Maak de gezonde leer tot uw levenswijze
„Godvruchtige toewijding is nuttig voor alle dingen.” — 1 TIMOTHEÜS 4:8.
1, 2. In welke mate geven mensen van zorg voor hun gezondheid blijk, en met welk resultaat?
DE MEESTE mensen zullen er grif mee instemmen dat een goede gezondheid een van de kostbaarste bezittingen in het leven is. Zij besteden er heel wat tijd en geld aan om lichamelijk fit te blijven en zich van juiste medische zorg te verzekeren wanneer zij die nodig hebben. In de Verenigde Staten bijvoorbeeld bedroegen de kosten van de gezondheidszorg voor een recent jaar meer dan $900 miljard. Dat komt neer op ruim $3000 per jaar voor iedere man en vrouw en elk kind in dat land, en de kosten per hoofd van de bevolking in andere ontwikkelde landen liggen daar niet ver onder.
2 Wat hebben al die investeringen qua tijd, energie en geld opgeleverd? Er is beslist niemand die zal ontkennen dat wij over het geheel genomen in deze tijd over geavanceerder medische faciliteiten en voorzieningen beschikken dan ooit tevoren in de geschiedenis. Toch leidt dat niet automatisch tot een gezond leven. In een toespraak waarin de president van de Verenigde Staten een voorgesteld programma van gezondheidszorg voor zijn land uiteenzette, wees hij er zelfs op dat inwoners van de Verenigde Staten naast „de schandelijk hoge kosten van het geweld in dit land” ook te maken hebben met „hogere cijfers wat betreft aids, roken en buitensporig drinken, tienerzwangerschappen en baby’s met een te laag geboortegewicht” dan enige andere ontwikkelde natie. Zijn conclusie? „Wij zullen ons gedragspatroon moeten wijzigen als wij als volk ooit echt gezond willen zijn.” — Galaten 6:7, 8.
Een gezonde levenswijze
3. Welke raad gaf Paulus met het oog op de cultuur van het oude Griekenland?
3 In de eerste eeuw stonden de Grieken bekend om hun toewijding aan lichaamscultuur, bodybuilding en atletiekwedstrijden. Tegen deze achtergrond schreef de apostel Paulus onder inspiratie aan de jonge man Timotheüs: „Lichamelijke oefening is nuttig voor weinig, maar godvruchtige toewijding is nuttig voor alle dingen, daar ze een belofte inhoudt voor het tegenwoordige en het toekomende leven” (1 Timotheüs 4:8). Paulus vestigde dus de aandacht op iets wat mensen in deze tijd beginnen te erkennen, namelijk dat medische of fysieke voorzieningen geen waarborg vormen voor een werkelijk gezonde levenswijze. Paulus verzekert ons echter dat het bevorderen van geestelijk welzijn en het aankweken van godvruchtige toewijding onontbeerlijk is.
4. Wat zijn de voordelen van godvruchtige toewijding?
4 Zo’n handelwijze is nuttig voor ’het tegenwoordige leven’ omdat het bescherming biedt tegen alle schadelijke dingen die goddeloze mensen, of zij die slechts „een vorm [of: schijn] van godvruchtige toewijding” hebben, zichzelf aandoen (2 Timotheüs 3:5; Spreuken 23:29, 30; Lukas 15:11-16; 1 Korinthiërs 6:18; 1 Timotheüs 6:9, 10). Degenen die hun leven door godvruchtige toewijding laten vormen, hebben een gezonde achting voor Gods wetten en vereisten, en dat motiveert hen om Gods gezonde leer tot hun levenswijze te maken. Zo’n handelwijze maakt dat zij zich geestelijk en fysiek in een goede gezondheid verheugen alsook tevreden en gelukkig zijn, terwijl zij tevens „voor zichzelf een voortreffelijk fundament voor de toekomst veilig als een schat [wegleggen], opdat zij het werkelijke leven stevig mogen vastgrijpen”. — 1 Timotheüs 6:19.
