De aanval door Gog van Magog
1. Wat onthult de Bijbel omtrent Satans onzichtbare organisatie, en hoe wordt Satan in de openbaring zinnebeeldig voorgesteld om met die onthulling overeen te komen?
DE Bijbel openbaart vele wonderbaarlijke dingen aan ons omtrent het onzichtbare rijk van geestelijke personen. Hij onthult dat Satan de Duivel een onzichtbare organisatie van demonen heeft en dat er geestenvorsten in die organisatie zijn. Daniëls profetie onthult dat één zo’n geestenvorst ongezien toezicht hield op het Perzische rijk, toen het de wereld beheerste, en dat er eveneens een geestenvorst was die toezicht hield op de opkomende macht van Griekenland, dat Perzië zou omverwerpen en dit rijk als de heersende wereldmacht zou opvolgen (Daniël, hoofdstuk 10). Het laatste boek van de Bijbel, Openbaring, geeft te kennen dat er tot op een zekere tijd zeven van zulke wereldmachten zouden zijn die met Jehovah’s getuigen te doen zouden hebben, en in de volgorde waarin ze aan de macht zijn gekomen, zijn het 1. Egypte, 2. Assyrië, 3. Babylon, 4. Medo-Perzië, 5. Griekenland, 6. Rome en 7. de Anglo-Amerikaanse wereldmacht van tegenwoordig. Volgens de gedachte die in Daniëls profetie aan de hand wordt gedaan, heeft elk van deze zeven wereldmachten een geestenvorst gehad onder wiens geheime toezicht ze stond. In Openbaring wordt Satan de Duivel, hun heerser, afgebeeld als een grote vurig rode draak, met zeven hoofden en tien hoornen en op zijn hoofden zeven diademen. Het feit dus dat Satan de Duivel gezag heeft over de zeven vorsten van de zeven wereldmachten wordt afgebeeld doordat de grote draak in de hemel zeven hoofden met diademen er op heeft. Volgens de feiten der geschiedenis wordt gezag over Gog in geen enkel van de zeven hoofden van de draak afgebeeld.
2. Wanneer kwam er een verandering in de positie van de Draak en zijn geestenvorsten en op welke wijze?
2 Dat was natuurlijk terwijl de symbolische Draak nog in de hemel was. Toen kwam 1914 n. Chr., een jaar van oorlog niet alleen voor de aarde maar ook voor de onzichtbare hemelen, want in dat jaar verleende Jehovah God het pasgeboren koninkrijk van zijn Zoon Jezus Christus souvereiniteit en ’brak er oorlog uit in de hemel’. De Draak en zijn engelen streden tegen het Koninkrijk maar behielden zelfs geen bruggenhoofd in de hemel. „Daarom werd de grote draak nedergeworpen, de oorspronkelijke slang, hij die Duivel en Satan wordt genoemd, die de gehele bewoonde aarde misleidt; hij werd naar de aarde nedergeworpen, en zijn engelen werden met hem nedergeworpen” (Openb. 12:7-9, NW). Op deze wijze werden de zeven geestenvorsten nedergeworpen, over wie het gezag van de Draak werd aangeduid door zijn zeven hoofden met diademen er op.
3, 4. (a) Hoe wordt Satans organisatie zinnebeeldig voorgesteld, en hoe haar laatste dominerende lid? (b) Hoe wordt de Volkenbond afgebeeld, en ontwikkelen de Draak en het wilde beest elk een achtste hoofd omdat hiervan sprake is?
3 De Draak heeft een onzichtbare organisatie, waarvan de zeven wereldmachten dominerende leden zijn geweest. Deze gehele zichtbare organisatie wordt afgebeeld als een wild beest, dat eveneens zeven hoofden heeft, welke overeenkomen met die dominerende wereldmachten. Dit wilde beest kwam op uit de zee. Doch er verschijnt nog een wild beest ten tonele, dat uit de aarde opkomt. Zijn ene hoofd heeft twee hoornen gelijk die van een lam. Nadat het grote tekenen heeft verricht, stelt het voor een beeld te maken van het zevenhoofdige wilde beest opdat de mensheid dit beeld kan aanbidden.
4 In het kort beeldt het tweehoornige beest dat uit de aarde opkomt, de uit twee leden bestaande wereldmacht van tegenwoordig af, die één spraak hebben, de Anglo-Amerikaanse wereldmacht. Het beeld dat in de eerste plaats door deze Anglo-Amerikaanse wereldmacht werd aanbevolen, was de Volkenbond, tegenwoordig de Verenigde Naties. In Openbaring, hoofdstuk zeventien, wordt deze Volkenbond of de Verenigde Naties zelf afgebeeld als een wild beest, scharlaken gekleurd en met zeven hoofden, waarop de ontuchtige vrouw Babylon de Grote zit als de berijdster. Dat zevenhoofdige wilde beest komt in werkelijkheid voort uit de voorgaande zeven wereldmachten, maar het treedt op als een achtste koning of wereldmacht. Aldus wordt er over gesproken met de volgende woorden: „En het wilde beest dat was [vóór de tweede Wereldoorlog] maar niet is [gedurende de tweede Wereldoorlog], is ook zelf een achtste koning, maar het heeft zijn bestaan te danken aan de zeven en het gaat heen in de vernietiging” (Openb. 17:8, 11, NW). De vraag is nu, met het oog op deze achtste wereldmacht: Bracht het zevenhoofdige uit de zee opgekomen wilde beest nog een hoofd voort en werd het achthoofdig? Stelde Satan de Duivel vervolgens een achtste geestenvorst aan om toezicht uit te oefenen op de Volkenbond {nu de Verenigde Naties) en voegde de grote Draak aldus nog een hoofd aan zijn zeven hoofden toe? Het Goddelijke Bericht zegt dit niet. Wanneer de Draak ten slotte te Armageddon in de afgrond wordt geworpen en het uit de zee opgekomen wilde beest in de vernietiging in de poel van vuur wordt geworpen, wordt aangenomen dat zij elk nog steeds hetzelfde aantal hoofden hebben als tevoren, slechts zeven. — Openb. 19:19, 20.
5. Welk feit in de betrekkingen tussen de zevende wereldmacht en het Volkenbond-beest maakt een achtste demonenvorst totaal overbodig? En wie heerst dus nog steeds?
5 Eén feit moeten wij in gedachten houden: Het Volkenbond-beest of de achtste wereldmacht staat in werkelijkheid onder de zevende wereldmacht, want deze Anglo-Amerikaanse combinatie ontwierp het Volkenbond-beest en gaf het vervolgens de adem des levens. Daarom staat dit achtste wereldmacht-beest in werkelijkheid onder het ongeziene toezicht van de geestenvorst van de zevende wereldmacht. Dit feit zou een achtste demonenvorst totaal overbodig maken. Ondanks het bestaan van de Volkenbond of de Verenigde Naties, of tegelijkertijd met het bestaan er van, oefenen de zevende wereldmacht en haar geestenvorst evenveel macht in Satans wereld als voordat de grote Draak uit de hemel werd verdreven en voordat de Volkenbond werd gevormd. Dientengevolge bestaat er geen achtste demonenvorst waardoor de zevende vorst een mededinger zou hebben of door wie hij opgevolgd zou worden. Dit zou het geval zijn geweest indien Gog een nieuwe en achtste geestenvorst zou zijn die nieuw aan de macht zou zijn gebracht ten einde op het slagveld van Armageddon als Satans stafoverste op te treden. Sedert de eerste Wereldoorlog kan Brittannië zelf zwakker zijn geworden, maar haar hoorn van macht in deze tijd is wederom versterkt door de atoombom, en haar partner Amerika is ’s werelds machtigste natie geworden. Met het oog op dit feit zou de vorst van de zevende wereldmacht nog steeds in Satans onzichtbare organisatie heersen.
6. Hoe wordt door de monden waaruit de kikvorsen springen, aangetoond dat er geen achtste geestenvorst is, maar waar bevindt Gog zich niettegenstaande?
