Psalmen
Een lofzang van David.
א [alef]
ב [beth]
ג [gimel]
3 Jehovah is groot en verdient alle eer.+
Zijn grootheid is ondoorgrondelijk.*+
ד [daleth]
4 Generatie na generatie zal uw werken loven.
Ze zullen vertellen over uw machtige daden.+
ה [he]
5 Over de glorieuze pracht van uw majesteit zullen ze spreken.+
Over uw wonderen zal ik mediteren.
ו [waw]
6 Ze zullen spreken over uw ontzagwekkende daden.*
Ik zal uw grootheid bekendmaken.
ז [zajin]
7 Ze worden uitbundig als ze terugdenken aan uw overvloedige goedheid.+
Ze zullen juichen van vreugde over uw rechtvaardigheid.+
ח [cheth]
ט [teth]
י [jodh]
כ [kaf]
ל [lamedh]
12 Ze zullen de mensen vertellen over uw machtige daden,+
over de glorieuze pracht van uw koningschap.+
מ [mem]
ס [samekh]
ע [ajin]
15 Alle ogen zien hoopvol uit naar u.
U geeft ze hun voedsel op de juiste tijd.+
פ [pe]
צ [tsadhe]
ק [qof]
ר [resj]
19 Hij vervult het verlangen van wie ontzag voor hem hebben.+
Hij hoort hun hulpgeroep en hij redt hen.+
ש [sjin]
ת [taw]
21 Mijn mond zal de lof van Jehovah bekendmaken.+
Laat alles wat leeft* zijn heilige naam loven, voor altijd en eeuwig.+