Zich voorbereiden op een nieuwe ordening van rechtvaardigheid
GOD heeft zijn voornemen bekendgemaakt dat de mensheid in geluk zal leven op een aarde die in rechtvaardigheid door Zijn wetten wordt bestuurd. Hij zal deze begerenswaardige toestand voor de mensheid echter niet bewerkstelligen door de wereld te bekeren. Dit feit blijkt duidelijk als wij bedenken dat de natiën steeds verder van de maatstaven van de bijbel afwijken.
God heeft de wereld die vóór de vloed bestond niet bekeerd maar vernietigd. Het verslag luidt: „Jehovah [zag] dat de slechtheid van de mens overvloedig was op de aarde en dat elke neiging van de gedachten van zijn hart te allen tijde alleen maar slecht was.” Niettemin „krenkte” het Jehovah in zijn liefderijke goedheid „in zijn hart”. Hij gaf de mensen 120 jaar voordat hij handelend tegen hen optrad. Dat zij verdelgd werden, kwam doordat zij, zelf het slechte pad hadden gekozen. — Gen. 6:3, 5, 6.
Dit historische feit is voor ons van belang, omdat Jezus Christus heeft gezegd: „Net zoals de dagen van Noach waren, zo zal de tegenwoordigheid van de Zoon des mensen zijn. . . . zij sloegen er geen acht op totdat de vloed kwam en hen allen wegvaagde.” — Matth. 24:37-39.
ALLEEN DEGENEN DIE VOORBEREID ZIJN, ZULLEN BLIJVEN LEVEN
Als God het huidige samenstel van dingen vernietigt, laat hij geen vacuüm achter, dat wil zeggen, hij zal geen ontvolkte aarde hebben. Hij zal ook niet enkele mensen overlaten die Gods wegen niet kennen en zijn soevereiniteit niet willen erkennen.
Toen Noach en zijn gezin, acht personen in totaal, als de enige overlevenden van de vloed uit de ark stapten, waren zij niet onwetend. Zij kenden Gods beginselen en hadden ernaar geleefd. Noach had dit in feite 600 jaar lang gedaan. De wijsheid die hij had verkregen door ’met God te wandelen’, stelde hem in staat de juiste leiding te geven aan de dingen die gedaan moesten worden naarmate de mensen weer op aarde begonnen toe te nemen. — Gen. 6:9; 7:11.
God geeft de mensheid in deze tijd de gelegenheid zich voor te bereiden op leven in een nieuwe ordening — de gelegenheid om de weg ten leven te gaan bewandelen. Hebt u horen verkondigen dat „het Koninkrijk is nabijgekomen”? Heeft iemand aan uw deur, op uw werk of ergens anders met u gesproken over de paradijstoestand van de aarde die zeer dichtbij is en waarin men eeuwig kan leven? Als dit zo is, beseft u wellicht dat het Koninkrijk inderdaad nabij is. U herkent de bekendmaking dan wellicht als een opvoedkundig werk dat God laat verrichten ten einde mensen in te lichten en te onderwijzen om in leven te blijven.
U kunt u op leven in een nieuwe ordening voorbereiden door een studie te maken van Gods wetten en deze thans in uw leven toe te passen. Niet een opleiding in een tak van wetenschap, in de politiek of de filosofie van deze wereld is het belangrijkste. Die opleiding zal iemand niet helpen in leven te blijven. Die geleerdheid is louter kennis. Het is geen ware wijsheid, want ze helpt iemand niet te weten hoe hij in vrede met zijn medemens en in harmonie met zijn Schepper moet leven. Als de Schepper en Architect van het universum, weet God alles over zijn schepping. Zijn wetten kennen en opvolgen, dat is ware wijsheid.
Velen in deze tijd streven naar kennis, maar niet velen hebben een hart dat bereid is God te gehoorzamen. Mensen met een goed hart, die loyaal en door en door betrouwbaar zijn, zijn waardevol in Gods ogen. Aan deze personen zal God, behalve wijsheid, alle technische en andere kennis geven die voor een georganiseerde maatschappij op aarde in zijn nieuwe ordening noodzakelijk is. Zij zullen in staat zijn de aarde te ’onderwerpen’ en tot heerlijkheid van God tot een paradijs te maken. — Gen. 1:28.
Wat zegt de bijbel over Gods nieuwe ordening en de bestuursregeling ervan?
WAT VOOR REGERING VOOR DE NIEUWE ORDENING?