6 Deze zevende wereldmacht wordt de „valse profeet” van Openbaring (16:13; 19:20; 20:10), en wanneer wij kikvorsen te voorschijn zien springen die kwaken en de wereldheersers voortdrijven naar Armageddon, wat merken wij dan op? Wij merken op dat een kikvors niet uit de mond van de achtste wereldmacht of „het beeld van het wilde beest” te voorschijn springt, maar uit de mond van de „valse profeet” en uit de mond van het uit de zee opgekomen wilde beest, dat nog steeds zeven hoofden heeft (Openb. 16:13-16). Er is dus zichtbaar niets op aarde waardoor volgens de Bijbelse symboliek een achtste geestenvorst zou moeten worden afgebeeld. Daarom wordt thans ingezien dat er geen bewijzen zijn voor de veronderstelling die wij twintig jaar geleden koesterden, dat Gog een achtste demonenvorst was. Die veronderstelling leidde ons echter in de juiste richting om vast te stellen waar Gog zich bevindt, namelijk, in de geestenwereld en niet in de zichtbare aardse, menselijke maatschappij. Daarom wordt door Gog nog steeds niet een zichtbare menselijke regeerder of natie, zoals Rusland, voorgesteld maar een geestenheerser. Wie wordt dan door Gog gesymboliseerd?
GEÏDENTIFICEERD
7. Van wie is Gog dan een profetische figuur, en wanneer, en waar?
7 Het is thans duidelijk dat Gog een profetische figuur is van de heerser van alle zeven demonenvorsten, namelijk, Satan de Duivel. Gog is daarom een afbeelding van die oorspronkelijke Slang, de Draak, niet toen hij zich in de hemel bevond, maar wanneer hij hier op de aarde is. Dat wil zeggen, nadat hij uit de hemel is geworpen en met zijn zeven demonenvorsten tot de aarde is beperkt. Gog is dus een afbeelding van Satan gedurende de korte tijd die hij over heeft tussen het einde van de oorlog in de hemel en de strijd van Armageddon. Na zijn verwijdering uit de hemel is Satan de Draak toornig op Gods vrouw, die het Koninkrijk baarde. Het is dus de Draak die heengaat om oorlog te voeren tegen de „overgeblevenen van haar zaad”, die Gods geboden nakomen en het werk doen dat bestaat in het getuigenis afleggen van Jezus. Het is de Draak uit wiens mond de kikvorsen springen om de wereldheersers te vergaderen en naar Armageddon te leiden. Het is de zevenhoofdige Draak zelf die zich belast met de laatste aanval en de op handen zijnde oorlog te Armageddon. — Openb. 12:7-17; 16:13.
8. Wie wordt door Jehovah gebruikt om de kop van de Slang te verpletteren, en wat wordt hierdoor veeleer betoogd met betrekking tot een achtste geestenvorst die te Armageddon door Satan zou worden gebruikt? Waarom?
8 Het is waar dat Jehovah God Jezus Christus gebruikt om te Armageddon als zijn stafoverste te strijden. Maar waarom gebruikt hij Jezus Christus? Omdat Jehovah had voorzegd dat het Zaad van Gods vrouw de kop van de grote Slang zou vermorzelen wegens het feit dat in Eden de Slang onze eerste ouders tot zonde had verleid. Te Armageddon laat Jehovah het verpletteren door Jezus Christus, het Zaad van de vrouw, geschieden (Gen. 3:15; Rom. 16:20). Dit vereist echter niet dat Satan in dit opzicht God nabootst en een nieuwe, onervaren demonenvorst aanstelt die te Armageddon als zijn stafoverste zou strijden. De Draak, die reeds een volledige reeks van zeven demonenvorsten heeft geprobeerd, neemt nu persoonlijk het commando op zich om op het slagveld van aangezicht tot aangezicht tegenover Christus te komen te staan. Thans weet hij dat Christus het Zaad van de vrouw is en is aangesteld om zijn kop te vermorzelen gelijk de kop van een slang. Zou de Draak dus een onervaren geestenvorst deze van levensbelang zijnde taak toevertrouwen die bestaat in het leiden der veldmanoeuvres om de verpletterende hiel van het Zaad van de vrouw van „die oorspronkelijke slang”, de Draak, af te wenden? Dat nooit! Armageddon is zijn grote strijd, gelijk die van een brullende leeuw welke op zijn leger in het nauw is gedreven. Bovendien beeldt Ezechiëls profetie deze strijd af als Jehovah’s strijd tegen Gog, dus tegen Satan de Duivel, waardoor het derhalve een strijd wordt tussen de waarachtige God en de valse god, tussen de God van de rechtvaardige nieuwe wereld en de „god dezer wereld” (2 Kor. 4:4, LV). „Alzo zegt de Here Jehovah: Zie, Ik ben tegen u, O Gog.” — Ezech. 38:3, AS.
9. Waarom is het niet ongewoon dat Satan in Ezechiëls profetie door een persoon zoals Gog wordt afgebeeld?
9 Het dient niet ongewoon te schijnen dat Gog wordt gebruikt om Satan de Duivel af te beelden. In hetzelfde boek Ezechiël wordt de koning van Tyrus gebruikt als een beeld van de Duivel sedert de tijd dat hij in Eden was en toen hij onrechtvaardig werd en uit Gods familie werd geworpen en werd verlaagd alsof hij naar een Tartarus was nedergeworpen. Doch nu wordt Satan als Gog afgebeeld nadat hij uit de hemel naar de aarde is nedergeworpen en hier wordt beteugeld totdat hij in Armageddon uit zijn Tartarus-toestand in de afgrond wordt overgebracht en aldaar gedurende duizend jaar onder een verzegelde afsluiting wordt bewaard (Openb. 20:1-3, 7). Terloops zij vermeld, dat de bondgenoten van Gog in zijn laatste aanval natiën zijn die zware handeldrijvers waren met de koning van Tyrus. — Ezech. 27:2-25; 28:13-18.
10. Waar is Ezechiëls „land van Magog”, en hoe verschilt het van Magog in de Openbaring?
10 Er wordt gezegd dat Gog van het land van Magog is. „Magog” was de naam van een van Jafeths zeven zonen, dus een van Noachs kleinzonen (Gen. 10:2). Waar zijn land lag, is niet met zekerheid te zeggen, maar geografisch wordt gewoonlijk de plaats er van aangegeven in noordoost Europa en Centraal-Azië, het land van de woeste Scythen en Tartaren. Dit wil echter niet zeggen dat het „land van Magog” in Ezechiëls profetie nu het land van de Unie der Socialistische Sowjet-Republieken betekent. In Openbaring 20:8 worden Gog en Magog genoemd, doch beide namen zijn in die tekst namen van aardse landen en de tijd waarin ze zijn geplaatst, is verschillend van die van Gog en Magog in Ezechiëls profetie. De Magog waarvan in Ezechiël gewag wordt gemaakt, wordt in de tijd vóór het duizendjarige rijk geplaatst terwijl de Magog in Openbaring wordt geplaatst in de tijd aan het einde van de duizendjarige regering van Jezus Christus. In Ezechiëls profetie komt Magog daarom overeen met het rijk van de voornaamste heerser er van, Satan de Duivel, en stelt zijn geestelijke rijk voor. Dit komt goed overeen met het feit dat de Bijbel de plaats waar Magog ligt, voor de mens onbepaald laat, vandaar een rijk waarover de mens niet al te veel weet. Magog is een beperkt geestenrijk in de nabijheid van de aarde, want het is de plaats waar Satan, de Draak, zich bevindt nadat hij en zijn goddeloze engelen door de oorlog in de hemel met geweld naar die plaats zijn verdreven. Van dat standpunt uit is het een verlaagd land, waar de geestelijke bewoners aan Jehovah’s beschikking zijn onderworpen en worden bewaard opdat hij zijn verdere oordeel tot uitdrukking kan brengen.
11. Hoe wordt het zichtbare gedeelte van Gogs organisatie afgebeeld, en welke titel die Gog draagt, getuigt er tegen dat hij een ondergeschikte vorst zou zijn?
11 Het land van Magog is daarom een afbeelding van het verlaagde rijk van het onzichtbare deel van Satans wereld sedert 1918 n. Chr. Maar er bestaat nog steeds ook een zichtbaar gedeelte van Gogs wereldorganisatie. Hij heeft nog steeds aardse bondgenoten en onderdanen, zoals in Ezechiëls profetie wordt aangetoond, waarin hij wordt aangesproken als „Gog, de grote vorst van Mesech en Tubal” (Ezech. 38:3; 39:1, AT). Sommige vertalingen vertolken dit als volgt: „Gog, vorst van Rosa, Mesjech en Tubal!” (LV, Pa, AS, Mo, LXX). En aangezien de naam „Ros” in werkelijkheid niet Rusland betekent maar „hoofd”, redeneerde men dat Ros Satan het „hoofd” betekende en Gog dus slechts een vorst van Satan de Duivel, een „vorst van de overste” (KJ, kanttekening) was. Maar indien wij aldus redeneren, zou het ook betekenen dat Gog niet alleen een vorst van Satan de Duivel was maar ook van Mesech en Tubal en ondergeschikt was aan hen alle drie, hetgeen niet het geval is. Andere moderne vertalingen tonen echter aan dat Gog, in plaats van een ondergeschikte vorst, de „oppervorst” is, het grote opperhoofd (Ned. PB, RS, Soncino). Sommige noemen hem de „grote vorst” (AT, Bover-Cantera). Andere noemen hem de „vorst-souverein” (Belg. PB, zie ook Lienart, Crampon). Dat Gog in vertalingen van de Hebreeuwse tekst met deze superieure titels wordt genoemd, is er wederom een sterke aanduiding voor dat hij Satan, „de heerser der demonen,” is en niet een achtste ondergeschikte vorst die er op uit trekt om hem op het slagveld te vertegenwoordigen. Gog, dat wil zeggen, Satan de Duivel, blijft niet thuis diep in het land van Magog ten einde daar het losbarsten van Gods vuur op hem af te wachten. Neen, egoïstisch neemt hij zelf het commando op over zijn geweldige aanvalshorden en waanzinnig leidt hij hen in de aanval op de overgeblevenen van het Zaad van Gods vrouw.
