-
Een leven leiden als een aan God opgedragen christenDe Wachttoren 1972 | 15 mei
-
-
uit de wet, maar die welke door middel van geloof in Christus is.” — Fil. 3:7-9.
Iemand leeft dus niet werkelijk als een aan God opgedragen christen als hij om de dingen heendraait of een handelwijze volgt die „halfslachtig” of naar hij denkt net binnen de grens van gehoorzaamheid aan God is. Indien hij de prijs van leven wil verwerven, dient hij hetzelfde te doen als Paulus, die schreef: „Daarom is de wijze waarop ik hardloop, niet onzeker; de wijze waarop ik mijn slagen richt, is dusdanig dat ik niet in de lucht sla; maar ik ben hard voor mijn lichaam en leid het als een slaaf, om niet, na tot anderen te hebben gepredikt, zelf op een of andere wijze afgekeurd te worden.” — 1 Kor. 9:26, 27.
Als iemand zo recht door zee en oprecht handelt, zal hij gelukkig zijn. Dan zal zijn „vooruitgang aan allen openbaar . . . zijn” en degenen die hem kennen, zullen kunnen zeggen: „Hij leeft werkelijk als een aan God opgedragen christen.” — 1 Tim. 4:15.
-
-
Mensen ’bemachtigen Gods koninkrijk’ — Hoe?De Wachttoren 1972 | 15 mei
-
-
Mensen ’bemachtigen Gods koninkrijk’ — Hoe?
IN DE lente van het jaar 29 G.T. begon Johannes de Doper „in de wildernis van Judéa [te] prediken, zeggende: ’Hebt berouw, want het koninkrijk der hemelen is nabijgekomen’” (Matth. 3:1, 2). Het werk van Johannes de Doper diende om een voorbereid volk te krijgen dat in aanmerking zou komen voor het lidmaatschap van dit Koninkrijk. Zo werd het „koninkrijk der hemelen” voor het eerst in de menselijke geschiedenis een doel waarnaar mensen voorwaarts konden dringen.
Het zou echter niet gemakkelijk zijn om lid van dit hemelse Koninkrijk te worden. Er zou een ijverige krachtsinspanning voor nodig zijn. Hierop doelend, verklaarde degene die als Koning was gezalfd, Jezus Christus: „Sedert de dagen van Johannes de Doper tot op heden is het koninkrijk der hemelen . . . het doel waarnaar mensen voorwaarts dringen, en zij die voorwaarts dringen, bemachtigen het.” — Matth. 11:12.
Het Griekse werkwoord dat de gedachte ’voorwaarts dringen’ uitdrukt, duidt op een ’krachtige poging’. Door wie werd deze krachtige poging in het werk gesteld? Door vijandige aanvallers? Neen, maar door degenen die geloof stelden in de prediking van Johannes de Doper en die Jezus Christus als Koning aanvaardden. Zij streefden vastberaden naar het Koninkrijk en deden moeite het te bemachtigen. Zij grepen het voorrecht om toekomstige leden van het Koninkrijk te zijn aan alsof zij een buit bemachtigden of stormenderhand een stad innamen. Zij spaarden geen moeite om dat voorrecht tot het hunne te maken. Wat spoorde hen hiertoe echter aan?
Zoals Jezus in een van zijn illustraties opmerkte, begon dit met het horen van het „woord van het koninkrijk”. Het „zaad” of „woord van het koninkrijk” schoot wortel in hun hart. Zij begrepen de ’betekenis van het woord’, dat wil zeggen, in hun hart groeide werkelijk waardering voor de onschatbare waarde deel uit te maken van het Koninkrijk (Matth. 13:19-23). Het Koninkrijk ging meer dan al het andere voor hen betekenen, hetgeen hen ertoe aanspoorde datgene te doen wat noodzakelijk was om het te ’bemachtigen’ (Matth. 13:45, 46). Zij hadden daarom berouw van hun overtredingen tegen Gods wet, keerden zich om van hun verkeerde gedrag en onderwierpen zich aan de waterdoop als symbool van hun berouw en bekering. Door oprechte, uit het hart komende waardering bleven zij zich inspannen hun roeping voor het hemelse koninkrijk vast te maken. — 2 Petr. 1:10.
Er waren obstakels waardoor er een onafgebroken krachtsinspanning voor nodig was
-