‘See you in paradise!’
‘Jij zult met mij in het paradijs zijn.’ — LUK. 23:43.
1, 2. Wat zijn enkele ideeën over het paradijs?
HET was een emotioneel tafereel. Na een congres in Seoul (Zuid-Korea) werden afgevaardigden uit het buitenland uitgezwaaid toen ze het stadion verlieten. Veel plaatselijke Getuigen riepen: ‘See you in paradise!’ Welk paradijs bedoelden ze?
2 Het paradijs betekent voor verschillende mensen verschillende dingen. Sommigen zeggen dat het een fantasie is. Voor anderen is het de plek waar het leven heerlijk is. Een uitgehongerde man waant zich misschien in het paradijs als hij aan een feestmaal zit. Toen een toerist in de 19de eeuw bij een vallei vol wilde bloemen kwam, riep ze uit: ‘Wat een paradijs!’ Die plek, waar elk jaar ruim 15 meter sneeuw valt, heet nog steeds Paradise. Wat betekent het paradijs voor jou? Hoop je erop?
3. Waar in de Bijbel komt het idee van een paradijs voor het eerst naar voren?
3 De Bijbel heeft het over een paradijs dat ooit bestond en een paradijs dat in de toekomst ligt. Het idee van een paradijs komt al vroeg in de Bijbel naar voren. In Genesis 2:8 staat volgens de katholieke Professorenbijbel, vertaald uit het Latijn: ‘De Heere God nu had van den beginne een paradijs van geneugte geplant.’ (Cursivering van ons.) De Hebreeuwse tekst heeft het over de tuin van Eden. Eden betekent ‘geneugte’, en die tuin was inderdaad een geneugte of genot. Er was volop voedsel, het landschap was prachtig en er waren veel dieren (Gen. 1:29-31).
4. Waarom kunnen we de tuin van Eden een paradijs noemen?
4 De Griekse vertaling van het Hebreeuwse woord voor tuin is paradeisos. Een naslagwerk zegt over dat woord: ‘Een groot, open park, afgeschermd tegen schadelijke dingen, waarin de natuurlijke schoonheid in ongeschonden staat blijft, met statige woudbomen, waarvan er vele vrucht dragen, bevloeid door heldere stromen waar grote kudden antilopen of schapen aan de oevers grazen — aan dit landschap deed het woord paradeisos de Griekse reiziger denken’ (Cyclopaedia van M’Clintock en Strong; vergelijk Genesis 2:15, 16).
5, 6. Hoe ging het paradijs verloren, en welke vraag roept dat op?
5 God plaatste Adam en Eva in zo’n paradijs. Maar ze mochten er niet blijven, want ze waren hem ongehoorzaam. Zo ging het paradijs verloren voor hen en hun nakomelingen (Gen. 3:23, 24). Hoewel er geen mensen meer woonden, is de tuin blijkbaar blijven bestaan tot aan de vloed in Noachs tijd.
6 Sommigen vragen zich misschien af of er ooit nog iemand zal kunnen genieten van een paradijs op aarde. Wat laten de feiten zien? Heb je een goede basis om te hopen dat je met mensen van wie je houdt in het paradijs zult leven? Kun je uitleggen waarom het zeker is dat het paradijs komt?
AANWIJZINGEN VOOR EEN TOEKOMSTIG PARADIJS
7, 8. (a) Welke belofte deed God aan Abraham? (b) Waar deed Gods belofte Abraham misschien aan denken?
7 De antwoorden op vragen over het paradijs kunnen we het beste zoeken in het boek dat geïnspireerd is door de Schepper van het oorspronkelijke paradijs. Sta eens stil bij wat God zijn vriend Abraham vertelde. Hij zei dat hij Abrahams nageslacht zo talrijk zou maken ‘als de zandkorrels aan de zee’. Daarna deed Jehovah deze betekenisvolle belofte: ‘Door jouw nageslacht zullen alle volken op aarde een zegen voor zichzelf verkrijgen, omdat jij naar mijn stem hebt geluisterd’ (Gen. 22:17, 18). God herhaalde die fundamentele belofte tegen Abrahams zoon en kleinzoon. (Lees Genesis 26:4; 28:14.)
