4 Niemand onder u dient echter arm te worden, want Jehovah zal u zonder mankeren zegenen+ in het land dat Jehovah, uw God, u als erfdeel geeft om het in bezit te nemen,+
17 Als iemand echter de middelen van deze wereld voor de instandhouding van het leven bezit+ en zijn broeder gebrek ziet lijden+ en toch de deur van zijn [gevoelens van] teder mededogen voor hem sluit,+ in welk opzicht blijft de liefde Gods dan in hem?+