’Blijf in mijn woord’
„Indien gij in mijn woord blijft, zijt gij werkelijk mijn discipelen.” — JOHANNES 8:31.
1. (a) Wat liet Jezus op aarde achter toen hij naar de hemel terugkeerde? (b) Welke vragen zullen we beschouwen?
TOEN Jezus Christus, de Stichter van het christendom, naar de hemel terugkeerde, liet hij op aarde geen door hem geschreven boeken, door hem gebouwde monumenten of door hem vergaarde rijkdom achter. Wat hij wel achterliet, waren discipelen alsook specifieke vereisten voor het discipelschap. Ja, in het Evangelie van Johannes vinden we dat Jezus drie belangrijke vereisten noemde waaraan eenieder die zijn volgeling wil zijn, moet voldoen. Wat zijn deze vereisten? Wat kunnen we doen om eraan te beantwoorden? En hoe kunnen we ons ervan vergewissen dat wij in deze tijd persoonlijk als discipelen van Christus aan de maatstaf voldoen?a
2. Wat is, zoals in het Evangelie van Johannes staat opgetekend, een belangrijk vereiste voor het discipelschap?
2 Ongeveer zes maanden voor zijn dood ging Jezus op naar Jeruzalem en predikte tot de scharen die daar bijeengekomen waren ter viering van het Loofhuttenfeest, dat een week duurde. Toen het Loofhuttenfeest half voorbij was, „stelden [dan ook] velen van de schare geloof in hem”. Jezus bleef prediken zodat op de laatste dag van het feest wederom ’velen geloof in hem stelden’ (Johannes 7:10, 14, 31, 37; 8:30). Vervolgens vestigde Jezus zijn aandacht op de nieuwe gelovigen en vermeldde een belangrijk vereiste voor het discipelschap, zoals door de apostel Johannes werd opgetekend: „Indien gij in mijn woord blijft, zijt gij werkelijk mijn discipelen.” — Johannes 8:31.
3. Welke hoedanigheid is nodig wil iemand ’in Jezus’ woord blijven’?
3 Met die woorden suggereerde Jezus niet dat de nieuwe gelovigen in geloof tekortschoten. In plaats daarvan zette hij uiteen dat de gelegenheid voor hen openstond om zijn ware discipelen te worden — mits ze in zijn woord bleven, ze van volharding blijk gaven. Ze hadden zijn woord aanvaard, maar nu moesten ze daarin blijven (Johannes 4:34; Hebreeën 3:14). Ja, Jezus bezag volharding als zo’n belangrijke hoedanigheid voor zijn volgelingen, dat hij in zijn allerlaatste, in het Evangelie van Johannes opgetekende bespreking met zijn apostelen, tweemaal de aansporing gaf: ’Blijf mij volgen’ (Johannes 21:19, 22). Dat is precies wat veel vroege christenen deden (2 Johannes 4). Wat hielp hen te volharden?
4. Wat stelde de vroege christenen in staat te volharden?
4 De apostel Johannes, zo’n zeven decennia een getrouwe discipel van Christus, wees op een belangrijke factor. Hij prees getrouwe christenen door te zeggen: ’Gij zijt sterk en het woord van God blijft in u en gij hebt de goddeloze overwonnen.’ Die discipelen van Christus volhardden, of bleven in het woord van God, omdat het woord van God in hen bleef. Ze hadden er een oprechte waardering voor (1 Johannes 2:14, 24). Ook in deze tijd moeten we om ’tot het einde te volharden’ ons ervan vergewissen dat het woord van God in ons blijft (Mattheüs 24:13). Hoe kunnen we dat doen? Een door Jezus vertelde illustratie verschaft het antwoord.
’Het Woord horen’
5. (a) Welke verschillende soorten aarde worden door Jezus in een van zijn illustraties genoemd? (b) Wat wordt door het zaad en de aarde in Jezus’ illustratie afgebeeld?
