Vergaderingen die ons helpen discipelen te maken
WEEK DIE OP 2 DECEMBER BEGINT
8 min: Lied 17 en plaatselijke mededelingen.
20 min: „Elkaar aanmoedigen sterk te zijn in het geloof.” Bespreking van hoofdartikel. Betrek zaal erin door vragen te stellen over hoofdpunten. Leg vooral nadruk op de teksten. Vraag verscheidene personen zich erop voor te bereiden om te vertellen welke resultaten hij heeft geboekt door zich ervoor in te spannen om anderen in de gemeente te helpen.
20 min: „Elkaar helpen (deel V): om vorderingen te maken.” Dienstopziener bespreekt artikel met zaal. Laat enkele verkondigers die sinds het begin van deze reeks in augustus geholpen zijn, kort vertellen welke vorderingen zij de afgelopen maanden bij zichzelf hebben opgemerkt. Het zou goed zijn als de dienstopziener de broeders en zusters ook prees voor de inspanningen die zij zich hebben getroost om dit programma tot hulp van anderen in de gemeente, te ondersteunen. Hij kan hun verdere doeleinden voor ogen stellen in dit programma van onderlinge hulp.
12 min: Dienstmededelingen. Nodig de zaal uit enkele leuke ervaringen te vertellen over de reactie van de mensen op de eerste zondag van de maand toen er zovelen van de gemeente in de dienst stonden. Extra inspanningen worden beloond. Lied 16 en gebed.
WEEK DIE OP 9 DECEMBER BEGINT
8 min: Lied 55 en plaatselijke mededelingen. Behandel ook financieel overzicht.
22 min: „Wat voor soort van mensen behoort gij te zijn?” Lezing over dit thema met enige zaaldeelname. (Inlichtingen zijn genomen uit zaterdagochtendprogramma van het „Levende hoop”-districtscongres, gebaseerd op 2 Petrus 3:11.)
„HEILIGE GEDRAGINGEN”: Nauwkeurige kennis en geloof noodzakelijk om ’heilig te zijn in ons gedrag’ (1 Petr. 2:2, 3). Geen zaak van persoonlijke keuze, maar een gebod (1 Petr. 1:15, 16). Wat is „losbandig gedrag”? (Bandeloos, grof, schaamteloos gedrag. Zie w74 1/1 blz. 30.) Welke uitwerking zou het op de gemeente kunnen hebben? (2 Petr. 2:1-3) Iemand die zo’n gedrag beoefent, is slechter af dan voordat hij de waarheid leerde kennen. Brengt ook anderen tot struikelen (2 Petr. 2:17-22). Kan zich niet verontschuldigen met de woorden: „Dat is een gewetenskwestie”, of „Anderen doen het ook”. Sommige dingen zijn duidelijk verkeerd. Moeten die vermijden. — 1 Petr. 2:16.
„DADEN VAN GODVRUCHTIGE TOEWIJDING”: Iemand met godvruchtige toewijding zal heilige dingen met respect bezien, heilige dingen kostbaar achten. Jezus was de eerste mens die, vanaf de tijd dat Adam in Eden geen godvruchtige toewijding meer aan de dag legde, deze godvruchtige toewijding ten volle ontwikkelde (1 Tim. 3:16). Godvruchtige toewijding is nu dringend noodzakelijk daar samenstel spoedig zal eindigen (2 Petr. 3:12). Houden jullie Jehovah’s dag „goed in gedachten” door onze instelling, spraak en predikingsactiviteit. Godvruchtige toewijding is niet passief, maar actief. Getoond doordat iemand met volledige inzet dient. Houd in gedachte dat het nu en in de toekomst voordelen zal afwerpen (1 Tim. 4:8; Tit. 2:11-13). Beklemtoon tot besluit de noodzaak dat allen dit op zichzelf van toepassing brengen.
