De donkere schaduw van de olympische vlam
Door Ontwaakt!-correspondent in Canada
VUUR en vlammen hebben de mens vanaf het begin van de geschiedenis geïntrigeerd. De eerste mensen moeten met angst naar ’het vlammende lemmer van een zwaard’ gekeken hebben dat de toegang tot de hof van Eden belemmerde (Genesis 3:24). Niettemin heeft een andere vlam, de olympische vlam, in het hart van menigeen warme emoties opgeroepen.
Sommigen zullen zich herinneren hoe deze vlam met succes vanuit Olympia in Griekenland via allerlei middelen van vervoer oceanen overstak en continenten doorkruiste, om uiteindelijk het Canadese Calgary of het Zuidkoreaanse Seoel te bereiken, ter opening van de XVde Olympische Winterspelen en de XXIVde Olympische Zomerspelen van 1988. Toen de vlam door mensen te voet, in rolstoelen, per sneeuwkat en per hondeslede kilometer na kilometer door Canada werd gedragen, laaiden de emoties zo hoog op dat het tijdschrift Maclean’s aanleiding zag een artikel de kop „Vlam der hartstocht” mee te geven.
Sommigen koesteren echter andere gevoelens als zij de oorsprong van de olympische vlam nagaan. Zij vinden de donkere schaduw van de vlam verontrustend.
De vlam brandt weer
In de legenden van oude volken heet het meestal dat het vuur uit de hemel werd gezonden als een goddelijk geschenk. In de Griekse mythologie stal Prometheus vuur van de goden op de berg Olympus en gaf het aan mensen. Vuur was zo belangrijk dat in sommige gemeenschappen een eeuwige vlam brandend werd gehouden. In Griekenland hadden veel huizen een heilige haard, die het leven of de geest van de mensen symboliseerde. In Rome was een tempel aan de aanbidding van Vesta, de godin van de huiselijke haard, gewijd.
Tijdens de eerste Olympische Spelen in 776 v.G.T. werd er een uit honderd ossen bestaand slachtoffer aan Zeus gebracht en stond er aan het einde van het stadion een priester met een fakkel. De atleten renden naar het einde van het stadion, op de priester af. De overwinnaar kreeg het voorrecht de fakkel over te nemen en het vuur op het altaar te ontsteken voor de slachtoffers. Tijdens de Spelen bleef de vlam bij wijze van symbool branden ter ere van dit offer aan Zeus.
Nergens blijkt iets vermeld te staan over de aanwezigheid van een vlam toen Pierre baron de Coubertin de Spelen in 1896 in ere herstelde. Wel werd bericht dat er bij de Spelen van 1928 in Amsterdam en de Spelen van 1932 in Los Angeles een olympische vlam brandde.
Wanneer is men echter in onze tijd op het idee gekomen van een fakkeldrager? Het tijdschrift Maclean’s bericht dat de nazi-partij, de sponsor van de Zomerspelen van 1936 in Berlijn, een twaalfdaagse hardloop organiseerde van Olympia in Griekenland naar Duitsland en daarbij gebruik maakte van drieduizend fakkeldragers. De leiders van het Derde Rijk waren experts in het uitlokken van een maximale respons van de bevolking. Maclean’s vervolgt: „De aankomst van de vlam verleende een ongekende dramatiek aan de opening van de Spelen, en het idee sloeg aan.”
De Griekse auteur Xenophon Messinesi schrijft: „Van al het ceremonieel schijnt niets zo’n indruk te maken als de uit Olympia komende vlam, die soms wel twee maanden onderweg geweest is. Ze verbindt de Spelen die op het punt staan te beginnen met het in de loop der eeuwen geheiligde religieuze symbool.”
De Spelen herleven
De oorspronkelijke Olympische Spelen waren bedoeld om de vlammen der aanbidding aan te wakkeren. Ze werden opgezet als een religieus feest ter ere van Zeus, de hoogste onder de goden van de Olympus. Deze Spelen werden om de vier jaar gehouden, van 776 v.G.T. tot 394 G.T., toen de „gekerstende” Romeinse keizer Theodosius „verordende dat er een eind moest komen aan ’heidense feesten’”. Griekenland, dat toen deel uitmaakte van het Romeinse Rijk, gehoorzaamde.
Dit Romeinse decreet was zo onverbiddelijk dat de oorspronkelijke plaats van de Olympische Spelen in de loop van de eeuwen uit het oog werd verloren en onbekend bleef tot de vorige eeuw. Toen deed „de herontdekking ervan de wens opkomen de olympische traditie nieuw leven in te blazen, en dus werden in 1896 de eerste moderne Olympische Spelen gehouden” in Athene, aldus The Toronto Star.
