COVERONDERWERP
Zal de mens de aarde volledig ruïneren?
„Generaties gaan, generaties komen, maar de aarde blijft altijd bestaan.” — KONING SALOMO, ELFDE EEUW V.CHR.a
Voor deze Bijbelschrijver uit de oudheid vormde het korte leven van een mens een scherp contrast met de duurzaamheid van de aarde. Duizenden jaren lang zijn er inderdaad generaties gekomen en gegaan, maar de aarde is altijd bijzonder veerkrachtig en stabiel gebleken in haar vermogen om leven in stand te houden. Hoelang zal dat nog zo blijven?
Sinds de Tweede Wereldoorlog is er in hoog tempo veel veranderd. In één mensenleven is er een opmerkelijke vooruitgang geboekt op het gebied van vervoer, communicatie en andere technologieën, met ongekende economische veranderingen tot gevolg. Veel mensen hebben nu een levensstandaard die men vroeger nooit voor mogelijk had gehouden. Ondertussen is de wereldbevolking bijna verdrievoudigd.
Maar voor dit alles wordt wel een prijs betaald. Naar verluidt wordt de aarde zo zwaar belast door menselijke activiteit dat de natuurlijke kringlopen, die het leven in stand houden, verstoord raken. Volgens sommige onderzoekers is er zelfs een nieuw geologisch tijdvak aangebroken, dat het antropoceen wordt genoemd — een tijdperk waarin menselijke activiteit een steeds grotere impact op onze planeet heeft.
De Bijbel spreekt over een tijd waarin mensen „de aarde vernietigen” (Openbaring 11:18, Willibrordvertaling). Sommigen vragen zich af of we nu in die tijd leven. Hoeveel schade zal er nog aan de aarde worden toegebracht? Zal het ooit zover komen dat er geen herstel meer mogelijk is?
BEREIKEN WE EEN OMSLAGPUNT?
Hebben we bijna het punt bereikt dat er geen herstel meer mogelijk is? Volgens sommige onderzoekers is het moeilijk te voorspellen wat de gevolgen van klimaatveranderingen zullen zijn. Ze zijn dan ook bang dat we ’omslagpunten’ zullen bereiken — plotselinge en onverwachte klimaatveranderingen die rampzalige gevolgen kunnen hebben.
Neem bijvoorbeeld de West-Antarctische ijskap. Sommigen denken dat er door aanhoudende opwarming van de aarde een punt bereikt gaat worden waarop het smelten van die ijskap onomkeerbaar is. Zonnestralen worden namelijk veel beter door ijs weerkaatst dan door het oceaanwater. Als de ijskap dunner en kleiner wordt, wordt de oceaan eronder uiteindelijk aan de zon blootgesteld. De donkere oppervlakte van de oceaan absorbeert meer warmte, waardoor de ijskap nog sneller zal smelten. Zo kan er een vicieuze cirkel ontstaan. Door het smeltwater zal het zeeniveau stijgen, wat voor honderden miljoenen mensen rampzalig zou kunnen zijn.
EEN TOENEMENDE ECOLOGISCHE SCHULD
Er zijn allerlei strategieën uitgedacht om de huidige ’planetaire noodtoestand’ aan te pakken. Een lang bestaande strategie is duurzame ontwikkeling: het promoten van economische en sociale groei binnen de ecologische grenzen van de planeet. Wat zijn daar de resultaten van geweest?
Jammer genoeg blijft de ecologische schuld van de aarde zich net als de wereldwijde financiële schuld opstapelen. Mensen blijven de hulpbronnen van de aarde sneller verbruiken dan die door de natuur aangemaakt kunnen worden. Is daar iets aan te doen? Een ecoloog geeft eerlijk toe: „Eigenlijk hebben we geen idee hoe we onze planeet goed moeten beheren.” Die gedachte sluit goed aan bij wat de Bijbel zegt, namelijk dat „het niet aan de aardse mens is zijn weg te bepalen” (Jeremia 10:23).
Aan de andere kant verzekert de Bijbel ons dat God, de Schepper, niet zal toelaten dat mensen de aarde ecologisch bankroet laten gaan. In Psalm 115:16 wordt gezegd: „De aarde heeft hij [God] aan de mensenzonen gegeven.” Onze planeet is dus een „goede gave” van onze hemelse Vader (Jakobus 1:17). Zou God ons een geschenk geven dat tijdelijk is, dat als het ware een houdbaarheidsdatum heeft? Natuurlijk niet! Dat blijkt uit de manier waarop onze planeet ontworpen is.
