De zuivere religie beoefenen om in leven te blijven
„De religie die zuiver en echt is in de ogen van God, de Vader, zal blijken uit dingen als . . . zich onbezoedeld van de wereld bewaren.” — JAKOBUS 1:27, Phillips.
1. Hoe is religie gedefinieerd, en wie heeft logischerwijs het recht om vast te stellen wat het verschil is tussen valse en ware religie?
RELIGIE is gedefinieerd als „de uitdrukking van ’s mensen geloof in en eerbied voor een bovenmenselijke macht die erkend wordt als de schepper en bestuurder van het universum”. Wie heeft dan logischerwijs het recht om vast te stellen wat het verschil is tussen ware religie en valse religie? Stellig moet dit Degene zijn in wie wordt geloofd en die wordt geëerbiedigd, de Schepper. In zijn Woord heeft Jehovah duidelijk uiteengezet wat zijn zienswijze met betrekking tot ware en valse religie is.
Het woord „religie” in de bijbel
2. Hoe wordt het oorspronkelijke Griekse woord dat met „vorm van aanbidding” of „religie” is vertaald, in woordenboeken verklaard, en op welke soorten van aanbidding kan het worden toegepast?
2 Het Griekse woord dat met „vorm van aanbidding” of „religie” is vertaald, is thres·keiʹa. A Greek-English Lexicon of the New Testament definieert dit woord als „de aanbidding van God, religie, vooral zoals die tot uiting komt in religieuze dienst of openbare godsverering”. De Theological Dictionary of the New Testament verschaft verdere bijzonderheden en zegt: „De etymologie is omstreden; . . . hedendaagse geleerden zijn meer geneigd een verband te zien met therap- (’dienen’). . . . Er kan ook een onderscheid in betekenis worden opgemerkt. De gunstige betekenis is ’religieuze ijver’ . . ., ’aanbidding van God’, ’religie’. . . . Maar er is ook een ongunstige betekenis, d.w.z., ’religieuze buitensporigheid’, ’verkeerde aanbidding’.” Derhalve kan thres·keiʹa vertaald worden met zowel „religie” als „vorm van aanbidding”, hetzij goed of verkeerd.
3. Hoe gebruikte de apostel Paulus het woord dat met „vorm van aanbidding” is vertaald, en welk interessante commentaar wordt over de vertaling van Kolossenzen 2:18 gegeven?
3 Dit woord komt slechts vier keer in de christelijke Griekse Geschriften voor. De apostel Paulus gebruikte het twee keer ter aanduiding van valse religie. Volgens datgene wat in Handelingen 26:5 staat, heeft hij van zichzelf gezegd dat hij voordat hij een christen werd, „volgens de strengste sekte van onze vorm van aanbidding [„religie”, Phillips] als een Farizeeër [had] geleefd”. In zijn brief aan de Kolossenzen waarschuwde hij: „Laat u niet de prijs ontroven door iemand die behagen schept in schijnnederigheid en een vorm van aanbidding van de engelen” (Kolossenzen 2:18). Zo’n aanbidding van engelen was in die tijd blijkbaar wijdverbreid in Frygië, maar het was een vorm van valse religie.a Het is interessant dat hoewel sommige Engelse bijbelvertalingen thres·keiʹa met „religie” weergeven, de meeste in Kolossenzen 2:18 het woord „aanbidding” gebruiken. De Nieuwe-Wereldvertaling vertaalt thres·keiʹa consequent met „vorm van aanbidding”, terwijl in de voetnoot van de Studiebijbel elke keer wordt vermeld dat in de Latijnse vertalingen de alternatieve weergave „religio” wordt gebruikt.
„Rein en onbesmet” vanuit Gods standpunt
4, 5. (a) Wiens zienswijze met betrekking tot religie is volgens Jakobus het belangrijkst? (b) Wat zou iemands vorm van aanbidding waardeloos kunnen maken, en wat betekent het woord dat met „waardeloos” vertaald is?
4 De andere twee keren dat het woord thres·keiʹa voorkomt, vinden wij in de door de discipel Jakobus, een lid van het besturende lichaam van de eerste-eeuwse christelijke gemeente, geschreven brief. Hij schreef: „Indien iemand meent een vormelijke aanbidder te zijn [„’religieus’ te zijn”, Phillips] en toch zijn tong niet in toom houdt, maar zijn eigen hart blijft bedriegen, diens vorm van aanbidding [„religie”, Phillips] is waardeloos. De vorm van aanbidding [„religie”, Phillips] die van het standpunt van onze God en Vader uit bezien rein en onbesmet is, is deze: voor wezen en weduwen zorgen in hun verdrukking en zichzelf onbevlekt van de wereld bewaren.” — Jakobus 1:26, 27.
