Wat is Gods wil voor u?
BENT u mijnheer of mevrouw Gemiddelde Persoon?
Indien ja, dan bent u zich beslist terdege bewust van de problemen waarvoor dit geslacht zich gesteld ziet.
Overal ter wereld zijn veel mensen geschokt door de verslechtering van de menselijke betrekkingen, zowel in hun onmiddellijke omgeving als overal elders in de wereld. Stadsbewoners zijn ontzet over de misdaad en gewelddaad op straat. Boeren, die ver verwijderd zijn van de slechtheid van de grote steden, maken zich zorgen over de stijgende kosten en de onzekerheid van de toekomst. Zakenlieden zijn zeer bezorgd over arbeidsproblemen, internationale oorlogen en allerlei vormen van economische druk. Ouders, waar maar ook, zijn bang dat hun kinderen verdovende middelen zullen gaan gebruiken en gedegenereerde verslaafden zullen worden.
Welnu, mijnheer of mevrouw Gemiddelde Persoon, hebt u er met het oog op deze werkelijkheden onlangs over nagedacht wat Gods wil voor u is? Of hebt u het te druk gehad met uw dagelijkse activiteiten, uw persoonlijke problemen en uw plannen voor de toekomst, om hier aandacht aan te schenken?
Wij beseffen het soms niet, maar juist de zaken die ons het meest bezighouden — onze dagelijkse problemen en plannen voor de toekomst — zijn rechtstreeks en onafscheidelijk verbonden met Gods wil voor ons.
Waar is het water dat wij nu drinken, het voedsel dat wij eten en de lucht die wij inademen, per slot van rekening oorspronkelijk vandaan gekomen? Aan wie hebben wij dit planetaire tehuis dat wij Aarde noemen, met zijn vaste rotatie die ons de afwisseling geeft van door de zon verlichte dagen en door de maan verlichte nachten, en met de scheve stand van zijn rotatie-as en zijn baanbeweging rondom de zon, als gevolg waarvan wij de verschillende seizoenen hebben, eigenlijk te danken? Wie zullen wij danken voor de zon, die de aarde verwarmt en de groei van de planten teweegbrengt, en voor de oceanen en de atmosfeer, waardoor de temperatuur geregeld wordt? Wie heeft al deze en nog veel meer dingen gemaakt en de mensen vervolgens verre superieur gemaakt aan de dieren en hen in staat gesteld hun eigen soort voort te brengen? Er bestaat slechts één antwoord op deze vragen: onze verheven Schepper, de Almachtige God wiens naam Jehovah is!
Misschien zijn wij geneigd deze dingen als vanzelfsprekend aan te nemen en de Bron ervan te vergeten, maar onze verheven Schepper heeft er enkele zeer goede redenen voor gehad toen hij al deze wonderbaarlijke dingen deed. De bijbel toont duidelijk aan dat hij een vastberaden God is, een God met een voornemen. En wat hij wil, doet hij ook; niemand kan zijn hand tegenhouden, zijn gedachten veranderen of zijn voornemens dwarsbomen. — Ps. 33:11; Jes. 14:24; 46:10, 11.
En wat waren Gods zeer goede redenen en voornemen toen hij al deze prachtige scheppingswerken voortbracht? Het was stellig niet zijn wil dat de mens zijn grootse voorzieningen zou misbruiken of dat de aarde met de tegenwoordige chaos gevuld zou worden. De bijbel vertelt ons dat de huidige verwarring op aarde het gevolg is van ’s mensen zonde en van zijn volslagen geringschatting van Gods wetten (Rom. 5:12; Jak. 3:13-18). Maar gelukkig onthult de bijbel ook dat zesduizend jaren van zonde en ongehoorzaamheid hun einde naderen en dat er daarom hoopvol verwacht kan worden dat er binnenkort grote veranderingen in de toestand van zowel de aarde als de mensheid die erop woont zullen plaatsvinden. Wat dit voor ons zal betekenen dient stellig onze allerbelangrijkste zorg te zijn!