8 Nergens in de Bijbel staat dat Abraham dacht dat mensen een uiteindelijke beloning krijgen in een hemels paradijs. Dus toen God zei dat ‘alle volken op aarde’ gezegend zouden worden, zal Abraham redelijkerwijs gedacht hebben aan zegeningen op aarde. De belofte kwam van God. Dat duidde dus voor alle volken op aarde op betere omstandigheden. Werd die gedachte ondersteund door verdere ontwikkelingen onder Gods aanbidders?
9, 10. Op basis van welke latere beloften konden er toekomstige zegeningen worden verwacht?
9 Een nakomeling van Abraham, David, wees op een toekomstige tijd waarin er geen ‘slechte mensen’ en ‘boosdoeners’ meer zullen zijn (Ps. 37:1, 2, 10). Dan ‘zullen de zachtmoedigen de aarde bezitten, ze zullen intens genieten van vrede in overvloed’. Daarnaast voorspelde David onder inspiratie: ‘De rechtvaardigen zullen de aarde bezitten en ze zullen er eeuwig leven’ (Ps. 37:11, 29; 2 Sam. 23:2). Welke verwachting konden mensen die Gods wil wilden doen op basis van deze beloften hebben? Als er alleen rechtvaardige mensen op aarde zouden zijn, zou er na een tijd weer een paradijs komen zoals de tuin van Eden.
10 Na verloop van tijd keerden de meeste Israëlieten die beweerden Jehovah te dienen hem en ook de ware aanbidding de rug toe. Daarom liet God de Babyloniërs zijn volk onderwerpen. Ze verwoestten hun land en voerden velen in ballingschap weg (2 Kron. 36:15-21; Jer. 4:22-27). Maar Gods profeten voorspelden dat zijn volk na 70 jaar weer terug zou keren naar hun vaderland. Die profetieën kwamen uit. Maar ze hebben ook betekenis voor ons. Laten we er eens een paar bekijken met een toekomstig paradijs op aarde in gedachten.
11. Hoe ging Jesaja 11:6-9 in vervulling, maar wat is dan nog de vraag?
11 Lees Jesaja 11:6-9. God voorspelde via Jesaja dat de Joden na hun terugkeer niet het hoofd hoefden te bieden aan wrede, gevaarlijke elementen en dat ze niet bang hoefden te zijn voor aanvallen van dieren of beestachtige mensen. Jong en oud zou veilig zijn. Doen die omstandigheden je niet denken aan de tuin van Eden? (Jes. 51:3) In de profetie werd ook gezegd dat de aarde — en niet alleen Israël — ‘vervuld zal zijn van de kennis van Jehovah zoals water de zeebodem bedekt’. Wanneer zal dat gebeuren?
12. (a) Wat waren de zegeningen voor degenen die uit Babylon terugkwamen? (b) Waaruit blijkt dat Jesaja 35:5-10 nog een vervulling moet hebben?
12 Lees Jesaja 35:5-10. Jesaja benadrukte nog eens dat dieren of mensen geen gevaar zouden vormen voor degenen die teruggingen. Het land zou net als de tuin van Eden ruim voorzien worden van water, wat voor een grote opbrengst zou zorgen (Gen. 2:10-14; Jer. 31:12). Zou dat de enige vervulling zijn? Er zijn geen aanwijzingen dat degenen die terugkwamen uit ballingschap door een wonder genezen werden. De blinden kregen bijvoorbeeld niet hun gezichtsvermogen terug. De letterlijke genezingen waarover God sprak moesten dus nog plaatsvinden.
13, 14. Welke vervulling van Jesaja 65:21-23 maakten de voormalige ballingen mee, maar welk deel van die profetie moet nog uitkomen? (Zie beginplaatje.)
