Wat is het antwoord?
DE GEVANGENISBEVOLKING blijft groeien. Dit is ook het geval met de misdaad. Het is duidelijk dat er iets anders gedaan moet worden. Maar wat?
Er zijn verscheidene punten die wij in onze beschouwing moeten betrekken. Zo is het belangrijk na te gaan wat binnen het bereik van de mens ligt. Ook dienen wij aandacht te schenken aan dingen die het vermogen van de mens te boven gaan, maar die toch zonder mankeren zullen plaatsvinden.
Wat zou er zoal door de mensen en de regeringen veranderd kunnen worden indien ze daartoe bereid zouden zijn?
Uniforme gerechtigheid nodig
Een situatie waar verandering in gebracht zou kunnen worden, is het nu bestaande gebrek aan uniformiteit. De straf voor een overtreding in de ene plaats komt niet altijd overeen met die welke elders geldt. Dat ontneemt mensen respect voor de wet en verbittert de overtreders.
De straf op verkrachting in de Amerikaanse staat Connecticut is bijvoorbeeld gemiddeld één jaar en negen maanden hechtenis. Maar net over de staatsgrens, in de staat New York, is de gemiddelde straf vier jaar en twee maanden. Op moord staat in de staat Texas ongeveer twee jaar en negen maanden. Maar in Ohio moet iemand voor dezelfde misdaad vijftien jaar en twee maanden uitdienen.
Een man van tweeëndertig jaar, die werkeloos was en wiens vrouw pas een miskraam had gehad, vervalste een cheque van $58,40. Hij was nog nooit met de politie in aanraking geweest en had als oorlogsveteraan eervol ontslag gekregen. De rechter veroordeelde hem tot vijftien jaar gevangenisstraf. In hetzelfde jaar vervalste een andere man, ook tweeëndertig jaar oud en werkeloos, een cheque van $35,20. Hij was daarvoor echter al tweemaal in de gevangenis geweest; één keer voor zes maanden omdat hij in gebreke was gebleven zijn vrouw en kind te onderhouden. Toch veroordeelde de rechter die zijn zaak behartigde hem slechts tot dertig dagen gevangenisstraf. De man die een veel gunstiger straflijst had, kreeg een 180 maal zwaardere straf!
In de Amerikaanse stad Atlanta werd de kassier van een kredietmaatschappij voor het verduisteren van $24.000 tot slechts 117 dagen veroordeeld. In de gevangenis ontmoette hij een andere verduisteraar van dezelfde leeftijd, met een blanco strafregister en een goed gezinsleven, die twintig jaar gevangenisstraf moest uitzitten met daaraan vast een proefperiode van vijf jaar. Een stripteasedanseres in de staat Texas kreeg vijftien jaar gevangenisstraf voor het in bezit hebben van marihuana. Maar drie geleerden die werkzaam waren bij een fabriek voor geneesmiddelen en die bekenden dat zij de datums op medicijnen hadden vervalst waardoor honderden mensen waren geschaad, kregen slechts zes maanden voorwaardelijk.
Dergelijke gevallen illustreren de noodzaak dat de wet overal gelijk is en eerlijk wordt toegepast, terwijl er rekening wordt gehouden met wat er van de overtreder bekend is. Maar dat soort uniforme gerechtigheid doemt nog nergens aan de menselijke horizon op.
Hoe staat het met de slachtoffers?
Een element dat bij de behandeling van misdadigers bijna volkomen wordt gemist, is aandacht voor het slachtoffer van de misdaad. Iemand kan verminkt, beroofd, opgelicht of verkracht zijn, en toch wordt er weinig gedaan om het slachtoffer schadeloos te stellen. In plaats daarvan krijgt de overtreder een gevangenisstraf en lijkt later de algemene sympathie naar hem uit te gaan, terwijl het onschuldige slachtoffer dan vaak vergeten is.
Welk alternatief bestaat er voor deze onevenwichtige situatie? Rechter R. Goldfarb uit Washington, D.C., deed het volgende voorstel:
„Een regeling met een volledige vergoeding voor het slachtoffer zou een belangrijk alternatief kunnen zijn voor gevangenzetting. Meer dan 80 percent van de misdaden staat in verband met eigendommen, en het straffen van de overtreder biedt weinig bescherming aan het slachtoffer, of zal hem niet beter maken.