GODS WIL VOOR DE GEHELE MENSHEID
Gods wil met betrekking tot deze aardbol staat nauw in verband met zijn beloofde Koninkrijksheerschappij. Daarom verklaarde Jezus, nadat hij in zijn modelgebed had gezegd: „Onze Vader in de hemelen, uw naam worde geheiligd”, derhalve vervolgens: „Uw wil geschiede, gelijk in de hemel, alzo ook op aarde” (Matth. 6:9-13). Willen Gods wil en voornemen met betrekking tot deze aarde net zo worden gedaan als ze in de onzichtbare hemelen geschieden, dan is dus de komst van Gods glorierijke koninkrijk noodzakelijk. Deze goddelijke regering staat onder het rechtstreekse bestuur van Gods geliefde Zoon, de verheerlijkte Heer Jezus Christus, aan wie „alle autoriteit in hemel en op aarde is . . . gegeven”. — Matth. 28:18; zie ook Daniël 7:13, 14.
Hoe zouden de myriaden slechte dingen die door dit wereldstelsel zijn opgehoopt, anders verwijderd kunnen worden dan door een totale vervanging van het gehele stelsel? Er zijn in de loop der tijd allerlei hervormers gekomen en gegaan, maar als wij de droevige toestand beschouwen die over de gehele aarde bestaat, is het dan niet duidelijk dat het huidige samenstel niet meer werkelijk verbeterd kan worden? Wat kan er dan aan gedaan worden? In werkelijkheid is de enige remedie: het tegenwoordige goddeloze samenstel te verwijderen en het door een rechtvaardig nieuw samenstel te vervangen. Maar zoals uit de door Daniël opgetekende profetie blijkt, kan en zal alleen God dit doen. — Dan. 2:44.
Het is moeilijk zich voor te stellen hoe wonderbaarlijk de toestanden onder het bestuur van Gods koninkrijk zullen zijn. Door de bladzijden van de bijbel kunnen wij echter een kleine indruk van deze zegeningen krijgen. Neem er derhalve enige tijd van af om deze punten in uw eigen bijbel na te gaan: Geen misdaad en gewelddaad meer, want „nog maar een korte tijd en de goddeloze zal er niet meer zijn” (Ps. 37:10). Geen ziekte en dood meer, want God „zal elke traan uit hun ogen wegwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geschreeuw, noch pijn zal er meer zijn. De vroegere dingen zijn voorbijgegaan” (Openb. 21:3, 4). Geen revoluties of oorlogen meer, want „natie zal tegen natie geen zwaard opheffen, en zij zullen de oorlog niet meer leren” (Jes. 2:4; Micha 4:3). Geen voedsel- of watertekorten meer, want doordat God de aarde zegent, zal ze een overvloedige opbrengst leveren, waardoor de behoeften van allen volledig zullen worden bevredigd. — Jes. 35:1, 2, 6, 7; Ezech. 34:26, 27; Zach. 8:12.
Wat een heerlijk vooruitzicht! In plaats van de tegenwoordige vreugde-dodende toestanden, zullen de mensen in vrede en rust wonen, zonder dat mensen of dieren hun angst aanjagen (Jes. 11:6-9; Ezech. 34:25; Micha 4:4). De aarde zal geleidelijk aan tot volmaaktheid worden gebracht, tot de toestand van een hersteld paradijs. Wat Jehovah voor zijn volk in het verleden heeft gedaan, zal hij ook voor het gehele aardse domein doen waarover zijn hemelse koninkrijk regeert — „hij zal haar wildernis als Eden maken en haar woestijnvlakte als de tuin van Jehovah”. — Jes. 51:3.