5 Jezus vertelde een illustratie van een zaaier die zaad zaaide, en ze staat opgetekend in het Evangelie van Mattheüs, Markus en Lukas (Mattheüs 13:1-9, 18-23; Markus 4:1-9, 14-20; Lukas 8:4-8, 11-15). Als u de verslagen leest, zult u bemerken dat het belangrijkste kenmerk van de illustratie is dat hetzelfde soort zaad op verschillende soorten aarde valt die verschillende resultaten opleveren. De eerste soort aarde is hard, de tweede is ondiep en de derde is overwoekerd met dorens. De vierde soort is in tegenstelling tot de andere drie „voortreffelijke” en „goede aarde”. Volgens Jezus’ eigen uitleg is het zaad de in Gods Woord aangetroffen Koninkrijksboodschap en symboliseert de aarde mensen met een verschillende hartentoestand. Hoewel de mensen die door de verschillende soorten aarde worden afgebeeld enkele dingen gemeen hebben, bezitten degenen die door de voortreffelijke aarde worden afgebeeld een kenmerk dat hen van de rest onderscheidt.
6. (a) Hoe verschilt de vierde soort aarde in Jezus’ illustratie van de andere drie soorten, en wat betekent dat? (b) Wat is uiterst belangrijk om als Christus’ discipelen volharding te tonen?
6 Uit het verslag in Lukas 8:12-15 blijkt dat in alle vier de gevallen mensen ’het woord horen’. Maar degenen die „een edel en goed hart” hebben, laten het niet bij het ’horen van het woord’. Ze ’houden het vast en dragen met volharding vrucht’. Aangezien de voortreffelijke en goede aarde zacht en diep is, kan het zaad zijn wortels diep naar beneden uitslaan, en als gevolg daarvan schiet het zaad op en brengt vrucht voort (Lukas 8:8). Insgelijks begrijpen en waarderen degenen die een edel hart hebben het woord van God en gaan er geheel in op (Romeinen 10:10; 2 Timotheüs 2:7). Het woord van God blijft in hen. Bijgevolg brengen ze met volharding vrucht voort. Een diepe, oprechte waardering voor Gods Woord is derhalve uiterst belangrijk om als Christus’ discipelen volharding te tonen (1 Timotheüs 4:15). Maar hoe kunnen we zo’n oprechte waardering voor Gods Woord aankweken?
Hartentoestand en ernstige bezinning
7. Welke activiteit houdt nauw verband met een goed hart?
7 Merk eens op waarmee de bijbel een edel en goed hart geregeld in verband brengt. „Het hart van de rechtvaardige mediteert om te antwoorden” (Spreuken 15:28). „Laten de woorden van mijn mond en de meditatie van mijn hart welgevallig worden voor uw aangezicht, o Jehovah” (Psalm 19:14). „De meditatie van mijn hart zal zijn over dingen van verstand.” — Psalm 49:3.
8. (a) Wat moeten we niet en wat moeten we wel doen als we de bijbel lezen? (b) Welke voordelen putten we uit het gebedsvol mediteren over Gods Woord? (Verwerk het kader ’Vaststaan in de waarheid’.)
8 Net als deze bijbelschrijvers moeten ook wij dankbaar en gebedsvol over Gods Woord en zijn activiteit mediteren. Wanneer we de bijbel of op de bijbel gebaseerde publicaties lezen, moeten we niet zijn als jachtige toeristen die zich van het ene schilderachtige plekje naar het andere haasten en alles filmen maar weinig in zich opnemen. Wanneer we de bijbel bestuderen, willen we er veeleer de tijd voor nemen om te pauzeren en van het gelezene te genieten.b Als we rustig over het gelezene nadenken, werkt het woord van God in op ons hart. Het raakt onze emoties en vormt ons denken. Het beweegt ons er ook toe onze diepste gedachten in gebed aan God kenbaar te maken. Dientengevolge wordt onze verknochtheid aan Jehovah versterkt, en onze liefde voor God zet ons ertoe aan Jezus zelfs onder beproevingsvolle omstandigheden te blijven volgen (Mattheüs 10:22). Het is duidelijk dat, willen we tot het einde getrouw blijven, het uitermate belangrijk is te mediteren over wat God zegt. — Lukas 21:19.
9. Hoe kunnen we ons ervan vergewissen dat ons hart ontvankelijk blijft voor het woord van God?
9 Uit Jezus’ illustratie blijkt ook dat er belemmeringen zijn voor de groei van het zaad, het woord van God. Willen we getrouwe discipelen blijven, dan doen we er derhalve goed aan (1) de in de illustratie genoemde belemmeringen die door de ongunstige bodemgesteldheid worden afgebeeld te identificeren en (2) stappen te ondernemen om ze te corrigeren of te vermijden. Op die manier zullen we ons ervan vergewissen dat ons hart ontvankelijk blijft voor het Koninkrijkszaad en vrucht blijft dragen.
