9 En gij moet hen omgorden met de sjerpen, zowel Aä̱ron als zijn zonen, en gij moet hun het hoofddeksel om [het hoofd] winden; en het priesterschap moet hun toebehoren als een inzetting tot onbepaalde tijd.+ Zo moet gij de hand van Aä̱ron en de hand van zijn zonen met macht vullen.+