Hoe veilig zijn de banken?
„Naar onze mening is het slechts een kwestie van tijd — een relatief korte tijd — totdat er een algemene wereldomvattende stormloop op de banken plaatsvindt, waarbij praktisch alle banken zullen sluiten.” — When Your Bank Fails, door Dennis Turner.
„Het bankstelsel is volkomen veilig. Wij beschikken over de mechanismen om elk mogelijk probleem, groot of klein, op te vangen.” — William Isaac, oud-directeur van de Federal Deposit Insurance Corporation, geciteerd in U.S.News & World Report.
WEINIG mensen bewaren hun geld nog onder de matras. Afgezien van het gevaar het te verliezen door brand of diefstal, is aldus bewaard geld werkeloos. Het neemt niet toe en zal hoogst waarschijnlijk in waarde dalen wegens inflatie of devaluatie van de munteenheid.
Om spaargeld te laten groeien, moet men het gebruiken. De meest algemeen aanvaarde en gebruikte methode — zowel voor veilige bewaring als voor de winst — vormen de banken. Maar hoe veilig zijn ze? Zoals uit de eerdere aanhalingen blijkt, lopen de meningen wijd uiteen.
Is er reden voor ongerustheid?
„Het wereldomvattende bankstelsel is onderling zeer verweven”, verklaart David Rockefeller, de gepensioneerde president van de Chase Manhattan Bank. „Banken doen noodzakelijkerwijs veel zaken met elkaar, zodat er een enorme onderlinge afhankelijkheid is.” Dit heeft tot gevolg dat geen enkele bank of natie in werkelijkheid op zichzelf staat. Dus telkens wanneer er een bank failliet gaat, bestaat er de zorg dat ze andere banken in haar val zal meeslepen of het broodnodige vertrouwen in de bankondernemingen zal verzwakken. Dan bestaat de mogelijkheid dat spaarders elders haastig hun gelden zullen opnemen en daardoor de ondergang van andere banken veroorzaken in een onbeheersbaar domino-effect.
Is het mogelijk dat het faillissement van een of andere bank het internationale bankstelsel met zich zal meeslepen? „De toezichthoudende instanties in de VS en andere landen zullen zeker krachtige stappen ondernemen om elk dreigend faillissement van een grote bank af te wenden”, zegt Rockefeller. „Ik denk dat het hoogst onwaarschijnlijk is dat zo iets zal gebeuren.”
Hoewel er zich in recente jaren in de wereld enkele ernstige problemen en faillissementen hebben voorgedaan, zijn de regeringen tot dusver in de bres gesprongen om hun in moeilijkheden verkerende financiële instellingen uit de problemen te helpen. „De ministers van financiën en de bankiers worden meer dan ooit achtervolgd door het spookbeeld van 1929, en zullen alles doen wat in hun vermogen ligt om een herhaling te voorkomen van de financiële catastrofe die vijftig jaar geleden plaatsvond — in de min of meer bewuste hoop het schijnbaar onvermijdelijke gevolg, een wereldoorlog, te voorkomen”, verklaart het Franse weekblad L’Express. Niettemin is er reden voor bezorgdheid.
Het schuldenprobleem
Banken hebben altijd met risico’s te maken. Ze werken met grote hoeveelheden geld waarvan het meeste niet hun eigendom is. Bovendien creëren ze geld en verstrekken leningen die hun nettowaarde ver overschrijden. Hoewel de banken wellicht toereikende voorzorgsmaatregelen nemen, weten ze dat sommige leningen niet terugbetaald zullen worden. Daarom wordt een bepaalde hoeveelheid geld opzij gezet als kredietreserve om oninbare leningen te dekken. Maar als een ongewoon groot aantal leningen niet wordt terugbetaald, zullen die reserves niet toereikend zijn om de grote verliezen op de leningen of een stormloop op de bank te dekken. „Hoe meer eigen vermogen in gevaar komt wegens niet-terugbetaalde leningen, hoe zwakker een bank financieel wordt”, verklaart het tijdschrift New York. „Bankroet (of faillissement) volgt wanneer al het eigen vermogen van een bank is opgebruikt.”
