-
MattheüsIndex van Wachttoren-publicaties 1986-2024
-
-
6:10 ijwbq artikel 191; lff les 26, 33; wp20.2 3; it-1 726, 1227; it-2 99; g19.1 10-11; w17.02 9-11; bhs 83-88, 90-91, 216; w15 15/6 22-24; w14 15/1 16, 27; kr 8-12, 235-237, 240; g 2/12 12-13; w10 1/10 7-8; w09 15/2 17; w08 1/1 4-5; w08 15/5 12-13; w06 15/7 4, 7; bh 76-82, 84; w04 1/2 9-12; w04 15/4 3-7; w04 15/9 5-6; w03 15/12 28-29; w02 1/4 6; w99 15/1 13-14; w96 1/6 31; w96 15/7 6; w92 1/2 5; w91 15/9 7-8; w90 15/1 5; w90 15/5 17, 20; pe 135; w89 15/8 12-13; bp 3
-
-
MattheüsIndex van Wachttoren-publikaties 1946-1985
-
-
6:10 w83 15/8 12-13; w82 1/7 3-4; w82 15/7 12-15; w81 1/1 27; w81 15/7 15; kc 21; g79 22/5 27-8; w78 1/12 30; gh 132; g76 22/4 12; w75 69, 105, 452; w74 101, 114, 244, 536; g74 8/9 7; w73 553, 581; g73 22/2 27; g73 8/10 20; w72 363; te 159; g72 22/9 8; w71 139, 259, 323, 487; w70 355; w69 387, 693; is 181; bd 59; tr 103; g65 8/7 8; w63 296, 398; ns 240-1, 243; g63 22/4 25; g63 8/12 7; w62 15, 171; g62 22/9 6; w61 92, 246; yw 26, 346; nu 23; g61 8/9 21; w60 163, 323, 539; w59 108; nh 241; g56 22/5 21; lg 176; g53 8/4 12; w51 327
-
-
MattheüsStudiehulp voor Jehovah’s Getuigen 2019
-
Aantekeningen Mattheüs — Hoofdstuk 6Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
Laat uw Koninkrijk komen: Gods Koninkrijk is een uiting van Jehovah’s soevereiniteit over de aarde. Dit is een verzoek aan God om in te grijpen en ervoor te zorgen dat zijn Koninkrijk, met de Messiaanse Koning en zijn mederegeerders, als enige regering over de aarde heerst. Jezus’ gelijkenis in Lu 19:11-27 bevestigt dat Gods Koninkrijk zal ‘komen’ in de zin dat het het oordeel zal voltrekken, alle vijanden ervan zal vernietigen en degenen die erop hopen zal belonen. (Zie Mt 24:42, 44.) Het zal een eind maken aan deze slechte wereld, met inbegrip van alle menselijke regeringen, en een rechtvaardige nieuwe wereld brengen (Da 2:44; 2Pe 3:13; Opb 16:14-16; 19:11-21).
Laat uw wil gedaan worden: Dit verzoek draait er niet in de eerste plaats om dat mensen Gods wil doen. Het draait erom dat God in actie komt om zijn wil voor de aarde en de mensen te realiseren. Het is een verzoek of God zijn macht wil gebruiken om zijn bekendgemaakte voornemen uit te voeren. De bidder laat ook uitkomen dat hij zelf voorrang geeft aan Gods wil en dat hij zich daaraan onderwerpt. (Vergelijk Mt 26:39.) In deze context kan de uitdrukking op aarde net zoals in de hemel op twee manieren worden opgevat. Het kan een verzoek zijn of Gods wil op aarde gedaan mag worden zoals dat al in de hemel gebeurt. Of het kan een verzoek zijn of Gods wil volledig gedaan mag worden, zowel op aarde als in de hemel.
-