In de meeste gevallen lijkt het mij dat het enige wat het slachtoffer van laten wij zeggen een diefstal en ook de samenleving in het algemeen ter geruststelling van de publieke opinie zal eisen, is dat het slachtoffer schadeloos gesteld wordt.
Als iemand $100 van mij steelt, heb ik er weinig aan als de dief een jaar lang de gevangenis ingaat. Ik zou liever mijn $100 terughebben, en misschien nog wat meer als tegemoetkoming voor de last die mij veroorzaakt is.”
Wat stelt hij dan voor als de dief geen geld heeft? Hij zegt: „De misdadiger die geen geld heeft, zou zijn straf kunnen uitdienen in een openbare werkplaats om het geld dat zijn misdaad heeft gekost bij elkaar te verdienen. De zware wetsovertreder zou misschien het recht ontzegd kunnen worden om voorwaardelijk buiten de gevangenis te werken, maar zelfs van hem zou vereist kunnen worden dat hij in de gevangenis werkt om zijn slachtoffer te betalen.”
Zou zulk een systeem werken met velen die zich nu in de gevangenis bevinden? Naar het schijnt wel, daar de meesten van hen niet wat men noemt ’verstokte’ misdadigers zijn. Gevangenisdirecteur Bennett merkte zelfs op:
„Een van de verkeerde opvattingen die men over een gevangenis heeft, is dat ze gevuld is met sadistische moordenaars, niets ontziende gangsters, romantische inbrekers en listige oplichters. Zelfs niet meer dan één op de tien is een ’zware jongen’ . . .
De rest bestaat uit, wat ik noem, ’Jan Ongelukken’; de gewone gevangenismisdadiger heeft bij één misdaad nooit meer dan vijftig dollar (160 gulden) gestolen. Hij is misschien een jonge autodief die wil wegrijden op zoek naar zijn Eldorado, of een dwaas die tien jaar gevangenisstraf wil riskeren om tien dollar uit een winkelautomaat te halen.”
Een toenemend aantal functionarissen komt tot de conclusie dat veel van deze gevangenen vrijgelaten zouden kunnen worden zonder een gevaar voor de samenleving op te leveren. Sommigen van dit soort gevangenen zijn zelfs reeds opgenomen in een ’open gevangenis’-systeem, waarmee in Zweden, België, Nederland en nog enkele andere landen wordt geëxperimenteerd. Deze inrichtingen hebben geen muren en geen tralies en kennen geen patrouillerende, gewapende bewakers. De gevangenen werken op basis van vertrouwen en keren na hun werk weer naar hun kamers terug. Voor dit soort gevangenen zouden volgens veel autoriteiten gevangenissen helemaal niet nodig zijn als zij door te werken verplicht zouden zijn hun slachtoffer schadeloos te stellen. Zij zijn van mening dat slechts de verstokte misdadigers in een gevangenis gehouden zouden moeten worden.
Is er ooit een tijd geweest dat een hele natie zo’n systeem gebruikte waarbij de overtreder zijn misdaad moest vergoeden in plaats dat hij gevangen werd gezet? Ja. Werkte dat systeem? Ja. Een dergelijk systeem werd op nationale schaal door het Israël uit de oudheid gebruikt.
Hoe de Israëlitische wet functioneerde
De wetten waaronder het Israël uit de oudheid stond, waren door God met Mozes als middelaar verschaft. Daar God de mens gemaakt heeft, weet hij beslist het beste welke handelwijze er op de verschillende terreinen van menselijke activiteit gevolgd dient te worden, met inbegrip van de behandeling van wetsovertreders.
Zoals reeds is opgemerkt, voorzag de door bemiddeling van Mozes gegeven wet van God niet in de een of andere gevangenisstraf. De wet voorzag wel in andere specifieke straffen voor misdaden. Bij vermogensmisdrijven, zoals diefstal, vernieling of oplichting, werd de overtreder nooit met gevangenisstraf gestraft. In plaats daarvan was de basisstraf het verschaffen van een vergoeding aan het slachtoffer.
Als iemand bijvoorbeeld een stier of schaap stal, en met het dier nog in zijn bezit werd gegrepen, moest hij aan het slachtoffer als vergoeding twee stieren of twee schapen geven. De straf bedroeg het dubbele van de diefstal of de aangerichte schade. Als de dief de stier of het schaap reeds geslacht of verkocht had, moest er de volgende vergoeding worden verschaft: voor de stier moest hij vijf stieren terugbetalen; voor het schaap, vier schapen. En het stelen van niet levende have vereiste een dubbele vergoeding. — Ex. 22:1-9.
