-
Wie zal ervoor zorgen dat de dag van afrekening ons tot welzijn dient?De Wachttoren 1979 | 15 april
-
-
doden opgewekte Jezus Christus heeft gezien, schreef over zijn verheerlijking. In een brief aan Hebreeën die Jezus als de Messías uit de bijbelse profetieën aanvaardden, schreef Paulus: „Nadat hij een reiniging voor onze zonden had teweeggebracht, is hij gaan zitten aan de rechterhand van de majesteit in verheven plaatsen. Daarom is hij beter geworden dan de engelen in die mate dat hij een naam heeft geërfd welke uitnemender is dan de hunne. . . . Ook zegt hij met betrekking tot de engelen: ’En hij maakt zijn engelen geesten en zijn openbare dienaren een vuurvlam.’ Maar met betrekking tot de Zoon: ’God is uw troon in eeuwigheid’ en de scepter van uw koninkrijk is de scepter van rechtschapenheid. Gij hebt rechtvaardigheid liefgehad en wetteloosheid gehaat. Daarom heeft God, uw God, u gezalfd met de olie van uitbundige vreugde, meer dan uw deelgenoten.’” — Hebr. 1:3-9.
18. Wat zal God door bemiddeling van deze Zoon met betrekking tot de komende dag van afrekening doen?
18 Door bemiddeling van deze boven de engelen geplaatste Koning als zijn Gevolmachtigde Rechter, zal God ervoor zorgen dat de komende dag van afrekening voor alle natiën tot ons blijvende welzijn zal dienen.
-
-
Jezus Christus — De zegevierende koning met wie de natiën rekening moeten houdenDe Wachttoren 1979 | 15 april
-
-
Jezus Christus — De zegevierende koning met wie de natiën rekening moeten houden
1. Wat schreef Paulus in Hebreeën 1:8, 9 aan de christenen in Jeruzalem om te bewijzen dat Gods Zoon verre superieur is aan engelen?
VOORDAT Jeruzalem in 70 G.T. door de Romeinen werd verwoest, moest de christenen in die stad aan de hand van de geïnspireerde Hebreeuwse Geschriften worden aangetoond dat Jezus Christus, de Zoon van God, tot een hogere positie dan de hemelse engelen was verheven. Toen de apostel Paulus die eerste-eeuwse christenen schreef, vestigde hij hun aandacht derhalve op de volgende profetische woorden die op de verheerlijkte Jezus Christus van toepassing waren: „God is uw troon in eeuwigheid, en de scepter van uw koninkrijk is de scepter van rechtschapenheid. Gij hebt rechtvaardigheid liefgehad en wetteloosheid gehaat. Daarom heeft God, uw God, u gezalfd met de olie van uitbundige vreugde, meer dan uw deelgenoten.” — Hebr. 1:8, 9.
2. Waarom werd God de „troon” van zijn Zoon, en in welk opzicht?
2 Het koninkrijk van zo iemand die rechtvaardigheid liefheeft en wetteloosheid haat, zou stellig zeer heilzaam voor ons allen op aarde zijn. Daarom is de scepter die hij zwaait „de scepter van rechtschapenheid”. Geen wonder dat God als een „troon” voor hem dient, aangezien God de enige Bron van zijn koningschap is en Degene die zijn koningschap schraagt. De natiën van deze wereld zouden zijn koninkrijk net zomin kunnen omverwerpen als ze God als Universele Soeverein en „Koning der natiën” ten val zouden kunnen brengen. Alle natiën moeten nu rekening houden met zijn op de troon geplaatste Zoon.
-