MEMUKAN
(Memu̱kan).
De voornaamste woordvoerder van de zeven Medo-Perzische vorsten die geraadpleegd werden toen Vasthi weigerde koning Ahasveros te gehoorzamen (Es 1:13-15). Volgens Memukan had Vasthi niet alleen de koning onrecht aangedaan, maar ook de vorsten en het volk van het rijk en moest zij derhalve als koningin worden afgezet, opdat alle vrouwen van het rijk zouden leren hun man te gehoorzamen. De koning en de andere vorsten stemden met Memukan in, en een koninklijke verordening van deze strekking werd opgeschreven in de onveranderlijke wetten van de Meden en Perzen. — Es 1:16-22.
Deze „zeven vorsten van Perzië en Medië” waren „goed onderlegd . . . in de wet en in rechtsgedingen”. Zij waren de meest vertrouwde raadgevers van de koning en ’bekleedden de eerste plaats in het koninkrijk’ (Es 1:13, 14). Dat aan het Perzische hof inderdaad zo’n uit zeven mannen bestaande raad verbonden was, wordt door Ezra 7:14 bevestigd.