De mus — Vriend of vijand?
ER ZIJN net nieuwe buren komen wonen. Na de vroegere bewoners eruit gegooid en alle nieuwsgierige toeschouwers verjaagd te hebben, zijn ze overgegaan tot de orde van de dag: het stichten en voeden van een gezin.
Hun naam, mus, wordt voor verscheidene vogels gebruikt maar heeft over het algemeen betrekking op leden van de wevervogelfamilie. Mussen zijn meestal kleine, onopvallende vogels met een grijs, bruin en zwart verenkleed. Veel ervan zijn talentvolle zangers.
Misschien zijn mussen echter niet het soort buren waarvoor u zou kiezen. Want hoewel deze kleine vogels door sommigen bewonderd worden om hun moed en aanpassingsvermogen, hebben ze hier en daar sterk aan populariteit ingeboet.
Waarom als deugnieten beschouwd
De gewone of huismus (Passer domesticus) werd in 1851 van Europa naar Noord-Amerika overgebracht in de hoop dat ze de bomen zou bevrijden van de verwoestende bladrups. De mussen leerden echter al gauw dat het leven in de stad gemakkelijker was dan dat op het platteland. Dus in plaats van ongedierte te eten, gingen ze over tot het eten van voedselrestjes en waren spoedig de kunst meester van het plunderen van vuilnisbakken. „Het aanpassingsvermogen en de agressiviteit” van de huismus, zo wordt in het boek North American Birds opgemerkt, „evenaart de durf van harige immigranten als de bruine rat, de zwarte rat en de huismuis.”
Mussen bouwen hun slordige, rommelige woning in elk hoekje en gaatje. Veren, wol en lapjes behoren tot de bestanddelen die ze het liefst gebruiken bij de nestbouw. Vaak verdrijven ze de inheemse vogels en nemen brutaal hun nesten over, waarbij ze de eieren van de verdreven bewoners eruit gooien. Bovendien verwoesten mussen allerlei vruchten en eten ze rijpende zaden en malse, jonge groenten.
In Brazilië, waar de huismus ook doelbewust werd ingevoerd, bracht ze niet alleen schade toe aan de gewassen maar verdreef ze ook de geliefde bruinnekgors of tico-tico. De tico-tico komt qua grootte en kleur veel met de mus overeen maar is een gezellig, nuttig vogeltje dat insekten vernietigt die schadelijk zijn voor gewassen.
Kenmerken die weer iets goedmaken
Toch zijn mussen vrolijke vogels die tjirpen en kwetteren, en veel mensen kijken er graag naar als ze van hun roestplaats naar de grond en weer naar boven fladderen. Zo schrijft een vogelwaarneemster: „Wij hebben zo’n zeven mussenesten in de onmiddellijke nabijheid van ons huis. . . . Een heel groepje vogels kan tegelijk in het water aan het spelen zijn en al doende met elkaar in botsing komen. Sommige raken daarbij ’in alle staten’. Ze duiken en dollen en ze waggelen heen en weer, waarbij ze hun veren uitzetten totdat ze zo ongeveer met water doordrenkt zijn. Vervolgens wippen ze op het hek, vegen hun snavel af, schudden zich uit als een hond, turen omlaag naar het water en nemen weer een duik. Dat kan mogelijk wel een uur achtereen doorgaan, en dan vliegen ze weg, slechts om na een uur of twee weer terug te komen.” Soms zie je mussen ook een stofbad nemen in droge aarde langs de weg of in een bloembed.
Interessant is dat mussen in de bijbel genoemd worden. Tweemaal gebruikte Jezus deze geringgeachte vogels om Gods tedere zorg te illustreren. Toen Jezus zijn 12 apostelen uitzond om te prediken, vroeg hij hun: „Worden niet twee mussen voor een geldstuk van geringe waarde verkocht?”, waarna hij verklaarde: „Toch zal er niet één van op de grond vallen zonder medeweten van uw Vader. Vreest daarom niet: gij zijt meer waard dan vele mussen.” Later in zijn bediening herhaalde Jezus deze illustratie en beklemtoonde aldus dat daar God niet eens een enkel musje vergeet, Hij degenen die Hem dienen zeker niet zal vergeten. — Mattheüs 10:29, 31; Lukas 12:6, 7.
Kennelijk acht Jehovah God al zijn scheppingen, zowel groot als klein, kostbaar. En hoewel de eigenschappen van bepaalde dieren ze misschien niet altijd geliefd maken bij ons, weerspiegelen de talrijke en uiteenlopende levensvormen de wijsheid van onze Grootse Schepper. — Psalm 104:24.