13 Lees Jesaja 65:21-23. De Joden troffen bij hun terugkeer geen comfortabele huizen aan, en ook geen akkers en wijngaarden. Maar alles zou veranderen als God hen zegende. Wat zou het heerlijk zijn huizen te bouwen en erin te wonen! Ze konden gewassen planten en genieten van de gezonde opbrengst.
14 In deze profetie zit een belangrijk facet. Komt er ooit een tijd dat onze dagen ‘als de dagen van een boom’ zullen zijn? Sommige bomen leven duizenden jaren. Mensen zouden gezond moeten zijn om zo lang te leven. De omstandigheden die Jesaja voorspelde, zouden een droom zijn die uitkomt, een paradijs. En die profetie zal uitkomen!
15. Welke zegeningen worden in het boek Jesaja genoemd?
15 Denk nog eens aan de besproken beloften die op een toekomstig paradijs wijzen. Mensen op de hele aarde zullen door God gezegend worden. Dieren en beestachtige mensen zullen voor niemand een gevaar vormen. De blinden, de doven en de kreupelen zullen worden genezen. Mensen zullen hun eigen huis bouwen en gezond voedsel verbouwen. Ze zullen nog langer leven dan bomen. In de Bijbel vinden we dus aanwijzingen dat we zo’n toekomst kunnen verwachten. Toch zouden sommigen kunnen aanvoeren dat we meer achter die profetieën zoeken dan bedoeld is. Hoe zou je daarop reageren? Welke reden heb je om uit te kijken naar een echt paradijs op aarde? De grootste mens die ooit heeft geleefd gaf een goede reden.
JIJ ZULT IN HET PARADIJS ZIJN!
16, 17. Wat was de situatie toen Jezus over het paradijs sprak?
16 Jezus werd, hoewel hij onschuldig was, veroordeeld en aan een paal gehangen, tussen twee Joodse misdadigers in. Een van hen erkende voor zijn dood dat Jezus een koning was en deed het verzoek: ‘Jezus, denk aan mij wanneer je in je Koninkrijk gekomen bent’ (Luk. 23:39-42). Jezus’ antwoord in Lukas 23:43 heeft te maken met je toekomst. Die woorden worden vaak weergegeven met iets als: ‘Ik verzeker je: vandaag zul je met mij in het paradijs zijn.’ Wat bedoelde Jezus met ‘vandaag’? Er zijn verschillende opvattingen.
17 In veel talen wordt interpunctie gebruikt om de betekenis van een zin goed over te brengen of te verduidelijken. Maar in de oudste beschikbare Griekse manuscripten is geen consequente interpunctie terug te vinden. Dus wat zei Jezus? ‘Ik verzeker je: vandaag zul jij met mij in het paradijs zijn’ of ‘Ik verzeker je vandaag: jij zult met mij in het paradijs zijn’? Waar vertalers een dubbelepunt zetten, hangt af van hoe ze begrijpen wat Jezus zei. Beide keuzes zijn in Bijbelvertalingen terug te vinden.
18, 19. Wat moet Jezus bedoeld hebben? Leg uit.
18 Bedenk wat Jezus eerder tegen zijn volgelingen had gezegd: ‘De Mensenzoon zal drie dagen en drie nachten in het binnenste van de aarde zijn.’ Hij had ook gezegd: ‘De Mensenzoon zal worden verraden en aan mensen worden overgeleverd. Die zullen hem doden, maar op de derde dag zal hij worden opgewekt’ (Matth. 12:40; 16:21; 17:22, 23; Mark. 10:34). Petrus bericht dat dit is gebeurd (Hand. 10:39, 40). Jezus is dus niet naar een paradijs gegaan op de dag dat hij en die misdadiger stierven. Hij was enkele dagen ‘in het Graf’ (of ‘Hades’, vtn.) totdat God hem opwekte (Hand. 2:31, 32).a
19 We zien dus dat Jezus zijn belofte aan de misdadiger inleidde met de woorden: ‘Ik verzeker je vandaag.’ Die manier van zeggen kwam al in Mozes’ tijd voor. Hij zei: ‘Deze woorden die ik je vandaag gebied, moet je in je hart hebben’ (Deut. 6:6; 7:11; 8:1, 19; 30:15).