Steeds meer banken geraken thans in die positie — een te groot aantal van hun uitstaande leningen blijkt oninbaar, en er is onvoldoende kapitaal om ze te dekken. Daarvoor worden legio redenen genoemd: de oliecrisis, handelsbeperkingen en -tekorten, economische malaise, onstabiele rentepercentages, kapitaalvlucht, inflatie, deflatie, recessies, een te agressief leningenbeleid, faillissementen van grote ondernemingen, felle concurrentie, deregulering — zelfs onwetendheid en domheid.
Maar er zijn manieren om het hoofd boven water te houden — althans op papier. De herschikking van leningen — de lening over een langere periode uitsmeren — is een van de middelen die keer op keer worden gebruikt. Een ander middel is, de uitstaande leningen voor hun volle waarde in de balans op te nemen, hoewel er wellicht weinig hoop bestaat dat de hoofdsom volledig zal worden geïnd. Een vaak gebruikte tactiek is de leners meer geld te lenen, zodat zij hun rente kunnen betalen.
Al deze methoden worden momenteel door banken gebruikt in verband met de Derde-Wereldschuld, die door velen wordt beschouwd als de grootste bedreiging voor de stabiliteit van het internationale bankwezen. Volgens een onderzoek van de Wereldbank bereikte de buitenlandse schuld van meer dan honderd ontwikkelingslanden tegen het eind van 1985 een gezamenlijk totaal van zo’n 950 miljard dollar, een stijging van 4,6 procent ten opzichte van het voorgaande jaar. Hoewel de schuld reeds te groot is, wordt verwacht dat ze tegen het eind van 1986 de 1,01 biljoen dollar zal bereiken. Waarom? Omdat veel van die naties hun schulden eenvoudig niet kunnen terugbetalen en aandringen op uitstel en meer geld. Gezien de enorme omvang van hun leningen hebben de banken toegegeven. Eén persoon zegt het zo: „Als ik u een dollar schuldig ben, hebt u mij in uw macht; maar als ik u een miljoen schuldig ben, heb ik u in mijn macht.”
Wat altijd dreigt, is de mogelijkheid dat enkele landen met een enorme schuldenlast genoeg krijgen van de ontberingen van de versoberingsprogramma’s en wellicht besluiten gewoon niets meer te betalen. De banken kunnen soevereine staten niet tot betalen dwingen. „Voor banken is de betekenis van de wereldomvattende schuldencrisis eenvoudig”, verklaart het tijdschrift Savvy. „Het grootste deel van hun winsten maken ze door leningen te verstrekken, en als landen hun enorme schulden niet kunnen terugbetalen, kunnen de winsten van de banken, het eigen vermogen en de aandelenkoersen enorm kelderen. . . . Uitblijven van een groot deel van de betalingen door de Derde Wereld, zou het financiële stelsel tot aan het breekpunt kunnen belasten, met als mogelijk gevolg de ineenstorting van grote banken.”
Wanneer slechts vier naties — Mexico, Brazilië, Argentinië en Venezuela — in gebreke blijven te betalen, kan dat de ineenstorting teweegbrengen van de negen grootste Amerikaanse banken, zo waarschuwen deskundigen. „Dat daadwerkelijke wanbetalingen nog zijn uitgebleven, is opmerkelijk”, verklaart The New York Times Magazine. „Dat kan natuurlijk worden toegeschreven aan de betekenis die men aan het woord hecht. Net zoals men elkaar niet langer de oorlog ’verklaart’, wordt nu niemand ’wettelijk’ tot wanbetaler verklaard.”
„Is mijn bank veilig?”
