Hoe kunnen wij onzelfzuchtig op Gods liefde reageren?
„Als God ons zó heeft liefgehad, zijn ook wij verplicht elkaar lief te hebben.” — 1 JOHANNES 4:11.
1, 2. Wat vraagt het van ons om onzelfzuchtig op uitingen van Gods liefde te reageren?
JEHOVAH is de personificatie van liefde. In het voorgaande artikel hebben wij dan ook beschouwd hoe overvloedig de manifestaties van zijn liefde wel zijn. Wij hebben ook opgemerkt hoe Mozes, David en Jezus Christus onzelfzuchtig op deze uitingen van liefde reageerden. Zal dan niet iedere Jehovah’s Getuige hetzelfde willen doen? Zeer beslist!
2 Wat vraagt het van ons om onzelfzuchtig op uitingen van Gods liefde te reageren? Om één punt te noemen, wij moeten hem de eerste plaats in ons leven toekennen, hem liefhebben met heel ons hart, onze ziel, ons verstand en onze kracht (Markus 12:29, 30). Dat betekent op God georiënteerd te zijn en een warme persoonlijke band met Jehovah te hebben. Hebben wij het verlangen tot onze hemelse Vader te spreken in gebed? Bidden wij zonder ophouden en houden wij aan in het gebed? Of haasten wij ons door onze gebeden heen en hebben wij het bij tijden zelfs te druk om te bidden? (Romeinen 12:12; 1 Thessalonicenzen 5:17) Richten wij de aandacht op Jehovah, en geven wij hem en zijn organisatie de eer voor wat wij tot stand hebben kunnen brengen? (1 Korinthiërs 3:7; 4:7) Ja, zijn onze gevoelens dezelfde als die van de psalmist? Betreffende God zei hij: „Zevenmaal per dag heb ik uw lof gezongen.” — Psalm 119:164.
3. Hoe kunnen wij, wanneer wij voor de gezelligheid bij elkaar zijn, tonen dat wij onzelfzuchtig op Gods liefde reageren?
3 Of wij onzelfzuchtig op Gods liefde reageren of niet, kan heel goed aan de dag treden wanneer wij voor de gezelligheid bij elkaar zijn. Draait onze conversatie dan om wereldlijke zaken of om geestelijke dingen? Wij hoeven niet iedere keer dat wij met medechristenen samenkomen een serieuze bijbelstudie te hebben. Maar wij kunnen toch beslist enkele interessante punten van geestelijke aard vinden om in onze gesprekken te verwerken. Wat vinden wij van het vertellen van velddienstervaringen of het bespreken van onze favoriete bijbeltekst? En kunnen wij misschien vertellen hoe wij de waarheid hebben leren kennen of voorbeelden noemen van Gods liefdevolle zorg en zegen?
4. Hoe dienen wij de kwestie te bezien als wij een teleurstelling moeten incasseren in verband met een of ander dienstvoorrecht?
4 Een andere omstandigheid die de mate van onze waardering voor Gods liefde kan onthullen, is wanneer wij worden gepasseerd ten aanzien van een of ander dienstvoorrecht in Jehovah’s organisatie. Hoe reageren wij? Als wij ons vooral bekommeren om het eren van Jehovah, zullen wij ermee instemmen dat, om het even wie nu dat specifieke dienstvoorrecht behartigt, God heel waarschijnlijk net zozeer wordt geëerd. (Vergelijk Lukas 9:48.) Maar als wij ons overmatig om ons eigen voordeel of onze eigen naam bekommeren, zullen wij van streek zijn omdat wij zijn gepasseerd, zoals wij wellicht menen. Wij dienen te bedenken dat Jehovah liefde voor ons heeft en misschien zelfs weet dat wij op dit moment de last van een bepaalde theocratische verantwoordelijkheid niet kunnen dragen. Hij kan ons rijkelijk zegenen op andere manieren, en zulke uitingen van zijn liefde moeten ons helpen ons geestelijk evenwicht te bewaren. — Spreuken 10:22.