12. Welke andere landen zijn een afbeelding van gedeelten van Gogs zichtbare organisatie, en voor het drijven van welke handel onderscheidden Mesech en Tubal zich?
12 Mesech en Tubal, waarvan Gog de vorst-souverein is, beelden hier een gedeelte van Satans zichtbare organisatie af. Dit is ook het geval met Perzië, Cusch (Ethiopië), Put (Libyë), Gomer en het huis van Togarma, wier horden een deel vormen van de strijdkrachten die Gog voor de laatste aanval gebruikt in de noodlottige expeditie die zij ondernemen doordat de symbolische kikvors, de „geïnspireerde uiting”, die uit de mond van de Draak springt, hen er door bedrog toe heeft gebracht. Mesech en Tubal uit de oudheid waren beide Jafetietisch. Evenals Magog ontleenden zij hun namen aan de zonen van Jafeth. Maar de Bijbel vermeldt dat Mesech en Tubal grote handel dreven in menselijke slaven en koperen gereedschappen op de markten van de koning van Tyrus, die eveneens een profetisch beeld van Satan de Duivel is. Mesech en Tubal waren ten Noorden van Palestina gelegen. Ze beelden degenen af die voor commercieel gewin met Satan de Duivel handel drijven. Tegen de tijd van Gogs aanval is Perzië, dat eens de vierde wereldmacht was, zo ver achteruitgegaan dat de strijdkrachten er van een klein deel vormen van het gemengde leger van Gog. Gogs aanval kon derhalve niet destijds zijn geschied, verscheidene eeuwen voor Christus in de dagen toen Perzië de dominerende wereldmacht was. Perzië liet de Israëlieten, de gevangenen van Babylon, naar het Heilige Land terugkeren. Perzië wist dus van de herstelling van het overblijfsel van Israël tot het Land van Belofte. Zelfs in deze tijd wordt het goede nieuws van Gods koninkrijk tot zekere mate in het hedendaagse land van Perzië of Iran gepredikt.
13. Uit welke streken van het kompas zijn Gogs zichtbare strijdkrachten gerecruteerd, en waarvan is dit een waarschuwing voor de Nieuwe-Wereldmaatschappij?
13 De troepen van Cusch (of Ethiopië) en van Put waren Chamietisch. Daar Put ten Zuidoosten van Cusch in Afrika was gelegen en overeenkwam met Somaliland, wordt hierdoor aangetoond hoe ver zuidelijk Gogs invloed zich uitstrekte en hoe ver zijn roep om de wapens op te nemen, doorklonk. Zowel de mannen van Put als die van Perzië dienden eens in het leger van Tyrus als zijn soldaten, zodat zij ervaren waren in het strijden aan de zijde van Satan de Duivel. De horden van Gomer en Togarma waren Jafetietisch, daar hun namen eveneens aan de zonen van Jafeth zijn ontleend. De nakomelingen van Gomer verbreidden zich helemaal tot in West-Europa, terwijl het huis van Togarma zich uitstrekte over het gebied van Armenië, waarover werd gesproken als zijnde „in het verre Noorden” (Ezech. 38:6, Mo). Wanneer wij dus naar het land kijken dat zij aanvallen, zijn de strijdkrachten van Gog uit het verre Noorden en het verre Zuiden gerecruteerd en ze sluiten hun slachtoffer in, terwijl ze een leger vormen dat uit „vele volken” is samengesteld. Dit feit is een waarschuwing dat Jehovah’s Nieuwe-Wereldmaatschappij door de onzichtbare en zichtbare horden van de vorst-souverein Gog in het nauw gedreven zal worden. Het komt overeen met de profetie dat de Nieuwe-Wereldmaatschappij door alle natiën der wereld gehaat zal worden.
DE TIJD VAN DE AANVAL
14. Hoe komt het dat wij op ons qui-vive zijn zodat wij weten dat de aanval binnenkort zal geschieden?
14 Als een getrouwe Bewaarder van zijn volk, dat zijn naam draagt, is Jehovah steeds waakzaam ten behoeve van hen en nimmer sluimert noch slaapt hij. Na deze achttien eeuwen sedert de dagen van Christus’ apostelen is hij niet vast in slaap maar hij is nu wakkerder dan ooit, aangezien dit Zijn dag, „de dag van Jehovah,” is en de tijd is nabijgekomen waarin hij zijn macht tegen zijn verenigde vijanden op ontzagwekkende wijze zal ten toon spreiden. Juist op tijd verwekt hij zijn getrouwe getuigen en hij doet hen op hun qui-vive zijn voor hetgeen nu zal geschieden. Hij opent hun verstand met betrekking tot wie de werkelijke Gog is en herinnert hen er aan dat de aanval door deze machtige vijand spoedig zal geschieden, deze vijand die uit het verre Noorden komt. Uit Gods verlichte Woord weten wij dat de tijd naderbij is gekomen. Jehovah God zelf heeft de tijd van Gogs aanval bepaald, want hij stelde Gog er van in kennis dat de aanval na veel dagen en aan het eind der jaren zou zijn. Daar Jehovah zeide dat zijn getuigen dit aan Gog moesten aankondigen, moeten zij van tevoren omtrent de aanval zijn ingelicht en dit is ook het geval. Hier volgt de geïnspireerde aankondiging die zij thans aan de werkelijke Gog kunnen doen:
15. Welke geïnspireerde aankondiging kunnen wij thans aan de werkelijke Gog doen?
15 „Houd u gereed en maak alles gereed, gij met al de scharen die zich bij u geschaard hebben, en wacht op mijn bevelen [houd u voor mij gereed, AT]. Na veel dagen zult gij gemonsterd worden, aan het eind der jaren zult gij een land binnenrukken dat herrezen is uit de puinhoopen, welks bewoners uit veel volken zijn herzameld — Israëls bergen, die tijden aaneen als puinhoopen gelegen hebben [of, langen tijd als eene wildernis gelegen hebben, Belg. PB] — zij zijn uit de volken gehaald en wonen gezamenlijk onbezorgd [veilig, Ned. PB]. Als een onweder zult gij komen opzetten, als een wolk aankomen om het land te bedekken, met al uw troepen en veel volken bij u” (Ezech. 38:7-9, LV). Het zal van Jehovah’s getuigen groot geloof vereisen de vervulling van deze profetie onder de ogen te zien. Het betekent dat er een verschrikkelijke horde aanvallers onder leiding van de vorst-souverein Gog op hen afstormt.
16. Wanneer moet die profetie van toepassing zijn, en waarom moeten wij ons thans versterken?
16 De profetie moet van toepassing zijn in deze „tijd van het einde”, in het bijzonder sedert 1919. Sedert dat jaar begon Jehovah zijn gezalfde getuigen, het overblijfsel van zijn geestelijke Israëlieten, uit de macht van deze Babylonische wereld te bevrijden en hij herstelde hen tot het land dat hun vijanden woest hadden gemaakt door hen gedurende de eerste Wereldoorlog te vervolgen. Aldus werd in 1919 plotseling een natie voortgebracht en in één dag, in de „dag van Jehovah”, werd een land geboren (Jes. 66:7, 8). Hierna had het herstelde overblijfsel jaren nodig om zich in het land te vestigen en in veiligheid te leren wonen, vertrouwend op Jehovah’s bescherming, en de toestand van de Nieuwe-Wereldmaatschappij op te bouwen tot een toestand van grote geestelijke voorspoed zodat ze de aandacht zou trekken van deze oude wereld, de organisatie van de vorst-souverein Gog. De aanval zou daarom op de door Jehovah God vastgestelde tijd aan het einde van de jaren van de „tijd van het einde” geschieden. Dit zou het begin van Armageddon kenmerken, „de oorlog van de grote dag van God de Almachtige.” Daar de „tijd van het einde” bij de geboorte van Gods Messiaanse koninkrijk in 1914 begon, kunnen wij begrijpen dat wij reeds ver gevorderd zijn in de „laatste dagen” van de wereldorganisatie van de vorst Gog. Hoe noodzakelijk is het daarom dat wij ons versterken tegen de op handen zijnde aanval, die wij thans zelf naar de opdracht die ons is gegeven, moeten aankondigen in gehoorzaamheid aan Jehovah God! — Ezech. 38:1-3; 39:1-3.
