Gebeden die zeker zullen worden verhoord
ER ZIJN gebeden die beslist zullen worden verhoord. De essentie daarvan is vervat in een model dat Jezus Christus zijn discipelen gaf toen hij zei: „Gij dan moet aldus bidden: ’Onze Vader in de hemelen, uw naam worde geheiligd. Uw koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in de hemel, zo ook op aarde.’” — Mattheüs 6:9-13.
Die woorden van Jezus’ modelgebed zijn vele miljoenen malen herhaald. Hoewel Christus niet van zijn ware volgelingen verwachtte dat zij zo’n gebed alleen maar zouden opzeggen, worden hun smeekbeden die soortgelijke gevoelens tot uitdrukking brengen zeker verhoord (Mattheüs 6:7, 8). Wat betekent het derhalve dat Gods naam geheiligd moet worden? Waarom bidden of zijn koninkrijk mag komen? En waarom vragen of Gods wil mag geschieden?
„Uw naam worde geheiligd”
Degene die door Jezus werd toegesproken als „onze Vader in de hemelen”, is Jehovah, „de Allerhoogste . . . over heel de aarde” (Psalm 83:18). God had als een vader de Israëlieten „verwekt” door hen uit Egyptische slavernij te bevrijden en een verbondsverhouding met hen aan te gaan (Deuteronomium 32:6, 18; Exodus 4:22; Jesaja 63:16). In deze tijd hebben gezalfde christenen tedere achting voor Jehovah als hun Vader (Romeinen 8:15). En hun metgezellen, die een aardse hoop hebben, bidden eveneens tot Jehovah God als hun Vader. — Johannes 10:16; Openbaring 7:1-9.
Maar waarom bidden of Gods naam geheiligd mag worden? Welnu, sinds de opstand van het eerste mensenpaar in de tuin van Eden is er veel smaad geworpen op de goddelijke naam. In antwoord op zulke gebeden zal Jehovah alle smaad die ooit op zijn gedenknaam is geworpen, wegvagen (Psalm 135:13). Hij zal dit doen door goddeloosheid van de aarde te verwijderen. Betreffende die tijd zei God bij monde van de profeet Ezechiël: „Ik zal mij stellig grootmaken en mij heiligen en mij doen kennen voor de ogen van vele natiën; en zij zullen moeten weten dat ik Jehovah ben.” — Ezechiël 38:23.
Jehovah God is heilig en rein. Zijn naam dient derhalve te worden geheiligd, ofte wel als heilig afgezonderd te worden. Hij zal zich heilig betonen door handelend op te treden om zich voor de ogen van de gehele schepping te heiligen (Ezechiël 36:23). Wie zijn gunst en eeuwig leven wil verwerven, moet Jehovah met ontzag beschouwen en zijn naam heiligen door die apart van en boven alle andere namen te stellen (Leviticus 22:32; Jesaja 8:13; 29:23). In overeenstemming daarmee zei Jezus tot zijn volgelingen dat zij moesten bidden: „Uw naam worde geheiligd” of „heilig geacht; als heilig bejegend”. Wij kunnen er zeker van zijn dat God dit deel van Jezus’ modelgebed zal verhoren.
„Uw koninkrijk kome”
Jezus vertelde zijn volgelingen ook dat zij moesten bidden: „Uw koninkrijk kome.” Gebeden om de komst van Gods koninkrijk zullen beslist worden verhoord. Het Koninkrijk is Jehovah’s soevereine heerschappij, zoals deze tot uitdrukking wordt gebracht door middel van een hemelse Messiaanse regering in handen van zijn Zoon, Jezus Christus, en de met hem verbonden „heiligen” (Daniël 7:13, 14, 18, 22, 27; Jesaja 9:6, 7). Jehovah’s Getuigen hebben reeds lang aan de hand van de Schrift bewezen dat Jezus in het jaar 1914 als hemelse Koning op de troon is geplaatst. Waarom moet men dan nog bidden dat het Koninkrijk „kome”?
Bidden om de komst van het Koninkrijk betekent feitelijk verzoeken of het mag optreden tegen alle tegenstanders van goddelijke heerschappij op aarde. Binnenkort zal „het koninkrijk [van God] . . . al deze [aardse] koninkrijken verbrijzelen en er een eind aan maken, en zelf zal het tot onbepaalde tijden blijven bestaan” (Daniël 2:44). Deze ontwikkeling zal bijdragen tot de heiliging van Jehovah’s heilige naam.
„Uw wil geschiede”
Verder gebood Jezus zijn discipelen te bidden: „Uw wil geschiede, gelijk in de hemel, zo ook op aarde.” Dit is een verzoek of Jehovah overeenkomstig zijn wil met betrekking tot de aarde wil handelen. Het stemt overeen met de verklaring van de psalmist: „Al wat Jehovah behaagde te doen, heeft hij gedaan in de hemel en op de aarde, in de zeeën en alle waterdiepten. Hij laat dampen opstijgen van het uiteinde der aarde; hij heeft zelfs sluizen gemaakt voor de regen; hij brengt de wind te voorschijn uit zijn voorraadschuren, hij die de eerstgeborenen van Egypte sloeg, van zowel mens als dier. Hij zond tekenen en wonderen in uw midden, o Egypte, over Farao en over al zijn knechten; hij die vele natiën versloeg en machtige koningen doodde.” — Psalm 135:6-10.
Bidden of Gods wil op aarde mag geschieden, is een verzoek doen of hij zijn voornemens ten aanzien van deze aardbol ten uitvoer wil brengen. Daartoe behoort dat hij eens en voor altijd zijn tegenstanders verwijdert, zoals hij die in oude tijden op kleine schaal heeft verwijderd (Psalm 83:9-18; Openbaring 19:19-21). Gebeden of Jehovah’s wil overal op aarde en in het hele universum mag geschieden, zullen stellig worden verhoord.
Wanneer het Koninkrijk regeert
Wat mag men, in plaats van de goddeloosheid waarvan de menselijke samenleving thans doordrenkt is, verwachten wanneer Gods koninkrijk heerst en de goddelijke wil op aarde zoals in de hemel wordt gedaan? Volgens de apostel Petrus zijn er „nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, die wij overeenkomstig [Gods] belofte verwachten, en daarin zal rechtvaardigheid wonen” (2 Petrus 3:13). De „nieuwe hemelen” zijn rechtvaardige, geestelijke besturende machten — Jezus Christus en 144.000 medeërfgenamen in het hemelse koninkrijk (Romeinen 8:16, 17; Openbaring 14:1-5; 20:4-6). „Een nieuwe aarde” is niet een andere aardbol. Het is daarentegen een rechtvaardige maatschappij van mensen die op de aarde leven. — Vergelijk Psalm 96:1.
Onder de Koninkrijksheerschappij zal de aarde in een wereldomvattend paradijs worden veranderd (Lukas 23:43). De gehele gehoorzame mensheid zal dan ware vrede en voorspoed genieten (Psalm 72:1-15; Openbaring 21:1-5). U kunt tot die gelukkige menigten behoren indien u een loyaal voorvechter bent van de Messiaanse heerschappij over gehoorzame, aardse onderdanen. Voorstanders van die regering bidden ernstig om de heiliging van Jehovah’s naam, om de komst van zijn koninkrijk en om het geschieden van zijn wil. Hun uit het hart opwellende gebeden zullen beslist worden verhoord.