„Langs de weg” — Zij die het te druk hebben
10. Beschrijf de eerste soort aarde in Jezus’ illustratie, en verklaar de betekenis ervan.
10 De eerste soort aarde waarop het zaad valt, is „langs de weg”, waar het zaad wordt „vertrapt” (Lukas 8:5). Aarde langs een weg die door een korenveld loopt, wordt platgetreden door de gestadige stroom wandelaars (Markus 2:23). Insgelijks kunnen degenen die toestaan dat de beslommeringen van de wereld te veel beslag op hun tijd en energie leggen, bemerken dat ze het te druk hebben om enige oprechte waardering voor het woord van God te ontwikkelen. Ze horen het, maar ze mediteren er niet over. Derhalve blijft hun hart onontvankelijk. Voordat ze er liefde voor ontwikkelen, „komt de Duivel en neemt het woord uit hun hart weg, opdat zij niet zouden geloven en worden gered” (Lukas 8:12). Kan dit voorkomen worden?
11. Hoe kunnen we voorkomen dat onze hartentoestand als harde aarde wordt?
11 Er kan heel wat worden gedaan om te voorkomen dat het hart als de onproductieve aarde langs een weg wordt. Platgetreden en harde aarde kan zacht en productief worden als ze wordt omgeploegd en de voetgangersstroom wordt omgeleid. Insgelijks kan het inruimen van tijd om Gods Woord te bestuderen en erover te mediteren tot gevolg hebben dat het hart als voortreffelijke, productieve aarde wordt. De sleutel is om niet al te druk bezig te zijn met de alledaagse dingen van het leven (Lukas 12:13-15). Zorg er daarentegen voor dat er tijd wordt vrijgemaakt om over „de belangrijker dingen” in het leven na te denken. — Filippenzen 1:9-11.
„Op de rots” — Zij die bevreesd zijn
12. Wat is de werkelijke reden dat de spruit verdort in de tweede soort aarde die Jezus in zijn illustratie noemde?
12 Wanneer het zaad op de tweede soort aarde valt, blijft het er niet slechts bovenop liggen, zoals in het eerste geval. Het schiet wortel en ontspruit. Maar wanneer de zon opgaat, wordt de spruit verzengd door de hitte van de zon en verdort. Merk echter het volgende betekenisvolle detail op. De werkelijke reden dat de spruit verdort, is niet de hitte. Per slot van rekening wordt de plant die in de voortreffelijke aarde ontkiemt ook aan de zon blootgesteld, maar verdort niet, doch gedijt juist. Waarin zit het verschil? Deze spruit verdort, verklaart Jezus, ’omdat ze geen diepe aarde had’ en „geen vocht had” (Mattheüs 13:5, 6; Lukas 8:6). Een „rots” die vlak onder het bovenste laagje aarde ligt, weerhoudt het zaad ervan zijn wortels diep genoeg uit te slaan om vocht en stabiliteit te vinden. De spruit verdort omdat de laag aarde ondiep is.
13. Wat voor personen zijn als ondiepe aarde, en wat is een diepere oorzaak voor de wijze waarop ze reageren?
13 Dit deel van de illustratie heeft het over afzonderlijke personen die „het woord met vreugde ontvangen” en Jezus „een tijdlang” ijverig volgen (Lukas 8:13). Wanneer ze aan de brandend hete zon van „verdrukking of vervolging” worden blootgesteld, worden ze zo bevreesd dat ze hun vreugde en kracht verliezen en het opgeven Christus te volgen (Mattheüs 13:21). Maar de diepere oorzaak voor hun vrees is niet gelegen in tegenstand. Per slot van rekening verduren miljoenen discipelen van Christus verscheidene vormen van verdrukking en toch blijven ze getrouw (2 Korinthiërs 2:4; 7:5). De werkelijke reden waarom sommigen bevreesd worden en afvallen, ligt in het feit dat de met een rots te vergelijken toestand van hun hart hen ervan weerhoudt om diep genoeg over positieve en geestelijke dingen te mediteren. Dientengevolge is de waardering die ze voor Jehovah en zijn woord ontwikkelen te oppervlakkig en te zwak om weerstand te bieden aan tegenstand. Hoe kan men voorkomen dat er iets dergelijks gebeurt?