REDEN VOOR DE AANVAL
17. Door wat te weten, worden wij geholpen beter te begrijpen waarom de aanval moet komen?
17 Zij die tot de Nieuwe-Wereldmaatschappij behoren, weten dat de aanval moet komen want de profetie die zij thans bekendmaken, voorzegt de komst er van en moet een vervulling hebben ter rechtvaardiging van de zekerheid van Jehovah’s Woord. Maar wanneer de Nieuwe-Wereldmaatschappij de reden voor de aanval weet, zal dit hun helpen des te beter te begrijpen waarom de aanval moet komen en waarom zij hem thans nimmer uit hun berekeningen voor de toekomst moeten laten. Natuurlijk zou de vorst-souverein Gog de een of andere zelfzuchtige reden hebben voor het ontketenen van zijn aanval, en dit zou als een drijfkracht werken die hem er toe zou aansporen zowel zijn onzichtbare demonenstrijdkrachten als zijn zichtbare aardse bondgenoten op te roepen voor dienst in zijn expeditie tegen de Nieuwe-Wereldmaatschappij. De Almachtige God vestigt met de volgende profetische woorden de aandacht op deze zelfzuchtige drijfkracht van hebzucht en begerigheid die achter Gog schuilt:
18. Met welke profetische woorden vestigt God de aandacht op de drijfkracht die achter Gog van Magog schuilt?
18 „Aldus zegt de Here GOD [Jehovah, AS, Da]: Op die dag zullen er gedachten in uw geest komen, en gij zult een boosaardig plan ontwerpen, zeggende: ’Ik zal tegen dit land van open dorpen oprukken, ik zal deze rustige mensen die in veiligheid wonen, overvallen, allen onverdedigd door muur of afsluitboom of poorten,’ om hen te beroven, en hen te plunderen, om uw hand te doen neerkomen tegen de weer bewoonde woestenijen, en tegen het volk dat uit de natiën is vergaderd, dat op vredige wijze vee en goederen verwerft, terwijl het in het midden der aarde woont. Scheba en Dedan, de kooplieden van Tarsis, en al haar magnaten [jonge leeuwen, AS], zullen tot u zeggen: ’Zijt gij gekomen om hen te beroven? Riept gij uw leger op om hen te plunderen? Was het om zilver en goud weg te voeren, om vee en goederen in beslag te nemen, om grote buit te maken?’ Daarom profeteer, O sterfelijke mens, en zeg tot Gog: ’Aldus zegt de Here GOD [Jehovah]: Zult gij u niet, op die dag wanneer mijn volk Israël in veiligheid woont, beijveren en uit uw plaats in het verste Noorden komen — gij en vele volken met u, allen rijdend op paarden; een grote menigte, een machtig leger — en mijn volk Israël overvallen gelijk een wolk die het land bedekt? Het zal geschieden in het einde der dagen dat ik u tegen mijn land zal brengen, opdat de natiën mij mogen kennen, wanneer ik door mijn handelingen met u, O Gog, mijn heiligheid in hun ogen openbaar.’” — Ezech. 38:10-16, AT.
19. Waarom gist er nu begerigheid in Gogs hart, en wat is daarom zijn besluit?
19 Dezelfde begerigheid waardoor in het paradijs van Eden Satan de Duivel werd voortgebracht, gist nu in het hart van deze vorst-souverein Gog en stroomt door elke vezel van zijn wezen. Dit is vooral het geval in deze „laatste dagen” waarin hij de toestand van Jehovah’s herstelde overblijfsel en hun metgezellen van goede wil en de toestand van deze oude ten ondergang gedoemde wereld tegenover elkaar kan stellen. Met haatdragende ogen beziet Gog de geestelijke voorspoed van Jehovah’s overblijfsel. Hij misgunt hun deze bloeiende paradijstoestand waarin hun theocratische maatschappij woont en Jehovah aanbidt, en wel in het bijzonder wanneer hij de ellende der natiën in zijn eigen wereld aanschouwt en beseft dat haar vertoon van praal, macht en gekunstelde voorspoed nu slechts een „korte tijd” kan duren totdat in de strijd van Armageddon de hoofden van hem en zijn zaad verbrijzeld zullen worden. Indien er in zijn wereldorganisatie geen voorspoed kan heersen en indien ze geen blijvende voorspoed kan genieten op religieus, economisch en nationaal gebied, dan zal ook geen andere organisatie voorspoed genieten! Dat is Gogs afgunstige besluit.
20, 21. (a) Waarin bestaat de paradijsachtige voorspoed die de Nieuwe-Wereldmaatschappij geniet? (b) Wat hebben zij thans dat overeenkomt met vee, goederen, zilver en goud?
20 Jehovah’s Nieuwe-Wereldmaatschappij is echter samengesteld uit getrouwe Christenen die over de gehele wereld worden vervolgd. In het algemeen zijn zij arm in de goederen van deze wereld. Wat zou dan de paradijsachtige voorspoed kunnen zijn die zij thans genieten en die deze vorst-souverein Gog zou kunnen begeren? Dit: dat zij in het kostbare bezit van Gods naam zijn, waarnaar zij zijn genoemd. Gedurende ten minste zestien eeuwen is Satan de Duivel er schijnbaar in geslaagd de mensen die beleden God te aanbidden, in onwetendheid te houden omtrent de vererenswaardige naam van de waarachtige God. Maar nu, sedert 1914 n. Chr., heeft Satan de Draak een grote vernedering geleden doordat hij als een schietlood uit de hemel naar het verlaagde „land van Magog” is nedergeworpen, terwijl de gehate naam „Jehovah” op de voorgrond is gekomen en in de strijd van de grote dag van God de Almachtige het toppunt van zijn glorie zal bereiken.
21 Dat niet alleen, maar doordat Jehovah’s overblijfsel uit de tot slavernij brengende macht van deze Babylonische wereld is bevrijd, is het tot een natie gemaakt; zij zijn een volk dat is onderscheiden van alle andere volken op de oppervlakte van deze aarde en zijn georganiseerd in een theocratische maatschappij die op de eerste plaats, op de laatste plaats en te allen tijde voor Jehovah’s nieuwe wereld opkomt. Zij hebben bovendien de krachtigste boodschap die iemand op aarde kan hebben, het goede nieuws omtrent het Koninkrijk, welke een expansie-kracht bezit die door al Satans in bedwang houdende krachten niet kan worden beteugeld en beperkt, maar in gehoorzaamheid aan Christus’ bevel zwelt ze aan tot de einden der bewoonde aarde tot een getuigenis aan alle natiën. Jehovah’s geest, die op zijn volk is uitgestort, verleent er de onweerstaanbare kracht aan (Ezech. 39:29). De methode waarop de boodschap wordt verbreid, namelijk „in het openbaar, en van huis tot huis” levert de meeste resultaten op (Matth. 24:14; Hand. 20:20, Lipman). Deze boodschap alleen bevredigt het vurige verlangen van hen die geluk zoeken doordat de geestelijke nooddruft, waarvan zij zich zozeer bewust zijn, er door wordt verzadigd; en daarom stromen honderdduizenden van hen naar het land van het herstelde overblijfsel ten einde zich te verheugen in ware en blijvende geestelijke voorspoed. Voor het overblijfsel zijn zij gelijk kudden die het in zijn bezit heeft; eveneens zijn de herstelde oude waarheden en de nieuw geopenbaarde waarheden betreffende de nieuwe wereld kostbaarder dan letterlijk zilver en goud. Niets wat Gog van Magog heeft, is met deze geestelijke overvloed te vergelijken. Niets wat wij hebben, stemt overeen met de propaganda en plannen tot voorspoed van deze oude wereld. Terwijl wij in gehoorzaamheid aan Jehovah theocratisch te werk gaan, zijn wij volledig tegen Gogs oude wereld gekant, en toch mengen wij ons er niet in doordat wij deze oude wereld de wet zouden voorschrijven of een samenzwering tegen haar op touw zouden zetten of gewapend geweld tegen haar zouden beramen.
