7 En zij zal werkelijk haar hartstochtelijke minnaars najagen, maar zij zal hen niet inhalen;+ en zij zal hen stellig zoeken, maar zij zal [hen] niet vinden. En zij zal moeten zeggen: ’Ik wil gaan en terugkeren naar mijn echtgenoot,+ de eerste,+ want ik had het toen beter dan nu.’+