5 Ja, het respecteren van Jehovah’s zienswijze met betrekking tot religie is van groot belang als wij zijn goedkeuring willen genieten en levend de door hem beloofde nieuwe wereld willen binnengaan (2 Petrus 3:13). Jakobus laat uitkomen dat hoewel iemand van zichzelf kan denken dat hij werkelijk religieus is, zijn vorm van aanbidding toch waardeloos kan zijn. Het Griekse woord dat hier met „waardeloos” vertaald is, betekent ook „zinloos, nietszeggend, vruchteloos, nutteloos, krachteloos, geveinsd”. Dit zou het geval kunnen zijn wanneer iemand die een christen beweert te zijn, zijn tong niet in toom houdt en die niet gebruikt om God te loven en zijn medechristenen op te bouwen. Hij zou „zijn eigen hart . . . bedriegen” en geen beoefenaar zijn van de „religie die zuiver en echt is in de ogen van God” (Phillips). Jehovah’s standpunt telt.
6. (a) Wat is het thema van de door Jakobus geschreven brief? (b) Op welk vereiste voor de zuivere aanbidding legde Jakobus de nadruk, en wat heeft het hedendaagse Besturende Lichaam hierover gezegd?
6 Jakobus somt niet alle dingen op die Jehovah in verband met de zuivere aanbidding vereist. In overeenstemming met het algemene thema van zijn brief, namelijk geloof dat bewezen wordt door werken en de noodzaak geen vriendschapsbanden met Satans wereld aan te knopen, legt hij de nadruk op slechts twee vereisten. Eén vereiste is „voor wezen en weduwen zorgen in hun verdrukking”. Hier is ware christelijke liefde bij betrokken. Jehovah heeft altijd liefdevolle bezorgdheid voor wezen en weduwen aan de dag gelegd (Deuteronomium 10:17, 18; Maleachi 3:5). Een van de eerste regelingen die het eerste-eeuwse besturende lichaam van de christelijke gemeente trof, was ten behoeve van christelijke weduwen (Handelingen 6:1-6). De apostel Paulus gaf uitvoerige richtlijnen met betrekking tot het liefdevol zorgdragen voor behoeftige bejaarde weduwen die zich jarenlang getrouw hadden betoond en geen familie hadden om hen te helpen (1 Timotheüs 5:3-16). Het hedendaagse Besturende Lichaam van Jehovah’s Getuigen heeft in verband met ’zorg voor de armen’ eveneens nauwkeurige richtlijnen verschaft. Zij zeggen: „De zorg voor getrouwe en loyale personen die misschien materiële hulp nodig hebben, maakt deel uit van de ware aanbidding.” (Zie het boek Georganiseerd om onze bediening te volbrengen, blz. 124, 125.) Lichamen van ouderlingen of afzonderlijke christenen die zich in dit opzicht onachtzaam betonen, laten een belangrijk aspect van de vorm van aanbidding die van het standpunt van onze God en Vader uit bezien rein en onbesmet is, achterwege.
„Onbevlekt van de wereld”
7, 8. (a) Wat is het tweede door Jakobus vermelde vereiste voor de ware religie? (b) Beantwoorden de geestelijken en de priesters aan dit vereiste? (c) Wat kan er van Jehovah’s Getuigen gezegd worden?
7 Het tweede door Jakobus vermelde vereiste voor de ware religie is „zichzelf onbevlekt van de wereld bewaren”. Jezus zei: „Mijn koninkrijk is geen deel van deze wereld”; in overeenstemming hiermee zouden zijn ware volgelingen „geen deel van de wereld” zijn (Johannes 15:19; 18:36). Kan dit van de geestelijken en de priesters van welke van de religies van deze wereld maar ook gezegd worden? Zij steunen de Verenigde Naties. Veel van hun leiders aanvaardden de uitnodiging van de paus om in oktober 1986 in Assisi (Italië) bijeen te komen teneinde gezamenlijk te bidden voor het welslagen van het door de VN uitgeroepen „Internationale Jaar van de Vrede”. Maar te oordelen naar de miljoenen mensen die in de dat jaar en de daaropvolgende jaren gevoerde oorlogen zijn omgekomen, waren hun krachtsinspanningen vruchteloos. De geestelijken gaan vaak vriendschappelijk om met de regerende politieke partij, terwijl zij zich op verraderlijke wijze in het geheim inlaten met de tegenpartij, zodat ongeacht wie aan het bewind is, hen als „vrienden” zal beschouwen. — Jakobus 4:4.
