Wie is de antichrist?
Een recente horrorfilm had de titel Antichrist.
Een bekende band bracht een album uit met de naam Antichrist Superstar.
Een van de werken van Friedrich Nietzsche, een negentiende-eeuwse filosoof, heet De antichrist.
Middeleeuwse koningen en keizers noemden hun tegenstanders vaak antichristen.
Maarten Luther, leider van de Reformatie in Duitsland, noemde de rooms-katholieke pausen antichristen.
DE TERM antichrist wordt gebruikt voor van alles — van pausen tot popmuziek. Sommigen vragen zich af: Wie is de antichrist? Heeft de term betekenis voor ons? Omdat de term uit de Bijbel komt en daar vijf keer genoemd wordt, is het logisch om daarin te kijken voor antwoorden op die vragen.
DE ANTICHRIST AAN DE KAAK GESTELD
De enige Bijbelschrijver die het over de antichrist heeft, is de apostel Johannes. In zijn eerste brief schreef hij over de antichrist: ‘Jonge kinderen, het is het laatste uur, en zoals gij gehoord hebt dat de antichrist komt, zo zijn er ook nu vele antichristen opgestaan; uit welk feit wij te weten komen dat het laatste uur is aangebroken. Zij zijn van ons uitgegaan, maar zij waren niet van ons slag (...) Wie anders is de leugenaar dan degene die loochent dat Jezus de Christus is? Dit is de antichrist, degene die de Vader en de Zoon loochent’ (1 Johannes 2:18, 19, 22).
Johannes begreep dat de antichrist iedereen was die met opzet onwaarheden verspreidde over Jezus en zijn leringen
Wat leren we hiervan? Johannes sprak over ‘vele antichristen’, waarmee hij aangaf dat de antichrist niet op één persoon duidt maar een verzamelnaam is. Mensen of organisaties die deel uitmaken van de antichrist verspreiden leugens, ontkennen dat Jezus de Christus, of de Messias, is en geven een verkeerd beeld van de verhouding tussen God en zijn Zoon, Jezus Christus. Tot de antichrist behoren degenen die zich voordoen als Christus of zijn vertegenwoordigers. Maar ze ‘zijn van ons uitgegaan’, oftewel ze zijn van Bijbelse leerstellingen afgeweken. Verder bestond deze groep al toen Johannes deze brief schreef, in ‘het laatste uur’, waarschijnlijk de periode waarin vrijwel alle apostelen al gestorven waren.
Wat schreef Johannes nog meer over de antichrist? Hij waarschuwde over valse profeten: ‘Elke geïnspireerde uiting die Jezus Christus als in het vlees gekomen belijdt, spruit uit God voort, maar elke geïnspireerde uiting die Jezus niet belijdt, spruit niet uit God voort. Wat meer is, dit is de geïnspireerde uiting van de antichrist, waarvan gij gehoord hebt dat hij zou komen, en nu is hij reeds in de wereld’ (1 Johannes 4:2, 3). Later, in zijn tweede brief, zei Johannes: ‘Er zijn vele bedriegers tot de wereld uitgegaan, personen die de komst van Jezus Christus in het vlees niet belijden. Dit is de bedrieger en de antichrist’ (2 Johannes 7). Johannes begreep dus dat de antichrist iedereen was die met opzet onwaarheden verspreidde over Jezus en zijn leringen.
‘VALSE PROFETEN’ EN ‘DE MENS DER WETTELOOSHEID’
Lang voordat Johannes over die bedriegers schreef, gaf Jezus zijn volgelingen de raad om op te passen voor ‘valse profeten, die in schaapsklederen tot u komen, maar van binnen roofzuchtige wolven zijn’ (Mattheüs 7:15). De apostel Paulus waarschuwde christenen in Thessalonika: ‘Laat niemand u op enigerlei wijze misleiden, want die dag [de dag van Jehovah] komt niet tenzij eerst de afval komt en de mens der wetteloosheid wordt geopenbaard, de zoon der vernietiging’ (2 Thessalonicenzen 2:3).
In de eerste eeuw waren er dus al valse profeten en afvalligen die de christelijke gemeente probeerden te verzwakken. Toen Johannes over de antichrist schreef, bedoelde hij iedereen die leugens verspreidde over Jezus en zijn leringen. Paulus noemde ze ‘de zoon der vernietiging’, waaruit duidelijk bleek hoe Jehovah over ze dacht.
PAS OP VOOR DE ANTICHRIST
Wat betekent dat voor ons? Mensen en organisaties die deel uitmaken van de antichrist verzetten zich nog steeds tegen Christus en zijn leringen. Ze misleiden mensen om verwarring te zaaien over de identiteit van de Vader en zijn Zoon, oftewel Jehovah God en Jezus Christus. We moeten oppassen voor zulke leugens. Waarom?
Al eeuwenlang onderwijzen de kerken dat de Vader en de Zoon deel van de Drie-eenheid zijn. Op die manier trekt de antichrist een rookgordijn op, om de identiteit van Jehovah en Jezus te verbergen. Dit mysterie maakt het voor oprechte mensen moeilijker om te doen waar de Bijbel toe aanmoedigt, namelijk Jezus navolgen en een vriendschap met God opbouwen (1 Korinthiërs 11:1; Jakobus 4:8).
De kerken maken de verwarring nog groter door Bijbelvertalingen te gebruiken die Gods naam, Jehovah, uit de tekst weglaten. En dat terwijl de naam Jehovah ongeveer 7000 keer in de oorspronkelijke tekst van de Bijbel voorkomt. Het gevolg is dat de identiteit van de ware God alleen maar mysterieuzer wordt.
Het kennen van Gods naam heeft veel oprechte aanbidders geholpen een betere band met hem te krijgen. Dat maakte Richard ook mee. Hij vertelt over een gesprek met twee Getuigen van Jehovah: ‘Ze lieten me in de Bijbel zien dat de naam van de ware God Jehovah is. De gedachte dat God een naam heeft, fascineerde me. Het was totaal nieuw voor me.’ Dat motiveerde hem om veranderingen in zijn leven aan te brengen en naar Jehovah’s normen te gaan leven. ‘Dankzij Gods naam heb ik nu een hechte vriendschap met hem.’
Al eeuwenlang heeft de antichrist miljoenen mensen in geestelijke duisternis gehouden. Maar door de Bijbel te bestuderen, is het mogelijk om achter de ware identiteit van de antichrist te komen en bevrijd te worden van misleidende religieuze leugens (Johannes 17:17).