5. Welke vermaningen gaf Paulus in het tweede hoofdstuk van zijn brief aan Titus?
5 Aangezien een leven waarbij wij ons door de gezonde leer van God laten leiden, zowel nu als in de toekomst zulke zegeningen met zich brengt, moeten wij weten hoe wij in praktisch opzicht Gods gezonde leer tot onze levenswijze kunnen maken. In zijn brief aan Titus verschafte de apostel Paulus het antwoord. Wij zullen speciale aandacht schenken aan het tweede hoofdstuk van dat boek, waarin hij Titus opdroeg te „[blijven] spreken wat passend is voor de gezonde leer”. Wij allen, jong en oud, mannen en vrouwen, kunnen in deze tijd beslist ons voordeel doen met die „gezonde leer”. — Titus 1:4, 5; 2:1.
Raad voor oudere mannen
6. Welke raad verschafte Paulus voor „de bejaarde mannen”, en waarom getuigde dit van vriendelijkheid van zijn zijde?
6 Allereerst had Paulus wat raad voor de oudere mannen in de gemeente. Lees alstublieft Titus 2:2. „De bejaarde mannen” als groep worden geëerd en gerespecteerd als voorbeelden van geloof en loyaliteit (Leviticus 19:32; Spreuken 16:31). Daarom kan het zijn dat anderen aarzelen oudere mannen raad of suggesties te geven in kwesties die niet direct uitermate ernstig zijn (Job 32:6, 7; 1 Timotheüs 5:1). Het getuigt dan ook van vriendelijkheid van Paulus’ zijde om eerst aandacht te schenken aan de oudere mannen, en zij zullen er goed aan doen de woorden van Paulus ter harte te nemen en er zorg voor te dragen dat zij net als Paulus voorbeelden ter navolging zijn. — 1 Korinthiërs 11:1; Filippenzen 3:17.
7, 8. (a) Wat houdt het in „matig in gewoonten” te zijn? (b) Waarom moeten „ernstig” en „gezond van verstand” met elkaar in evenwicht zijn?
7 De oudere christelijke mannen moeten allereerst „matig in gewoonten” zijn. Hoewel het oorspronkelijke woord betrekking kan hebben op de drinkgewoonte („nuchter”, Kingdom Interlinear), heeft het ook de betekenis van waakzaam zijn, helder denken of de zinnen bij elkaar houden (2 Timotheüs 4:5; 1 Petrus 1:13). Dus of het nu om drinken of om andere dingen gaat, de oudere mannen moeten matig zijn, zich niet overgeven aan excessen of buitensporigheden.
8 Verder moeten zij ook „ernstig” en „gezond van verstand” zijn. Ernstig, of waardig, zijn en respect verdienen, komt gewoonlijk met de jaren. Maar sommigen hebben wellicht de neiging om al te ernstig of serieus te zijn, zodat zij onverdraagzaam worden ten aanzien van de energieke manier van doen van de jeugd (Spreuken 20:29). Daarom worden „ernstig” en „gezond van verstand” naast elkaar geplaatst. De oudere mannen dienen de ernst die bij hun leeftijd past, te bewaren, maar terzelfder tijd evenwichtig te zijn en hun gevoelens en impulsen volledig in bedwang te hebben.
9. Waarom moeten de oudere mannen gezond zijn in geloof en liefde en vooral in volharding?
9 Ten slotte moeten oudere mannen „gezond in geloof, in liefde, in volharding” zijn. Dikwijls noemde Paulus in zijn geschriften geloof en liefde in één adem met hoop (1 Korinthiërs 13:13; 1 Thessalonicenzen 1:3, NW, Studiebijbel, vtn.; 5:8). Hier zei hij „volharding” in plaats van „hoop”. Misschien is de reden dat met het klimmen der jaren iemand gemakkelijk het gevoel kan bekruipen het op te willen geven (Prediker 12:1). Maar, zoals Jezus duidelijk maakte, „wie tot het einde heeft volhard, die zal gered worden” (Mattheüs 24:13). Bovendien zijn de ouderen niet alleen wegens hun leeftijd of ervaring waardige voorbeelden voor de overigen, maar ook wegens hun krachtige geestelijke hoedanigheden — geloof, liefde en volharding.
