auld schrijft in zijn boek Christmas Traditions dat er eerst alleen kerkliederen waren. Vervolgens zegt hij echter: „Door aanraking met de feestelijke entourage waarin [Kerstmis] ontstond en waarin het later zou worden gebracht, zou het werelds en materialistisch, vrolijk en blij, lustig en jolig worden.” En wat was die feestelijke omgeving waarin het ontstond eigenlijk? Auld merkt op dat 25 december „tussen twee enorm populaire volksfeesten, de saturnaliën en de kalendae van januari”, inlag. De saturnaliën waren een heidens Romeins feest waarmee Saturnus, de god van de landbouw, werd geëerd. De deelnemers gaven zich bij hun losbandige viering ervan aan grote uitspattingen over.
Niet in staat een eind aan deze heidense feesten te maken, nam de Roomse kerk ze in haar viering van Kerstmis op door er een christelijke naam aan te geven. Zo werden door de jaren heen verschillende gebruiken zoals het versieren van de huizen, het geven van geschenken en het zingen van liederen een integrerend onderdeel van dit feest.
Met het oog op dit alles is het geen wonder in E. Routley’s boek The English Carol te lezen dat een „carol” „niet begon als een vrome religieuze daad maar als een dans”. Het woord „carol” betekende rondedans, en in het Frankrijk uit de twaalfde eeuw duidde het op een amoureuze dans waarmee de komst van de lente werd begroet. Het hield verband met de meidagvieringen in West-Europa. Het boek All About Christmas door M. R. Krythe merkt op: „In vroegere religieuze riten dansten de aanbidders hand in hand in een kring rond, terwijl zij samen zongen. . . . Nadat het heidense winterfeest zich met het christelijke had vermengd, dansten de Latijnse en Germaanse volken nog altijd rond geboortetaferelen op liederen die op danswijsjes waren getoonzet die in Nederland wiegeliederen, in Frankrijk noëls en in Engeland carols werden genoemd.”
De kerstmuziek kwam in de loop der jaren langzamerhand tot ontwikkeling en tegen de vijftiende eeuw kwamen kerstliederen in zwang. Van die tijd af werd bepaalde traditionele muziek, evenals de muziek die later door religieuze leiders en componisten werd geschreven, vereenzelvigd met Kerstmis.
„De Messias” van Händel niet geschreven voor Kerstmis
Misschien wel het meest uitgevoerde koorwerk in de kersttijd is G. F. Händels grote oratorium De Messias. Omdat het gewoonlijk dan ten gehore wordt gebracht, denken velen dat Händel het alleen voor Kerstmis heeft geschreven. Uit biografieën van Händel blijkt evenwel dat hij De Messias componeerde omdat hij geld nodig had en dat het werk voor het eerst in een vondelingenhuis in Dublin werd uitgevoerd, en wel in april en niet in december.
Het is interessant dat J. Welch in zijn opmerkingen in verband met een opname van De Messias schreef: „Dat De Messias [dat wil zeggen, de gezongen tekst] geheel uit de Schrift komt, maakt het werk niet tot liturgische kerkmuziek. Händel behandelde zijn gewijde en wereldlijke onderwerpen in dezelfde trant; hij behandelde ze als een niet-sektariër, . . . en verheerlijkte geen kerkelijke leerstelling . . . Bovendien bracht hij zijn oratoriums in concertgebouwen, schouwburgen en ziekenhuizen ten gehore, ook al stonden hem kerken ter beschikking. Dit maakte de Engelse geestelijkheid zo woedend dat zij eens probeerden Covent Garden te sluiten, waar De Messias uitgevoerd zou worden.” Zij waren van mening dat een religieus werk nooit in een schouwburg uitgevoerd diende te worden. „Met karakteristieke durf passeerde impresario Händel hen door de titel in ’Een gewijd oratorium’ te veranderen.”
Sommige mensen die ernstige muziek waarderen, luisteren graag naar dit prachtige oratorium waarin zij vele geliefkoosde bijbelteksten horen die op verrukkelijke melodieën zijn getoonzet. De klankrijkheid van de gedeelten die voor koor zijn geschreven, is werkelijk ontroerend.