Rechtvaardigheid liefhebben, wetteloosheid haten
5. Welk effect dienen uitingen van Gods liefde op ons gedrag te hebben?
5 Uitingen van Gods liefde jegens ons dienen ons te motiveren Christus na te volgen in het liefhebben van rechtvaardigheid en het haten van wetteloosheid (Hebreeën 1:9). Het is waar dat wij dit niet volmaakt kunnen zoals Jezus. Maar wij kunnen het ons ten doel stellen zo heilig, eerlijk en gehoorzaam aan de wet te zijn als in onze onvolmaakte staat mogelijk is. Hiertoe moeten wij niet alleen een liefde ontwikkelen voor rechtvaardige en goede dingen maar ook een haat, een weerzin, een afschuw aankweken voor wat slecht is. De apostel Paulus zei het aldus: „Hebt een afschuw van wat goddeloos is, hangt het goede aan” (Romeinen 12:9). ’Afschuw hebben’ is heel sterk uitgedrukt: het betekent „met de uiterste weerzin bezien”. — Webster’s New Collegiate Dictionary.
6. Wat zal ons helpen te waken tegen verzoekingen die door de wereld, ons zondige vlees of de Duivel op onze weg worden gebracht?
6 Wat zal ons helpen te waken tegen de verzoekingen die op onze weg worden gebracht door de wereld, ons eigen zondige vlees en de Duivel? Loyaliteit jegens Jehovah God. Hij doet een beroep op ons: „Wees wijs, mijn zoon, en verheug mijn hart, opdat ik een antwoord kan geven aan hem die mij hoont” (Spreuken 27:11). Ja, loyaliteit aan Jehovah zal ons motiveren de verstandige koers te volgen dat wij haten wat hij haat. Verder moeten wij onszelf blijven voorhouden dat hoe aangenaam of opwindend het verbreken van een van Gods wetten ook schijnt te zijn, het dat gewoon niet waard is (Galaten 6:7, 8). Het menselijke hart is verraderlijk, sluw, bedrieglijk, zoals wij ook kunnen lezen in Jeremia 17:9. Het christelijke hart houdt van goede, mooie en zuivere dingen. Maar bij tijden wordt het door zondige neigingen beïnvloed zodat het ook verlangt naar wat slecht is. Net als het hart van de Israëlieten die Jehovah aanbaden en toch ook hun afgodische „hoge plaatsen” behielden, zo kan ons eigen hart zelfzuchtig en listig zijn (1 Koningen 22:43; Deuteronomium 12:2). Ons onvolmaakte hart kan uitvluchten proberen te vinden om ons op de weg der verzoeking te brengen. Het kan de ernst van het kwaaddoen waartoe wij ons verleid voelen, proberen te vergoelijken. Ons hart kan ons er ook van proberen te overtuigen dat elke straf toch maar een tijdelijke zaak is.
7. Waarom moeten wij waken tegen een hunkering naar wat slecht is?
7 Uit waardering voor Gods liefde moeten wij waken tegen hunkering naar wat slecht is, zoals een neiging tot seksuele immoraliteit, of wij nu ongehuwd of gehuwd zijn. Steeds weer is wat begon als schijnbaar onschuldig flirten, erop uitgedraaid dat twee christenen zulke sterke gevoelens voor elkaar ontwikkelden dat zij zonde beoefenden en uitgesloten werden. Zelfs ouderlingen, die onberispelijke voorbeelden voor de kudde moeten vormen, zijn in deze aangelegenheden voor de bijl gegaan! — Vergelijk 1 Koningen 15:4, 5.
8. Welk waarschuwende voorbeeld geeft de apostel Paulus ons, en hoe zou zo’n probleem geïllustreerd kunnen worden?
8 Beschouw de apostel Paulus, die gezegend was met bovennatuurlijke visioenen en krachten en met de gave van goddelijke inspiratie. Om succes te hebben in zijn strijd tegen zondige neigingen moest hij zijn lichaam beuken — ja, hevig slaan. Durven wij ons met minder tevreden te stellen? (Romeinen 7:15-25; 1 Korinthiërs 9:27) Het is alsof wij in een klein roeibootje op een snelstromende rivier zitten en in de richting van een waterval getrokken worden. Om een ramp te vermijden, moeten wij uit alle macht tegen de sterke stroom oproeien. Het lijkt er misschien niet op dat wij heel veel vooruitkomen, maar zolang wij ons krachtig blijven inspannen, zullen wij niet met de waterval omlaag stortend te gronde gaan. Uitingen van Jehovah’s liefde jegens ons dienen ons stellig ertoe te bewegen ons krachtig in te spannen om hem loyaal te blijven door wetteloosheid te haten en rechtvaardigheid lief te hebben.