HET DOEL VAN DE SCHEPPER
Het Bijbelboek Genesis vertelt gedetailleerd hoe God met veel zorg de aarde maakte. Eerst wordt de aarde beschreven als „vormloos en woest”, en „er lag duisternis op het oppervlak”. Maar er wordt ook specifiek vermeld dat er „wateren” op de planeet waren — noodzakelijk voor leven (Genesis 1:2). Toen zei God: „Er kome licht” (Genesis 1:3). Blijkbaar drongen er zonnestralen door de atmosfeer, en voor het eerst was er op aarde licht te zien. Dan wordt er verteld dat het droge land en de zeeën gevormd werden (Genesis 1:9, 10). Vervolgens verschenen er „gras (...), plantengroei die zaad droeg naar zijn soort en bomen die vrucht opleverden” (Genesis 1:12). Alles wat nodig was voor de processen en kringlopen die leven mogelijk maken — zoals de fotosynthese — was dus aanwezig. Wat was het doel van die uitgebreide voorbereidingen?
De profeet Jesaja beschreef God als „de Formeerder van de aarde en de Maker ervan, Hij, die haar stevig heeft bevestigd, die haar niet louter voor niets heeft geschapen, die haar geformeerd heeft om ook bewoond te worden” (Jesaja 45:18). Het was duidelijk Gods bedoeling dat de aarde voor altijd door mensen bewoond zou worden.
Helaas zijn mensen niet goed met Gods mooie geschenk omgegaan; ze zijn het zelfs aan het ruïneren. Toch heeft de Schepper nog steeds hetzelfde doel. Een man uit de oudheid zei: „God liegt niet, zoals de mensen, verandert niet van gedachten, zoals wij. Zou hij ooit iets beloven en het nalaten?” (Numeri 23:19, Groot Nieuws Bijbel) God zal niet toelaten dat de aarde vernietigd wordt. Hij zal binnenkort ingrijpen door „hen te vernietigen die de aarde vernietigen” (Openbaring 11:18, WV).
DE AARDE VOOR ALTIJD ONS THUIS
Jezus Christus zei in zijn beroemde Bergrede: „Gelukkig zijn de zachtaardigen, want zij zullen de aarde beërven” (Mattheüs 5:5). In diezelfde toespraak vertelde Jezus hoe de aarde van vernietiging gered zal worden. Hij leerde zijn volgelingen bidden: „Uw koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in de hemel, zo ook op aarde.” Gods Koninkrijk, of regering, zal dus Gods doel met de aarde realiseren (Mattheüs 6:10).
God zegt over de opmerkelijke veranderingen die dat Koninkrijk zal brengen: „Zie! Ik maak alle dingen nieuw” (Openbaring 21:5). Betekent dit dat God de aarde gaat vervangen door een nieuwe? Nee, want er is niets mis met de aarde zelf. God gaat degenen die verantwoordelijk zijn voor de ecologische crisis, degenen „die de aarde vernietigen”, dat wil zeggen de huidige maatschappij met haar regeringsstructuur, vervangen. Er zal „een nieuwe hemel en een nieuwe aarde” komen — een nieuwe hemelse regering, Gods Koninkrijk, die over een nieuwe aardse maatschappij gaat regeren (Openbaring 21:1).
God gaat de ecologische schuld die de mens veroorzaakt heeft, vereffenen door de hulpbronnen van de aarde weer aan te vullen. De psalmist beschreef wat God gaat doen: „Gij hebt uw aandacht op de aarde gericht, om haar overvloed te geven; gij verrijkt haar ten zeerste.” Zonder extreme weersomstandigheden en vooral dankzij Gods zegen zal de aarde een paradijs worden en zal er een overvloed aan voedsel zijn (Psalm 65:9-13).
Mohandas Gandhi, voormalig geestelijk leider van India, heeft volgens zijn secretaris Pyarelal ooit gezegd: „De aarde biedt genoeg voor ieders behoefte, niet voor ieders hebzucht.” Gods Koninkrijk zal de grondoorzaak van de problemen van de aarde aanpakken door het hart van mensen te veranderen. De profeet Jesaja voorspelde over de onderdanen van die regering: „Men zal nergens kwaad doen of verderf aanrichten” (Jesaja 11:9, Herziene Statenvertaling). Miljoenen mensen uit alle lagen van de samenleving leren nu al naar Gods verheven normen te leven. Ze leren om van God en hun naaste te houden, een dankbare instelling te hebben, voor het milieu te zorgen, zuinig met natuurlijke hulpbronnen om te gaan en een leven te leiden dat in overeenstemming is met Gods doel met de mens en de aarde. Ze worden voorbereid op het leven in een paradijs op aarde (Prediker 12:13; Mattheüs 22:37-39; Kolossenzen 3:15).
Het scheppingsverslag in Genesis eindigt met de woorden: „Daarna zag God alles wat hij gemaakt had en zie! het was zeer goed” (Genesis 1:31). God zal echt niet toelaten dat deze prachtige aarde volledig wordt geruïneerd. Wat een geruststelling dat de toekomst van onze planeet veilig in de handen van onze liefdevolle Schepper, Jehovah, rust! Hij belooft: „De rechtvaardigen, die zullen de aarde bezitten, en zij zullen er eeuwig op verblijven” (Psalm 37:29). De aarde zal dan voor rechtvaardige mensen een eeuwig thuis zijn.
a Uit Prediker 1:4 (De Nieuwe Bijbelvertaling).