Misschien vraagt u zich echter af hoe het met de kerstliederen staat die uit de middeleeuwen stammen.
Wat wordt er in de kerstliederen door de woorden weergegeven?
Gezien de oorsprong van Kerstmis, weerspiegelen de liederen die er verband mee houden de denkwijze van de mensen uit de middeleeuwen die, omdat zij niet in de bijbel onderricht waren, de heidense gebruiken van hun voorouders beoefenden. Het boek All About Christmas merkte hierover op: „Aangezien veel vroegere volken de natuur aanbaden, was het vanzelfsprekend dat sommige liederen met de aspecten daarvan te maken hadden. Een hiervan, ’The Holly and the Ivy’ (de hulst en de klimop), is . . . een strijd om de macht tussen de ’mannelijke’ holly en de ’vrouwelijke’ ivy, en het lied is wellicht afkomstig uit de heidense dansen tussen groepen jongens en meisjes.” Het boek merkt ook op dat deze carol „een mengeling van natuuraanbidding en christendom” is.
E. Routley merkt eveneens op dat „Uit een naturalistische mythologie die dicht naast de vruchtbaarheidscultus staat . . . en is opgegaan in beschaafde gebruiken, de carol ’The Holly and the Ivy’ die wij kennen is voortgekomen”.
Beschouwt u eens twee kerstliederen waarin de aanbidding van bomen op de voorgrond treedt. Het eerste is het populaire „O denneboom, o denneboom”. In All About Christmas merkt de schrijver Krythe hierover op: „Dit is een lofzang op het altijd groen-zijn van de boom, en de nadruk wordt gelegd op de gedachte van de altijd-groene boom als symbool van onsterfelijkheid.” Het andere is „Deck the Halls with Boughs of Holly”, eveneens een bekend Engels kerstlied. Hierin komt een regel voor die in het Nederlands luidt: „Zie het gloeiende kerstblok voor ons.” Dit heeft betrekking op het heidense gebruik een blok hout te verbranden. Krythe merkt op dat het „in verband staat met de Scandinavische aanbidding van hun mystieke . . . ’Boom van het Heelal’”.
Dit mag dan al als een eigenaardig oud gebruik klinken, doch christenen die Gods goedkeuring willen hebben, trachten te weten te komen hoe hij de dingen beziet. Behaagt het God met verstand begaafde mensen aan een boom of een blok hout te zien toeschrijven wat alleen hij tot stand kan brengen? (Jes. 44:14-22) Wordt door de aanbidding van de natuur in werkelijkheid niet „de schepping . . . vereerd en er heilige dienst voor . . . verricht in plaats van jegens Degene die schiep”? God zegt dat natuuraanbidders „leeghoofdig . . . in hun overleggingen” zijn en een „verwerpelijke geestestoestand” bezitten. Als u dus het verlangen hebt God te behagen, bent u het er dan niet mee eens dat het verstandig zou zijn geen liederen te zingen die ook maar enige vorm van natuuraanbidding weergeven? — Rom. 1:21, 25, 28; 2 Kor. 6:14, 15.
In bepaalde liederen zoals „Daar kwamen drie koningen met een ster” wordt de ster bezongen die de zogenaamde wijzen (die in werkelijkheid astrologen waren) naar het kind Jezus leidde. Het verslag in Matthéüs hierover luidt: „Nadat Jezus in de dagen van koning Herodes te Bethlehem in Judéa geboren was, zie! astrologen [Grieks: magi (magiërs, tovenaars); Leidse Vertaling: sterrenwichelaars] uit oostelijke streken kwamen naar Jeruzalem, zeggende: ’Waar is degene die als koning der joden geboren is? Want wij hebben zijn ster gezien toen wij in het oosten waren, en wij zijn gekomen om hem hulde te brengen.’”
Hoe beschouwt God astrologen of het naar de hemel opzien voor voorspellingen over de toekomst? Hij antwoordt in Deuteronomium 18:12: „Want iedereen die deze dingen doet, is iets verfoeilijks voor Jehovah.” Getuigt het niet van een goed oordeel datgene te mijden wat Jehovah God verfoeit en veroordeelt? — 2 Kor. 6:17.