Leg broederlijke liefde aan de dag
9. Welke raad geeft de apostel Johannes aangaande het liefhebben van onze broeders?
9 De uitingen van Gods liefde moeten ons ook motiveren onze broeders en zusters lief te hebben zoals Jezus Christus zijn discipelen liefhad (Johannes 13:1). Heel passend verklaart de apostel Johannes: „De liefde bestaat in dit opzicht niet hierin dat wij God hebben liefgehad, maar dat hij ons heeft liefgehad en zijn Zoon heeft uitgezonden als zoenoffer voor onze zonden. Geliefden, als God ons zó heeft liefgehad, zijn ook wij verplicht elkaar lief te hebben” (1 Johannes 4:10, 11). Trouwens, Jezus zei dat datgene waardoor zijn ware volgelingen geïdentificeerd kunnen worden, de liefde is die zij onderling hebben. — Johannes 13:34, 35.
10, 11. Wat zijn enkele manieren waarop wij broederlijke liefde aan de dag kunnen leggen?
10 Wij weten dat christenen broederlijke liefde moeten tonen. Maar het is niet verkeerd om onszelf te herinneren aan de verschillende manieren waarop wij deze christelijke liefde voor elkaar kunnen tonen. Zo’n liefde zal ons helpen verschillen in ras, nationaliteit, opleiding, cultuur en financiële status te negeren. Bovendien zal broederlijke liefde ons ertoe bewegen op vergaderingen samen te komen. Als wij werkelijk liefde hebben voor onze broeders en zusters, zullen wij ons niet door wat slecht weer of de omstandigheid dat wij ons niet zo lekker voelen, laten beroven van de vreugde van omgang en uitwisseling van aanmoediging (Romeinen 1:11, 12). Meer dan dat, broederlijke liefde zal ons ertoe brengen ons goed voor onze vergaderingen voor te bereiden en er een actief aandeel aan te hebben zodat wij elkaar tot liefde en voortreffelijke werken kunnen aanmoedigen. — Hebreeën 10:23-25.
11 Hoe staat het met hulp aan onze broeders in de velddienst? Men heeft opgemerkt dat ouderlingen en dienaren in de bediening vaak in de van-huis-tot-huisbediening met elkaar of alleen werken terwijl zij met enig overleg Koninkrijksverkondigers die hierin hulp kunnen gebruiken, zouden kunnen uitnodigen hen in de dienst te vergezellen. Door op deze wijze liefde te tonen, zullen ouderlingen en dienaren in de bediening hun velddienst dubbel lonend maken. En zou bijvoorbeeld een nieuwe verkondiger meegenomen kunnen worden naar een huisbijbelstudie? — Romeinen 15:1, 2.
12. Hoe moeten wij 1 Johannes 3:16-18 begrijpen?
12 Liefde zal er ook voor zorgen dat wij broeders in echt behoeftige omstandigheden te hulp komen. De apostel Johannes schreef: „Hieraan hebben wij de liefde leren kennen, dat hij voor ons afstand heeft gedaan van zijn ziel; en wij zijn verplicht afstand te doen van onze ziel voor onze broeders. Als iemand echter de middelen van deze wereld voor de instandhouding van het leven bezit en zijn broeder gebrek ziet lijden en toch de deur van zijn gevoelens van teder mededogen voor hem sluit, in welk opzicht blijft de liefde Gods dan in hem? Kindertjes, laten wij liefhebben, niet met het woord noch met de tong, maar met de daad en in waarheid” (1 Johannes 3:16-18). Het hoeft niet zo te zijn dat ons nu gevraagd wordt ons leven te offeren ten behoeve van hen, maar bij tijden hebben wij gelegenheden om liefde voor hen op andere manieren tot uitdrukking te brengen, niet alleen met woorden of met de tong maar ook met daden. Er is niets verkeerds aan als wij met woorden onze liefde voor onze broeders betuigen, maar wij willen onze liefde niet daartoe beperken wanneer zij materiële dingen nodig hebben. Jezus’ verklaring dat ’het gelukkiger is te geven dan te ontvangen’, is ook van toepassing op het verschaffen van materiële hulp. — Handelingen 20:35.