De moderne olympische beweging heeft een verheven doel: het nastreven van hogere maatschappelijke waarden. Bruce Kidd schreef in een artikel in de Calgary Herald: „Oprichter Pierre de Coubertin stelde de moderne Spelen in als het brandpunt voor een maatschappelijke beweging die ertoe zou bijdragen dat de wereld een betere plaats werd door het bevorderen van de humanitaire olympische gedachte en een brede lichamelijke en geestelijke opvoeding.” Is dit verheven doel door de Spelen bereikt? Kidd, voorzitter van de Canadese Olympische Academie en ex-deelnemer aan de Spelen, verklaarde ook dat „de Olympische Beweging beweert een seculaire religie te zijn” en dat „de Olympische Beweging over het algemeen een kracht ten goede is geweest maar dat haar dierbaarste aspiraties niet verwezenlijkt zijn”.
Misschien wordt dit nobele doel niet bereikt omdat maatschappelijke verbetering heel moeilijk is in samenhang met zeer prestatiegerichte sporten. Daar komt nog bij dat dit soort wedijver de idealen achter de moderne olympische vlam verder heeft vertroebeld.
Winnen ten koste van alles
Het buitensporige verlangen om koste wat het wil op nationaal en individueel niveau uit te blinken, heeft in niet geringe mate bijgedragen tot het wijdverbreide gebruik van prestatie verhogende drugs. Het gebruik ervan kan leiden tot mentale problemen variërend van zware neerslachtigheid tot uitbarstingen van gewelddadige woede. In de Calgary Herald werden deze woorden van dr. Harrison Pope geciteerd: „Psychiatrische symptomen die toe te schrijven zijn aan anabole steroïden komen veel vaker voor dan een van ons vroeger had gedacht.” Een aan het Amerikaanse olympische team verbonden arts zei: „Je bent nu nagenoeg kansloos in de internationale sport als je geen anabole steroïden gebruikt.”
„Wij gebruiken de biotechniek om deze mensen groter, sneller en sterker te maken”, voegt een andere arts van een olympisch team daaraan toe. „En het zal nog barbaarser worden. Mensen zullen zich door praktisch niets laten weerhouden om hun prestatie te verbeteren.” Dit noemt men wel het „winnen-tot-elke-prijs-syndroom” en, verontrustender nog, het „Frankenstein-syndroom”. De Coubertins motto, „Deelnemen is belangrijker dan winnen”, schijnt totaal zonder betekenis in een maatschappij die alle krachtsinspanningen goedpraat die gericht zijn op het „goud” — de overwinning en de daaropvolgende reclamecontracten en verdiensten.
Bloeddoping, menselijke groeihormonen, kunstmatige bevruchting gevolgd door abortus, en urinevervanging behoren allemaal tot de listen van sommige olympische atleten om de drugcontrole te slim af te zijn en hun prestaties op de Spelen te verbeteren. Volgens The Toronto Star wordt bij sommige vrouwelijke atleten „kunstmatige bevruchting toegepast, waarna de foetus na twee of drie maanden wordt geaborteerd, om voordeel te trekken van de merkbaar verhoogde hormoonspiegel”. Andere atleten „dienen zich via een catheter de ’schone’ of drugvrije urine van iemand anders toe na evenveel van hun eigen dope bevattende urine geloosd te hebben. . . . De ’schone’ urine wordt vóór de wedstrijd in de blaas gespoten, zodat een atleet bij een eventuele controle drugvrij is.” Bloeddoping is een proces waarbij de atleet wat rode bloedlichaampjes aftapt, die door het lichaam automatisch worden vervangen, en dan vóór de wedstrijd het afgetapte bloed weer in zijn lichaam brengt om de spieren een extra dosis zuurstof te geven.
Wat het komen tot een betere verstandhouding betreft door de interculturele contacten: de wedijverende nationale ploegen neigen tot isolering en elke mediagroep concentreert zich op het eigen land en de eigen teams. De „heilige vlam” doet dus weinig om de nationalistische barrières ook maar enigszins te slechten. Een schrijver zag het zo: „Het zal . . . op de Winterspelen in Calgary, gevolgd door de Zomerspelen in Seoel, op niets anders neerkomen dan een mogelijkheid voor de landen om te strijden voor internationale erkenning van de superioriteit van hun respectieve systemen.” Hoe waar is dit gebleken! Het hoofd van het medisch team van één olympische ploeg voegde daaraan toe dat atleten „soldaten zijn. Als zij winnen wordt onze cultuur als de superieure cultuur aangemerkt.” En de gehanteerde maatstaf is het uiteindelijke aantal medailles.
De olympische vlam en het nobele streven waarvan ze een symbool was, zijn uitgedoofd door politiek, commercie en nu ook drugmisbruik. Na het grote drugschandaal van de Olympische Spelen in Seoel, waarbij de Canadese sprinter Ben Johnson en anderen hun medailles moesten afgeven, kan men zich alleen nog maar afvragen welke verdere prijs men wenst te betalen voor een vergankelijke glorie.
[Illustratie op blz. 25]
De olympische vlam arriveert bij de Olympische Winterspelen van 1988 in het Canadese Calgary