Zelfs zullen zij die in de graven zijn, worden opgewekt en in de gelegenheid worden gesteld eeuwig te leven (Joh. 5:28, 29; Hand. 24:15). Wat een eenheid zal er bovendien bestaan als de gehele wereld de enige ware en levende God, Jehovah, zal aanbidden en loven!
U KUNT ZELF KIEZEN
Uit de wijze waarop God met de mensheid handelt, blijkt dat hij geen gedwongen gehoorzaamheid vraagt. Toen hij Adam en Eva schiep, schonk hij hun vrijheid van keuze, zodat zij hun Schepper hetzij gehoorzaam of ongehoorzaam konden zijn. Als nakomelingen van Adam en Eva hebben dus ook wij allen de vrijheid, Gods Koninkrijksheerschappij over ons te aanvaarden of te verwerpen.
Welke keuze zult u nu doen? U volgt vanzelfsprekend de weg van de minste weerstand wanneer u zich bij de meerderheid aansluit; maar wanneer men ’de grote massa gaat volgen’, doet men beslist een slechte keus. De geschiedenis toont aan dat wanneer het erop aankwam God te dienen, de meerderheid het geregeld bij het verkeerde eind had. De meerderheid stierf in de vloed van Noachs dagen. De meerderheid had het bij het verkeerde eind toen men met vereende krachten de toren van Babel bouwde. Hetzelfde was waar toen Sodom en Jeruzalem vernietigd werden, in het geval van laatstgenoemde stad zowel in de zevende eeuw v.G.T. als in de eerste eeuw G.T. Zoals Jezus zei, leidt de brede, gemakkelijke weg, die door de meerderheid wordt gevolgd, naar de vernietiging. De smalle, nauwe weg, die alleen door een klein aantal getrouwen wordt gevolgd, leidt tot eeuwig leven en waar geluk. — Matth. 7:13, 14.
De gezonde rede en logica sporen u er derhalve toe aan dezelfde verstandige keus te doen die Jezus deed. Er staat over hem geschreven: „In het doen van uw wil, o mijn God, heb ik behagen geschept” (Ps. 40:8; 143:10; Hebr. 10:7). Toen hij met zijn bediening begon, zei hij daarom: „Mijn voedsel is, dat ik de wil doe van hem die mij heeft gezonden.” „Ik zoek niet mijn eigen wil, maar de wil van hem die mij heeft gezonden.” — Joh. 4:34; 5:30.
Natuurlijk, mijnheer of mevrouw Gemiddelde Persoon, betekent zo’n keuze een grote verandering in uw hele denkwijze. Maar u zult blij zijn wanneer u die verandering aanbrengt, want alleen door uw geest, waarmee u nu nog een wereldse kijk op allerlei dingen hebt, te hervormen, kunt u zich „ervan . . . vergewissen wat de goede en welgevallige en volmaakte wil van God is” (Rom. 12:2). U zult dan nog beter begrijpen hoe belangrijk het is de verdere raad van de apostel op te volgen door er met het oog op de goddeloosheid van onze tijd nauwlettend op toe te zien hoe u wandelt en te blijven „inzien wat de wil van Jehovah is”. — Ef. 5:15-17.
U zult het derhalve stellig met ons eens zijn dat men het zich niet kan veroorloven in verband met zijn dagelijkse bezigheden onzeker, of, wat nog erger is, onverschillig te zijn met betrekking tot wat de wil van God is. „De wereld gaat . . . voorbij en ook haar begeerte, maar wie de wil van God doet, blijft in eeuwigheid” (1 Joh. 2:17). Vraag daarom, indien er nog niet een gratis bijbelstudie in uw huis wordt gehouden, vandaag nog aan een van Jehovah’s getuigen hiervoor de nodige regelingen te treffen. Door de goddelijke wil te doen, zult ook u eeuwig kunnen leven onder de vreugdevolle heerschappij van Gods koninkrijk!
[Illustratie op blz. 228]
Het is Gods wil dat de aarde tot een paradijs wordt gemaakt. U kunt er voordeel van trekken