Met Jehovah samenwerken maakt ons gelukkig
‘Met hem samenwerkend, verzoeken wij u ook dringend, de onverdiende goedheid van God niet te aanvaarden en dan het doel ervan te missen.’ — 2 KOR. 6:1.
1. Welk voorrecht gunt Jehovah anderen?
JEHOVAH is de Allerhoogste, de Schepper van alle dingen, degene die oneindige wijsheid en kracht bezit. Job ging dat ook beseffen. Nadat Jehovah hem een aantal vragen over de schepping had gesteld, zei Job: ‘Ik ben te weten gekomen dat gij alles vermoogt, en er is geen denkbeeld dat voor u onbereikbaar is’ (Job 42:2). Jehovah kan dus alles tot stand brengen wat hij zich voorneemt, en hij heeft daarbij geen hulp nodig. Toch heeft hij vanaf het begin anderen liefdevol uitgenodigd om met hem samen te werken bij het vervullen van zijn voornemen.
2. Welk belangrijke werk gaf Jehovah Jezus te doen?
2 Jehovah’s allereerste schepping was zijn Zoon Jezus. Bij alle andere scheppingswerken liet Jehovah zijn Zoon meehelpen (Joh. 1:1-3, 18). Paulus schreef over Jezus: ‘Door bemiddeling van hem werden alle andere dingen in de hemelen en op de aarde geschapen, de zichtbare en de onzichtbare, of het nu tronen of heerschappijen of regeringen of autoriteiten zijn. Alle andere dingen zijn door tussenkomst van hem en voor hem geschapen’ (Kol. 1:15-17). Jehovah betoonde zijn Zoon eer door hem bij de scheppingswerken te betrekken en door anderen over zijn belangrijke rol te vertellen.
3. Wat gaf Jehovah Adam te doen, en waarom?
3 Jehovah nodigde ook mensen uit om met hem samen te werken. Adam mocht bijvoorbeeld de dieren een naam geven (Gen. 2:19, 20). Hij zal er vast veel plezier in hebben gehad om ze te observeren, hun kenmerken te bestuderen en te bepalen wat voor naam bij ze zou passen. Jehovah had de dieren natuurlijk zelf een naam kunnen geven — hij had ze tenslotte geschapen. Toch gaf hij dat voorrecht liefdevol aan Adam. Hij gaf Adam ook de taak om het paradijs over de hele aarde uit te breiden (Gen. 1:27, 28). Helaas koos Adam er uiteindelijk voor om niet met Jehovah samen te werken, wat rampzalige gevolgen had voor hem en al zijn nakomelingen (Gen. 3:17-19, 23).
4. Hoe hebben verschillende mensen met God samengewerkt om zijn wil uit te voeren?
4 Later nodigde God andere mensen uit om samen met hem zijn voornemen te realiseren. Noach bouwde een ark, waardoor hij met zijn gezin de wereldwijde vloed overleefde. Mozes bevrijdde het volk Israël uit Egypte. Jozua bracht dat volk in het beloofde land. Salomo bouwde de tempel in Jeruzalem. Maria werd de moeder van Jezus. Al deze getrouwe mensen en vele anderen werkten met Jehovah samen om zijn wil uit te voeren.
5. Welk werk mogen wij doen, en heeft Jehovah ons voor dat werk nodig? (Zie beginplaatje.)
5 In deze tijd nodigt Jehovah ons uit om onze volledige steun aan het Messiaanse Koninkrijk te geven. Er zijn veel verschillende vormen van heilige dienst. Sommige vormen zijn niet voor alle christenen haalbaar, maar we kunnen wel allemaal het goede nieuws van het Koninkrijk prediken. Jehovah heeft ons voor dit werk natuurlijk niet nodig. Hij had ervoor kunnen kiezen om rechtstreeks vanuit de hemel tot de mensen op aarde te spreken. Jezus zei dat Jehovah zelfs de stenen had kunnen gebruiken om over de Messiaanse Koning te vertellen (Luk. 19:37-40). Maar Jehovah laat ons zijn ‘medewerkers’ zijn (1 Kor. 3:9). Paulus schreef: ‘Met hem samenwerkend, verzoeken wij u ook dringend, de onverdiende goedheid van God niet te aanvaarden en dan het doel ervan te missen’ (2 Kor. 6:1). Samenwerken met Jehovah is een onverdiende eer en maakt ons echt gelukkig. Waarom maakt het ons zo gelukkig?