Maar als de dief nu geen vergoeding voor de diefstal zou kunnen verschaffen? Dan diende hij als slaaf te worden verkocht, waarbij dan de voor hem betaalde prijs als vergoeding werd gebruikt. Hij diende zijn meester totdat hij zijn schuld door werken had afgedaan. De wet vereiste echter dat hij als slaaf vriendelijk, als een loonarbeider, behandeld zou worden. Op deze wijze werd het slachtoffer schadeloos gesteld, en ook degene die voor de slaaf betaalde leed geen schade omdat hij een vergoeding in de vorm van werk terugkreeg. — Ex. 22:3.
Iemand die tegenwoordig een ander mishandelt, krijgt òf gevangenisstraf, òf zijn straf wordt niet ten uitvoer gelegd en hij wordt voorwaardelijk veroordeeld. Maar zijn slachtoffer kan misschien maanden geen werk verrichten. Wie betaalt de rekeningen van het slachtoffer als hij daartoe niet in staat is? Niet de misdadiger. Het slachtoffer heeft misschien geen eigen inkomen en wordt daarmee een last voor de gemeenschap.
Maar onder de wet die God de natie Israël uit de oudheid gaf, moest de schuldige het slachtoffer vergoeding verschaffen voor zijn verloren werktijd: „Ingeval mannen ruzie krijgen en de een zijn naaste werkelijk met een steen of een schoffel slaat en hij niet sterft maar het bed moet houden; . . . dan [zal] degene die hem heeft geslagen . . . alleen diens verzuimde werktijd vergoeden, totdat hij hem volledig heeft laten genezen.” — Ex. 21:18, 19.
Dit wil niet zeggen dat in de huidige complexe en verbijsterend ingewikkelde samenleving precies dezelfde procedures gevolgd kunnen worden. Maar het is wel zo dat de een of andere strafmaatregel waarbij de misdadiger het slachtoffer schadeloos stelt, superieur zou zijn aan een gevangenisstraf voor de misdadiger zonder vergoeding voor het slachtoffer, zoals nu het geval is.
Hoe staat het met de doodstraf?
Tegenwoordig bestaat de tendens om geen doodstraf meer toe te passen, zelfs niet bij verstokte moordenaars. In plaats daarvan wordt de schuldige gevangen gezet.
Toch komen velen na een paar jaar in de gevangenis te hebben doorgebracht, weer vrij. En soms vervallen zij in hetzelfde patroon en plegen weer een moord. President Pompidou van Frankrijk vestigde onlangs de aandacht op een incident in een Franse gevangenis waar gevangenen twee gijzelaars doodden. Hij maakte tevens van de gelegenheid gebruik om het geval te vertellen van de man die zijn vrouw had gedood, enige tijd in de gevangenis doorbracht, daar een ’model’-gevangene was, werd vrijgelaten, met de maatschappelijk werkster van de gevangenis trouwde — en twee jaar later ook haar doodde.
Een andere moordenaar pochte dat hij tweeëntwintig mensen had vermoord. Hij zwoer dat hij ook nog een gevangenbewaarder zou vermoorden om het getal van zijn slachtoffers op drieëntwintig te brengen. Toen hij in de gevangenis te Leavenworth zat, in de Amerikaanse staat Kansas, volvoerde hij deze bedreiging. Weer was een onschuldig slachtoffer onder zijn handen gevallen.
Dit is een te vaak terugkerend patroon. Vrijgekomen moordenaars doden weer opnieuw. En maar al te vaak raken zowel de onschuldige eerste slachtoffers als de onschuldige latere slachtoffers door misplaatste sympathie voor de persoon van de moordenaar in het vergeetboek.
Hoe luidde Gods wet aan het Israël uit de oudheid in verband met dergelijke misdaden? Iemand die schuldig was bevonden aan moord, werd zonder mankeren ter dood gebracht. Dit diende zowel tot straf als tot een afschrikwekkend voorbeeld. Er bestond geen dubbelzinnigheid over de zaak. De ene rechtbank besliste niet op de ene manier en de andere rechtbank op een andere. De zaak werd over het hele land op dezelfde wijze behandeld omdat overal dezelfde wetten van toepassing waren. — Ex. 12:49.