8 Jehovah’s Getuigen hebben de reputatie opgebouwd christenen te zijn die neutraal blijven in politieke aangelegenheden en in de conflicten van deze wereld. Zoals door persverslagen en door het huidige historische bericht in alle delen van de wereld wordt bevestigd, handhaven zij dit standpunt op alle continenten en in alle natiën. Zij bewaren zich werkelijk „onbevlekt van de wereld”. Hun „religie” is de „religie die zuiver en echt is in de ogen van God”. — Jakobus 1:27, Phillips.
Andere kenmerken van de ware religie
9. Wat is een derde vereiste voor de ware religie, en waarom?
9 Als religie „eerbied [is] voor een bovenmenselijke macht die erkend wordt als de schepper en bestuurder van het universum”, moet de ware religie de mensen er beslist toe brengen de enige ware God, Jehovah, te aanbidden. Die religie moet het begrip van de mensen omtrent God niet verduisteren door heidense opvattingen van een drieënige god waarin de Vader zijn almacht, heerlijkheid en eeuwigheid met twee andere personen in een mysterieuze Drieëenheid deelt (Deuteronomium 6:4; 1 Korinthiërs 8:6). Ze moet ook Gods weergaloze naam, Jehovah, bekendmaken, en die naam eren, ja, als georganiseerd volk Gods naam werkelijk dragen (Psalm 83:18; Handelingen 15:14). Hierin moeten de beoefenaars van de ware religie het voorbeeld van Christus Jezus volgen (Johannes 17:6). Welk ander volk dan de christelijke getuigen van Jehovah beantwoordt in deze tijd aan dit vereiste?
10. Waartoe moet een religie die mensen de hoop biedt levend Gods nieuwe wereld binnen te gaan, aanzetten, en waarom?
10 De apostel Petrus verklaarde: „Bovendien is er in niemand anders redding, want er is onder de hemel geen andere naam [Jezus Christus] die onder de mensen is gegeven waardoor wij gered moeten worden” (Handelingen 4:8-12). De zuivere religie, die mensen de hoop biedt levend Gods nieuwe wereld binnen te gaan, moet derhalve tot geloof in Christus en in de waarde van het loskoopoffer aanzetten (Johannes 3:16, 36; 17:3; Efeziërs 1:7). Bovendien moet ze ware aanbidders helpen zich aan Christus als Jehovah’s regerende Koning en gezalfde Hogepriester te onderwerpen. — Psalm 2:6-8; Filippenzen 2:9-11; Hebreeën 4:14, 15.
11. Waarop moet de ware religie gebaseerd zijn, en wat is het standpunt van Jehovah’s Getuigen in dit opzicht?
11 De zuivere religie moet gebaseerd zijn op de geopenbaarde wil van de ene ware God en niet op menselijke overleveringen of filosofieën. Wij zouden niets omtrent Jehovah en zijn schitterende voornemens noch omtrent Jezus en het loskoopoffer weten, als wij de bijbel niet hadden. Jehovah’s Getuigen helpen de mensen een onwankelbaar vertrouwen in de bijbel te krijgen. Zij geven er in hun dagelijks leven ook blijk van dat zij het eens zijn met de volgende verklaring van de apostel Paulus: „De gehele Schrift is door God geïnspireerd en nuttig om te onderwijzen, terecht te wijzen, dingen recht te zetten, . . . opdat de mens Gods volkomen bekwaam zij, volledig toegerust voor ieder goed werk.” — 2 Timotheüs 3:16, 17.
De ware religie — Een levenswijze
12. Wat is behalve geloof nog meer nodig wil aanbidding werkelijk ware aanbidding zijn, en in welke opzichten is de ware religie een levenswijze?
12 Jezus verklaarde: „God is een Geest, en wie hem aanbidden, moeten hem met geest en waarheid aanbidden” (Johannes 4:24). De ware religie of vorm van aanbidding is derhalve niet een ceremonieel, ritualistisch, uiterlijk vertoon van godsvrucht. De zuivere aanbidding is geestelijk, gebaseerd op geloof (Hebreeën 11:6). Dat geloof moet echter worden ondersteund door werken (Jakobus 2:17). De ware religie wijst populaire trends van de hand. Ze houdt vast aan de bijbelse maatstaven van moraliteit en een reine spraak (1 Korinthiërs 6:9, 10; Efeziërs 5:3-5). De beoefenaars ervan streven er oprecht naar in hun gezinsleven, op hun werelds werk, op school en zelfs wanneer zij zich ontspannen, de vrucht van Gods geest voort te brengen (Galaten 5:22, 23). Jehovah’s Getuigen proberen nooit de raad van de apostel Paulus te vergeten: „Hetzij gij daarom eet of drinkt of iets anders doet, doet alle dingen tot Gods heerlijkheid” (1 Korinthiërs 10:31). Hun religie is niet louter formalisme; ze is een levenswijze.