HET GEEFT VOLDOENING
6. Wat zei Gods eerstgeboren Zoon over de samenwerking met zijn Vader?
6 Jehovah’s aanbidders hebben het altijd al prachtig gevonden om met God samen te werken. Gods eerstgeboren Zoon, de personificatie van wijsheid, zei: ‘Jehovah zelf heeft mij voortgebracht als het begin van zijn weg, (...) toen werd ik als een meesterwerker naast hem, en ik werd degene op wie hij dag aan dag bijzonder gesteld was, terwijl ik te allen tijde vrolijk was voor zijn aangezicht’ (Spr. 8:22, 30). Jezus vond het heerlijk om met zijn Vader samen te werken; het maakte hem gelukkig de resultaten van zijn werk te zien en te weten dat Jehovah van hem hield. Maar hoe zit het met ons?
7. Waarom maakt de prediking ons gelukkig?
7 Jezus zei dat zowel geven als ontvangen gelukkig maakt (Hand. 20:35). Het maakte ons gelukkig toen we de waarheid onderwezen kregen, en nu maakt het ons gelukkig om de waarheid met anderen te delen. Terwijl we dat doen, zien we wat het met mensen doet als ze de Bijbel gaan begrijpen en een band met God beginnen te krijgen. Het raakt ons echt als we zien dat ze veranderingen aanbrengen — niet alleen in hun manier van denken, maar ook in hun manier van leven. We beseffen dat het predikingswerk enorm belangrijk is, omdat het voor degenen die met God verzoend worden, de weg naar eeuwig leven opent (2 Kor. 5:20). Wat geeft er nu meer voldoening dan mensen te helpen keuzes te maken die tot eeuwig leven leiden?
8. Wat hebben sommigen gezegd over samenwerken met Jehovah?
8 Hoewel we het geweldig vinden als mensen goed op de Koninkrijksboodschap reageren, geeft het ons ook veel vreugde te weten dat we Jehovah blij maken en dat hij waardering heeft voor het werk dat we voor hem doen. (Lees 1 Korinthiërs 15:58.) Marco uit Italië zegt: ‘Het maakt me zo gelukkig te weten dat ik het beste aan Jehóvah geef, en niet aan iemand die snel weer vergeet wat ik voor hem doe.’ Franco, die ook in Italië dient, zegt: ‘Door middel van zijn Woord en zijn geestelijke voorzieningen herinnert Jehovah ons er elke dag aan dat hij van ons houdt en dat alles wat we voor hem doen belangrijk is, ook al denken we zelf dat het niet veel voorstelt. Daarom maakt samenwerken met Jehovah me gelukkig en geeft het mijn leven zin.’
HET VERSTERKT ONZE BAND MET JEHOVAH EN ANDEREN
9. Wat voor band hebben Jehovah en Jezus, en hoe komt dat?
9 Als we samenwerken met personen van wie we houden, krijgen we een sterkere band met ze en leren we hun persoonlijkheid en eigenschappen kennen. We komen er niet alleen achter wat hun doelen zijn, maar ook hoe ze die willen bereiken. Jezus heeft misschien wel miljarden jaren met Jehovah samengewerkt. In die tijd ontstond er een sterke band van liefde tussen hen waar niets tussen kon komen. Jezus zei over die band: ‘Ik en de Vader zijn één’ (Joh. 10:30). Er was echt eenheid tussen hen en ze werkten in volledige harmonie met elkaar samen.