20. Wat bevestigt ons begrip van wat Jezus zei?
20 Een Bijbelvertaler uit het Midden-Oosten zei over Jezus’ antwoord: ‘De klemtoon ligt in deze tekst op het woord heden en de tekst moet luiden: “Voorwaar, ik zeg u heden: Gij zult met mij in het paradijs zijn.” De belofte werd op die dag gedaan en zou later uitkomen. Dit is een kenmerk van oriëntaals taalgebruik waarmee wordt aangegeven dat de belofte op een bepaalde dag werd gedaan en beslist nagekomen zou worden.’ In lijn met die redenatie geeft een Syrische vertaling uit de vijfde eeuw Jezus’ antwoord als volgt weer: ‘Amen, ik zeg u heden dat gij met mij in de Hof van Eden zult zijn.’ Die belofte is een aanmoediging voor ons allemaal.
21. Wat gebeurde er niet met de misdadiger, en waarom niet?
21 De stervende misdadiger wist niet dat Jezus met zijn trouwe apostelen een verbond had gesloten om bij hem in het hemelse Koninkrijk te zijn (Luk. 22:29). Trouwens, hij was niet eens gedoopt (Joh. 3:3-6, 12). We kunnen dus concluderen dat Jezus een paradijs op aarde beloofde. Jaren later had Paulus het over een visioen van een man ‘die werd weggevoerd tot in het paradijs’ (2 Kor. 12:1-4). In tegenstelling tot de misdadiger werden Paulus en de andere trouwe apostelen uitgekozen om naar de hemel te gaan en met Jezus deel te hebben aan het Koninkrijk. Hoe dan ook, Paulus wees op iets dat in de toekomst zou komen: een toekomstig paradijs.b Zou dat over de aarde gaan? En kun jij daar zijn?
WAT JE KUNT VERWACHTEN
22, 23. Waar kun je op hopen?
22 Houd in gedachte dat David een tijd voorzag waarin ‘de rechtvaardigen de aarde zullen bezitten’ (Ps. 37:29; 2 Petr. 3:13). Hij had het over een tijd waarin mensen op aarde naar Gods rechtvaardige wegen zullen leven. De profetie in Jesaja 65:22 luidt: ‘De dagen van mijn volk zullen zijn als de dagen van een boom.’ Dat impliceert dat mensen duizenden jaren zullen leven. Daar kun je echt op hopen. Volgens Openbaring 21:1-4 zal God namelijk zijn aandacht op de mensheid richten en belooft hij mensen die hem in zijn rechtvaardige nieuwe wereld dienen dat ‘de dood er niet meer zal zijn’.
23 Het plaatje is duidelijk. In Eden ging het paradijs voor Adam en Eva verloren, maar het ging niet voorgoed verloren. Zoals God beloofde, moeten mensen nog op aarde gezegend worden. Onder inspiratie zei David dat de zachtmoedigen en de rechtvaardigen de aarde zullen erven en er eeuwig op zullen leven. De profetieën in het boek Jesaja zouden onze belangstelling moeten wekken voor de geweldige omstandigheden die er zullen zijn. Wanneer? Als Jezus’ belofte aan de Joodse misdadiger uitkomt. Jij kunt in dat paradijs zijn. Dat is het moment dat bedoeld werd toen tegen de afgevaardigden in Zuid-Korea werd gezegd: ‘See you in paradise!’
a Professor C. Marvin Pate schreef: ‘Traditioneel wordt “vandaag” opgevat als een chronologische verwijzing naar een periode van vierentwintig uur. Het probleem daarmee is dat dit duidelijk in conflict is met Bijbelse leringen elders waaruit men kan opmaken dat Jezus na Zijn dood eerst naar hades “neerdaalde” (Matth. 12:40; Hand. 2:31; Rom. 10:7) en later naar de hemel opsteeg.’
b Zie de ‘Vragen van lezers’ in deze uitgave.