22. Hoe woont het herstelde overblijfsel „in het midden der aarde”?
22 Zoals Jehovah God zegt, woont het herstelde overblijfsel van de Nieuwe-Wereldmaatschappij „in het midden der aarde”, of op de navel der aarde. Alhoewel de leden van het herstelde overblijfsel wat hun predikingsactiviteit betreft over de gehele aarde verspreid zijn; vormen zij toch in hun theocratische organisatie de kern vanwaar de Nieuwe-Wereldmaatschappij op aarde zich ten slotte zal uitbreiden en de gehele aardbol zal omvatten. De gehele theocratische menselijke maatschappij van de nieuwe wereld draait om hen, en doordat zij uit het mystieke Babylon werden hersteld, werden door Jehovah God, de Schepper van de nieuwe wereld, de fundamenten van de „nieuwe aarde” gelegd (Jes. 51:16). Zij zijn het waardevolste wat God op aarde heeft, waarin hij het meeste belang stelt, en zijn aandacht is op hen gericht. De boosaardige aandacht van Gog van Magog is daarom eveneens op hen geconcentreerd. Hij veracht het denkbeeld van een „nieuwe aarde” in een eeuwigdurende nieuwe wereld!
23. (a) Hoe tonen Mesech, Tubal, Perzië, Cusch, Gomer en Togarma dat zij er net zo over denken als Gog? (b) Wat blijkt uit de opmerkingen die door Scheba, Dedan en de magnaten van Tarsis worden geuit?
23 Degenen die Gog in zijn leger opneemt, afgebeeld door Mesech, Tubal, Perzië, Cusch, Gomer en Togarma, denken er net zo over als Gog. Zij zijn het actieve zaad van de Slang en bezitten zijn zelfzuchtige, afgunstige, hebzuchtige geest en worden door dezelfde beweegredenen aangespoord. Zij nemen gaarne dienst in zijn aanvalsstrijdkrachten en bieden hun dienst vrijwillig aan voor zijn snode werk. Er zijn ook nog anderen die met zelfzuchtige belangstelling Gogs aanvalsplan gadeslaan en ze worden afgebeeld door Scheba, Dedan en de op leeuwen gelijkende magnaten van Tarsis. In de oudheid waren ze grote commerciële volken en ze onderhielden geregeld handelsbetrekkingen met Tyrus, wiens koning werd gebruikt om de commercieel gezinde Satan te symboliseren (Ezech. 27:12, 15, 20, 22). Destijds bevonden ze zich aan de einden van de toen bekende bewoonde aarde, daar Tarsis aan het westelijke einde van de Middellandse Zee lag, in het gebied dat nu als Spanje bekend is, en Scheba in de streek die door Jezus de „einden der aarde” werd genoemd. — Matth. 12:42, NW.
24. Wat wordt door zulke zelfzuchtige belangstelling van Scheba, Dedan en Tarsis aangeduid?
24 Hierdoor wordt aangeduid dat in onze tijd alle natiën tot aan de vier hoeken der aarde van Gogs voorgenomen aanval tegen de Nieuwe-Wereldmaatschappij zullen weten en er belangstelling voor zullen hebben omdat ze hopen er zelfzuchtig gewin uit te slaan, ook al nemen ze zelf geen direct, actief aandeel in de aanval. Niettegenstaande dat, hopen ze dat de aanval een succes zal zijn en dat ze na afloop met de overwinnaars winstgevende zaken kunnen doen. Ze zien graag dat het overblijfsel van het geestelijke Israël wordt beroofd en tot armoede wordt gebracht, niet dat ze commerciële wedijver met het overblijfsel van het geestelijke Israël hebben, maar omdat het overblijfsel het commerciële gedeelte van deze wereld niet vertegenwoordigt en evenmin spreekt over prachtige vooruitzichten er voor, maar waarschuwt dat het zal verdwijnen. Het is niet aangenaam te horen te krijgen dat de wereldorganisatie van Gog van Magog failliet zal gaan en dat hun deelgenootschap met de mammon-god en zijn samenstel van dingen ontbonden zal worden. Omdat ze op zulk een zelfzuchtige wijze met Gogs aanvalspolitiek sympathiseren en tegen de levensbelangen van het overblijfsel van de geringsten van Christus’ broeders zijn, zijn ze „bokken”, en ze zullen met de Duivel en zijn engelen omkomen in het eeuwige vuur dat voor hen is bewaard. — Matth. 25:31-46.
25. Uit welke bron komt Gogs plan voort, en wat zou hij gaarne doen met betrekking tot Jehovah’s heiligdom?
25 Gog van Magog en zijn horden en zelfzuchtige ondersteuners worden dus aan de kaak gesteld en het blijkt dat zij een slecht hart hebben waaruit niets goeds kan komen (Matth. 12:34, 35). Uit zijn goddeloze hart, uit eigen beweging, gaat hij er toe over ’een boosaardig plan te ontwerpen’ tegen een onschuldig, vredelievend, God-vrezend volk ten einde zijn gal uit te braken tegen Jehovah. Hij kiest dus zijn eigen, naar zelfvernietiging leidende weg. Jehovah heeft, zoals hij had beloofd, zijn heiligdom, zijn tabernakel, in het midden van zijn herstelde overblijfsel geplaatst doordat hij hen evenals in de dagen van Christus’ apostelen tot zijn zuivere, theocratische aanbidding heeft hersteld (Ezech. 37:25-28). Gog van Magog zou deze tempel gaarne beroven van alle rijkdommen die hij mocht bevatten en welke aan Jehovah zijn opgedragen, en zou graag een einde maken aan deze tempelaanbidding, welke God thans wordt toegebracht door zelfs een „grote schare” mensen van goede wil uit alle natiën en volken.
26. Hoe kan Gogs aanval daarom worden beschreven, en wat dient de Nieuwe-Wereldmaatschappij thans nimmer te vergeten?
26 Gogs aanval is daarom niets minder dan een lage, van tevoren beraamde aanslag op Jehovah God, een gewelddadige uiting van minachting voor Jehovah’s naam en van beschimpende verachting voor hen die dragers van die heilige naam zijn en overeenkomstig die naam trachten te leven. Gogs aanval vertoont geen eerbiedige verschrikking voor Jehovah God, maar in plaats daarvan stelt hij hem net te ver op de proef, zodat het niet langer geduld kan worden. Gog herinnert zich waarschijnlijk hoe keizer Nebukadnezar van Babylon in de zevende eeuw voor Christus uit het Noorden kwam en Jeruzalem aanviel en de tempel beroofde en vernietigde, en hoe de Romeinen in de eerste eeuw van onze jaartelling deze daad herhaalden, en dat beide aanvallen succesvol waren. In werkelijkheid werden zij gebruikt om Jehovah’s oordeel tegen de natie Israël tot uitdrukking te brengen. Gog denkt nu dus dat hij er eveneens in zal slagen en gaarne gelooft hij dat zijn aanval zal dienen als een goddelijk oordeel tegen het herstelde overblijfsel van het geestelijk Israël, want hij komt uit het Noorden, „het verste Noorden.” Is dat niet de juiste richting vanwaar een goddelijk oordeel tegen Jehovah’s volk dient te komen? Voort gaat hij dus met zijn plannen en voorbereidingen voor de laatste, wanhopige aanval. Gij die tot Jehovah’s Nieuwe-Wereldmaatschappij behoort, dient thans en gedurende het overige gedeelte van deze „tijd van het einde” nimmer te vergeten dat Gog van Magog u uw geestelijke voorspoed misgunt en begerig is naar uw rijkdom aan invloed voor de nieuwe wereld. Weest van het volgende verzekerd: De in 1953 door Jehovah’s getuigen gehouden vergadering der Nieuwe-Wereldmaatschappij in het Yankee Stadion, New York, zal zijn hebzuchtige verlangen nog meer opwekken. Weest dientengevolge thans op uw hoede zonder ooit ook maar een ogenblik te verslappen.
27. Wordt Gog op enigerlei wijze door Jehovah gemanoeuvreerd, en hoe stelt hij Gog er van in kennis dat hij niet bevreesd is voor zijn aanval?
