Welke toekomst voor de planeet Aarde?
IN RECENTE jaren zijn veel nadenkende mensen ten aanzien van de toekomst tot een alarmerende conclusie gekomen. Zij zijn van mening dat de planeet Aarde als woonplaats voor de mensheid wel eens verwoest zou kunnen worden. Een van de redenen daarvoor is de dreiging van een allesvernietigende kernoorlog.
Het is niet moeilijk te zien waarom men zich zo bezorgd maakt. De grote wereldmachten hebben met hun tienduizenden kernwapens een vernietigingspotentieel opgebouwd waarmee ze elkaar zelfs meermalen zouden kunnen vernietigen, en er wordt gevreesd dat deze wapens eens gebruikt zullen worden. De leider van één groot land verklaarde dat de Derde Wereldoorlog onvermijdelijk is, ongeacht of er kernwapens worden gebruikt of niet.
Anderen zijn van mening dat zelfs zonder een nucleaire holocaust de toekomst van de aarde gevaar loopt wegens de wereldomvattende vervuiling en de overbevolking. De conclusie van een driejarig onderzoek door Amerikaanse regeringsfunctionarissen luidde: „Huidige ontwikkelingen zullen de wereld in het jaar 2000 voller, sterker vervuild, ecologisch instabieler en kwetsbaarder voor ontwrichting maken dan ze nu al is.”
Dat onderzoek werd al weer enkele jaren geleden verricht. Sindsdien heeft de toen geschetste ontwikkeling zich gestaag voortgezet.
Een Australische geleerde verklaarde ten aanzien hiervan: „De aardatmosfeer raakt te erg vervuild, en als wij er in de komende tien jaar niet iets aan doen, is het wellicht te laat.” En de in Sydney (Australië) verschijnende Bulletin merkte op: „De explosief groeiende wereldbevolking voorspelt voor de nu reeds overbevolkte gebieden zelfs nog meer groeipijnen.”
Wegens deze reële gevaren zei een Australische regeringsfunctionaris: „Ik verzoek u een fundamentele vraag in gedachte te houden: zal er over 20 jaar voor u of uw kinderen nog een wereld bestaan, of zal de aarde een verkoolde, geteisterde bol zijn die troosteloos door de ruimte wentelt?” Ook de schrijver Jonathan Schell waarschuwde dat indien er geen oplossingen worden gevonden, het alternatief is dat er „nooit meer menselijke wezens op de aarde zullen verschijnen en dat er niemand meer zal zijn om te gedenken dat dat ooit het geval is geweest”.
Het lijdt geen twijfel dat als de huidige ontwikkelingen doorzetten, alle ingrediënten voor een sombere toekomst aanwezig zijn. En zou de aarde niet in een kernoorlog in de as worden gelegd, dan zal ze beslist steeds dichter bevolkt en ernstiger vervuild worden en zullen de natuurlijke rijkdommen steeds verder uitgeput raken. Het aantal zeer behoeftige mensen zal uitgroeien tot ver boven de nu reeds tragische aantallen. Ook misdaad en geweld zullen ongetwijfeld nog boven de nu reeds beangstigende werkelijkheid uitstijgen.
Wie bepaalt de toekomst?
Als het waar was dat alleen de mens verantwoordelijk is voor zijn toekomst, dan zouden de vooruitzichten inderdaad somber zijn. Maar wat de meeste mensen niet in aanmerking nemen, is dit: Mensen zullen de toekomst van de planeet Aarde niet bepalen! De toekomst ervan is reeds bepaald — en niet door mensen! Maar indien niet door mensen, door wie dan wel?
Welnu, wie schiep de aarde als een woonplaats voor de mens? Het betrouwbare antwoord is te vinden in de bijbel, Gods geïnspireerde gids voor de mensheid. Daarin wordt gesproken over „de ware God, Jehovah”, als „de Schepper van de hemelen en de grootse Uitspanner ervan; die de aarde uitspreidde met al wat ze voortbrengt, die adem geeft aan het volk daarop”. — Jesaja 42:5; 2 Timótheüs 3:16, 17.
Blijkt uit de bijbel dat Jehovah God een eigen voornemen heeft met deze aarde en de mensen die erop wonen? Ja, zeer beslist. Het centrale thema van de gehele bijbel gaat om het feit dat God een voornemen heeft met de planeet Aarde en dat hij zijn voornemen zonder mankeren zal uitvoeren. In dat voornemen is niet opgenomen dat de aarde in een radioactieve sintel mag veranderen of vervuild en overbevolkt mag raken, zodat ze totaal onleefbaar wordt.
In plaats daarvan zal er een geweldige ommekeer plaatsvinden in de huidige ontwikkelingen die leiden tot steeds verdere vervuiling en overbevolking van de aarde en tot de mogelijke zelfvernietiging van de mensheid in een kernoorlog. Gods duidelijk uiteengezette voornemen is „hen te verderven die de aarde verderven” (Openbaring 11:18). Terzelfder tijd toont Gods Woord dat de heerschappij uit de handen van mensen zal worden weggerukt en daar zal worden geplaatst waar ze thuishoort, in handen van de Schepper. — Daniël 2:44.
Wij hebben de goddelijke verzekering dat de tragedie van volledige verwoesting of verderving onze aarde nooit zal overkomen. Door middel van de profeet Jesaja verzekert God dat hij de aarde „niet voor niets heeft geschapen, maar ze heeft gemaakt tot een plaats om op te wonen”. — Jesaja 45:18, The New English Bible.
Een optimistische kijk
Gelukkig geeft de Heilige Schrift ons een zeer optimistische kijk op de toekomst. Er zullen inderdaad over 20, 30 en nog oneindig veel jaren mensen op aarde leven. Nooit zal de planeet Aarde „een verkoolde, geteisterde bol” worden zoals de Australische functionaris waarschuwde. En wij kunnen vertrouwen stellen in de beloften van de Schepper van de aarde dat onze planeet en de menselijke familie zullen blijven bestaan, omdat niet de mens maar de Almachtige Schepper de uiteindelijke macht bezit.
Hoewel dus veel mannen in deze 20ste eeuw bevreesd zijn voor een door henzelf veroorzaakte uitroeiing of een onleefbaar maken van de aarde door vervuiling of overbevolking, zal hun niet worden toegestaan dit teweeg te brengen. „Vele zijn de plannen in het hart van een man, maar het is de raad van Jehovah die zal bestaan”, verzekert Gods eigen Woord ons. — Spreuken 19:21; zie ook Jesaja 46:10; 55:11.
Maar als het waar is dat de aarde niet tot vernietiging of verderf is gedoemd, wat wordt er dan bedoeld met een in veel bijbelvertalingen in Matthéüs 24:3 voorkomende uitdrukking, „het einde der wereld”? Wat is de wereld waarvan gezegd wordt dat ze aan haar eind zal komen? Wanneer zal dat gebeuren? Zullen er overlevenden zijn? Wij nodigen u uit om voor antwoorden op deze onderzoekende vragen het volgende artikel te beschouwen.