13. Wat is bij de ware aanbidding betrokken, en waarom kan er gezegd worden dat Jehovah’s Getuigen werkelijk religieuze mensen zijn?
13 Natuurlijk zijn bij de ware religie geestelijke activiteiten betrokken. Deze omvatten zowel persoonlijke gebeden als gezinsgebeden, de geregelde bestudering van Gods Woord en hulpmiddelen voor bijbelstudie, alsook het bezoeken van gemeentevergaderingen van ware christenen. Deze laatste worden met een loflied voor Jehovah en met gebed geopend en gesloten (Mattheüs 26:30; Efeziërs 5:19). Opbouwende geestelijke onderwerpen worden door middel van lezingen en door vraag-en-antwoordbesprekingen van voor allen beschikbaar gedrukt materiaal behandeld. Zulke vergaderingen worden gewoonlijk in nette maar niet overdreven luxueus ingerichte Koninkrijkszalen gehouden, die uitsluitend voor religieuze doeleinden — geregelde vergaderingen, huwelijken en begrafenisdiensten — gebruikt worden. Jehovah’s Getuigen respecteren hun Koninkrijkszalen en grote congreshallen als plaatsen die aan de aanbidding van Jehovah zijn opgedragen. Anders dan de vele kerken van de christenheid zijn ze geen sociale verenigingsgebouwen.
14. Wat betekende aanbidding voor Hebreeuwssprekende mensen, en door welke activiteit onderscheiden Jehovah’s Getuigen zich in deze tijd?
14 Wij hebben eerder gezien dat geleerden het Griekse woord dat met „vorm van aanbidding” of „religie” vertaald is, met het werkwoord „dienen” in verband brengen. Het is interessant dat het Hebreeuwse equivalent, ʽavo·dhahʹ, met „dienst” of „aanbidding” vertaald kan worden. (Vergelijk de voetnoten bij Exodus 3:12 en 10:26.) Voor de Hebreeën betekende aanbidding dienst. En dat betekent het ook voor ware aanbidders in deze tijd. Een heel belangrijk, onderscheiden kenmerk van de ware religie is dat allen die deze religie beoefenen, deelnemen aan de godvruchtige dienst die bestaat in het prediken van ’dit goede nieuws van het koninkrijk op de gehele bewoonde aarde tot een getuigenis voor alle natiën’ (Mattheüs 24:14; Handelingen 1:8; 5:42). Welke religie staat er in de hele wereld om bekend in het openbaar getuigenis af te leggen van Gods koninkrijk als de enige hoop voor de mensheid?
Een positieve, verenigende kracht
15. Wat is een opvallend kenmerk van de ware religie?
15 Valse religie zaait verdeeldheid. Ze heeft haat en bloedvergieten veroorzaakt, en doet dit nog steeds. De ware religie daarentegen verenigt. Jezus verklaarde: „Hieraan zullen allen weten dat gij mijn discipelen zijt, indien gij liefde onder elkaar hebt” (Johannes 13:35). De liefde die Jehovah’s Getuigen verenigt, stijgt uit boven de nationale, sociale, economische en raciale grenzen waardoor de rest van de mensheid wordt verdeeld. De Getuigen „[staan vast] in één geest, één van ziel zijde aan zijde strijdend voor het geloof van het goede nieuws”. — Filippenzen 1:27.
16. (a) Welk „goede nieuws” prediken Jehovah’s Getuigen? (b) Welke profetieën gaan in Jehovah’s volk in vervulling, en welke zegeningen vloeien daaruit voort?
16 Het „goede nieuws” dat zij prediken, houdt in dat binnenkort Gods onveranderlijke voornemen zal worden verwezenlijkt. Zijn wil zal „gelijk in de hemel, zo ook op aarde” volbracht worden (Mattheüs 6:10). Jehovah’s luisterrijke naam zal geheiligd worden en de aarde zal een paradijs worden, waar ware aanbidders voor eeuwig zullen kunnen wonen (Psalm 37:29). Letterlijk miljoenen mensen in alle landen sluiten zich bij Jehovah’s Getuigen aan en zeggen als vervulling van een bijbelse profetie: „Wij willen met ulieden gaan, want wij hebben gehoord dat God met ulieden is” (Zacharia 8:23). Jehovah zegent zijn volk. „De geringe” is werkelijk „tot een machtige natie” geworden, een wereldomvattende gemeente die in elk opzicht — in gedachte, in werk, in aanbidding — volkomen verenigd is (Jesaja 60:22). Dit is iets wat valse religie nooit tot stand heeft kunnen brengen.
