Huisonderwijs — Iets voor u?
„EEN buitenissigheid die zich heeft ontwikkeld tot een nationale trend.” Zo schreef het blad Time onlangs over huisonderwijs in de Verenigde Staten — een toenemende tendens bepleit door ouders die geloven dat het beste onderwijs dat een kind kan krijgen hem of haar in de eigen huiskamer gegeven kan worden en niet in het traditionele klaslokaal.
Hoewel huisonderwijs door sommigen nog steeds als buitenissig of zelfs revolutionair wordt beschouwd, wint het elk jaar meer terrein in de Verenigde Staten. Onderzoekers zeggen dat de personen die hun kinderen huisonderwijs geven, in aantal gegroeid zijn van ongeveer 15.000 in 1970 tot 500.000 in 1990. Sommige voorstanders van huisonderwijs beweren dat in meer dan een miljoen gezinnen in de Verenigde Staten de kinderen nu thuis onderwijs krijgen.
Begeleidingsgroepen voor ouders die hun kinderen thuis onderwijzen, zijn ook als paddestoelen uit de grond verrezen in Australië, Canada, Duitsland, Engeland, Japan en Nieuw-Zeeland, wat erop wijst dat de belangstelling voor huisonderwijs zich over de hele wereld verbreidt.
Waarom nemen zo veel ouders het besluit hun kinderen thuis te onderwijzen? Hoe doeltreffend is huisonderwijs? Is het een keuze die voor uw gezin het overwegen waard is?
In wezen is huisonderwijs niet zo revolutionair als het misschien lijkt. „Oorspronkelijk was de woning, niet de school, de plaats waar werd onderwezen”, voeren Raymond en Dorothy Moore aan in hun boek Home-Spun Schools. „Tot de vorige eeuw begonnen de meeste kinderen die naar school gingen daar op hun twaalfde of later mee.”
Kopstukken als George Washington, Abraham Lincoln, Thomas Jefferson, Thomas Edison en Albert Einstein werden thuis onderwezen. In feite werd de leerplichtwet in de Verenigde Staten pas tegen het einde van de negentiende eeuw ingevoerd. Huisonderwijs is volgens schrijfster en huisonderwijs gevend moeder Kerri Bennett Williamson dan ook niet zo maar een rage van de laatste tijd maar „iets wat van oudsher gebruikelijk was”. Ja, huisonderwijs was regel voor de meeste mensen in bijbelse tijden.
Waarom zij het doen
Interessant is de schatting van de National Catholic Reporter dat vijftig tot negentig procent van de Amerikaanse ouders die huisonderwijs geven, dit om godsdienstige redenen doen. Bij die ouders gaat het er over het algemeen om, hun kinderen te beschermen tegen wat zij zien als atheïstische invloeden op de scholen. „De ruggegraat van de huisonderwijsbeweging is de christelijke fundamentalistische gemeenschap, die gelooft dat de godsdienst in het klaslokaal geweld wordt aangedaan of wordt genegeerd”, schreef Time.
Andere ouders hebben hun kinderen van door de staat gesubsidieerde scholen voor lager onderwijs gehaald om hen te behoeden voor blootstelling aan schadelijke immorele invloeden op jeugdige leeftijd. „Door de immoraliteit op de scholen begon de situatie flink uit de hand te lopen”, zei een christelijke man die verscheidene jaren geleden het besluit nam dat hij en zijn vrouw hun kinderen thuis zouden onderwijzen. „Wij maakten ons bezorgd over onze kinderen en de jammerlijke stand van zaken op school.”
Soms kiezen ouders niet zozeer op ideologische gronden als wel om onderwijsredenen voor huisonderwijs. Zij hebben genoeg van de overvolle klassen, het lage onderwijspeil en de veiligheidsproblemen die op veel staatsscholen heersen. Teleurgesteld over de vaak povere resultaten van het schoolonderwijs geloven zij dat zij hun kinderen beter kunnen helpen door hun de persoonlijke aandacht te schenken die bij huisonderwijs mogelijk is.
Als verklaring waarom sommigen de voorkeur geven aan huisonderwijs staat in het boek Home Schools: An Alternative: „Ouders [die hun kinderen thuis onderwijzen] zijn voor 100% bij hun kinderen betrokken . . . Zij kunnen hun aandacht op het onderwijzen van hun eigen kind richten.”
Werkt het?
