6 Daarna loofde Ezra Jehovah, de ware God, de grote God, waarop het hele volk met opgeheven handen antwoordde: ‘Amen!* Amen!’+ Toen vielen ze op hun knieën en bogen diep voor Jehovah.
6 Daarna zegende E̱zra Jehovah,+ de [ware] God, de grote [God], waarop het gehele volk antwoordde: „Amen! Amen!”,+ terwijl zij de handen ophieven.+ Toen bogen zij diep+ en wierpen zich voor Jehovah neer met het aangezicht ter aarde.+