AFVAL(LIGHEID)
(Zie ook Antichrist; Boze slaaf; Christenheid; Christussen [valse]; Mens der wetteloosheid)
afvallige groepering de „Vaststaanders”: w65 309
afvalligen niet inbegrepen bij het onkruid in Jezus’ gelijkenis (Mt 13:24-30, 37-43): w84 15/7 31
belemmering in eerste eeuw: ka 384-8; bf 28; w70 586-7; w59 359; qm55 288-9; nh 183
bespreking: w83 1/7 16-25; w83 15/12 5-15; w82 15/6 16-19; w80 1/11 18-23; w75 476-80, 485-7; ka 369-78; is 172-8; w68 364, 430; w66 399-400, 505-9; qm55 284-92; rm 263-75
Carthago een centrum van afvallige christendom: g60 8/4 12
christenheid: w83 15/12 5-15; kc 89-95; g80 8/1 9-10; w79 1/11 8-21; w78 15/3 19; w76 214-16; sl 208-14; w75 419-22, 486-7; po 168-9; w72 39; kj 79; w69 363-4, 591-3, 677-8; is 173-4; li 333-5; w67 43-4, 117; w66 400; w65 287; w64 269, 489, 492; g64 22/5 27-9; w63 173-4; w62 52; g61 8/12 8; sr55 54-61; qm55 286-92; w57 372-80; rm 318
Constantijn: w83 15/12 8; w81 15/5 28; gh 42
definitie: w85 15/7 31; rs 38; w75 420; ka 369-70
eerste afvallige: w80 1/11 18
eerste en tweede eeuw (G.T.): w83 1/6 23-4; w83 15/12 11-12; yb81 5; w80 1/11 18-19; w75 476-8, 485-6, 740-1; ka 371-3, 377-8; w72 670; w71 271-2; bf 25-8; w70 358; w69 591-3; w68 364, 430; si63 254-5, 257, 259-60; g67 22/1 29; w65 222, 332-3, 429-30; w64 489, 591; g64 22/5 27-9; w63 338-9; g62 8/10 6; w61 142; qm55 288-9; w56 527
ernst van: rs 41
geïdentificeerd: pa 161-8; g57 22/7 5; rm 265-6, 271-2; w53 183
Griekse woord voor: w80 1/11 18
houding van Getuigen t.o.v. afvalligen: w83 1/6 22-7
geschriften van afvalligen: w84 1/8 31; w84 15/12 28; su 142-3
openbare kritiek op Getuigen: km 7/82 4
houding van hedendaagse afvalligen: w81 15/12 25-6
t.o.v. getrouwe en beleidvolle slaaf: w82 1/5 25
t.o.v. laatste dagen: w85 15/5 30
vervulling van Jesaja 32:5-7: w84 15/8 17-18
identificerende kenmerken van afvalligen: rs 39-41; w80 1/11 19
Israëlieten: w80 1/3 28; w70 37; g70 22/4 8-9; w69 581; w68 363-4; w66 750-4; w65 28-9, 447; g64 8/10 22-3; g64 22/12 6-7; w59 358-60; sr55 55; w58 403-5; w57 368-72, 473-5; nh 136-7; rm 154-7; w53 103
judaïsten in deze tijd: w81 15/4 27-30
kaart met voornaamste centra van afvallige christendom: w83 15/12 6
ketterij: g68 22/10 27-8
mens der wetteloosheid (2Th 2:3): w83 15/12 12-13
methoden van afvalligen: w82 1/12 14
na de Vloed: rm 80-8
Nederland: yb86 159-60
Nigeria: yb86 196-7, 201-2, 217
oorzaken: w80 1/11 19-20
rol van Cyprianus: w83 15/12 13
strijd van apostel Johannes tegen: w79 15/1 27-9
uitsluiting voor: km 9/80 1, 6
uitwerking: w80 1/11 19-20
op eerzuchtige opzieners: w83 1/12 20-1
valse leraren: w72 670-1
vermijden: rs 40-1; w80 1/11 21-2; w70 586-7; w65 223; w64 423-5; w59 358-9; qm55 288-9; nh 183
voorzegd: rs 38; w81 1/11 16-27; yb81 9; km 9/80 1; gh 42; w75 420-2, 476, 485-6; po 167-8; ka 369-73, 386-7; w72 39; w71 271, 693-4; bf 25-8; w69 591-2; is 172-3; w68 364, 429-30; si63 230, 252-3; w66 399-400, 505-9; w65 221; w64 424; g62 8/10 6; qm55 284; nh 184-9; w55 271; rm 263-4; w46 329-31
Judas’ profetie: w82 1/12 8-13
voor de laatste dagen: w80 1/11 19-20