Op weg naar avontuur
OP MAANDAG 14 augustus 1972, werden in Sarafand (Israël) twee Arabische meisjes tot levenslange gevangenisstraf veroordeeld wegens hun aandeel aan de kaping van een Belgisch lijnvliegtuig, dat door de kapers gedwongen was op het vliegveld Lod in Israël te landen. Een van de rechters had zich zelfs voor de doodstraf uitgesproken.
Drie maanden daarvoor, toen het nieuws over de kaping rond de wereld flitste, verhaalden radioverslaggevers welk zenuwslopende drama er zich op die dag, 9 mei, op het vliegveld Lod ontwikkelde. Wij luisterden.
Wat voor gevoel geeft het te weten dat men later op de dag op datzelfde vliegveld zal landen? De passagiers van onze vlucht verkeerden in een zenuwachtige stemming! Over een paar minuten zouden wij aan boord gaan van een DC 9 van de British European Airlines en Londens internationale luchthaven verlaten op weg naar Israël. Wat zou er gebeuren wanneer wij daar zouden aankomen? zo vroegen wij ons af.
Vier leden van de Palestijnse commando-organisatie „Zwarte September” hadden een Boeing 707 van de Sabena gekaapt en dreigden het toestel te zullen opblazen, waarbij allen aan boord zouden worden gedood, tenzij er een honderdtal Palestijnse guerrilla-terroristen zouden worden vrijgelaten.
Volgens de berichten zat het vliegtuig vol met kneedbommen en hadden de kapers handgranaten bij zich. Naarmate de nachtelijke onderhandelingen tussen de Palestijnen en luitenant generaal David Elazar, stafchef van het Israëlische leger, voortduurden, steeg de spanning.
Ons toestel zou pas zeven uur later aankomen. Tegen die tijd — zo probeerden wij onszelf gerust te stellen — zou het probleem wel zijn opgelost.
De veiligheidsprocedures die op het Londense vliegveld in acht werden genomen, verminderden onze vrees niet, integendeel. Alle passagiers ondergingen een röntgenbestraling voordat zij het vliegtuig in mochten. Alles werd grondig gecontroleerd — de bagage, de portemonnaies; zelfs lippenstifthouders werden opengemaakt. Daarna mocht men pas het vliegtuig in.
De passagiers — Een staalkaart van Israëls bevolking
Wat een gemengd gezelschap vormden wij! De tegenstellingen waren in het oog springend! In een van de nieuwe, gemakkelijk zittende stoelen keek een door de zon gebronsde patriarch, gekleed in ruim vallende gewaden, door het raampje terwijl het vliegtuig met een snelheid van meer dan 240 kilometer per uur de startbaan afsnelde. Een witte hoofddoek, op zijn hoofd gehouden door een dubbele hoofdband, omlijstte zijn diepgegroefde gelaat. De passagier verschoof zijn benen, waardoor even zijn versleten leren sandalen zichtbaar werden. Het leek wel of hij zo uit het verleden in dit tijdperk van supersone straalvliegtuigen was gestapt. De bijbelse patriarch Abraham zou zo kunnen zijn gekleed toen Jehovah hem beloofde dat zijn zaad het Heilige Land zou beërven.
Onze bezige stewardess was zich er waarschijnlijk niet bewust van geweest welk merkwaardige tafereeltje zij schiep toen zij twee vrouwen een plaats naast deze reiziger toewees. Deze twee joodse Amerikaansen reisden naar Israël in gedurfde, bont bedrukte broekpakken. Hun wijde armbanden rinkelden op het ritme van de armgebaren bij hun levendige conversatie. Maar ook bij deze vrouwen, met hun vooruitstekende jukbeenderen, hun gebogen neus, hun lichtbruine haar en hun fiere gestalte, viel onmiskenbaar de schoonheid op van hun ras.
En dan waren er de kinderen. Eén vader goochelde gedurende de lange vlucht drie kleine meisjes met grote donkere ogen nu eens op zijn ene en dan weer op zijn andere knie, maar hij deed geen moeite daarbij zijn irritatie te verbergen: het toonbeeld van de onvolmaakte mens, zonder het geduld van Jezus, die de jonge kinderen in zijn armen nam — niet geïrriteerd, maar om hen te zegenen. — Mark. 10:16.
Immigranten, toeristen, Arabieren, studenten, priesters — ons gezelschap was een staalkaart op zich van de gemengde bevolking van Israël, een land bestaande uit een groot aantal minderheidsgroeperingen met opmerkelijk verschillende achtergronden.
Wat maakt het land aantrekkelijk?