10. Hoe komt het dat prediken onze band met Jehovah en anderen versterkt?
10 Jezus vroeg Jehovah om over zijn discipelen te waken. Waarom? Hij bad: ‘Opdat zij één mogen zijn zoals wij’ (Joh. 17:11). Als we ons aan Gods maatstaven houden en ons deel doen in het predikingswerk, gaan we zijn mooie eigenschappen begrijpen. We komen erachter waarom het verstandig is om op hem te vertrouwen en zijn leiding te volgen. Als wij dichter naar Jehovah toegaan, komt hij dichter bij ons. (Lees Jakobus 4:8.) We krijgen ook een hechtere band met onze broeders en zusters, omdat we dezelfde uitdagingen hebben, dezelfde redenen voor vreugde en dezelfde doelen. We werken met elkaar, delen onze blijdschap met elkaar en volharden met elkaar. Octavia uit Groot-Brittannië zegt: ‘Samenwerken met Jehovah versterkt mijn band met anderen, omdat mijn vriendschappen niet langer gebaseerd zijn op iets oppervlakkigs, maar op gemeenschappelijke doelen en dezelfde richting in het leven.’ Heb jij niet hetzelfde gevoel? Krijg je niet meer waardering voor iemand als je ziet hoeveel moeite hij of zij doet om Jehovah blij te maken?
11. Waarom zal onze band met Jehovah en onze broeders en zusters in de nieuwe wereld alleen nog maar hechter worden?
11 We kunnen nu al een hechte band met Jehovah en onze broeders en zusters hebben, maar in de rechtvaardige nieuwe wereld zullen die vriendschappen alleen nog maar hechter worden. Denk aan al het werk dat moet gebeuren! Degenen die terugkomen uit de dood, moeten worden verwelkomd en onderwezen, en de aarde moet in een paradijs worden veranderd. Dat is enorm veel werk, maar wat zal het geweldig zijn om dit samen te doen en onder het Messiaanse Koninkrijk naar volmaaktheid te groeien! We zullen een steeds hechtere band krijgen met elkaar en met Jehovah, die zonder twijfel ‘de begeerte zal verzadigen van al wat leeft’ (Ps. 145:16).
HET IS EEN BESCHERMING
12. Waarom is prediken een bescherming voor ons?
12 We moeten onze band met God beschermen. Omdat we in een wereld leven die door Satan geregeerd wordt en omdat we onvolmaakt zijn, zouden we al snel verkeerde gedachten en slecht gedrag van de wereld kunnen overnemen. De geest van de wereld kan vergeleken worden met een stroom in een rivier, die je in een richting voert die je niet wilt. Om te voorkomen dat je meegesleurd wordt, moet je krachtig tegen de stroom in zwemmen. Zo moeten we veel moeite doen om te voorkomen dat we meegesleurd worden door de geest van Satans wereld. Dat doen we bijvoorbeeld door te prediken, want dan zijn we bezig met belangrijke geestelijke zaken die ons goeddoen in plaats van gedachten die ons geloof verzwakken (Fil. 4:8). Prediken versterkt ons geloof, want het herinnert ons aan Jehovah’s beloften en liefdevolle maatstaven. Ook helpt het ons om onze geestelijke wapenrusting intact te houden. (Lees Efeziërs 6:14-17.)
13. Wat zei een broeder uit Australië over prediken?
13 Als we druk bezig blijven met het predikingswerk en andere geestelijke activiteiten, hebben we gewoon geen tijd om ons te veel zorgen te maken over onze eigen problemen. Dat is echt een bescherming. Joel uit Australië zegt: ‘Prediken helpt me om de realiteit niet uit het oog te verliezen. Het maakt me bewust van de problemen waar mensen mee te maken hebben en van de voordelen die het toepassen van Bijbelse principes me heeft gegeven. Prediken helpt me om te proberen nederig te blijven; het geeft me de gelegenheid op Jehovah en mijn broeders en zusters te vertrouwen.’