20 min: „Het goede nieuws aanbieden — Door plooibaar te zijn.” Voorzitter laat een bekwame jonge broeder vanaf zijn plaats in de zaal de paragrafen lezen. Ontlok commentaar aan de zaal door toepasselijke vragen. Demonstreer vanaf het podium hoe iemand het Onderwerp voor gesprekken voor deze maand gebruikt. De huisbewoner heeft een overlijdensgeval in de familie, of brengt een tegenwerping naar voren. Verkondiger gaat verder met voorgenomen toespraakje. Voorzitter onderbreekt, vraagt aan de zaal of dit anders aangepakt had kunnen worden. De draad van de aanbieding wordt opnieuw opgenomen bij het punt waar de tegenwerping werd opgeworpen. Deze keer beantwoordt de verkondiger de tegenwerping en laat aan het eind de aanbieding achter of maakt een afspraak om terug te komen. Een aantal tegenwerpingen of omstandigheden die plaatselijk veel voorkomen, en die het nodig zouden maken het toespraakje aan te passen, zouden besproken kunnen worden. Vraag of er een of twee ervaringen zijn die illustreren hoe een voorgenomen aanbieding werd aangepast, of hoe er andere lectuur werd aangeboden om aan te sluiten bij de behoeften van de huisbewoner. Dring er bij de broeders en zusters op aan voorbereid te zijn om hun toespraakje te kunnen aanpassen aan de omstandigheden waar zij tegenover komen te staan.
10 min: Dienstmededelingen. Dienstopziener maakt de gemeente enthousiast om nu plannen te maken voor de speciale activiteit gedurende de kerstdagen en rond de jaarwisseling. Lied 11 en gebed.
WEEK DIE OP 16 DECEMBER BEGINT
THEMA: „Jongeren — Zijn jullie er actief bij betrokken?”
8 min: Lied 8 en plaatselijke mededelingen.
30 min: „Jongeren — Zijn jullie er actief bij betrokken?”
(15 min.) Vraag-en-antwoordbespreking van artikel op bladzijde 1. Laat jongeren in de zaal de paragrafen lezen. Geef plaatselijke toepassing van de punten.
(10 min.) Enthousiaste bespreking door voorzitter en twee jongeren, als het kan een jongen en een meisje, waarbij redenen (vooral geestelijke redenen) worden verschaft waarom jongeren bij gemeenteactiviteiten betrokken zouden moeten zijn. Laat beiden jongeren vanuit hun hart spreken. De ouderling dient aanmoedigend en positief te zijn waarbij hij een juist schriftuurlijk begrip weerspiegelt van de houding die volwassenen tegenover jongeren zouden moeten hebben.
(5 min.) Lezing door voorzitter. Moedig jongeren en ouders ertoe aan meer waarde toe te kennen aan heilige dienst dan aan wereldse bezigheden. Godvruchtige toewijding gepaard aan het genoegen nemen met wat men heeft, zou ons doel moeten zijn. Een carrière in de volle-tijddienst moet zeer hoog worden aangeslagen. Als jongeren voordeel trekken van de dingen waarin door de christelijke gemeente wordt voorzien, kunnen en dienen zij voorbereid te zijn op toekomstige voorrechten in Jehovah’s dienst, alsook op succes in hun toekomstige gezinsleven. Moedig aan tijdens schoolvakanties in de hulppioniersdienst te staan.
15 min: Interview en bespreking met de gemeente waarin de nadruk wordt gelegd op de vraag hoe jongeren bij gemeenteactiviteiten kunnen worden betrokken. Bereid interviews voor met plaatselijke jongeren die een ijverig aandeel hebben aan de gemeenteactiviteiten. Vraag welke doeleinden zij in Jehovah’s dienst op korte en op lange termijn voor ogen hebben. Bespreek met de jongeren in de zaal enkele dingen die zij in de gemeente en bij hen thuis kunnen doen om geestelijke vooruitgang te maken.
7 min: Velddienstregelingen, inclusief aanmoediging voor volwassenen om dit weekeinde met jongeren samen te werken. Lied 7 en gebed.
WEEK DIE OP 23 DECEMBER BEGINT
10 min: Lied 111 en plaatselijke mededelingen.