Daarom bestond er in het Israël uit de oudheid nooit de mogelijkheid dat moordenaars werden vrijgelaten en andere onschuldige personen konden doden. Aangezien de schuldigen door de wet van tevoren gewaarschuwd waren betreffende de kostbaarheid van het leven in Gods ogen, moesten zij de prijs voor hun overtreding betalen.
Onopzettelijke moordenaars werden anders behandeld, hoewel ook zij niet in de gevangenis werden geworpen. Maar omdat zij iemand van het leven hadden beroofd, werd er van hen vereist dat zij voor een bepaalde periode in gebieden zouden leven die speciaal voor dat doel waren afgezonderd. Daar konden zij hun normale dagelijkse bezigheden uitvoeren, maar zij konden er op straffe van de dood niet vandaan gaan. Er werd hun dus een beperking opgelegd omdat zij iemand het leven hadden ontnomen, maar tevens was er voor hen een barmhartige regeling getroffen, omdat hun daad niet opzettelijk was gebeurd. — Num. 35:6-32.
Het is ook bijzonder interessant op te merken hoe onverbeterlijke misdadigers in Israël behandeld werden, zelfs als er op hun misdaad niet de doodstraf stond. Als mensen weloverwogen de wet overtraden, als zij onverbeterlijk waren, werden zij ter dood gebracht. Op deze wijze werden er twee dingen tot stand gebracht. Zoals in Deuteronomium 17:12, 13 staat: „Gij moet het kwaad uit Israël wegdoen [door de voltrekking van het doodvonnis]. En heel het volk zal het horen en bevreesd worden, en zij zullen niet meer overmoedig handelen.” Ja, onberouwvolle misdadigers werden ’weggedaan’, ter dood gebracht. Dit diende als straf, als een afschrikwekkend voorbeeld en ook ter bescherming van de onschuldigen die wel volgens de wet wensten te leven.
Er bestonden in het Israël uit de oudheid dus geen gevangenisstraffen. Kostbare gevangenissen en hoge belastingen om ze in stand te houden waren onbekend. En zolang de regeerders en de mensen deze wetten gehoorzaamden, had de natie voorspoed. Maar toen zij in gebreke bleven deze goddelijke wetten te respecteren en hoog te houden, verviel de natie tot wetteloosheid. En het uiteindelijke resultaat van de neergang was de verdelging van de natie.
Permanente hervorming
De sleutel tot werkelijke hervorming ligt bij het onderwijs. Onderwijs in wat? In de juiste maatstaven voor het leven, in een juiste moraal en een juiste levenshouding. Wie kan nu echter garanderen dat een bepaalde opvoedingsmethode goed is, ja, het beste is voor de mensen? Slechts het van God afkomstige onderricht kan daar aanspraak op maken.
Dit wil niet zeggen dat u moet verwachten dat de regelingen voor het behandelen van misdadigers in het Israël uit de oudheid door de huidige naties zullen worden overgenomen. Geen van deze naties is aan het bestuur van God onderworpen. Daarom kan er niet worden verwacht dat zij Gods wetten en beginselen volledig zullen gebruiken. Hoe dichter zij deze echter zullen benaderen, des te rechtvaardiger en humaner zal hun tenuitvoerlegging van de wet zijn en des te doeltreffender zullen zij bij het tegengaan van de misdaad kunnen handelen.
In elk geval is werkelijke hervorming in dit corrupte samenstel van dingen op individuele basis mogelijk. Heden ten dage zijn er mensen die duidelijk veranderingen in hun geest aanbrengen en daardoor een juiste denkwijze en een goed gedrag aan de dag gaan leggen. Hoe? Door acht te slaan op de bijbelse raad: „En wordt niet langer naar dit samenstel van dingen gevormd, maar wordt veranderd door uw geest te hervormen, opdat gij u ervan kunt vergewissen wat de goede en welgevallige en volmaakte wil van God is.” — Rom. 12:2.
Zelfs voormalige misdadigers hebben bovenstaande raad met succes toegepast. Zij hebben zich door hun studie van Gods wetten zoals deze in Zijn Woord, de bijbel, staan opgetekend, volledig hervormd. Door de superieure levenswijze te volgen die God in zijn Woord aanbeveelt, zijn zij mensen geworden die de wet eerbiedigen, ja, zij zijn een aanwinst voor de gemeenschap gaan vormen.