Voor de oudere vrouwen
10. Welke raad verschaft Paulus voor „de bejaarde vrouwen” in de gemeente?
10 Vervolgens richtte Paulus zijn aandacht op de oudere vrouwen in de gemeente. Lees alstublieft Titus 2:3. „De bejaarde vrouwen”, met inbegrip van echtgenotes van „de bejaarde mannen” alsook moeders en grootmoeders van andere gemeenteleden, zijn de oudste leden onder de vrouwen in de gemeente. Als zodanig kunnen zij een aanzienlijke invloed hebben, hetzij ten goede of ten kwade. Daarom leidde Paulus zijn woorden in met „evenzo”, waarmee hij bedoelde dat ook „de bejaarde vrouwen” bepaalde verantwoordelijkheden moeten nakomen om hun rol in de gemeente te vervullen.
11. Wat is eerbiedig gedrag?
11 Om te beginnen „moeten de bejaarde vrouwen eerbiedig in hun gedrag zijn”, zei Paulus. „Gedrag” is de uitdrukking naar buiten toe van iemands innerlijke houding en persoonlijkheid, zoals die wordt weerspiegeld in zowel gedrag als uiterlijke verschijning (Mattheüs 12:34, 35). Wat dient dan de houding of persoonlijkheid van een bejaarde christelijke vrouw te zijn? In één woord: „eerbiedig”. Dit is de vertaling van een Grieks woord dat de betekenis heeft van „hetgeen betamelijk is voor personen, handelingen of dingen die aan God zijn gewijd”. Dit is beslist toepasselijke raad, gezien de invloed die zij hebben op anderen, in het bijzonder op de jongere vrouwen in de gemeente. — 1 Timotheüs 2:9, 10.
12. Welk verkeerd gebruik van de tong dienen allen te vermijden?
12 De volgende twee punten laten zien wat zij niet mogen zijn; zij mogen „geen lasteraarsters [zijn], noch verslaafd aan veel wijn”. Het is interessant dat deze twee samen worden genoemd. „In de oudheid, toen wijn de enige drank was,” merkt professor E. F. Scott op, „plachten oude vrouwen op hun wijnfeestjes hun buren over de hekel te halen.” Vrouwen zijn doorgaans meer in mensen geïnteresseerd dan mannen, en dat is prijzenswaardig. Maar belangstelling kan ontaarden in roddel en zelfs laster, vooral wanneer de tong door drank wordt losgemaakt (Spreuken 23:33). Allen die een gezonde levenswijze nastreven, zowel mannen als vrouwen, doen er beslist goed aan op hun hoede te zijn voor deze valkuil.
13. Op welke manieren kunnen oudere vrouwen onderwijzen?
13 Om de beschikbare tijd op een opbouwende wijze te gebruiken, worden oudere vrouwen aangemoedigd ’het goede te onderwijzen’. Elders gaf Paulus duidelijke richtlijnen dat vrouwen niet in de gemeente mogen onderwijzen (1 Korinthiërs 14:34; 1 Timotheüs 2:12). Dit belet hun echter niet om waardevolle kennis van God in hun huisgezin en aan mensen buiten de gemeente mee te delen (2 Timotheüs 1:5; 3:14, 15). Ook kunnen zij veel goeds tot stand brengen door christelijke voorbeelden te zijn voor de jongere vrouwen in de gemeente, zoals de volgende verzen aantonen.
Voor de jonge vrouwen
14. Hoe kunnen jongere christelijke vrouwen er blijk van geven evenwichtig te zijn in het behartigen van hun taken?
14 Toen Paulus de oudere vrouwen aanmoedigde ’het goede te onderwijzen’, maakte hij specifiek melding van de jongere vrouwen. Lees alstublieft Titus 2:4, 5. Hoewel veel van het onderricht betrekking heeft op huishoudelijke aangelegenheden, moeten jongere christelijke vrouwen niet in uitersten vervallen en hun leven door materiële beslommeringen laten overheersen. Zij moeten daarentegen ’gezond van verstand, eerbaar, goed zijn’, en bovenal moeten zij bereid zijn de christelijke gezagsregeling te ondersteunen, „zodat er niet schimpend over het woord van God wordt gesproken”.
