Lied 75
Onze redenen voor vreugde
1. Wij hebben veel reden tot vreugde
— een rijkdom, onnoemlijk veel waard.
Begeerlijke dingen der naties
verheugen zich met ons op aard.
De vreugd in ons hart is geworteld
in Gods eigen Woord, dat ons voedt.
Wij lezen het daaglijks en krijgen
geloof dat ons sterkt en behoedt.
De redenen voor onze vreugde
zijn diep in ons hart vastgelegd.
Ze geven ons kracht bij beproeving,
elk blijft aan Jehovah gehecht.
(REFREIN)
Jehovah geeft vreugde en moed,
zijn woorden zijn heilzaam en zoet.
Jehovah, zo sterk, helpt ons bij ons werk.
Zijn liefde en zorg doen ons goed!
2. De pracht der natuur blijft ontroeren:
de hemel, de zee en het land.
Verrukt staren wij naar de schepping,
bezingen het werk van Gods hand.
Wij prediken vol enthousiasme
dat Christus zijn macht heeft aanvaard;
Gods koninkrijk brengt spoedig vrede
en voorspoed voor allen op aard.
Oneindig geluk komt steeds nader,
als daglicht dat volgt op de nacht.
In Gods nieuwe hemel en aarde
wordt eeuwige vreugde verwacht.
(REFREIN)
Jehovah geeft vreugde en moed,
zijn woorden zijn heilzaam en zoet.
Jehovah, zo sterk, helpt ons bij ons werk.
Zijn liefde en zorg doen ons goed!
(Zie ook Deut. 16:15; Jes. 12:6; Joh. 15:11.)