14. Welke stappen dient iemand te doen om te voorkomen dat zijn hartentoestand als ondiepe aarde wordt?
14 Men moet zich ervan vergewissen dat er geen met een rots te vergelijken belemmering, zoals een diepgewortelde verbittering, onderliggend eigenbelang of soortgelijke steenharde maar dieper liggende gevoelens, in het hart post vat. Als zich daar reeds zo’n hindernis bevindt, kan de door Gods Woord uitgeoefende kracht die verwijderen (Jeremia 23:29; Efeziërs 4:22; Hebreeën 4:12). Daarna zal gebedsvolle meditatie ervoor zorgen dat diep in het hart van de persoon een „inplanting van het woord” wordt bevorderd (Jakobus 1:21). Dit zal de kracht verschaffen om het hoofd te bieden aan tijden van ontmoediging, en de moed om ondanks beproevingen getrouw te blijven.
„Tussen de dorens” — Zij die verdeeld zijn
15. (a) Waarom verdient de door Jezus genoemde derde soort aarde vooral onze aandacht? (b) Wat gebeurt er uiteindelijk met de derde soort aarde, en waarom?
15 De derde soort aarde, die waarop dorens groeiden, verdient vooral onze aandacht omdat ze in sommige opzichten overeenkomt met de voortreffelijke aarde. Net als de voortreffelijke aarde laat de doornige aarde het zaad wortel schieten en ontkiemen. Eerst is er geen verschil in de groei van de nieuwe plant in deze twee soorten aarde. Maar na verloop van tijd ontwikkelt zich een toestand waardoor de plant uiteindelijk wordt verstikt. In tegenstelling tot de voortreffelijke aarde raakt deze aarde door dorens overwoekerd. Als de jonge plant uit deze aarde opkomt, krijgt ze te maken met concurrentie van ’dorens die tegelijk opkomen’. Een tijdlang wedijveren beide gewassen om voedsel, licht en ruimte, maar uiteindelijk overschaduwen de dorens de plant en ’verstikken haar’. — Lukas 8:7.
16. (a) Welke personen komen met de doornige aarde overeen? (b) Wat wordt volgens de drie evangelieverslagen door de dorens afgebeeld? — Zie voetnoot.
16 Wat voor personen komen met de doornige aarde overeen? Jezus legt uit: „Dat zijn zij die hebben gehoord, maar die, meegesleept door zorgen en rijkdom en genoegens van dit leven, volledig worden verstikt en niets tot volmaaktheid brengen” (Lukas 8:14). Net zoals het zaad van de zaaier en de dorens tegelijkertijd in de aarde opkomen, zo proberen sommige personen plaats in te ruimen voor het woord van God en terzelfder tijd voor de „genoegens van dit leven”. De waarheid van Gods woord wordt in hun hart gezaaid, maar krijgt te maken met andere bezigheden die om hun aandacht wedijveren. Hun figuurlijke hart is verdeeld (Lukas 9:57-62). Daardoor schenken ze niet voldoende aandacht aan gebedsvolle en zinvolle overdenking van Gods woord. Het lukt hun niet Gods woord volledig in zich op te nemen en ze hebben derhalve niet de oprechte waardering die nodig is om te volharden. Geleidelijk worden hun geestelijke belangen dermate door niet-geestelijke bezigheden overschaduwd dat ze „volledig worden verstikt”.c Wat een droevig einde voor degenen die Jehovah niet met hun hele hart liefhebben! — Mattheüs 6:24; 22:37.
17. Welke keuzes moeten we in ons leven maken om niet door de in Jezus’ illustratie genoemde figuurlijke dorens verstikt te worden?
17 Door materiële overwegingen niet ten koste van geestelijke zaken te laten gaan, vermijden we het door de lasten en lusten van deze wereld verstikt te worden (Mattheüs 6:31-33; Lukas 21:34-36). Bijbellezen en nadenken over wat we lezen, dienen nooit veronachtzaamd te worden. We zullen meer tijd vinden voor geconcentreerde en gebedsvolle meditatie als we ons leven zo veel mogelijk vereenvoudigen (1 Timotheüs 6:6-8). Dienstknechten van God die dat hebben gedaan — die als het ware de dorens uit de aarde hebben getrokken om de vruchtdragende plant meer voeding, licht en ruimte te geven — ervaren Jehovah’s zegen. De 26-jarige Sandra zegt: „Wanneer ik over mijn zegeningen in de waarheid mediteer, besef ik dat de wereld niets kan bieden dat daar tegen opweegt!” — Psalm 84:11.