27 Nu Gog voorgoed uit de hemel is gesloten, beraamt hij de laatste, er-op-of-er-onder-aanval op het enige gedeelte van Jehovah’s theocratische organisatie dat hen te pakken kan krijgen. Ongeacht Gogs beweegredenen, welke door hem zelf in het leven zijn geroepen, moet Jehovah God zijn oppermachtige voornemen dienen door Gogs aanval toe te staan. Zonder Gog in zijn eigengemaakte plannen te belemmeren, doch er veeleer mede samenwerkend, manoeuvreert Jehovah God Gog zodanig dat hij de aanval doet. Jehovah is in het geheel niet bevreesd voor deze aanval maar juicht hem veeleer toe. Ten einde Gog van Magog hiervan op de hoogte te stellen, laat hij zijn getuigen de volgende profetie uitspreken: „Zo spreekt Jahve, de Heer: Ik kom met u afrekenen, Gog, opperhoofd van Mesech en Tubal. Ik zal u verlokken, haken zal Ik slaan in uw kaken, dat gij uitrukt, gij en heel uw leger, met paard en ruiters, pronkend opgetuigd allen, ontelbare scharen, met schild en rondas en allen met het zwaard. Er bij aangesloten: Perzen, Kush en Put, allen van schild en helm voorzien. Ook Gomer met al zijn scharen en het huis Togarna met troepen uit het hoge noorden. Ja, talloos zijn de volken die u volgen. Tref maatregelen en wees klaar, gij en al de troepen die zich met u verenigen, dat gij de leiding over hen neemt [houd u voor mij gereed, AT]. Over lange tijd [na vele dagen, AT] zult gij worden opgeroepen.” — Ezech. 38:3-8; 39:1, 2, KB.
28. Wat zeide Jehovah zes duizend jaar geleden toen hij zijn haat tegen de Slang tot uitdrukking bracht, en wat in Farao’s loopbaan illustreert hoe Jehovah Gog trekt met haken in zijn kaken?
28 Jehovah’s haat tegen de verslindende Draak, de oorspronkelijke Slang, is in deze tijd niet minder dan zes duizend jaar geleden. Jehovah maakte zijn haat tegen de Slang bekend in de hof van Eden, na het verraad van Satan, de grote Slang, door Eva en Adam tot zonde te verlokken, en stelde hem er van in kennis dat Jehovah vijandschap zou stellen tussen Zijn vrouw en de Slang en tussen haar Zaad en het zaad van de Slang; en, alhoewel de Slang de hiel van haar Zaad zou vermorzelen, zou haar Zaad nochtans de kop van de Slang vermorzelen (Gen. 3:15). Thans, „na vele dagen” en „aan het eind der jaren”, is de vastgestelde tijd aangebroken waarin de oorspronkelijke Slang, die nu als Gog bekend staat, en zijn gehele zaad vernietigd zullen worden doordat hun kop verpletterd zal worden. Daarom trekt Jehovah Gog van Magog naar zijn vernietiging als met haken in zijn kaken. Op welke wijze? Door Gog zijn hart tegen Jehovah te laten verharden evenals dit het geval was met Farao van het toenmalige Egypte nadat Jehovah de tiende en laatste plaag had uitgestort. Enige dagen later vernam Farao dat de Israëlieten die onder Mozes waren vertrokken, schijnbaar ongewapend in de val waren gelopen in de verstrikkende woestijn, de weg tot ontkoming versperd door de Rode Zee. De les vergetend die hij geleerd diende te hebben uit de tien plagen, monsterde hij zijn mobiele gevechtseenheden en zette de vervolging in ten einde de Israëlieten terug te slepen naar zijn slavenkooi. Tegenover Farao’s ruiters en strijdwagens waren de Israëlieten uit militair oogpunt machteloos. Door dit feit misleidde Jehovah Farao en hij manoeuvreerde Farao zonder hem enig onrecht aan te doen, terwijl hij hem zijn hart liet verharden opdat hij een wanhopige aanval op Jehovah’s volk zou doen. Daar Farao reeds een menselijk vat was dat voor de vernietiging geschikt was wegens zijn onveranderlijke goddeloze hart, liet Jehovah hem op topsnelheid zijn eigen vernietiging tegemoet rijden. — Ex. 14:3, 4, 28-31.
29, 30. Door welke misleiding worden Gog en zijn bondgenoten tot de aanval overgehaald?
29 Dit is eveneens het geval met Gog van Magog. Door hem te misleiden, lokt Jehovah hem mee naar de vernietiging die hij verdient en waartoe hij zes duizend jaar geleden werd veroordeeld. Gog schijnt het toe dat de Nieuwe-Wereldmaatschappij van het herstelde overblijfsel en hun metgezellen van goede wil zich in zulk een onbeschutte toestand bevindt daar zij niet met vleselijke wapens zijn gewapend en door alle natiën worden gehaat. Deze maatschappij aan te vallen, te veroveren en te beroven, schijnt daarom slechts een gemakkelijke zaak die ongestraft gedaan kan worden als door een „rij-maar-omver-en-geef-maar-gas-bestuurder”. Gogs zichtbare bondgenoten op aarde hebben geen geloof in Jehovah’s voornemen, dat hij ten behoeve van zijn geestelijke Israël tussenbeide zal komen. Daarom zijn zij bereid en gereed hem nog slechts eenmaal op de proef te stellen, niet realiserend dat zij Jehovah ditmaal niet te ver kunnen verzoeken en hij hen zou kunnen verrassen door tussenbeide te komen evenals hij dit in vroeger dagen placht te doen.
30 Wat hun onzichtbare vorst-souverein, Gog van Magog, betreft, hij weet op pijnlijke wijze dat hij slechts een korte tijd heeft. Maar, zo heeft hij besloten, indien hij ten gronde moet gaan, wat een slag voor Jehovah’s prestige zou het dan zijn wanneer hij als zijn laatste daad voordat hij zelf wordt verpletterd, de overgeblevenen van het zaad van Gods vrouw zou vernietigen! Het zou hem een pluim op de hoed steken en het zou tot eeuwige smaad van Jehovah zijn. Hij zou bevrediging hebben wanneer hij in de afgrond nederdaalde. Hij zou de hiel van het overblijfsel vermorzelen door de leden van het overblijfsel volkomen te vernietigen en zou verhinderen dat zij de strijd van Armageddon overleven. Dit zou noodzakelijkerwijs eveneens betekenen dat hun metgezellen van goede wil Armageddon niet zouden overleven. Die daad van Jehovah, namelijk, dat hij zijn volk volgens zijn belofte in Armageddon zal bewaren, is iets wat Gog zou willen verhinderen. Indien alles wat hij in de hemel en op de aarde heeft, vernietigd moet worden, zal hij al het andere wat zichtbaar op aarde is, ook vernietigen en de aarde woest maken. Een bewaring zoals in Noachs tijd zal niet wederom geschieden! Dàt is Gogs kwaadaardige besluit.
31. Waarom doet Jehovah Gog toch geen kwaad door hem aldus te haken en te verlokken?
31 Wanneer Jehovah daarom de haken van misleiding uitsteekt doordat hij zijn volk in veiligheid laat wonen in open dorpen zonder stadsmuren, afsluitbomen of poorten of andere militaire verdedigingen, spert Gog zijn kaken wijd open en klemt ze dicht om de haken en gewillig, ja, zelfs gretig, laat hij zich met zijn gehele leger, paarden en ruiters in volle wapenrusting naar de aanval op de Nieuwe-Wereldmaatschappij leiden ten einde zichzelf te verrijken ten koste van Jehovah’s volk. Door Gog door middel van deze verleiding te haken en hem tot een aanval te manoeuvreren die het verdient dat zijn hoofd wordt verpletterd, doet Jehovah Gog geen kwaad. Gog is reeds een misdadiger die een lang uitgesteld vonnis van vernietiging boven zijn hoofd heeft hangen, en Jehovah God doet deze reeds lang veroordeelde misdadiger geen onrecht door hem met haken uit het land van Magog te leiden naar de executie waartoe hij terecht is veroordeeld.
32. Hoe lang geleden op zijn minst werd Gogs aanval voorzegd, en in welk opzicht was het passend toen Jehovah tot hem zeide: „Houdt u voor mij gereed”?
