Bent u klaar voor de doop?
IEDEREEN die de evangelieverslagen in de bijbel gelezen heeft, weet dat de Heer Jezus gedoopt werd en dat hij zijn discipelen opdroeg anderen te dopen. De doop als symbool van iemands opdracht aan God is een fundamentele leerstelling van het christendom (Hebr. 6:1, 2). Bent u gedoopt?
Onder de lezers van De Wachttoren zijn er elk jaar meer dan vijftigduizend personen die in navolging van Jezus en in gehoorzaamheid aan zijn instructies worden gedoopt. Indien u iemand bent die deze stap overweegt, zult u geïnteresseerd zijn in wat hierover op de „Gods zonen der bevrijding”-districtsvergadering van Jehovah’s getuigen, die de afgelopen zomer gehouden werd, werd gezegd. Daar werd de vraag gesteld: „Hoeveel dient iemand gestudeerd te hebben, ja, in welke mate dient hij Gods Woord te kennen voordat hij gedoopt kan worden?”
De spreker had reeds uiteengezet dat iemand, voordat hij in het openbaar deel kan nemen aan het predikingswerk dat door Jehovah’s getuigen wordt gedaan, dient te geloven dat de bijbel Gods geïnspireerde Woord is. Hij dient ten minste de fundamentele leerstellingen van de Schrift te kennen en te geloven. Zijn eigen leven moet in overeenstemming zijn met de hoge maatstaf van de bijbel met betrekking tot eerlijkheid, de seksuele moraal, en matigheid bij elk gebruik van sterke drank. Hij dient niet iemand te zijn die aan de activiteiten van een of andere vals-religieuze organisatie deelneemt of haar diensten bijwoont en hij dient niet verwikkeld te zijn in de politieke aangelegenheden van deze wereld. Hij dient veeleer de vergaderingen van de christelijke gemeente van Jehovah’s getuigen bij te wonen. Deze vereisten zijn eveneens van toepassing op iemand die de waterdoop overweegt.
Vervolgens zei de spreker in antwoord op de vraag over de doop het volgende: „Jezus’ instructies, opgetekend in Matthéüs 28:19, 20, luiden: ’Gaat daarom en maakt discipelen van mensen uit alle natiën, hen dopende in de naam van de Vader en van de Zoon en van de heilige geest, en leert hen onderhouden alles wat ik u geboden heb.’ Wat zei hij nu dat deze mensen moesten worden voordat zij gedoopt werden? Discipelen.
Dit betekent dat zij personen dienen te zijn die leren; en het houdt zelfs nog meer in. Merk in Johannes 8:31 op dat Jezus zegt: ’Indien gij in mijn woord blijft, zijt gij werkelijk mijn discipelen.’ Om in zijn woord te kunnen blijven, moesten zij dat woord kennen, niet waar? Het is goed te beseffen dat wanneer iemand wordt gedoopt, hij bepaalde verantwoordelijkheden aanvaardt. Het is duidelijk dat hij niet klaar is om gedoopt te worden indien hij niet weet wat die verantwoordelijkheden zijn, niet waar? Jezus toont aan dat degenen die zijn woord kennen en er in overeenstemming mee leven, zijn discipelen zijn, en zij die discipelen zijn, moeten gedoopt worden.
Met dit in gedachten gelooft het Genootschap dat het heel goed zou zijn als iedereen die gedoopt wil worden, de beide boeken „Dingen waarin God onmogelijk kan liegen” en Life Everlasting — in Freedom of the Sons of God zorgvuldig leest of bestudeert (of, indien het laatste boek nog niet in zijn taal verkrijgbaar is, de brochure Een leven leiden van hoop op een rechtvaardige nieuwe wereld) voordat hij zich voor de onderdompeling in water aanbiedt. Dit is geen vaste regel, maar het is wel iets dat wij ten zeerste aanbevelen, opdat degenen die zich laten dopen ten volle beseffen wat zij doen.”
GROEI IN LIEFDE EN KENNIS
Sommigen zijn misschien van mening dat dit nieuwelingen die zich willen laten dopen, zal terughouden, en de spreker op het congres werd daarom gevraagd of dit wel eens het geval zou kunnen zijn. Hij antwoordde:
„Helemaal niet. Als je week na week met hen studeert, moedig je hen in feite aan vorderingen te maken. Je rust hen toe om betere lofzangers van Jehovah te worden.
Het is waar dat als iemand alles in die publikaties op een gewone huisbijbelstudie zou moeten verwerken alvorens te worden gedoopt, het nogal wat maanden zou duren. Wanneer je echter week in week uit met hem studeert, streef je ernaar in hem een liefde voor de waarheid te stimuleren en het verlangen om in kennis van de waarheid te groeien. Je wenst hetzelfde voor hem als de apostel Paulus in Filippenzen 1:9 onder woorden bracht, namelijk dat zijn ’liefde steeds overvloediger mag zijn met nauwkeurige kennis en volledig onderscheidingsvermogen’. Wanneer iemands hart eenmaal begint te reageren, zal hij enig initiatief in die richting ontplooien. Als iemand werkelijk hongert en dorst naar de waarheid, kan hij toch in veel gevallen die twee publikaties in niet al te lange tijd lezen en de schriftplaatsen opzoeken. En indien iemand aan de andere kant geen sterke liefde voor de waarheid heeft, geen liefde die hem ertoe aanzet er iets voor te doen, dan is hij toch niet klaar voor de doop, niet waar?”