De vraag die thans rijst is: Zijn de liederen die over Jezus’ geboorte zelf handelen in overeenstemming met de bijbel? Kijkt u eens naar de eerste regel van het tweede couplet uit „Maria die zoude naar Bethlehem gaan”. Daar staat dat het hagelde en sneeuwde, maar de bijbel zegt niet dat het winter was. In de bijbel staat dat in de nacht van Jezus’ geboorte herders buiten in het veld de wacht hielden over hun kudden (Luk. 2:8), maar in de winter zijn de herders ’s nachts niet buiten in Palestina. Het laatste couplet zegt dat Gods engelen neerdaalden en Maria kwamen kronen, doch dit staat nergens in de bijbel en is er volkomen mee in strijd.
Als wij de woorden van sommige kerstliederen, zoals „Hij is van eene maged geboren” en „In ’t stalleken van Bethlehem”, analyseren, zien wij dat de bewering wordt gedaan dat Jezus de Almachtige God is. Leert de bijbel dit echter? Jezus zei: „De Vader is groter dan ik.” Er is geen enkel vers in het geïnspireerde bijbelverslag dat zegt dat Jezus de Almachtige God of een deel van een Drieëenheid is. De bijbel toont aan dat hij de zoon van God is. — Joh. 14:28; Kol. 1:15, 16.
Wat zijn wij dus met betrekking tot kerstliederen te weten gekomen? Wij hebben gezien dat ze vol heidense gedachten en gebruiken staan, dat ze bijbels gezien onnauwkeurig zijn en in vele gevallen lijnrecht in strijd met wat Jehovah in zijn Heilig Woord, de bijbel, heeft gezegd. Als iemand die de waarheid liefheeft deze dingen beseft, spreekt de kerstmuziek hem niet meer aan zoals voorheen.
Een redelijke kijk op de kwestie
Het valt niet te ontkennen dat kerstliederen wegens hun prachtige melodieën heel erg op het sentiment van de mens werken. Ze raken de diepste gevoelens. Schept God echter behagen in liederen waarin heidense gebruiken zijn verwerkt? Zal hij mensen goedkeuren die liederen meezingen waarin zijn opperste soevereiniteit wordt ontkend? Zou „Jehovah, de God der waarheid” gevoelens kunnen goedkeuren die tegen zijn Heilig Woord indruisen? — Ps. 31:5.
Ook al is de muziek nog zo prachtig, men mag niet vergeten dat de woorden er niet gemakkelijk van los te maken zijn. Is het niet zo dat bij de melodie van een bekend lied iemand meestal weer de woorden te binnen schieten? Als men thuis van wat muziek geniet, schuilt er niets verkeerds in een mooie melodie op zichzelf, welke dit ook is, maar als dergelijke muziek u onschriftuurlijke gedachten te binnen brengt of herinneringen bij u oproept aan vals-religieuze feesten waaraan u eens hebt meegedaan, is het dan verstandig dit soort van muziek voor ontspanning uit te kiezen?
Er is een grote rijkdom aan muziek geschreven, waarvan het meeste geen verband houdt met Kerstmis. Het is voor iemand die van muziek houdt en God wenst te behagen, dus niet moeilijk selectief te zijn. Er zijn duizenden symfonieën, concerten en sonates voor alle mogelijke instrumenten, liederen en dansen in grote verscheidenheid en verrukkelijke licht-klassieke muziek die een avond heel aangenaam kunnen maken. Door een verstandige keuze te doen, kan men muziek vermijden die wel eens nadelig zou kunnen zijn voor de moeite die men doet om zijn geest te hervormen in overeenstemming met de wil van Jehovah God.
Als u er dus ernstig moeite voor doet „het geloof en een goed geweten” ten opzichte van Jehovah God te behouden, doe dan hetgeen hem zal behagen door van ganser harte te mijden wat hij afkeurt. — 1 Tim. 1:19.