13. (a) Wat zijn enkele van de grondwaarheden die wij met de hulp van Jehovah’s zichtbare organisatie te weten zijn gekomen? (b) Wat schreef Charles Taze Russell heel terecht?
13 Wij hebben de gelegenheid liefde te tonen voor onze broeders die de leiding nemen in de gemeente of in verband met Jehovah’s wereldwijde zichtbare organisatie. Dit omvat ook loyaal te zijn aan „de getrouwe en beleidvolle slaaf” (Mattheüs 24:45-47). Laten wij het feit onder de ogen zien dat wij ongeacht hoeveel wij in de bijbel gelezen hebben, nooit zelf de waarheid hadden leren kennen. Wij zouden niet de waarheid hebben ontdekt omtrent Jehovah of aangaande zijn voornemens en hoedanigheden, de betekenis en belangrijkheid van zijn naam, het Koninkrijk, Jezus’ loskoopoffer, het verschil tussen Gods organisatie en die van Satan, of waarom God het kwaad heeft toegelaten. Het is precies zoals de eerste president van het Wachttorengenootschap, Charles Taze Russell, in 1914 schreef: „Zijn wij niet een gezegend, gelukkig volk? Is niet onze God getrouw? Als iemand iets beters kent, laat hij dat kiezen. Als iemand van u ooit iets beters vindt, hopen wij dat van u te horen. Wij kennen niets beters, nog niet eens iets wat half zo goed is als wat wij in het Woord van God hebben gevonden. . . . Geen tong of pen kan de vrede en de vreugde en de zegen beschrijven die een duidelijke kennis van de ware God in ons hart en ons leven heeft gebracht. Door het Verhaal van Gods Wijsheid, Gerechtigheid, Macht en Liefde worden alle begeerten van zowel ons hoofd als ons hart volledig bevredigd. Wij zoeken niet verder. Er is niets wat wenselijker is dan dit prachtige Verhaal duidelijker voor onze geest te krijgen” (The Watch Tower, 15 december 1914, blz. 377, 378). Hoe waar zijn deze welgekozen woorden!
Het dienen van hen die buiten zijn
14. Waartoe dienen uitingen van Gods liefde ons aan te zetten ten aanzien van mensen buiten?
14 De uitingen van Gods liefde die wij hebben ervaren, dienen ons te motiveren naastenliefde te tonen jegens hen die zich buiten de gemeente bevinden. Hoe kunnen wij dit doen? Omstandigheden kunnen te kennen geven dat wij onze naasten in materieel opzicht kunnen helpen. Maar wat veel belangrijker is, wij kunnen naastenliefde tonen door anderen het goede nieuws van Gods koninkrijk te brengen en mensen die rechtvaardigheid liefhebben te helpen discipelen van Jezus Christus te worden. Nemen wij regelmatig deel aan deze openbare bediening, of verwaarlozen wij deze activiteit? Is het louter een routine geworden of een symbolische dienst? Of worden wij werkelijk gemotiveerd door naastenliefde? Leggen wij empathie aan de dag? Zijn wij geduldig, waarbij wij wachten totdat mensen reageren? Moedigen wij huisbewoners aan zich te uiten? Ja, het is goed om in plaats van zelf constant aan het woord te zijn, ons er door liefde voor de naaste toe te laten bewegen te luisteren en lonende bijbelse gesprekken te hebben met mensen die wij in onze dienst treffen.
15. (a) Waarom is „informeel getuigenis” een betere term dan „terloops getuigenis”? (b) Waarom zullen wij gelegenheden voor informeel getuigenis willen benutten?