Wat zou het resultaat zijn als grote groepen mensen dit zouden doen? Wel, dit hoeft voor ons geen vraag te zijn. Het is namelijk niet slechts een theoretische vraag. Het wòrdt heden ten dage door grote groepen mensen gedaan! Meer dan 1.500.000 getuigen van Jehovah in 207 landen over de hele wereld hebben de door God voorgeschreven, superieure levenswijze aanvaard; en zij kunnen ervan getuigen dat deze levenswijze doeltreffend en praktisch is. Een bewijs hiervan wordt onder andere gevormd door het feit dat Jehovah’s getuigen een gemeenschap vormen die in haar gelederen in wezen geen misdaad kent. Dit is een van de redenen waarom honderdduizenden personen zich in de afgelopen jaren bij hen hebben aangesloten en nog aansluiten.
Maar Jehovah’s getuigen hebben een realistische kijk op de dingen. Zij weten dat dit samenstel van dingen in zijn geheel niet te hervormen is. Daarom verwachten zij ook beslist niet dat zij de wereld zullen bekeren zodat iedereen de door God voorgeschreven levenswijze aanvaardt. God heeft in werkelijkheid bepaald dat dit wetteloze samenstel van dingen zal eindigen. De geschiedenis van zijn handelingen met de mensheid bevat ook deze profetische verzekering: „Want de boosdoeners zelf zullen afgesneden worden, . . . De rechtvaardigen, díe zullen de aarde bezitten, en zij zullen er eeuwig op verblijven.” — Ps. 37:9, 29.
De tijd zal spoedig komen dat God aan dit samenstel een eind zal maken. Dan zal hij alle autoriteit van de menselijke regeringen wegnemen (Dan. 2:44). Hun strijdige wetten zullen aldus met één snelle veeg verdwijnen.
Daarna zullen de mensen alleen onder de wetten van God staan. Dit zullen eerlijke, liefderijke en uniforme wetten zijn; ze zullen niet slechts gebaseerd zijn op de basisbeginselen van de oude Israëlitische wet, maar ook op de beginselen van het christendom zoals die door Jezus onderwezen zijn. Gods superieure maatstaven zullen ten uitvoer worden gelegd door een liefdevolle maar onomkoopbare, rechtvaardige regering, Gods hemelse koninkrijk onder Christus, waar christenen om hebben leren bidden. — Matth. 6:10.
In die nieuwe ordening zal elke bewoner in Gods superieure wetten worden onderwezen. Dan zal als nooit tevoren gelden dat „de aarde . . . stellig vervuld [zal] zijn van de kennis van Jehovah zoals de wateren ook de zee bedekken” (Jes. 11:9). Met welk resultaat? De ordelievende bewoners van de nieuwe ordening „zullen inderdaad hun heerlijke verrukking vinden in de overvloed van vrede”. — Ps. 37:11.
Zal er in die nieuwe ordening nog een gevangenis bestaan? Neen, in plaats daarvan kunnen wij verwachten dat iedere misdaad op dezelfde wijze behandeld zal worden als in het Israël uit de oudheid zonder het gebruik van gevangenissen. Daarom zullen degenen die hun vertrouwen op Jehovah stellen en nu op de juiste wijze volgens zijn wetten leven, zonder uitzondering zien hoe de tijd komt dat de gevangenissen van de aardbodem zullen verdwijnen.
[Diagram op blz. 16]
(Zie publicatie voor volledig gezette tekst)
VOORBEELDEN UIT DE MOZAÏSCHE WET
MISDAAD VERGOEDING
HET STELEN VAN ÉÉN SCHAAP TWEE SCHAPEN
HET STELEN EN SLACHTEN VAN VIJF STIEREN
ÉÉN STIER
STELEN MAAR NIET IN STAAT WERKEN TEN EINDE HET DUBBELE
ZIJN EEN VERGOEDING TE GEVEN TERUG TE BETALEN VAN DE
WAARDE VAN HET GESTOLENE
MOORD DOODSTRAF (GEWOONLIJK
VOLTROKKEN DOOR STENIGING)
ONVERBETERLIJKE MISDADIGER DOODSTRAF
[Illustratie op blz. 14]
Welke vergoeding ontvangt het slachtoffer van de misdadiger?