18. Hoe kunnen we in het woord van God blijven en als christenen volharden?
18 Het is dus duidelijk dat wij allen, jong en oud, in het woord van God blijven en als Christus’ discipelen volharden zolang het woord van God in ons blijft. Laten we ons er derhalve van vergewissen dat de aarde van ons figuurlijke hart nooit hard, ondiep of overwoekerd wordt, maar zacht en diep blijft. Op die manier zullen we het woord van God volledig in ons kunnen opnemen en „met volharding vrucht dragen”. — Lukas 8:15.
[Voetnoten]
a In dit artikel zullen we het eerste van deze vereisten beschouwen. De andere twee zullen in de volgende artikelen besproken worden.
b Wanneer u onder gebed mediteert over een bijbelgedeelte dat u gelezen hebt, zou u zich bijvoorbeeld kunnen afvragen: Onthult dit gedeelte een of meer van Jehovah’s eigenschappen? Hoe houdt het verband met het thema van de bijbel? Hoe kan ik het in mijn leven toepassen of het gebruiken om anderen te helpen?
c Volgens de drie evangelieverslagen van Jezus’ gelijkenis wordt het zaad verstikt door de lasten en lusten van deze wereld: „de zorgen van dit samenstel van dingen”, „de bedrieglijke kracht van de rijkdom”, „de begeerten naar de overige dingen” en de „genoegens van dit leven”. — Markus 4:19; Mattheüs 13:22; Lukas 8:14; Jeremia 4:3, 4.
Wat zou u antwoorden?
• Waarom moeten we ’in Jezus’ woord blijven’?
• Hoe kunnen we Gods woord in ons hart laten blijven?
• Wat voor personen worden afgebeeld door de vier soorten aarde waarvan Jezus melding maakte?
• Hoe kunt u tijd vinden om over Gods woord na te denken?
[Kader/Illustratie op blz. 10]
’VASTSTAAN IN DE WAARHEID’
VEEL discipelen van Christus met een lange staat van dienst bewijzen jaar in jaar uit dat ze ’vaststaan in de waarheid’ (2 Petrus 1:12). Wat helpt hen te volharden? Beschouw eens enkele van hun commentaren.
„Aan het eind van elke dag lees ik een bijbelgedeelte en zend ik een gebed op. Dan denk ik over het gelezene na.” — Jean, gedoopt in 1939.
„Mediteren over de wijze waarop Jehovah, terwijl hij zo verheven is, ons innig liefheeft, geeft me een gevoel van zekerheid en de kracht om getrouw te blijven.” — Patricia, gedoopt in 1946.
„Door aan goede bijbelstudiegewoonten vast te houden en door geheel in ’de diepe dingen Gods’ op te gaan, ben ik in staat geweest te volharden.” — 1 Korinthiërs 2:10; Anna, gedoopt in 1939.
„Ik lees de bijbel en onze op de bijbel gebaseerde publicaties teneinde mijn hart en motieven te onderzoeken.” — Zelda, gedoopt in 1943.
„De mooiste tijden zijn de keren dat ik een wandeling kan maken en in gebed tot Jehovah spreek en hem gewoon laat weten hoe ik me werkelijk voel.” — Ralph, gedoopt in 1947.
„Aan het begin van de dag beschouw ik de dagtekst en lees een bijbelgedeelte. Dit geeft me iets nieuws om in de loop van de dag over te mediteren.” — Marie, gedoopt in 1935.
„Voor mij zijn de vers-voor-versbesprekingen van een bijbelboek een echte hartversterking.” — Daniel, gedoopt in 1946.
Wanneer neemt u er de tijd voor om gebedsvol over Gods woord na te denken? — Daniël 6:10b; Markus 1:35; Handelingen 10:9.
[Illustratie op blz. 13]
Door geestelijke zaken op de eerste plaats te laten komen, kunnen we „met volharding vrucht dragen”