Voorstanders van huisonderwijs zeggen dat kinderen thuis doeltreffender leren omdat in elk aspect van de dagelijkse gezinsactiviteiten lessen verweven worden. „Veel gezinnen beginnen met een boekje voor het rekenen, maar ontdekken dan dat veel geleerd kan worden door de belevenissen van alledag”, schrijft Jane A. Avner in School Library Journal. „Door boodschappen te doen en de dagafschriften van de bank te controleren bijvoorbeeld kunnen hun leerlingen leren hoe zij met geld moeten omgaan, terwijl reparaties in huis prima basisleerstof vormen voor meetkunde.”
Hoe doeltreffend is huisonderwijs gebleken? Enkele onderzoeken hebben aangetoond dat kinderen die huisonderwijs krijgen, bij gestandaardiseerde prestatietests over het algemeen cijfers scoren die op of boven het nationale gemiddelde liggen. Zulke resultaten hoeven echter nog niet te bewijzen dat kinderen die huisonderwijs krijgen beter af zijn dan conventioneel onderwezen kinderen.
„De gegevens waarover wij nu beschikken, zijn niet doorslaggevend”, zegt het boek The Home School Manual. „Het voornaamste probleem bij al deze studies is, dat de onderzoeker geen testscores van een significant aantal van de thuisleerlingen ter beschikking staan.”
Er is „zo goed als geen empirisch bewijsmateriaal beschikbaar” om afdoende te bewijzen dat huisonderwijs een wetenschappelijk superieure onderwijsmethode is, legt The Home School Manual uit. „Hoewel kinderen die huisonderwijs krijgen het gewoonlijk goed doen, zou het juiste onderzoeksprogramma moeten aantonen dat een eventueel verschil niet aan andere factoren toe te schrijven is.”
Velen niettemin sceptisch
Er is veel kritiek op huisonderwijs. Veel schoolfunctionarissen hebben hun bezorgdheid geuit over de wisselende kwaliteit van het onderwijs dat kinderen thuis geboden wordt. Het blad Time zei het zo: „Goede bedoelingen laten zich niet automatisch vertalen in gedegen onderwijs.”
Om die reden werken schooldistricten soms niet mee of zelfs tegen als ouders te kennen geven dat zij van plan zijn hun kinderen zelf te gaan onderwijzen. Hoewel sommige schooldistricten de afgelopen jaren pogingen in het werk hebben gesteld om nauwer met ouders die huisonderwijs geven samen te werken, blijven andere onderwijsfunctionarissen sceptisch. Zowel de Nationale Raad van Hoofden van Basisscholen als de Nationale Onderwijsraad (de NEA) hebben zich tegen huisonderwijs verklaard, uit vrees dat sommige ouders wellicht niet in staat zijn deugdelijk huisonderwijs te geven. Het officiële standpunt van de NEA luidt dat „huisonderwijsprogramma’s de leerling geen veelomvattend onderwijspakket kunnen bieden”.
Voorstanders van huisonderwijs zeggen dat ouders geen hoger onderwijs genoten behoeven te hebben om goede onderwijzers te zijn. „Ouders hoeven niet alle antwoorden te weten om hun kinderen aan te moedigen de antwoorden op hun eigen vragen te zoeken”, zegt het boek Home Schooling — Answering Questions. Kinderen kunnen naar geschikte naslagwerken worden verwezen. Ouders en kinderen kunnen samen leren. En als er een gevorderde opleiding of deskundigheid vereist is, kunnen op deeltijdbasis privé-leraren in de arm worden genomen.
Critici voeren ook aan dat thuis onderwezen kinderen te geïsoleerd leven en dat zij de normale interactie met andere kinderen van hun leeftijd missen. Ook dat is een conclusie die voorstanders ten stelligste afwijzen. „Deze kinderen zijn niet maatschappelijk geïsoleerd”, zei Brian Ray, directeur van het Nationale Onderzoeksinstituut voor Huisonderwijs. „Thuisleerlingen gaan gewoonlijk naar de dierentuin of naar het museum voor beeldende kunsten om de dingen met eigen ogen te zien. Zij spelen in de buurt, net als andere kinderen. Het denkbeeld dat zij van acht uur ’s ochtends tot tien uur ’s avonds in een kamertje opgesloten zitten, is gewoon niet waar.”
Iets voor u?
Huisonderwijs vergt „niet alleen moed, maar ook uithoudingsvermogen, vindingrijkheid en sterke zenuwen”, staat in Christianity Today. Mocht u dus overwegen tot huisonderwijs over te gaan, overdenk dan realistisch wat er allemaal bij betrokken is. Noeste vlijt en goede organisatie zullen nodig zijn om u naast het verzorgen van een dagelijks onderwijsprogramma voor de kinderen, van uw huishoudelijke taken en andere gezinsverantwoordelijkheden te kwijten. „Misschien moet u zo hard werken dat u geneigd bent ermee te stoppen”, vertelde Ray. „Er wordt veel van u gevergd.”