Zou iemand kunnen vaststellen of een bank sterk en solvent is? „Voor de meeste spaarders is het moeilijk, zo niet onmogelijk, om erachter te komen hoe een bank ervoor staat”, verklaart het tijdschrift Changing Times. De New York Times voegt eraan toe: „Een recent voorval heeft getoond dat het voor buitenstaanders buitengewoon moeilijk is om de solvabiliteit van een bank te beoordelen. Bijna elke grote bank die in recente jaren bankroet of bijna bankroet is gegaan, werd zeer hoog aangeprezen door analisten van bankaandelen. . . . Zelfs instanties die toezicht houden op banken en overheidsaccountants waren niet in staat ernstige problemen te ontdekken totdat het veel te laat was.”
Gewoonlijk zal een klant de bank hoogstens beoordelen op uiterlijke kenmerken: de soorten diensten die geboden worden, de vriendelijkheid en snelheid waarmee hij geholpen wordt. Als banken adverteren, maken ze gewoonlijk reclame met juist die dingen — de vriendelijke bankier, de snel af te sluiten lening, speciale rekeningen of diensten, gemak. Soms worden premies en geschenken aangeboden om nieuwe spaarders te lokken. Maar er wordt weinig gezegd over de financiële status van de bank. Natuurlijk zijn de diensten die een bank verleent belangrijk. Ook moet worden gelet op de rente die gegeven wordt en hoe deze is samengesteld, daar de opbrengst zal variëren. Van het allergrootste belang voor de inlegger is de veiligheid van zijn geld.
In enkele landen is een depositoverzekering de sleutel. „Wegens de depositoverzekering is dit, tenzij er een volkomen ineenstorting van het bankwezen plaatsvindt, de zorg van bankiers en aandeelhouders van de bank, en niet van de spaarders”, verklaart The Atlantic Monthly. „Het is buitengewoon onwaarschijnlijk dat mensen thans bij bankfaillissementen net als in de jaren ’30 alles zouden verliezen wat zij in de loop van hun leven hebben gespaard.”
Het is daarom goed om na te gaan of rekeningen gewaarborgd zijn en door wie. Regeringsgaranties zijn natuurlijk de beste. Een voorbeeld hiervan is de Federal Deposit Insurance Corporation in de Verenigde Staten. Sommigen die te horen kregen dat hun rekeningen verzekerd waren, kwamen later tot de ontdekking dat dat bij een particuliere onderneming was met onvoldoende kapitaal om alle spaarders terug te betalen toen de bank failliet ging. In Nederland is bij de wet geregeld dat vorderingen op banken die op naam staan van particulieren, tot ƒ 35.000 worden gegarandeerd door de gezamenlijke banken.
Wat staat ons te wachten?
Afzonderlijke bankfaillissementen zullen naar wordt verwacht blijven plaatsvinden en zelfs in aantal toenemen. Niettemin is het van het allergrootste belang voor het bankwezen dat het vertrouwen erin gehandhaafd blijft. „Er zou zich alleen een crisis voordoen als spaarders deze financiële slingerbewegingen zouden interpreteren als een reden om hun geld terug te vragen van de betrokken banken”, verklaart het tijdschrift Fortune. Daarom wordt alles op alles gezet om dat vertrouwen sterk te houden.
Er zijn ook plannen in de maak om de schuld van Derde-Wereldlanden te verlagen tot een hanteerbaar niveau en deze landen te helpen hun verplichtingen na te komen. „Goed beschouwd zal het enorme financiële tekort worden geabsorbeerd door de belastingbetalers over de hele wereld”, verklaart Albin Chalandon, de voormalige Franse minister van Industriële Planning.
Hoe veilig zijn banken derhalve? Een functionaris van een bank zei het zo: „De banken zijn zo veilig als de regeringen die borg voor ze staan.” Hoewel dat nu misschien geruststellend klinkt, zal het weldenkende personen tot nadenken stemmen. Waarom? Omdat de bijbel voorzegt dat alle aardse regeringen volledig vernietigd zullen worden en plaats moeten maken voor het eeuwigdurende koninkrijk Gods (Daniël 2:44). Tevens wordt daarin gewezen op gebeurtenissen in deze 20ste eeuw die het besluit van het huidige samenstel van dingen zouden kenmerken. — Matthéüs 24:3, 6, 7, 21, 22.