32 Deze executie werd lang geleden voorzegd en is dientengevolge reeds lange tijd in reserve gehouden. Dit wordt te kennen gegeven met de volgende woorden: „Zo zegt de Here HERE [Jehovah]: Zijt gij die, van welken Ik in verleden dagen gesproken heb, door den dienst Mijner knechten, de profeten Israëls, die in die dagen geprofeteerd hebben, jaren lang, dat Ik u tegen hen zou aanbrengen?” (Ezech. 38:17). Deze Schriftuurplaats geeft te kennen dat zelfs Ezechiël, door wie de oorspronkelijke profetie werd uitgesproken, lang van tevoren over de executie sprak, vijf en twintig eeuwen van tevoren, om ook Joël niet te noemen (3:9-17) als mogelijk nog een profeet van Israël die over deze laatste aanval spreekt. Hoe passend dat Jehovah, wanneer hij Gog aanspreekt, in werkelijkheid Satan de Duivel bedoelend, tot hem zou zeggen: „Houdt u voor mij gereed!” (Ezech. 38:7, AT). „Houdt u te mijner beschikking” (Maredsous, Lienart). „Stelt u te mijner dienste” (L’Ecole Biblique). Zelfs nadat de oorlog in de hemel werd gestreden en de grote Draak naar de aarde werd nedergeworpen, is het van toepassing dat Jehovah Gog van Magog voor Armageddon gereed houdt, want er zijn reeds vijf en dertig jaren verstreken sinds 1918 n. Chr., het jaar waarin de eerste Wereldoorlog eindigde. In plaats dat Jehovah Satan en zijn demonen en zijn aardse organisatie toen vernietigde, verkortte hij de dagen der verdrukking en hij bewaarde Gog van Magog om te Armageddon met hem af te rekenen. Dit komt overeen met de woorden die Jehovah tot de Farao van Egypte sprak nadat de zesde plaag was geweest: „Om deze reden heb ik u in bestaan gelaten, om u mijn macht te tonen en ten einde op de gehele aarde mijn naam bekend te laten maken.” — Ex. 9:16, NW; Rom. 9:17, 18, NW; Matth. 24:21, 22.
33. Wat zal Jehovah door zijn handelingen met Gog in de ogen der natiën openbaren?
33 Voor Gog van Magog schijnen al deze jaren van deze „tijd van het einde” als een korte tijd, en hij hunkert er nu naar zijn laatste aanval op de Nieuwe-Wereldmaatschappij te beginnen. Laat nu zijn wens vervuld worden want Jehovah’s tijd waarin hij de veroordeelde misdadiger naar buiten en naar zijn executie zal leiden, is aangebroken, ten einde Gog Zijn macht te tonen: „Opdat de natiën mij mogen kennen, wanneer Ik door mijn handelingen met u, O Gog, mijn heiligheid in hun ogen openbaar” (Ezech. 38:16, AT). Op deze wijze zal Jehovah zijn heiligheid bewijzen, door het gehele universum te leren dat hij niet met zich laat spotten maar dat datgene wat hem toebehoort, nimmer misbruikt of verkeerd gebruikt dient te worden of nimmer als iets gewoons en profaans behandeld dient te worden en als iets wat wederrechtelijk toegeëigend kan worden. Blijf daarom af van de Nieuwe-Wereldmaatschappij, die mijn naam draagt!
DE AANVAL
34. Naar welke plaats leidt Jehovah Gog en zijn horden, en wanneer begint Armageddon?
34 Het uur van de executie breekt aan! Volgens de symbolische taal van Ezechiëls profetie leidt Jehovah de Almachtige door middel van haken in Gogs kaken hem en zijn horden uit het Noorden, door Gilead en langs de oostelijke oever van de rivier de Jordaan en in de richting van het plateau van Moab aan de oostkust van de Dode Zee. Gog maakt zich nu gereed voor de aanval! Zijn openlijke daad wordt bedreven! Nu heeft de Almachtige God hem waar hij hem wil hebben, op heterdaad betrapt. Nu gaat Jehovah God er toe over Gog te verpletteren door bemiddeling van het grote Zaad van zijn vrouw, Jezus Christus. De strijd van de grote dag van God de Almachtige begint. Het verslag van de strijd, dat lang van tevoren werd opgetekend, zegt:
35. Hoe luidt het verslag van de strijd, dat lang tevoren werd opgetekend?
35 „En te dien dage, wanneer Gog over Israëls grond komt, spreekt de Heer Jahwe, zal mijn gramschap in mijn neus opstijgen; in mijn naijver en in het vuur mijner verbolgenheid heb ik gesproken. Te dien dage zal zeer zeker op Israëls bodem een geweldige aardbeving zijn; beven zullen voor mij [bij mijn tegenwoordigheid, AS] de visschen der zee, de vogelen des hemels, de dieren des velds, al het kruipend gedierte dat op den grond kruipt, en alle menschen die op de oppervlakte der aarde zijn; de bergen zullen omvergeworpen worden, rotswanden instorten, alle muren ter aarde vallen. Dan ontbied ik tegen hem den vollen schrik des zwaards, spreekt de Heer Jahwe; het zwaard des eenen zal tegen dat des anderen gekeerd zijn. Ook zal ik hem richten door pest en bloedstorting, door alles overstroomende plasregens en hagelsteenen; vuur en zwavel zal ik op hem doen regenen, op al zijn troepen en de vele volken die bij hem zijn. Zoo zal ik mij groot en heilig betoonen, en ten aanschouwen van vele volken [natiën, AS] openbaren, wie ik ben: zij zullen weten dat ik Jahwe ben.” — Ezech. 38:18-23, LV.
36. Welke catastrophale verschrikkingen staan er allemaal beschreven in dat van tevoren opgestelde verslag van de strijd, en waarom zal geen van de vijanden ontkomen?
36 Schokkende verbijstering, consternatie, schrik, ineenstorting van regering en bestuur, paniek, wilde anarchie, broederoorlog, ontzagwekkend grote opheffingen van de aardkorst, grondverschuivingen, ineenstortende vestingen die voor verdediging en bescherming waren opgetrokken, wolkbreuken, overstelpende slagregens, regen van verterend vloeibaar vuur, verschrikking in de lucht, op het land en in de zee, al deze dingen staan beschreven in dat van tevoren opgestelde verslag van de strijd en ze zullen over Gogs aanvallende horden komen. Zelfs onder normale omstandigheden zullen de zon en de atmosfeer, wanneer ze samenwerken om een storm te doen opsteken, millioenen malen meer energie opwekken en vrijmaken dan waartoe de moderne wetenschap in staat is door honderd atoombommen tegelijk tot ontploffing te brengen. Laten alle natiën dan tegelijkertijd alle atoom- en waterstofbommen die zij bezitten, doen ontploffen. De wereldomvattende storm die dan de natiën van Satans wereld zal treffen, zal nog veel erger zijn. De grote beving van de aardkorst die de Almachtige God dan over de gehele aarde zal teweegbrengen, zal krachtiger blijken te zijn dan honderden millioenen atoombommen, en Hij behoeft er ook geen plutonium voor te laten ontspringen om dit te doen. Afschuwelijk en schrikwekkend zal eveneens de waanzinnige, zelfzuchtige, vruchteloze strijd zijn om in het leven te blijven, man tegen man binnen de gelederen van deze wereld, in een krankzinnige worsteling voor zelfbehoud, terwijl een ieder de vijand van zijn naaste wordt. Doch alles tevergeefs! Zij die aldus zegevierend te voorschijn mogen komen uit de strijd tegen hun naaste om in het leven te blijven, zullen ten slotte worden terechtgesteld door bovennatuurlijke middelen welke worden aangewend door de strijdkrachten van Jehovah’s Koning der koningen, het Zaad van zijn vrouw, Jezus Christus. Geen van hen zal ontkomen (1 Thess. 5:3). Wat schijnt er veel voor nodig te zijn om de natiën van deze wereld te laten weten dat de naam van de levende en waarachtige God Jehovah is!
37. Zal Satans onzichtbare rijk aan het losbarsten van Jehovah’s vurige toorn ontkomen, en hoe wordt door de profetie aangetoond of dit zo zal zijn?
37 De natiën der aarde zijn slechts gewillige slachtoffers. De onzichtbare goddeloze geestelijke machten in Satans organisatie zijn de onruststokers die achter de natiën staan. Zullen zij dan aan de vernietigende losbarsting van Jehovah’s vurige toorn ontkomen? Neen! Ten einde Gog van het verlaagde demonenrijk van Magog hiervan in kennis te stellen, zegt hij tot hem: „Dan werp ik vuur in Magog en onder hen die onbezorgd de kustlanden bewonen; zoo zullen zij weten dat ik Jahwe ben. En ik maak mijn heiligen naam bekend te midden van mijn volk Israël en laat dien voortaan niet meer ontwijden. Zoo zullen de natiën weten dat ik Jahwe ben, de Heilige in Israël. Zie, het komt en geschiedt, spreekt de Heer Jahwe; dat is de dag waarvan ik gesproken heb” (Ezech. 39:6-8, LV). Ja, Magog zal worden verslonden als door vuur wanneer Jehovah’s strijdende Zaad van zijn vrouw, Jezus Christus, de grote Slang en zijn demonenzaad verpletterd en hen gedurende duizend jaar van zijn regering geketend in de afgrond werpt onder een officieel verzegelde bedekking. — Rom. 16:20; Ef. 6:12; Openb. 20:1-3.
