27 Zodra de rouwtijd voorbij was, liet David haar naar zijn huis halen. Ze werd zijn vrouw+ en ze kregen een zoon. Maar wat David had gedaan, was slecht in Jehovah’s ogen.+
27 Toen de rouwtijd+ voorbij was, liet Da̱vid haar onmiddellijk halen en nam haar op in zijn huis, en zij werd zijn vrouw.+ Mettertijd baarde zij hem een zoon, maar wat Da̱vid had gedaan, bleek slecht te zijn+ in de ogen+ van Jehovah.