De bijbel beschrijft dat de mensen in die tijd zelfs hun goud en zilver op straat zullen werpen als van geen enkele waarde om hen te redden (Ezechiël 7:19; Zefanja 1:18). Als dat al met deze kostbaarder materialen zal gebeuren, rijst de vraag welk vertrouwen men dan kan stellen in de nationale valuta of de financiële instellingen die daarvan afhankelijk zijn. De regeringen die zich er borg voor stellen, zullen verdwenen zijn!
Jezus gaf daarom de passende raad: „Vergaart u niet langer schatten op de aarde, waar mot en roest ze verteren en waar dieven inbreken en stelen. Vergaart u veeleer schatten in de hemel, waar noch mot noch roest ze verteren en waar dieven niet inbreken en stelen. Want waar uw schat is, daar zal ook uw hart zijn. . . . Gij kunt niet God en de Rijkdom als slaaf dienen.” — Matthéüs 6:19-21, 24.
[Kader op blz. 9]
De positie van de banken — Wat anderen zeggen
● „Het is geen overdrijving te zeggen dat de regeringen van tientallen met schulden beladen landen, het Internationaal Monetair Fonds, de Federal Reserve Board en honderden Amerikaanse en buitenlandse banken gezamenlijk de ernstigste en wijdstvertakte financiële crisis sinds de jaren ’30 onder de ogen moeten zien.” — Het tijdschrift New York.
● „Het huidige beleid biedt slechts een hoogst onzekere bescherming. De financiële veiligheid van de wereld balanceert op het scherp van de snede. De schuldencrisis bedreigt niet alleen de ontwikkeling in ontwikkelingslanden, maar ook de stabiliteit van het bankstelsel van geïndustrialiseerde landen.” — Rapport van een groep deskundigen van het Gemenebest, de Londense Guardian.
● „De immense schuld die de Derde-Wereldlanden bij de banken in de Verenigde Staten hebben, hangt als een potentiële lawine boven het Amerikaanse bankstelsel.” — The New York Times Magazine.
● „De totale mondiale schuld is zo enorm dat ze de grondslag heeft gelegd voor een schuldencrisis van de eerste orde in het internationale bankstelsel.” „De opperste ironie van de mondiale schuldencrisis is, dat de banken er zo diep in zitten dat ze er niet uit kunnen geraken zonder het hele kaartenhuis te laten instorten.” — Het tijdschrift Savvy.
● „De situatie thans is kritieker en gevaarlijker dan ze in de jaren ’30 was.” — De Westduitse econoom Kurt Richebächer, U.S.News & World Report.
[Tabel op blz. 10]
Zeventien ontwikkelingslanden met zware schulden
Land Buitenlandse schuld Percentage schuld aan
(in miljarden dollars) particuliere bronnena
Argentinië 50,8 86,8
Bolivia 4,0 39,3
Brazilië 107,3 84,2
Chili 21,0 87,2
Colombia 11,3 57,5
Costa Rica 4,2 59,7
Ecuador 8,5 73,8
Filippijnen 24,8 67,8
Ivoorkust 8,0 64,1
Jamaica 3,4 24,0
Joegoslavië 19,6 64,0
Marokko 14,0 39,1
Mexico 99,0 89,1
Nigeria 19,3 88,2
Peru 13,4 60,7
Uruguay 3,6 82,1
Venezuela 33,6 99,5
Totaal 445,9 80,8
Bron: World Debt Tables, uitgave 1985-86, uitgegeven door de Wereldbank, Washington D.C.
[Voetnoten]
a Grotendeels handelsbanken
[Illustratie op blz. 8]
Als veel grote banken failliet gaan, zou een domino-effect de ineenstorting van het hele bankstelsel tot gevolg kunnen hebben