38. Wat wordt aangeduid door het zenden van vuur op hen die de eilanden of kustlanden bewonen?
38 Niet alleen Magog op de onzichtbare achtergrond maar ook de ver van de strijd verwijderde kustlanden, of eilanden, zullen het vuur van de vernietiging voelen. Hierdoor wordt aangeduid dat niet alleen zij die in Gogs aanvalstroepen aan het militaire front strijden maar ook zij die thuisblijven en het burgerlijke front vormen dat Gogs horden ondersteunt, door de vernietigende krachten van boven bereikt zullen worden. Dat zij in veiligheid wonen, het er gemakkelijk van nemen en onverschillig zijn, zal wreed worden verstoord. Zulke burgerlijke ondersteuners van Gogs aanval moeten hun gemeenschapsverantwoordelijkheid dragen voor de legers die hen aan het front vertegenwoordigen. Protesteren zij tegen Gogs aanval? O neen. Zij worden derhalve veroordeeld omdat zij met hart en ziel een deel van Satans wereldorganisatie zijn. Terecht zendt Jehovah zijn vurige vernietiging op hen. Aldus zal Satans volledige zaad, zowel zichtbaar als onzichtbaar, omkomen.
DEELHEBBERS AAN DE OVERWINNING
39. Wat dienen zij die tot de Nieuwe-Wereldmaatschappij behoren, te doen wanneer Gog zijn strijdkrachten monstert en tot de aanval overgaat, ten einde getuige te zijn van Jehovah’s zegevierende machtsvertoon?
39 Wanneer de leden van de Nieuwe-Wereldmaatschappij zien dat Gog van Magog zijn strijdkrachten monstert, dienen zij dan op de loop te gaan? Wanneer zij ten slotte zien dat Gogs strijdkrachten tot de aanval overgaan gelijk een rommelende, de hemelen verduisterende onweerswolk van levende demonen en menselijke horden, dienen zij op zijn minst dan op de vlucht te gaan? Neen! Het getrouwe overblijfsel en hun metgezellen van goede wil dienen nimmer en zullen nimmer het pasgeboren theocratische land van de Nieuwe-Wereldmaatschappij verlaten. Dit is het Beulah-land waarover in de profetie wordt gesproken en waarmede het overblijfsel is getrouwd, en nimmer onder geen enkele druk zullen zij hun huwelijksbanden verbreken, en hun loyale metgezellen zullen met hen trouw blijven (Jes. 62:4, 5, KJ). Zij zullen standhouden en in dit theocratische land blijven wonen terwijl zij voor beveiliging hun vertrouwen stellen op Jehovah God en niet in vleselijke wapens of in de snelheid van een vlucht door het aangaan van minnelijke schikkingen. Wanneer zij dit vastberaden doen, zullen zij getuige zijn van zijn zegevierende machtsvertoon over zijn verenigde, tot de oude wereld behorende vijanden, die zijn heilige naam ontwijden. Zij zullen roemen in de zegepraal die hij door bemiddeling van Jezus Christus zal behalen.
40. Hoe zullen de vogels en beesten delen in de voordelen van Jehovah’s zegepraal, en als compensatie voor wat?
40 Zelfs de eens verschrikte vogels en beesten des velds zullen in de voordelen van zijn zegepraal delen. Jehovah gebiedt zijn profeet tot die zo lang mishandelde vogels en beesten de uitnodiging te richten zich te vergasten aan Zijn grote slachtoffer, zijn slachting van al zijn vijanden, wier dode lichamen gelijk mest op de grond verstrooid zullen liggen, terwijl zij niet betreurd, niet begraven, maar verafschuwd zullen worden door de Nieuwe-Wereldmaatschappij, die in het leven zal blijven. Laten de vogels en beesten de skeletten van deze vijanden blank en schoonpikken. Laat het vogel- en dierenrijk aldus worden terugbetaald voor de moedwillige afslachting die door Gogs oude wereld gedurende de afgelopen 4000 jaar sedert de Vloed onder hen is aangericht. — Ezech. 39:1-5, 17-20; Openb. 19:17-21.
41. Waardoor wordt te kennen gegeven dat de slachting dan enorm zal zijn, en waar zullen de beenderen worden begraven, en om welke reden?
41 Ontzettend zal de massaslachting van die dag der dagen zijn want de strijdkrachten welke in die strijd aan Gogs zijde opgesteld staan, zullen ontzagwekkend groot zijn. Als wij ooit een strijd wereldomvattend hebben kunnen noemen, dan zal zeker dit conflict zo kunnen worden genoemd, want geen enkele streek van de aardbol zal aan de vernietiging ontkomen. Door de profetie worden wij er van in kennis gesteld dat er zulk een overvloed zal zijn aan houten onderdelen die zijn overgebleven van de moorddadige wapenen van Gogs bende, dat de overlevende Israëlieten zeven jaar nodig zullen hebben om ze te verzamelen en ze als brandhout op te gebruiken (Ezech. 39:9, 10). Maar wat zal er gebeuren met de beenderen van Gogs gedode horden? Zullen ze blijven liggen en de grond van de „nieuwe aarde” verontreinigen? Neen, Jehovah zal ze een begraafplaats toewijzen, welke werd afgebeeld door het dal Abarim, waar Jehovah Gogs bende een dodelijk halt toebracht door hen te vernietigen. Het dal ligt ten Oosten van de Dode Zee. Daar de Dode Zee een Schriftuurlijk symbool is van eeuwige vernietiging, of de „tweede dood”, wordt door deze begraafplaats afgebeeld dat zij die aan Gogs zijde staan, in de tweede dood worden vernietigd (Openb. 20:14, 15; 21:8, NW). Dat de beenderen worden begraven, is dus voor de reiniging van het land en niet om te symboliseren dat er voor Gogs bende enige hoop op een opstanding bestaat. Het dal waar de beenderen begraven zullen worden zal Het Dal van Gogs bende worden genoemd; en de symbolische stad er vlak bij zal Hamona (dat wil zeggen, Bende) worden genoemd, als een gedachtenis aan Jehovah’s overwinning op Gogs bende. — Ezech. 39:11-16.
42. Waarom behoeven wij niet te vrezen, en hoe kunnen wij als eeuwiglevende getuigen van Jehovah’s rechtvaardigingsoverwinning dienen?
42 Wees dus moedig, een ieder van u die tot de Nieuwe-Wereldmaatschappij behoort! Wanneer wij op Jehovah blijven vertrouwen en ons vertrouwen bewijzen door loyaal te blijven aan zijn theocratische regering en aan het bekendmaken van het goede nieuws van zijn koninkrijk onder Christus, behoeven wij niet te vrezen, noch voor het ontzagwekkende aanzien van Gogs bende noch voor de ontzag-inboezeming van Jehovah’s oppermachtige tentoonspreiding van zijn strijdmacht, want Jehovah is met ons! Een lafhartige vlucht zou ons uit het ons door God gegeven land kunnen verdrijven, maar Gog zal dit nimmer kunnen. Bevrijding schuilt in niet op de loop gaan! Gedurende deze „tijd van het einde”, deze „dag van Jehovah”, zijn wij getuige van Jehovah’s naam en koninkrijk geweest. Binnenkort nu zullen wij ooggetuigen worden gemaakt van het meest luisterrijke schouwspel wanneer Jehovah in Armageddon zijn heerlijkheid zal openbaren ter rechtvaardiging van zijn de gehele schepping omvattende souvereiniteit. Daar de leden der Nieuwe-Wereldmaatschappij hiervan toeschouwers zullen zijn, kunnen zij als eeuwiglevende getuigen van Jehovah’s rechtvaardigingsoverwinning dienen door deze overwinning te verhalen aan alle kinderen die in de nieuwe wereld geboren zullen worden, ja, aan allen die door middel van de opstanding der doden tot leven op aarde voortgebracht zullen worden. Hier, tegenover bijeenvergaderde vijanden, bevinden wij ons dus tegenwoordig in het land van herstelde theocratie. God geve dat wij onze positie hier onwrikbaar mogen handhaven door onophoudelijke activiteit en een nauwlettende waakzaamheid totdat hij zijn sublieme overwinning op Gog van Magog heeft behaald.
[Voetnoten]
a Deze naam zou, evenals Mesech en Tubal, de naam van een land zijn, niet de naam van een persoon. Byzantijnse en Arabische historici maakten dikwijls gewag van een barbarenvolk genaamd Ross, dat ten Noorden van het Taurus gebergte en aan de oevers van de rivier de Wolga leefde.