14. Waarom is onze volharding in de prediking een bewijs dat Jehovah ons steunt?
14 Prediken versterkt ook onze overtuiging dat Jehovah ons steunt met zijn heilige geest. Een illustratie. Stel dat je een baan aangeboden krijgt waarbij je voedzaam brood moet uitdelen aan de mensen in je omgeving. Je zult er niet voor worden betaald en ook geen onkostenvergoeding krijgen. Daar komt nog bij dat de meeste mensen het brood niet eens willen; sommigen krijgen zelfs een hekel aan je omdat je het uitdeelt. Hoe lang zou je dat werk volhouden? Door alle negatieve reacties zou je waarschijnlijk ontmoedigd raken en niet de innerlijke kracht hebben om het lang vol te houden. Velen van ons volharden jaar na jaar in de prediking, op eigen kosten, terwijl mensen soms ondankbaar op het werk neerkijken of het zelfs belachelijk maken. Is onze volharding in de prediking niet een bewijs dat Jehovah’s heilige geest in ons werkt?
HET IS EEN UITING VAN LIEFDE
15. Wat is het verband tussen de prediking en Jehovah’s voornemen voor de mensheid?
15 Denk eens aan de rol van de prediking in Jehovah’s liefdevolle voornemen voor de mensheid. Het was zijn bedoeling dat mensen de aarde zouden bewonen zonder ooit te hoeven sterven. En hoewel Adam zondigde, veranderde Jehovah niet van gedachten (Jes. 55:11). In plaats daarvan trof hij voorzieningen om mensen van zonde en dood te bevrijden. Jezus werkte met dat voornemen mee door naar de aarde te komen en zijn leven voor gehoorzame mensen te geven. Maar om gehoorzaam te kunnen zijn, moesten de mensen eerst weten wat God van ze verwachtte. Daarom leerde Jezus ze wat Gods vereisten zijn en gaf hij zijn discipelen de opdracht om hetzelfde te doen. Als wij anderen helpen met God verzoend te worden, ondersteunen we de regelingen die getroffen zijn om de mensheid van zonde en dood te bevrijden.
16. Wat is het verband tussen de prediking en de twee belangrijkste geboden van God?
16 Anderen helpen om op de weg naar eeuwig leven te komen, is een uiting van onze liefde voor onze naaste en voor Jehovah, ‘wiens wil het is dat alle soorten van mensen worden gered en tot een nauwkeurige kennis van de waarheid komen’ (1 Tim. 2:4). Toen iemand Jezus vroeg wat het grootste gebod aan het volk Israël was, antwoordde hij: ‘“Gij moet Jehovah, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand.” Dit is het grootste en eerste gebod. Het tweede, hieraan gelijk, is dit: “Gij moet uw naaste liefhebben als uzelf”’ (Matth. 22:37-39). Door te prediken, laten we zien dat we deze geboden gehoorzamen. (Lees Handelingen 10:42.)
17. Wat vind jij van het voorrecht om het goede nieuws te prediken?
17 We worden enorm door Jehovah gezegend! Jehovah heeft ons werk gegeven dat voldoening geeft, onze band met hem en anderen versterkt en ons geestelijk beschermt. Dit werk geeft ons ook de gelegenheid om onze liefde voor Jehovah en onze naaste te tonen. Wereldwijd lopen de omstandigheden van Jehovah’s aanbidders nogal uiteen. Maar of we nu jong zijn of oud, rijk of arm, sterk of zwak, miljoenen broeders en zusters blijven naar manieren zoeken om hun geloof met anderen te delen. Waarschijnlijk ben je het eens met Chantel uit Frankrijk. Ze zegt: ‘De machtigste persoon in het universum, de Schepper van alle dingen, de gelukkige God, zegt tegen mij: “Ga! Spreek! Spreek voor mij en spreek vanuit je hart. Ik zal je mijn kracht geven, mijn Woord de Bijbel, steun vanuit de hemel, broeders en zusters om je heen, opleiding en specifieke instructies op de juiste tijd.” Wat een immens voorrecht is het om te doen wat Jehovah van ons vraagt en met hem samen te werken!’