Het probleem van het ouder worden
De laatste decennia is de gemiddelde levensduur van mensen in verscheidene landen toegenomen. Hieruit zou men de gevolgtrekking kunnen maken dat individuele personen langer leven, een situatie die te danken zou zijn aan betere voeding, gezondheidszorg en andere moderne wetenschappelijke vorderingen.
Het Britse blad Economist merkt echter op: „Bijna alle winst weerspiegelt vooruitgang in het uitbannen van voortijdig overlijden. De gemiddelde levensduur is gestegen omdat minder mensen op jeugdige leeftijd sterven, niet omdat de oudste leden van de bevolking langer leven. De levensverwachting vanaf de geboorte mag dan aanmerkelijk gestegen zijn [omdat veel minder mensen een voortijdige dood sterven], maar voor degenen die 40 jaar of ouder zijn, is de levensverwachting betrekkelijk weinig omhooggegaan. Voor 75-jarigen is ze nauwelijks veranderd.”
Geleerden begrijpen niet waarom het verouderingsproces plaatsvindt, aangezien lichaamscellen zich in theorie eeuwig in tweeën zouden moeten delen en vermenigvuldigen. Bacteriën kennen geen veroudering en natuurlijke dood, want deze eencellige organismen kunnen zich altijd blijven delen en vermenigvuldigen. Maar menselijke cellen verouderen en sterven. Sommigen denken dat het in het erfelijkheidsmechanisme van de mens ’ingeprogrammeerd’ zit om te verouderen en te sterven, want ook bij proeven in laboratoria heeft men geïsoleerde menselijke cellen, die de nodige voedingsstoffen toegediend kregen, toch zien verouderen en sterven. Cellen afkomstig van jongere personen hielden het langer uit dan die van oudere mensen, maar uiteindelijk stierven ze eveneens.
Geleerden die volgens de evolutietheorie redeneren, houden geen rekening met het feit dat de mens oud wordt en sterft omdat hij dit heeft geërfd van onze eerste ouders die tegen God in opstand kwamen (Rom. 5:12). Pas in Gods nieuwe ordening zal het proces van verouderen en sterven gekeerd worden. — Openb. 21:4.