15 Zijn wij zo waakzaam mogelijk als het aankomt op het benutten van gelegenheden voor informeel getuigenis? Er zij opgemerkt dat dit niet louter terloops getuigenis is, waarmee de indruk gegeven zou worden dat het een activiteit betreft die niet gepland is of van weinig betekenis. Informeel getuigenis is bijzonder belangrijk en liefde voor medemensen zal ons ertoe aanzetten gelegenheden te creëren om eraan deel te nemen. Hoe vruchtbaar is een dergelijk getuigenis vaak! Zo ging tijdens een congres van Jehovah’s Getuigen in Noord-Italië een broeder naar een garage om een koplamp te laten vervangen. Terwijl hij wachtte gaf hij getuigenis aan mensen om hem heen en overhandigde hij hun uitnodigingen voor de openbare lezing op zondag. Op een internationaal congres in Rome een jaar later werd hij hartelijk gegroet door een broeder die hij niet herkende. Wie was deze broeder? Welnu, het was een van de mannen die hij het jaar daarvoor in de garage een uitnodiging had overhandigd! De man was naar de openbare lezing gaan luisteren en had zijn naam opgegeven voor een bijbelstudie. Nu zijn zowel hij als zijn vrouw opgedragen getuigen van Jehovah. Het lijdt geen twijfel dat informeel getuigenis zeer lonend kan zijn!
Blijf reageren op Gods liefde
16. Welke vragen zouden wij onszelf heel goed kunnen stellen?
16 Jehovah is werkelijk overvloedig geweest in het betonen van liefde voor zijn schepselen. Zoals wij hebben opgemerkt, verschaft de Schrift ons voortreffelijke voorbeelden van personen die onzelfzuchtig op uitingen van Gods liefde hebben gereageerd. Bijzonder passend riep de geïnspireerde psalmist uit: „O laat men Jehovah danken voor zijn liefderijke goedheid en voor zijn wonderwerken aan de mensenzonen” (Psalm 107:8, 15, 21, 31). Durven wij Gods onverdiende goedheid te aanvaarden en dan het doel ervan te missen? Moge dat nooit gebeuren! (2 Korinthiërs 6:1) Laat een ieder van ons zichzelf dus afvragen: ’Heb ik werkelijk waardering voor uitingen van Gods liefde die ik reeds heb ervaren en die ik vol vertrouwen hoop in de toekomst nog verder te ervaren? Motiveren ze mij om Jehovah lief te hebben met heel mijn hart, ziel, verstand en kracht? Ben ik werkelijk op God gericht? Heb ik rechtvaardigheid lief en haat ik wetteloosheid? En hoe nauwgezet probeer ik ten aanzien van mijn bediening in Jezus’ voetstappen te treden?’
17. Wat zal het gevolg zijn als wij onzelfzuchtig reageren op uitingen van Gods liefde?
17 Waarlijk, er zijn vele manieren om onze oprechte dank te tonen voor al de uitingen van Gods liefde die wij hebben ervaren. Door gelegenheden om zo’n waardering te tonen volledig te benutten, zullen wij het hart van onze hemelse Vader verheugen, een zegen zijn voor anderen en zelf vreugde, vrede en tevredenheid oogsten. Mogen wij daarom onzelfzuchtig op uitingen van Gods liefde blijven reageren.
Wat zou u antwoorden?
◻ Wat wordt er vereist om onzelfzuchtig op Gods liefde te reageren?
◻ Hoe kunnen wij waken tegen verzoekingen?
◻ Wat zijn enkele manieren om broederlijke liefde te tonen?
◻ Waartoe dienen uitingen van Jehovah’s liefde ons te motiveren ten aanzien van onze naasten?
[Illustratie op blz. 17]
Om rampspoed te vermijden, moeten wij strijden tegen zondige neigingen
[Illustratie op blz. 18]
Ouderlingen tonen broederlijke liefde door anderen in de velddienst te vergezellen
[Illustratie op blz. 19]
Charles Taze Russell, de eerste president van het Wachttorengenootschap, richtte de aandacht op de vrede, vreugde en zegen die alleen God kan verschaffen