De zegepraal van de zuivere religie
17. Wat staat Babylon de Grote te wachten, en hoe zal dit lot aan haar voltrokken worden?
17 Gods Woord heeft de vernietiging van het wereldrijk van valse religie, symbolisch „Babylon de Grote” genoemd, voorzegd. De bijbel beeldt de „koningen” of politieke heersers der aarde ook af onder het symbool van de horens van een wild beest. Daarin wordt ons verteld dat God deze heersers het besluit in het hart zal leggen dit met een hoer te vergelijken instituut van Satan de Duivel omver te werpen en volledig te vernietigen. — Zie Openbaring 17:1, 2, 5, 6, 12, 13, 15-18.b
18. Welke belangrijke reden geeft de bijbel voor de vernietiging van Babylon de Grote, en wanneer begon de valse religie deze verschrikkelijke weg te bewandelen?
18 Waarom verdient Babylon de Grote het vernietigd te worden? De bijbel antwoordt: „In haar werd het bloed gevonden van profeten en van heiligen en van allen die op de aarde geslacht zijn” (Openbaring 18:24). Aantonend dat de valse religie zich deze bloedschuld reeds op de hals begon te halen in een tijd die verder teruggaat dan de stichting van Babylon, richtte Jezus de volgende veroordelende woorden tot de religieuze leiders van het judaïsme, dat zich tot een deel van Babylon de Grote had gemaakt: „Slangen, adderengebroed, hoe zult gij het oordeel van Gehenna ontvlieden? . . . Over u komt al het rechtvaardige bloed dat op aarde is vergoten, vanaf het bloed van de rechtvaardige Abel” (Mattheüs 23:33-35). Ja, de valse religie, die op aarde begon ten tijde van de opstand in Eden, moet rekenschap afleggen voor haar verschrikkelijke bloedschuld.
19, 20. (a) Wat zullen de ware aanbidders doen nadat het oordeel aan Babylon de Grote is voltrokken? (b) Wat zal er dan plaatsvinden, en welk vooruitzicht zullen alle ware aanbidders hebben?
19 Na de vernietiging van Babylon de Grote zullen de ware aanbidders op aarde instemmen met het hemelse koor dat luidkeels zingt: „Looft Jah! . . . Want hij heeft het oordeel voltrokken aan de grote hoer . . ., en hij heeft het bloed van zijn slaven van haar hand gewroken. . . . En de rook die van haar afkomt, blijft tot in alle eeuwigheid opstijgen.” — Openbaring 19:1-3.
20 Dan zullen de andere bestanddelen van Satans zichtbare organisatie vernietigd worden (Openbaring 19:17-21). Hierna zullen Satan, de grondlegger van alle valse religie, en zijn demonen in de afgrond geworpen worden. Zij zullen niet langer de vrije hand hebben om ware aanbidders van Jehovah te vervolgen (Openbaring 20:1-3). De zuivere religie zal over de valse hebben gezegevierd. Getrouwe mannen en vrouwen die acht slaan op de goddelijke waarschuwing om nu uit Babylon de Grote te vluchten, zullen de gelegenheid hebben het einde van dit samenstel te overleven en Gods nieuwe wereld binnen te gaan. Daar zullen zij de ware religie kunnen beoefenen en Jehovah voor eeuwig aanbidden en dienen.
[Voetnoten]
a Zie voor een uitleg van de in Kolossenzen 2:18 genoemde aanbidding van engelen De Wachttoren van 15 juli 1985, blz. 12, 13.
b Zie voor een volledige verklaring van deze profetie het boek De Openbaring — Haar grootse climax is nabij!, uitgegeven door de Watchtower Bible and Tract Society of New York, Inc., hfdst. 33–36.
Toets uw geheugen
◻ Wiens zienswijze met betrekking tot religie is het belangrijkst, en waarom?
◻ Op welke twee vereisten voor de ware religie legde Jakobus de nadruk?
◻ Wat zijn andere vereisten voor de zuivere aanbidding?
◻ Welk „goede nieuws” prediken Jehovah’s Getuigen?
◻ Hoe zal de ware religie over de valse religie zegevieren?
[Illustratie op blz. 17]
Religieuze leiders kwamen in oktober 1986 in Assisi (Italië) bijeen
[Illustratie op blz. 19]
Bij de ware religie is bijeenkomen voor aanbidding betrokken