1
2
3
Salomo begint bouw tempel (1-7)
Het allerheiligste (8-14)
De twee koperen zuilen (15-17)
4
Het altaar, de Zee en de bekkens (1-6)
Lampenstandaarden, tafels en voorhoven (7-11a)
Voorwerpen voor tempel voltooid (11b-22)
5
6
7
Tempel gevuld met Jehovah’s glorie (1-3)
Inwijdingsplechtigheid (4-10)
Jehovah verschijnt aan Salomo (11-22)
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
Josafats bondgenootschap met Achab (1-11)
Michaja profeteert nederlaag (12-27)
Achab gedood in Ramoth-Gilead (28-34)
19
20
Omliggende volken bedreigen Juda (1-4)
Josafat bidt om hulp (5-13)
Antwoord van Jehovah (14-19)
Juda door wonder gered (20-30)
Einde Josafats regering (31-37)
21
22
23
24
25
26
27
28
Achaz koning Juda (1-4)
Verslagen door Syrië en Israël (5-8)
Oded waarschuwt Israël (9-15)
Juda vernederd (16-19)
Afgoderij en dood Achaz (20-27)
29
Hizkia koning Juda (1, 2)
Hizkia’s hervormingen (3-11)
Tempel gereinigd (12-19)
Tempeldienst hersteld (20-36)
30
31
32
Sanherib bedreigt Jeruzalem (1-8)
Sanherib daagt Jehovah uit (9-19)
Engel doodt Assyrische leger (20-23)
Hizkia’s ziekte en trots (24-26)
Hizkia’s prestaties en dood (27-33)
33
34
Josia koning Juda (1, 2)
Josia’s hervormingen (3-13)
Wetboek gevonden (14-21)
Hulda voorspelt ellende (22-28)
Josia leest boek aan volk voor (29-33)
35
36
Joahaz koning Juda (1-3)
Jojakim koning Juda (4-8)
Jojachin koning Juda (9, 10)
Zedekia koning Juda (11-14)
Jeruzalem verwoest (15-21)
Cyrus besluit tot herbouw tempel (22, 23)