12 Want de ogen van Jehovah* zijn gericht op de rechtvaardigen en zijn oren luisteren naar hun smeekgebed.+ Maar Jehovah* keert zich tegen degenen die slechte dingen doen.’+
12 Want [de] ogen+ van Jehovah* zijn op de rechtvaardigen en zijn oren tot hun smeking;+ maar [het] aangezicht van Jehovah* is tegen hen die slechte dingen doen”.+