20 min: Herhaal belangrijke punten uit „Onze Koninkrijksdienst” van december. Het zou goed zijn als de ouderling die dit aandeel behandelt, ervoor zorgt dat bepaalde broeders en zusters zich er van tevoren op hebben voorbereid om zinvolle commentaren te geven. Behalve dat hij hen in het algemeen vraagt hoe zij gebruik kunnen maken van de dingen in „Onze Koninkrijksdienst” van december, kan hij hen ook commentaar laten geven op de volgende vragen: (1) Hoe gaan jullie de raad gebruiken over het helpen van pioniers, jongeren en ouderen, als jullie plannen voor de velddienst maken? (Zie artikel op bladzijde 7.) (2) Hoe zouden de suggesties in „Elkaar aanmoedigen sterk te zijn in het geloof” van invloed kunnen zijn op onze gesprekken als wij gezellige omgang met elkaar hebben? (3) Welke raad uit onze „Velddienstbijeenkomsten” heb je doeltreffend kunnen gebruiken? (4) Op welke manier heb je gebruik kunnen maken van de raadgevingen om plooibaar in de velddienst te zijn? (Zie „Het goede nieuws aanbieden”.)
20 min: Schoolopziener bespreekt nieuwe schoolschema voor 1980. Moedig allen aan zich thuis op de School voor te bereiden om er het meeste profijt van te trekken. Behandel ook het artikel over het nieuwe boek met de vers-voor-versbespreking van het boek Jakobus en maak allen er enthousiast voor het boek bij de lectuurbalie te halen en ook aan de geïnteresseerden te verspreiden.
10 min: Besluit de vergadering met velddienstervaringen uit eigen gemeente. Lied 107 en gebed.
WEEK DIE OP 30 DECEMBER BEGINT
8 min: Lied 31, Theocratisch nieuws en mededelingen.
17 min: Onderwerp voor gesprekken en de abonnementsaanbieding voor januari. Vraag een verkondiger de abonnementsaanbieding te demonstreren met gebruikmaking van het Onderwerp voor gesprekken. Het tijdschriftenwerk kan in januari zeer succesvol zijn omdat ook de „Ontwaakt!” van 8 januari over de bijbel als het meest verspreide boek, de mensen bijzonder zal aanspreken. Kweek enthousiasme aan en moedig aan met een doel voor ogen te werken.
25 min: Houd zonder wankelen aan je hoop vast. Lezing door ouderling. Behandel de volgende punten: Hoop is onontbeerlijk voor christenen (Rom. 15:13). Stelt christenen in staat met vreugde te volharden, wat de omstandigheden ook mogen zijn (Rom 12:12). Hoop is nauw verbonden met liefde. Wij willen de stevige greep op hoop nooit verliezen. Juist fundament nodig (1 Kor. 3:10-15). Sommigen zijn echter zwak geworden; het ontbreekt hen aan vuurbestendige hoedanigheden. Sommigen hebben toegelaten dat hun aanbidding, met inbegrip van de velddienst, een sleur is geworden, zodat zij niet door liefde voor de naaste en Jehovah worden gemotiveerd (Matth. 22:39). Zij die zwak zijn geworden, hebben toegelaten dat er in hen ideeën en hoedanigheden hebben post gevat die als brandbare materialen zijn. Sommigen hebben geen krachtige verhouding tot Jehovah opgebouwd. Volharding heeft Gods goedkeuring tot gevolg (1 Kor. 15:58). Ons geloof moet op de proef worden gesteld (Jak. 1:2-4). Dringend noodzakelijk dat wij allen vrucht blijven dragen, toenemen in nauwkeurige kennis en krachtig worden gemaakt opdat wij kunnen volharden. — Kol. 1:10, 11.
10 min: Dienstmededelingen. Maak enthousiast voor van-huis-tot-huiswerk met allen op eerste zondag in januari. Vele gemeenten berichten hier grootse resultaten mee. Lied 112 en gebed.