15. Waarom zijn veel van de jongere vrouwen in de gemeenten te prijzen?
15 Tegenwoordig is het gezin lang niet meer wat het was in de dagen van Paulus. Veel gezinnen zijn in religieus opzicht verdeeld, en in andere is er slechts één ouder. Zelfs in zogenoemde traditionele gezinnen wordt het steeds ongewoner dat de echtgenote of moeder al haar tijd aan het huis en het gezin besteedt. Dit alles legt een enorme druk en verantwoordelijkheid op jonge christelijke vrouwen, maar dat ontslaat hen niet van hun schriftuurlijke verplichtingen. Het is daarom heel fijn te zien dat veel getrouwe jonge vrouwen hard werken om zich evenwichtig van hun vele taken te kwijten en er toch in slagen de Koninkrijksbelangen op de eerste plaats te stellen, en in sommige gevallen zelfs als hulp- of gewone pioniersters in de volle-tijddienst staan (Mattheüs 6:33). Zij zijn werkelijk te prijzen!
Voor de jonge mannen
16. Welke raad had Paulus voor de jongere mannen, en waarom is dit raad te rechter tijd?
16 Vervolgens kwamen in Paulus’ bespreking de jongere mannen aan de beurt, tot wie ook Titus behoorde. Lees alstublieft Titus 2:6-8. Gezien de onverantwoordelijke en destructieve manier van doen van veel jongeren in deze tijd — roken, drugs- en alcoholmisbruik, ongeoorloofde seks en andere wereldse activiteiten zoals wilde sporten en ontaarde muziek en ontspanning — is dit werkelijk raad te rechter tijd voor christelijke jongeren die zich aan een gezonde en voldoening schenkende levenswijze willen houden.
17. Hoe kan een jongere man „gezond van verstand” en een „voorbeeld van voortreffelijke werken” worden?
17 In tegenstelling tot de jongeren van de wereld dient een christelijke jonge man „gezond van verstand” en „een voorbeeld van voortreffelijke werken” te zijn. Paulus legde uit dat niet degenen die enkel studeren, maar degenen die „door gebruik hun waarnemingsvermogen hebben geoefend om zowel goed als kwaad te onderscheiden”, een gezond verstand en een rijp oordeel verwerven (Hebreeën 5:14). Wat is het prachtig te zien hoe jonge mensen vrijwillig hun tijd en energie geven om een volledig aandeel te hebben aan de vele taken in de christelijke gemeente, in plaats van hun jeugdige kracht te verspillen aan het najagen van zelfzuchtige doeleinden! Aldus kunnen zij net als Titus een voorbeeld van „voortreffelijke werken” in de christelijke gemeente worden. — 1 Timotheüs 4:12.
18. Wat betekent het onbedorven in onderwijs, ernstig in gedrag en gezond van spraak te zijn?
18 De jongere mannen wordt op het hart gedrukt ’blijk te geven van onbedorvenheid in hun onderwijs, ernst, gezonde spraak, die niet veroordeeld kan worden’. Onderwijs dat ’onbedorven’ is, moet stevig gefundeerd zijn op Gods Woord; daarom moeten de jongere mannen ijverige bijbelstudenten zijn. Net als de oudere mannen moeten ook de jongere mannen ernstig zijn. Zij moeten inzien dat het een ernstige verantwoordelijkheid is een bedienaar van Gods Woord te zijn, en dat zij zich daarom moeten ’gedragen op een wijze die het goede nieuws over de Christus waardig is’ (Filippenzen 1:27). Hun spraak moet eveneens ’gezond’ zijn en zodanig dat ze „niet veroordeeld kan worden”, opdat zij tegenstanders geen reden tot klagen geven. — 2 Korinthiërs 6:3; 1 Petrus 2:12, 15.
Voor slaven en dienstknechten
19, 20. Hoe kunnen degenen die bij anderen in dienst zijn, ’de leer van onze Redder, God, sieren’?