Waardoor komen mensen op dit land af als motten op kaarslicht? Het kan beslist geen zoeken naar vrede zijn, want Israël is geen land van vrede. Het verkeert voortdurend op de rand van oorlog, en is grotendeels omgeven door vijandelijke landen die zijn vernietiging hebben gezworen. In Israël laat men de schapen nog steeds in grazige weiden neerliggen, en ze worden nog steeds naar waterrijke rustplaatsen gevoerd, zoals de schapen beschreven door de psalmist David, maar nu draagt de herder een geweer over zijn schouder.
In bijbelse tijd gebood Jehovah Mozes spionnen te zenden om het land te verspieden voordat de kinderen van Israël het in bezit zouden nemen. Zij vonden een produktief en rijk land . Maar de verspieders hoefden geen machinepistolen bij zich te dragen. Nu, als het hooi in balen wordt geperst en het gewas van het land wordt binnengehaald, houden gewapende meisjes in verschoten legeroveralls de wacht bij het werk. Man of vrouw, bijna iedereen gaat in militaire dienst. Zelfs de vrouwen die uit orthodoxe gezinnen komen en automatisch zijn vrijgesteld, besluiten in veel gevallen dat het hun plicht is dienst te nemen in het leger om hun land te verdedigen.
In dit land vindt men overal herinneringen aan oorlog en strijd. Aan het Meer van Galiléa, waar Jezus predikte: „Gelukkig zijn de vredelievenden, want zij zullen ’zonen van God’ worden genoemd”, zijn de tractoren bewapend en spelen kinderen naast schuilkelders. Zij zijn er door hun ouders op getraind te letten op de sirenes, die gaan loeien als er gevaar dreigt.
Op de Berg der Zaligsprekingen, waar de helling een natuurlijk amfitheater vormt, met zo’n uitstekende akoestiek dat duizenden de Bergrede moeten hebben kunnen horen, bevinden zich nog steeds prikkeldraadversperringen als een grimmig overblijfsel van de oorlog. In dit gebied heerst namelijk pas sinds 1967, toen de Israëlieten na de zesdaagse oorlog de overwinning behaalden op de Arabieren, een betrekkelijke vrede. Vóór die tijd werden de bewoners in deze streek onophoudelijk, reeds negentien jaar lang, vanuit de bergen met geweer- en mortiervuur bestookt.
Op de wegen die vlak langs de Syrische grens lopen, is het landschap bedekt met kleine rode driehoekjes, die waarschuwen dat er daar nog steeds gevaar kan loeren. Deze driehoekjes en de kapotte, vergeten tanks die men hier en daar nog tegenkomt, zijn de enige stille getuigen van de politieke haat en intimidatie die hier nog steeds heersen.
Deze gevoelens staken ook achter de kaping, die de kapers op het vliegveld Lod nog steeds tot een goed einde probeerden te brengen. Vertegenwoordigers van het Internationale Rode Kruis waren ingeschakeld en deden wanhopig pogingen tot een overeenkomst te komen. De kapers, twee mannen en twee jonge vrouwen, werden ongeduldig. Op het spel stonden de levens van de zevenennegentig passagiers aan boord van het Sabena-toestel. Toch wilden de Israëlische functionarissen tot het eind toe van geen wijken weten. Zij waren vastbesloten aan te tonen dat de Staat luchtpiraterij en chantage niet kan tolereren als middelen om de vrijlating van gevangen guerrilla’s te verkrijgen. De situatie was kritiek. Wat zou er gebeuren als de terroristen het vliegtuig zouden opblazen en daardoor de landingsbaan zouden verwoesten waarop wij moesten landen?
Neen, werkelijk, de duizenden toeristen die elk jaar Israël bezoeken, komen niet zozeer met de bedoeling een rustig land te bezoeken. De meesten van hen koesteren de hoop een stap terug te kunnen doen in de tijd, hun inzicht te kunnen verdiepen en hun geloof te kunnen versterken, door naar het land te gaan waar zich in de oudheid vele religieuze gebeurtenissen hebben afgespeeld. In dat opzicht voldoet het Heilige Land nog steeds aan zijn belofte, want het is het brandpunt geweest van de ontwikkeling van drie van ’s werelds hoofdreligies: het jodendom, het christendom en de islam — in dit land zijn de geliefde symbolen en gebouwen onscheidbaar met elkaar verbonden.
