9 Zes dagen heb je om te werken en al je arbeid te doen,+ 10 maar de zevende dag is een sabbat voor Jehovah, je God. Je mag dan geen enkel werk doen. Dat geldt voor jou, je zoon, je dochter, je slaaf, je slavin en je vee, en voor de vreemdeling die bij je in de stad woont.+