19 Ten slotte bracht Paulus degenen ter sprake die bij anderen in dienst zijn. Lees alstublieft Titus 2:9, 10. Niet velen van ons in deze tijd zijn slaaf of dienstknecht, maar velen zijn werknemer of arbeider in dienst van anderen. De door Paulus opgenoemde beginselen zijn derhalve in deze tijd evenzeer van toepassing.
20 „In alles aan hun eigenaars onderworpen zijn”, wil zeggen dat christelijke werknemers hun werkgever en opzichter oprechte achting moeten betonen (Kolossenzen 3:22). Zij moeten ook de reputatie hebben dat zij eerlijke werkers zijn, die een volle dagtaak verrichten, omdat hun werkgever daar recht op heeft. En zij moeten op de plaats waar zij werken, de hoge maatstaf van christelijk gedrag handhaven, ongeacht hoe anderen zich daar gedragen. Dit alles met het doel „de leer van onze Redder, God, in alle dingen [te] sieren”. Hoe vaak horen wij niet over de verheugende resultaten die het heeft wanneer oprechte waarnemers gunstig op de waarheid reageren dank zij het voortreffelijke gedrag van hun collega’s of werknemers die Getuigen zijn! Dit is een beloning die Jehovah schenkt aan hen die zich, zelfs op de plaats waar zij werken, aan zijn gezonde leer houden. — Efeziërs 6:7, 8.
Een gereinigd volk
21. Waarom heeft Jehovah de gezonde leer verschaft, en hoe dienen wij daarop te reageren?
21 De gezonde leer waarover Paulus uitweidde, is niet slechts een reglement met ethische beginselen of morele waarden, dat wij als wij dat willen zouden kunnen raadplegen. Paulus zette vervolgens het doel van de gezonde leer uiteen. Lees alstublieft Titus 2:11, 12. Jehovah God heeft uit liefde en onverdiende goedheid jegens ons de gezonde leer verschaft opdat wij mogen leren in deze kritieke en gevaarvolle tijden een zinvol en voldoening schenkend leven te leiden. Bent u bereid de gezonde leer te aanvaarden en tot uw levenswijze te maken? Het zal uw redding betekenen als u dat doet.
22, 23. Welke zegeningen oogsten wij door de gezonde leer tot onze levenswijze te maken?
22 Meer dan dat, als wij de gezonde leer tot onze levenswijze maken, schenkt dat ons nu reeds een uniek voorrecht alsook een gelukkige hoop voor de toekomst. Lees alstublieft Titus 2:13, 14. Door de gezonde leer tot onze levenswijze te maken, worden wij werkelijk als een gereinigd volk afgescheiden van de verdorven en stervende wereld. De woorden van Paulus komen overeen met de bij de berg Sinaï gegeven vermaningen die Mozes de zonen van Israël in herinnering bracht: „Wat Jehovah betreft, . . . hij [zal] u hoog boven alle andere natiën die hij heeft gemaakt, . . . verheffen, tot lof en roem en luister, terwijl gij u een heilig volk voor Jehovah, uw God, betoont, juist zoals hij heeft beloofd.” — Deuteronomium 26:18, 19.
23 Mogen wij het voorrecht Jehovah’s gereinigde volk te zijn, altijd blijven waarderen door de gezonde leer tot onze levenswijze te maken! Wees er altijd op bedacht elke vorm van goddeloosheid alsook wereldse begeerten af te wijzen, opdat u gereinigd en geschikt blijft om door Jehovah gebruikt te worden in het grootse werk dat hij thans laat verrichten. — Kolossenzen 1:10.
Kunt u zich dit herinneren?
◻ Waarom is godvruchtige toewijding nuttig voor alle dingen?
◻ Hoe kunnen oudere christelijke mannen en vrouwen de gezonde leer tot een levenswijze maken?
◻ Welke gezonde leer had Paulus voor jongere mannen en vrouwen in de gemeente?
◻ Welk voorrecht en welke zegen kunnen ons ten deel vallen als wij de gezonde leer tot onze levenswijze maken?
[Illustraties op blz. 18]
Velen in deze tijd passen de raad uit Titus 2:2-4 toe