In het geval iemand die deze publikaties niet heeft gelezen de wens te kennen geeft gedoopt te worden, werd het volgende voorgesteld:
„Je zou samen met hem de schriftplaatsen kunnen lezen die wij hebben besproken, waarbij je de nadruk legt op de noodzaak de leerstellingen van de bijbel te kennen. Stel hem vervolgens een paar vragen om die noodzaak goed te laten uitkomen. Vraag hem wat de bijbel zegt over het huwelijk, neutraliteit, bloed, enzovoorts. Toon hem aan hoe belangrijk het is deze dingen te weten. Leg hem uit dat ze in het boek Life Everlasting — in Freedom of the Sons of God worden besproken en moedig hem aan ze te lezen. Neem vervolgens van je geregelde studie uit het ’Onmogelijk te liegen’-boek wat tijd af om hem vragen te stellen over wat hij heeft gelezen om er zeker van te zijn dat hij het begrijpt. Iemand die deze kennis bezit voordat hij wordt gedoopt, zal stellig beter in staat zijn om overeenkomstig zijn opdracht aan Jehovah God te leven. Bedenk dat je er bij iedereen op aan moet dringen de boeken zo spoedig mogelijk door te lezen.”
HET SCHRIFTUURLIJKE GEZICHTSPUNT
Het aanmoedigen van individuele personen om, voordat zij worden gedoopt, een duidelijk begrip te hebben van wat erbij betrokken is een christen te zijn, is in overeenstemming met hetgeen de bijbel ons zegt over degenen die door de vroege christenen werden gedoopt. Hierop werd de nadruk gelegd toen de congresspreker werd gevraagd: „Wat zou je zeggen als iemand verwees naar de drieduizend die met Pinksteren werden gedoopt, op dezelfde dag dat Petrus tot hen predikte, of naar de Ethiopische eunuch, die door Filippus werd gedoopt na slechts één bijbelse bespreking met hem?”
Hierop antwoordde hij: „Het is belangrijk in gedachten te houden wie deze mensen waren. Het waren geen personen die in hun hele leven slechts een paar verzen uit de bijbel hadden gehoord, zoals dit met zovelen in deze tijd het geval is. Zij waren joden en proselieten die de Schriften kenden. De geïnspireerde geschriften van Mozes en de Profeten werden elke sabbatdag hardop in de synagogen voorgelezen (Hand. 15:21). Zij geloofden erin. Nu zij over Jezus Christus hoorden, brachten zij geloof tot uitdrukking in het feit dat hij degene was over wie de profeten hadden gesproken en dat zij alleen door hem redding konden verwerven. Met Pinksteren, na deze mensen een grondig getuigenis over Jezus te hebben gegeven, drong Petrus er dus bij degenen die geloofden op aan gedoopt te worden. En Handelingen 2:41 zegt: ’Zij dan die zijn woord van harte aanvaardden, werden gedoopt.’ Zij toonden dat zij anders waren dan de andere joden, die, alhoewel zij de Schriften kenden, de menselijke overleveringen op de eerste plaats stelden; Gods Woord vond weerklank in hun hart.
Hetzelfde gold voor de Ethiopische eunuch aan wie Filippus getuigenis gaf. Hij was met Gods Woord bekend. Hij was juist voor aanbidding naar Jeruzalem geweest en toen Filippus hem tegenkwam, was hij druk bezig met het bestuderen van de Schriften. Hij geloofde in Jehovah God; hij erkende hoe de heilige geest werkzaam was geweest om Gods wil te volbrengen, en toen Filippus hem nu ’het goede nieuws omtrent Jezus bekendmaakte’, aanvaardde hij het en werd hij in navolging van Jezus gedoopt. — Hand. 8:35.
In deze tijd hebben de mensen over het algemeen die achtergrond van bijbelkennis niet. Zij zijn pas in staat om de verantwoordelijkheden van een opgedragen dienstknecht van God op zich te nemen wanneer zij vernemen wat zijn vereisten zijn. En zij worden in grote mate geholpen die kennis te verwerven als zij de boeken ’Dingen waarin God onmogelijk kan liegen’ en Life Everlasting — in Freedom of the Sons of God lezen.”
Indien u de bijbel met een van Jehovah’s getuigen bestudeert, moedigen wij u aan uw vooruitgang naar christelijke rijpheid te bespoedigen door uit eigen initiatief deze twee publikaties samen met uw bijbel door te lezen. Verwerf een degelijke basis van bijbelkennis, een duidelijk beeld van wat van een christen vereist wordt, en aarzel dan niet in overeenstemming met wat u leert te handelen. Maar stel dit niet uit! De tijd loopt ten einde voor deze goddeloze wereld, en alleen opgedragen en gedoopte christenen die zich van hun christelijke verantwoordelijkheden kwijten, hebben hun voeten stevig op de weg des levens gezet. — 1 Petr. 3:21.