Gebeurtenissen uit het verleden komen tot leven
Voor de christen is het land een schatkamer van waardevolle gebieden en plaatsen. Zo is er Nazareth, een stadje gelegen tussen de heuvels, de plaats waar Jezus zijn jeugd doorbracht. Het terrein rond dit stadje doet denken aan wat er gebeurde toen Jezus hier terugkwam om te prediken, en de inwoners, ervan overtuigd dat hij slechts de zoon van Jozef was, zich kwaad maakten over wat hij zei en hem „naar de vooruitspringende rand [brachten] van de berg waarop hun stad was gebouwd, om hem in de afgrond te storten” (Luk. 4:29). Rond het marktplein bewegen de mensen en de ezels zich nog op dezelfde wijze gezamenlijk door de nauwe straten als in Jezus’ tijd. Handwerkslieden oefenen nog oude ambachten uit. Een smid vervaardigt een zeis met de hand. En een grote trekpleister is de bron waar Maria misschien nog water heeft geput.
De bijbel komt werkelijk tot leven als men op de berg Tabor staat en zich voorstelt hoe Barak met 10.000 man achter zich aan afdaalde om de strijdkrachten van Sisera te verslaan, nadat Jehovah deze vijanden in verwarring had gebracht. De berg Gilbóa, tussen de rivier de Kison en het Jordaandal gelegen, is een herinnering aan de dood van Saul en drie van zijn zonen, die hier sneuvelden. En wat vroeger het kleine dorpje Naïn was, doet ons weer denken aan het geluk dat een eenzame weduwe ervoer toen Jezus haar enige zoon uit de dood opwekte.
In en rond Jeruzalem, de hoofdstad, kan de bezoeker in een paar minuten duizenden jaren geschiedenis doorlopen. Hier is de Olijfberg, Gethsémane, de berg Sion en de Calvarieberg; hier is ook de beroemde klaagmuur en de plaats waar Herodes regeerde. En hier weende Jezus over de stad: „Jeruzalem, Jeruzalem, dat de profeten doodt en de tot u uitgezondenen stenigt — hoe dikwijls heb ik uw kinderen willen vergaderen, zoals een hen haar kuikens onder haar vleugels vergadert! Maar gijlieden hebt het niet gewild. Ziet! Uw huis wordt u verlaten achtergelaten.” — Matth. 23:37, 38.
En Jeruzalem werd inderdaad vernietigd. Hierna namen veel joden de wijk naar Safad, een stad die na de vernietiging van Jeruzalem werd gebouwd. De wegen naar deze stad bieden heden ten dage een schilderachtige aanblik door de aanwezigheid van ooievaars, vogels met een stahoogte van 1,20 meter en een majestueuze vlucht, die geregeld vanaf hun winterverblijfplaatsen in Afrika door Palestina trekken.
Hier in Israël kan de geleerde de route volgen die Jezus is gegaan, de Oosterse gebruiken beschouwen van de bewoners van de moderne staat, de traditionele kleding zien die de joden al eeuwen dragen en Grieks, Arabisch en Hebreeuws horen spreken als de gebeurtenissen uit het verleden worden opgehaald. Het geschreven Woord krijgt beweging, leven en kleur. In een eeuw van cynisme en twijfel wordt men met eerbied vervuld, en men voelt een sterkere behoefte om te bidden.
De woorden van Goethe: „Wil men de dichter verstaan, dan moet men zijn land bezoeken”, zijn waarlijk in bijzondere zin van toepassing op de historische staat Israël. Dat was de reden waarom wij kwamen.
De aankomst te Lod
Meer dan een half uur cirkelden wij boven het vliegveld. Op de luchthaven heerste een grote bedrijvigheid en wij konden niet landen. Toen, eindelijk, vrij baan! Wat een opluchting! Wij gingen dalen. Daar stond het Sabena-toestel, omgeven door legertrucks.
Israëlische commando’s, vermomd als vliegtuigmecaniciens, hadden het vliegtuig ingenomen. Bij de aanval waren de twee mannelijke Palestijnen gedood, een van de vrouwelijke kaapsters gewond en de tweede gevangen genomen. De passagiers sprongen, klommen en gleden uit het vliegtuig. De Israëlische autoriteiten, die niet hadden toegegeven aan de eisen van de kapers uit angst dat zo’n handelwijze zou leiden tot verdere afpersing van de zijde van de guerrilla’s, hadden de overwinning behaald. De twee meisjes wachtte nu levenslange gevangenisstraf.
Toen wij op de stoep op onze taxi wachtten, gingen ambulancewagens ons met loeiende sirene’s voorbij. Het leek wel alsof de helft van de bevolking van Israël naar het vliegveld was gekomen om het drama gade te slaan. Onder de vele toeschouwers bevond zich ook Mosje Dayan.
Spanning, opluchting — onze gevoelens waren nog van gemengde aard toen wij in de richting van Haifa reden. Het incident was voorbij, maar nu zouden wij de mogelijkheid hebben om de plaatsen te bezoeken die het leven hadden gekenmerkt van de patriarchen en de stichters van het christendom — het werkelijke avontuur zou nu beginnen. — Ingezonden.