Ga vervolgens na hoe de leerplichtwet in uw omgeving luidt. In de Verenigde Staten bijvoorbeeld is huisonderwijs in alle vijftig staten legaal, maar de wettelijke voorschriften lopen zeer uiteen. In sommige staten behoeft u voor het thuis onderwijzen van uw kind slechts de plaatselijke schoolinspecteur daarvan in kennis te stellen en een formulier van één kantje in te vullen. In andere staten moet een ouder gediplomeerd onderwijzer zijn om huisonderwijs te mogen geven. Stel vast hoe de plaatselijke verordeningen luiden opdat u aan alle wettelijke vereisten kunt voldoen.
Beschouw vervolgens de kosten. Het aanschaffen van leermiddelen vormt een van de grootste uitdagingen bij het huisonderwijs — vooral als uw financiën beperkt zijn. „U bent een gemakkelijke prooi voor leveranciers van leermiddelen”, waarschuwt A Survivor’s Guide to Home Schooling.
Terwijl sommige leveranciers een bescheiden vergoeding voor lesmateriaal vragen, kosten andere huisonderwijspakketten honderden dollars. Standaardtoetsen, die thuisleerlingen in sommige staten jaarlijks moeten afleggen, kunnen wel $50 per stuk kosten. Nieuwe leerboeken, opgavenboekjes en andere leermiddelen zullen jaar in jaar uit nodig zijn en dus is een zorgvuldig opgesteld huisonderwijsbudget onontbeerlijk.
Natuurlijk zijn niet alle ouders bereid of in staat alle tijd, moeite en geld aan huisonderwijs te besteden die volgens deskundigen nodig is om er een succes van te maken. „Huisonderwijs is niet voor iedereen geschikt”, zei een veertienjarig meisje dat vanaf haar zevende huisonderwijs had gekregen. „Daarvoor zijn de juiste omstandigheden, de juiste instelling en de juiste ouders nodig.” Ook zelfdiscipline — van ouder en kind — kunnen aan deze opsomming toegevoegd worden. De eerder geciteerde man zei dat je, wil je iets van huisonderwijs maken, „je er krachtig voor in moet zetten”. Hij vervolgde: „Het is een echte uitdaging de tijd ervoor te vinden en het te voltooien.”
Zelfs vurige voorstanders van huisonderwijs geven toe dat het soms op een onbekwame of zelfs onverantwoorde manier wordt gegeven. Ja, elk jaar mislukken er wel pogingen om huisonderwijs te geven, met als gevolg dat de kinderen slecht opgewassen zijn tegen toekomstige onderwijsuitdagingen.
Verder dienen ouders zichzelf niet wijs te maken dat huisonderwijs op zich voldoende is om hun kinderen te beschermen tegen de immorele invloeden waaraan kinderen op staatsscholen blootstaan. Niemand kan hoe dan ook volledig afgeschermd worden tegen contact met de wereld. Er zijn buiten het officiële onderwijs nog veel meer factoren waardoor de denkwijze van een kind gevormd wordt, waaronder het voorbeeld van de ouders, omgang, amusement en zowel persoonlijke als gezinsbijbelstudie. Zonder toegewijde begeleiding op al deze terreinen zal geen enkel onderwijssysteem een succes blijken bij het grootbrengen van christelijke kinderen.
Weliswaar zijn sommige ouders van mening dat huisonderwijs heeft bijgedragen tot de geestelijke vooruitgang van hun kinderen, maar niet vergeten mag worden dat veel christelijke jongeren die naar staatsscholen gaan, ook fijne geestelijke vorderingen maken. In veel gevallen hebben ouders goede resultaten geboekt door nauw samen te werken met hun plaatselijke schooldistrict om ervoor te zorgen dat hun kinderen onderwijs van hoge kwaliteit krijgen.
De ouders, bij wie de uiteindelijke verantwoordelijkheid voor het juiste onderwijs en de opvoeding van hun kinderen ligt, moeten zelf beslissen bij wat voor onderwijs hun gezin naar hun mening het meeste gebaat zal zijn. Weeg dus alle factoren zorgvuldig af voordat u beslist of u bereid en in staat bent de uitdaging aan te nemen uw kinderen thuis te onderwijzen.
[Inzet op blz. 12]
„Kinderen moeten vaste leeruren hebben, net als wanneer ze naar school zouden gaan.” — C. F. L., een vader die zijn dochter thuis onderwees
[Illustraties op blz. 10]
Alleen u kunt beslissen wat het beste is voor uw kind — schoolonderwijs of huisonderwijs