In dit huidige samenstel van dingen hebben wij regeringen die vaak uit een groot aantal mensen bestaan. De wetgevende, rechterlijke en uitvoerende organen van een regering zijn uit een flink aantal mensen samengesteld. De bijbel zegt dat boven deze regeringen van de wereld onzichtbare heersers staan. Wie zijn deze heersers? Het zijn goddeloze geestelijke personen, die de meeste mensen niet kennen omdat zij onzichtbaar zijn. Een van Christus apostelen geeft christenen de raad pal te staan tegen de kuiperijen van de Duivel, en vervolgt dan:
„Want wij hebben geen strijd tegen bloed en vlees, maar tegen de regeringen, tegen de autoriteiten, tegen de wereldheersers van deze duisternis, tegen de goddeloze geestenkrachten in de hemelse gewesten.” — Ef. 6:11, 12.
Deze goddeloze geesten, die de „hemelen”, of onzichtbare regeringsmacht over de „aarde”, of de huidige mensenmaatschappij vormen, zullen verwijderd worden. „De hemelen . . . zullen voorbijgaan” zegt de apostel Petrus (2 Petr. 3:10). Dan zullen de „nieuwe hemelen” de „nieuwe aarde” van een rechtvaardige mensenmaatschappij besturen (Openb. 21:1-4). Deze „nieuwe hemelen” zijn volgens de beschrijving van de bijbel samengesteld uit Jezus Christus, de Koning en Hogepriester van God, en zijn medekoningen en onderpriesters ten getale van 144.000 personen. Zal er een zichtbare bestuursregeling voor de mensheid zijn? — Openb. 14:1, 3, 4; 20:4, 6.
In Psalm 45 spreekt de geïnspireerde schrijver alsof hij zich tot de Koning richt. In de christelijke Geschriften worden aanhalingen uit deze psalm gedaan en op Jezus Christus toegepast (Ps. 45:1, 6, 7; Hebr. 1:8, 9). De psalmist zegt daar tot de Koning: „In plaats van uw voorvaders zullen uw zonen blijken te zijn, die gij tot vorsten zult aanstellen op de gehele aarde” (Ps. 45:16). Rechtvaardige mannen zoals Noach, Abraham en David behoorden tot Jezus’ voorvaders naar het vlees. Dit waren loyale mannen die bewezen hebben rechtschapen te zijn. Zij zullen „kinderen” van de „Eeuwige Vader”, Jezus Christus, worden doordat zij door Christus’ loskoopoffer een opstanding zullen krijgen (Jes. 9:6). Te zamen met net zulke onverbreekbaar rechtschapen mannen als zij, zullen zij zichtbare „vorsten” zijn, precies zoals de profeet Jesaja heeft geschreven:
„Zie! Een koning zal regeren voor louter rechtvaardigheid; en wat vorsten betreft, zij zullen als vorsten heersen voor louter gerechtigheid. En het werk van de ware rechtvaardigheid moet vrede worden en de dienst van de ware rechtvaardigheid gerustheid en zekerheid tot onbepaalde tijd. En mijn volk moet in een vredige verblijfplaats wonen en in woonsteden van volledig vertrouwen en in ongestoorde rustplaatsen.” — Jes. 32:1, 17, 18.
Op deze wijze zullen degenen die de vernietiging van dit oude samenstel hebben overleefd onder de „nieuwe hemelen” en met de „vorsten” die volgens inlichtingen te werk gaan die door de „nieuwe hemelen” worden overgebracht, snelle vorderingen in de richting van volmaaktheid maken. Aangezien Christus’ slachtoffer niet alleen voor de levenden, doch ook voor de doden is, zullen de mensen worden opgewekt en in dezelfde beginselen onderwezen worden als die waaraan de toekomstige overlevenden zich nu houden. — Hand. 24:15; 2 Tim. 4:1.
De juiste en rechtvaardige beginselen van de Almachtige God zijn thans voor niemand die ze wil kennen, moeilijk te begrijpen. Degenen die de bijbel in zijn geheel als het geïnspireerde woord van God aanvaarden en die hun leven ijverig met deze beginselen in overeenstemming brengen, bereiden zich voor op leven in een nieuwe ordening van rechtvaardigheid. Zij kunnen vol vertrouwen tot God zeggen: „Uw koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in de hemel, alzo ook op aarde.” Het Koninkrijk ’komt’ in botsing met de natiën, waardoor Gods wil en voornemen kunnen geschieden en er werkelijke vrede op aarde zal zijn. — Matth. 6:10.
Wenst u een dergelijke verandering? Bent u bereid te onderzoeken of zulk een verandering in de toestand en op aarde een verandering van uw zijde noodzakelijk maakt?
[Illustratie op blz. 248]
Wanneer men zich op leven in Gods nieuwe ordening wil voorbereiden, is het gebiedend noodzakelijk Gods Woord te bestuderen en er in overeenstemming mee te leven